17.12.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 338/107


UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 13 december 2013

tot wijziging van de erkenning van Det Norske Veritas overeenkomstig Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2013) 8876)

(Voor de EER relevante tekst)

(2013/765/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties (1), en met name artikel 4, lid 1, en artikel 16,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 16, lid 1, van Verordening (EG) nr. 391/2009 dient de Commissie na te gaan of de houder van de erkenning die is verleend overeenkomstig artikel 2, onder c), en artikel 4, lid 3, van de genoemde verordening, binnen de organisatie de desbetreffende juridische entiteit is waarop de bepalingen van die verordening van toepassing zijn. Indien dat niet het geval is, neemt de Commissie een besluit tot wijziging van die erkenning.

(2)

Aan de twee organisaties Det Norske Veritas en Germanischer Lloyd („de partijen”) werd in 1995 een erkenning verleend krachtens Richtlijn 94/57/EG van de Raad (2).

(3)

Overeenkomstig artikel 15, lid 1, van Verordening (EG) nr. 391/2009 behouden de partijen hun respectieve erkenningen bij de inwerkingtreding van de genoemde verordening.

(4)

De eerste erkenning van Det Norske Veritas werd verleend aan de juridische entiteit DNV Classification AS, later omgedoopt tot DNV AS, die handelde onder de niet-operationele entiteit DNV Group AS, financieel gecontroleerd door de stichting Stiftelsen Det Norske Veritas („SDNV”) en gevestigd in Noorwegen.

(5)

De eerste erkenning van Germanischer Lloyd werd verleend aan de juridische entiteit Germanischer Lloyd AG, later opgericht als Germanischer Lloyd SE („GL SE”), die handelde onder de niet-operationele entiteit GL Group, financieel gecontroleerd door de holding Mayfair en gevestigd in Duitsland.

(6)

Op 10 juni 2013 ontving de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (3), waarbij SDNV in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de genoemde verordening de uitsluitende zeggenschap verkrijgt over GL SE en deze entiteit laat samengaan met haar dochteronderneming DNV Group AS, later omgedoopt tot DNV GL Group AS.

(7)

Op 15 juli 2013 heeft de Commissie op basis van artikel 6, lid 1, onder b), van de concentratieverordening een besluit vastgesteld om geen bezwaar aan te tekenen tegen de concentratie (zaak COMP/M.6885 — SDNV/Germanischer Lloyd) en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren.

(8)

De in Noorwegen gevestigde niet-operationele entiteit DNV GL Group AS trad in werking op 12 september 2013. De partijen lieten de Commissie weten dat de oude organisaties DNV AS en GL SE bleven bestaan en zelfstandig bleven werken onder de koepel van DNV GL Group AS conform hun respectieve regels, procedures en systemen totdat de gezamenlijke werkzaamheden van start gingen.

(9)

De eigendom van GL SE werd overgedragen aan DNV AS, later omgedoopt tot DNV GL AS. Op dat moment begonnen de gezamenlijke werkzaamheden en waren DNV GL AS en haar dochterondernemingen verantwoordelijk voor alle classificatie- en certificeringsactiviteiten binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 391/2009. DNV GL AS is daarom de relevante moederentiteit van alle juridische entiteiten die de erkende organisatie vormen en waaraan de erkenning moet worden verleend.

(10)

Omgekeerd is GL SE niet langer de relevante moedermaatschappij van de organisatie waarop de bepalingen van Verordening (EG) nr. 391/2009 van toepassing zijn. Daarom moet de erkenning krachtens artikel 4 van die verordening worden beëindigd.

(11)

Uit de informatie die de Commissie van de partijen heeft ontvangen, blijkt dat vanaf het begin van gezamenlijke operaties en totdat een gemeenschappelijk productiesysteem is ingevoerd, de huidige schepen en lopende projecten afzonderlijk moeten worden behandeld volgens de oude regels, procedures en systemen van respectievelijk DNV AS en GL SE. Functies en systemen moeten geleidelijk worden geïntegreerd om ervoor te zorgen dat de verplichtingen en criteria van Verordening (EG) nr. 391/2009 continu worden nageleefd.

(12)

De in deze verordening vastgestelde maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij Verordening (EG) nr. 2099/2002 van het Europees Parlement en de Raad (4) opgerichte Comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De houder van de erkenning die werd verleend aan Det Norske Veritas is, vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit, DNV GL AS, namelijk de moederentiteit van alle juridische entiteiten die de erkende organisatie vormen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 391/2009.

Door de eigendomsoverdracht van GL SE aan DNV GL AS wordt de erkenning van Germanischer Lloyd, die aanvankelijk was verleend aan GL SE, beëindigd.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 13 december 2013.

Voor de Commissie

Siim KALLAS

Vicevoorzitter


(1)  PB L 131 van 28.5.2009, blz. 11.

(2)  Richtlijn 94/57/EG van de Raad van 22 november 1994 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en voor de desbetreffende werkzaamheden van maritieme instanties (PB L 319 van 12.12.1994, blz. 20).

(3)  Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (de „EG-concentratieverordening”) (PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1).

(4)  Verordening (EG) nr. 2099/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 5 november 2002 betreffende de oprichting van het Comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (COSS) en houdende wijziging van de verordeningen op het gebied van maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (PB L 324 van 29.11.2002, blz. 1).