3.12.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 322/31


UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

van 19 november 2013

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2011/344/EU tot verlening van financiële bijstand van de Unie aan Portugal

(2013/703/EU)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 407/2010 van de Raad van 11 mei 2010 houdende instelling van een Europees financieel stabilisatiemechanisme (1), en met name artikel 3, lid 2,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 17 mei 2011 heeft de Raad Portugal, op verzoek van Portugal zelf, door middel van Uitvoeringsbesluit 2011/344/EU van de Raad (2) financiële bijstand verleend. Deze financiële bijstand werd verleend ter ondersteuning van een krachtig economisch en financieel hervormingsprogramma („het programma”) dat erop gericht is het vertrouwen te herstellen, de economie wederom op een duurzaam groeipad te brengen en de financiële stabiliteit in Portugal, de eurozone en de Unie te vrijwaren.

(2)

Overeenkomstig artikel 3, lid 10, van Uitvoeringsbesluit 2011/344/EU heeft de Commissie samen met het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en in samenspraak met de Europese Centrale Bank (ECB) tussen 16 september en 3 oktober 2013 voor de achtste en negende keer getoetst welke vorderingen de Portugese autoriteiten bij de uitvoering van de overeengekomen maatregelen op grond van het programma hebben gemaakt.

(3)

De reële groei van het bruto binnenlands product (bbp) op kwartaalbasis is in het tweede kwartaal van dit jaar wederom positief geworden en ook kortetermijnindicatoren duiden erop dat de economie de recessie geleidelijk te boven komt. Voorspeld wordt dat het reële bbp dit jaar met 1,8 % zal krimpen en in 2014 en 2015 met respectievelijk 0,8 % en 1,5 % zal groeien. De spanningen op de arbeidsmarkt zullen naar verwachting enigszins afnemen. Dat neemt echter niet weg dat de werkloosheidsgraad volgend jaar met 17,7 % vermoedelijk een hoogtepunt zal bereiken en daarna geleidelijk zal teruglopen. De macro-economische vooruitzichten zijn met grote onzekerheden omgeven omdat de duurzaamheid van het voor 2014 en 2015 voorspelde herstel afhankelijk is van positieve ontwikkelingen in het handelsverkeer en op de financiële markten, die kwetsbaar blijven.

(4)

Tot augustus 2013 heeft het overheidstekort op kasbasis een verbetering ter grootte van 0,6 procentpunt van het bbp (ongerekend uitzonderlijke factoren) laten zien in vergelijking met dezelfde periode in het voorafgaande jaar. De uitvoering van de begroting wordt ondersteund door een solide ontwikkeling van de belastingontvangsten en een strikt beheer van de meeste uitgavenposten. Er is echter een aantal afwijkingen geconstateerd in vergelijking met de budgettaire vooruitzichten van de zevende toetsing van de vorderingen die de Portugese autoriteiten bij de uitvoering van de overeengekomen maatregelen in het kader van het programma hebben gemaakt („de zevende toetsing”). Deze afwijkingen omvatten onder meer tegenvallers in verband met de herprogrammering van middelen van de Unie en het uitstel van de verkoop van een havenconcessie (eenmalige gebeurtenissen), alsook andere factoren, zoals de hoger dan verwachte bijdrage aan de Uniebegroting, de tegenvallende ontwikkeling van sommige niet-fiscale ontvangsten, de overdracht aan Griekenland van opbrengsten van Griekse obligaties in de beleggingsportefeuille van Banco de Portugal, de lager dan verwachte sociale bijdragen aan het pensioenstelsel van het overheidspersoneel en de uitgavenoverschrijdingen die met de loonsom en het intermediaire verbruik samenhangen. Aangenomen wordt dat het netto-effect van de afwijkingen, na de gebruikmaking van de voorlopige begrotingstoewijzingen (0,3 % van het bbp), het tekort voor 2013 met 0,5 % van het bbp zal doen toenemen. Daarnaast heeft ook een kapitaalinjectie in BANIF — Banco Internacional do Funchal, SA ter grootte van 0,4 % van het bbp het begrotingstekort doen oplopen, maar deze transactie dient niet in aanmerking te worden genomen in het kader van het programma.

(5)

De regering neemt thans corrigerende maatregelen om de in het programma vastgelegde tekortdoelstelling van 5,5 % van het bbp te halen; zo zijn in het bijzonder de voor het doen van investeringen beschikbare middelen teruggeschroefd en wordt het intermediaire verbruik van vakministeries nauwlettender gecontroleerd (0,1 % van het bbp). Voorts heeft de regering een eenmalige regeling voor de invordering van schulden uit hoofde van belastingen en socialezekerheidsbijdragen aangekondigd, waarmee naar verwachting inkomsten ten belope van 0,4 % van het bbp zullen worden geïnd en die vergezeld gaat van strengere straffen voor belastingfraudeurs.

(6)

Volgens de geactualiseerde begrotingsprojecties zou in 2013 een budgettaire inspanning (in de vorm van een verbetering van het structurele saldo) ter grootte van 0,5 % van het bbp worden geleverd, wat iets minder is dan de inspanning van 0,6 % van het bbp waarvan bij de zevende toetsing werd uitgegaan. De verwachte ondermaatse prestatie is hoofdzakelijk toe te schrijven aan vertragingen bij de uitvoering van het oorspronkelijk geplande consolidatiepakket en de gedeeltelijke vervanging daarvan door eenmalige maatregelen, terwijl er tegelijkertijd sprake was van onverwachte druk op de begrotingsreserves. De tragere uitvoering is te wijten aan tal van ondervonden problemen, onder meer de politieke crisis in juli en de herschikking van de regering die daar het gevolg van was, de uitdaging om te reageren op het arrest van het grondwettelijk hof van 29 augustus waarin sommige bepalingen van het wetsvoorstel voor een nieuw herkwalificatiesysteem ongrondwettelijk werden bevonden, alsook de technische moeilijkheden die bij de tenuitvoerlegging van bepaalde maatregelen, zoals met name de herziene socialezekerheidsbijdragen die op werkloosheids- en ziekte-uitkeringen boven een bepaald minimumniveau verschuldigd zijn, werden ondervonden naar aanleiding van de uitspraak van het grondwettelijk hof van 5 april 2013.

(7)

De regering heeft nogmaals bevestigd aan de tekortdoelstelling van 4 % van het bbp in 2014 te zullen vasthouden. In dit verband zij erop gewezen dat de regering consolidatiemaatregelen ter grootte van 2,3 % van het bbp heeft aangenomen. Deze maatregelen verhelpen ook een deel van de in 2013 voorgekomen ontsporingen waarvan overloopeffecten in 2014 zullen uitgaan. Het merendeel van de consolidatiemaatregelen is opgenomen in de ontwerpbegrotingswet, maar sommige maatregelen zijn aan de hand van specifieke wetgeving doorgevoerd. De maatregelen hebben voornamelijk een permanent karakter en bestaan hoofdzakelijk in uitgavenbesparingen. Algemeen genomen is de cumulatieve waarde van het vereiste consolidatiepakket om de voorgenomen budgettaire aanpassing te verwezenlijken, onveranderd gebleven in vergelijking met de zevende toetsing (ongeveer 4,7 miljard EUR aan permanente bezuinigingsmaatregelen in de periode 2013-2014 of 2,8 % van het bbp). Een deel van de consolidatie-inspanning is echter uitgesteld tot 2014 als gevolg van de bovenbeschreven vertragingen die zich in 2013 hebben voorgedaan.

(8)

Voor het leeuwendeel van de in 2014 te leveren consolidatie-inspanningen, ongeveer 1,8 % van het bbp, zou worden uitgegaan van de resultaten van de overheidsuitgaventoets, die tijdens het afgelopen jaar is uitgevoerd met de bedoeling de billijkheid en de efficiëntie van de sociale overdrachten en de verlening van openbare diensten te verhogen. Het effect van de op grond van de overheidsuitgaventoets genomen maatregelen zal zich voornamelijk op de volgende drie hoofdterreinen laten gevoelen: 1) beperking van de personeelsuitgaven in de overheidssector door het inkrimpen van het overheidspersoneelsbestand en door het verschuiven van de samenstelling ervan naar hogergeschoolde medewerkers toe, waarbij het arbeidsreglement van de overheidssector wordt gelijkgetrokken met dat van de privésector en het beloningsbeleid transparanter wordt gemaakt en meer aan verdienste wordt gekoppeld; 2) hervorming van de pensioenen, en 3) sectorale uitgavenverminderingen voor alle vakministeries en programma’s.

(9)

Om de negatieve overloopeffecten van de uitvoering van de begroting voor 2013 te compenseren en de tekortdoelstelling van 4 % van het bbp te verwezenlijken, dient het uit de overheidsuitgaventoets resulterende pakket te worden aangevuld met andere permanente maatregelen (ter grootte van 0,4 % van het bbp) die erop gericht zijn de billijkheid en efficiëntie van de huidige belasting- en uitkeringsstructuur verder te verhogen. Bovendien zal een aantal eenmalige maatregelen ter waarde van 0,2 % van het bbp worden genomen, waarmee de kosten die uit de eenmalige voorafbetalingen als gevolg van de invoering van een op onderling overleg gebaseerde afvloeiingsregeling in de overheidssector voortvloeien, ruimschoots worden geneutraliseerd.

(10)

Verwacht wordt dat de schuldquote in 2013 een piek van 127,8 % zal bereiken en vervolgens zal teruglopen. De opwaartse herziening in vergelijking met de zevende toetsing is toe te schrijven aan de correctie van de gegevens voor 2012 over de schuld, die thans iets hoger ligt, en aan het feit dat sommige transacties om de schuld op korte termijn terug te dringen, niet hebben plaatsgevonden. Meer in het bijzonder wordt er momenteel van uitgegaan dat het fonds tot stabilisatie van de sociale zekerheid zijn portefeuille Portugese overheidsobligaties in een geleidelijker tempo zal uitbreiden en dat de overheidsschulden aan Parpublica hoger zullen uitvallen dan eerder is aangenomen totdat het nieuwe ESR 2010 in werking treedt en de status van de maatschappij is bepaald. Bovendien wordt verwacht dat het kassaldo van de Schatkist aan het einde van het jaar (ongeveer 4 miljard EUR) hoger zal uitvallen dan eerder is aangenomen.

(11)

Het proces van budgettaire aanpassing wordt geflankeerd door een reeks structurele begrotingsmaatregelen om de overheidsuitgaven beter onder controle te krijgen en de inning van de ontvangsten te verbeteren. Meer in het bijzonder wordt het begrotingskader op het niveau van zowel de centrale, de regionale als de lokale overheid middels een ingrijpende hervorming in overeenstemming gebracht met de beste praktijken op het gebied van het beheer van de overheidsfinanciën. Het systeem voor de uitoefening van controle op nieuwe verplichtingen werpt vruchten af, maar de uitvoering ervan moet nauwlettend worden gemonitord om ervoor te zorgen dat de verbintenissen door de beschikbare financiering worden gedekt. De hervormingen van de overheidsdiensten worden voortgezet met het oog op de modernisering en rationalisering van het ambtenarenapparaat en de overheidsentiteiten. De bij de hervorming van het ontvangstenbeheer geboekte vooruitgang werkt een nauwlettendere monitoring en een betere naleving van de regels op dit gebied in de hand. Bij de heronderhandelingen over de publiek-private partnerschappen (PPP’s) zijn goede vorderingen gemaakt en voor 2013 en latere jaren worden significante besparingen verwacht. De staatsbedrijven hebben eind 2012 gemiddeld genomen een operationeel evenwicht bereikt en er zijn aanvullende hervormingen gepland om een nieuwe verslechtering van hun resultaten te vermijden. Ook de hervormingen in de gezondheidszorg leveren flinke besparingen op en liggen nog in grote lijnen op koers.

(12)

De kapitaalratio’s van de banken zijn het afgelopen jaar sterk gestegen, waardoor deze in staat waren om aan de door de Europese Bankautoriteit voorgeschreven kapitaalbuffers te voldoen en de doelstelling van een Tier 1-kernkapitaalratio van 10 % te halen. Deze kapitaalbuffer blijft ook toereikend voor alle banken wanneer deze wordt getoetst aan de nieuwe voorschriften van de Richtlijn Kapitaalvereisten IV voor de evaluatie van het eigen vermogen van banken. Deze nieuwe kapitaalvoorschriften zullen vanaf januari 2014 van toepassing zijn. De Banco de Portugal is momenteel een overgangsstrategie aan het uitstippelen voor de invoering van de Richtlijn Kapitaalvereisten IV. De indicatieve doelstelling om uiterlijk in 2014 een ratio kredieten/deposito’s van 120 % te realiseren, zal waarschijnlijk worden gehaald; sommige banken bevinden zich overigens reeds onder deze drempelwaarde. De inspanningen om de financieringsbronnen voor het bedrijfsleven te diversifiëren, worden geïntensiveerd. Uitgaande van de recente externe audit van de bestaande, door de overheid gewaarborgde kredietlijnen en van een reeks beleidsaanbevelingen hebben de autoriteiten een plan ingediend met maatregelen die erop gericht zijn de resultaten en de governance van die instrumenten te verbeteren. Dit instrumentarium voor crisisbeheersing wordt gefinaliseerd. Het bankenafwikkelingsfonds werkt, bevoegdheden inzake vroegtijdige interventie zijn ingesteld en de herkapitalisatiewet wordt gewijzigd zodat deze de Aanbeveling van de Commissie inzake de toepassing, met ingang van 1 augustus 2013, van de staatsteunregels op maatregelen ter ondersteuning van banken in het kader van de financiële crisis (3) weerspiegelt.

(13)

Er is verdere vooruitgang geboekt bij het doorvoeren van structurele hervormingen ter bevordering van de groei en het concurrentievermogen. Op 1 oktober 2013 is een nieuwe verlaging van de ontslagvergoedingen in werking getreden en zijn er twee compensatiefondsen opgericht die zullen instaan voor een deel van de financiering van ontslagvergoedingen. Er zijn verdere stappen ondernomen om het actieve arbeidsmarktbeleid te versterken. Ook zijn aanvullende maatregelen genomen met betrekking tot het onderwijs, waar algemeen genomen bevredigende vooruitgang is geboekt.

(14)

De tenuitvoerlegging van Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad (4) die erop gericht is de toetredingsdrempels te verlagen en de concurrentie en de economische bedrijvigheid te stimuleren door het in het kader van de verschillende economische regelingen voor nieuwe partijen gemakkelijker te maken om de markt te betreden, verloopt in een goed tempo en de richtlijn is thans bijna volledig in nationaal recht omgezet. De kaderwet ter verbetering van de werking van de gereglementeerde beroepen met een beroepsorganisatie is aangenomen en de herziening van de statuten van de betrokken achttien beroepen is de volgende stap in de voltooiing van deze hervorming. De kaderwet met de belangrijkste beginselen inzake de werking van de voornaamste nationale regelgevende instanties, die een grote mate van onafhankelijkheid en autonomie zullen krijgen, is reeds in werking getreden en de statuten van de diverse sectorale toezichthouders zullen weldra worden goedgekeurd. De tenuitvoerlegging van de maatregelen om de energietariefschuld te verminderen, heeft weliswaar vertraging opgelopen, maar de regering heeft onlangs een nieuwe heffing voorgesteld om dit voor een deel op te vangen. Er zijn een aantal wetgevingsmaatregelen goedgekeurd die erop gericht zijn de vergunningsprocedures te versoepelen en andere administratieve lasten te verlichten, zoals het voorstel voor een nieuwe basiswet voor bodembeheer, ruimtelijke ordening en stedenbouw.

(15)

Er moeten nog verdere vorderingen worden gemaakt om te komen tot een duurzamere transportsector die open staat voor concurrentie. De financiële situatie van de beheerder van de spoorweginfrastructuur is enigszins verbeterd, maar er moeten aanzienlijke extra inspanningen worden geleverd opdat deze uiterlijk in 2015 een exploitatie-evenwicht bereikt. Voorts moet meer vaart worden gezet achter de havenhervormingen.

(16)

Er is een aantal aanvullende maatregelen genomen ter verbetering van de liquiditeitssituatie in het bedrijfsleven, en met name in kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s).

(17)

De hervormingen van het rechtssysteem zijn bijna voltooid. Er is vooruitgang geboekt bij het verkleinen van de achterstand in de behandeling van rechtszaken, terwijl essentiële hervormingen, zoals de geografische reorganisatie van de rechtbankdistricten en de herziening van het wetboek van burgerlijk procesrecht, geheel of bijna geheel zijn doorgevoerd. Het is niettemin noodzakelijk dat een voortdurende verbetering van de werking van het rechtssysteem wordt nagestreefd — hetgeen van essentieel belang is voor een goed en eerlijk functioneren van de economie — door: i) toe te zien op een doeltreffende en tijdige handhaving van overeenkomsten en mededingingsregels; ii) de efficiëntie te verhogen door het rechtssysteem te herstructureren en nieuwe beheermodellen voor de rechtbanken in te voeren; iii) verder werk te maken van een snellere procesvoering in rechtszaken (met inbegrip van fiscale rechtszaken).

(18)

In het licht van deze ontwikkelingen, dient Uitvoeringsbesluit 2011/344/EU te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 3 van Uitvoeringsbesluit 2011/344/EU worden de leden 7, 8 en 9 vervangen door:

„7.   In lijn met de bepalingen van het memorandum van overeenstemming neemt Portugal in de loop van 2013 de volgende maatregelen:

a)

in 2013 mag het overheidstekort niet hoger zijn dan 5,5 % van het bbp. Voor de berekening van dit tekort wordt geen rekening gehouden met de mogelijke budgettaire kosten van maatregelen ter ondersteuning van het bankwezen in de context van de strategie van de Portugese overheid met betrekking tot de financiële sector. Er wordt gedurende de rest van het jaar strikt de hand gehouden aan de consolidatiemaatregelen die in de begroting voor 2013 en in de aanvullende begroting zijn opgenomen. Voorts treft de regering aanvullende corrigerende maatregelen ingeval er zich verdere ontsporingen bij de uitvoering van de begroting voordoen;

b)

Portugal gaat door met de uitvoering van zijn privatiseringsprogramma;

c)

Portugal voltooit de tenuitvoerlegging van de strategie van het gebruik van gedeelde diensten in het overheidsapparaat;

d)

Portugal gaat door met de reorganisatie en rationalisatie van het ziekenhuisnetwerk via een specialisatie, concentratie en afslanking van ziekenhuisdiensten, en via een gezamenlijk beheer en gezamenlijke exploitatie van ziekenhuizen en Portugal ziet erop toe dat het meerjarige actieplan voor de reorganisatie van de ziekenhuizen wordt uitgevoerd;

e)

na de goedkeuring van de wijzigingen in de nieuwe stedelijke huurwet nr. 6/2006 en het decreet waarmee de administratieve procedure voor renovaties wordt vereenvoudigd, verricht Portugal een diepgaande evaluatie van de werking van de woningmarkt;

f)

Portugal zet een landelijk kadaster op op basis waarvan de baten en lasten van de uitvoering van de stadsplanning in gelijkere mate kunnen worden verdeeld;

g)

Portugal formuleert en implementeert, met inachtneming van de uitspraak van het grondwettelijk hof van 26 september 2013, alternatieve opties voor de hervorming van de arbeidsmarkt die eenzelfde effect sorteren als de maatregelen die het grondwettelijk hof in die uitspraak ongrondwettelijk heeft verklaard;

h)

Portugal bevordert loonontwikkelingen die stroken met de doelstelling om de werkgelegenheidsschepping te stimuleren en het concurrentievermogen van het bedrijfsleven te verbeteren teneinde macro-economische onevenwichtigheden te corrigeren. Tijdens de programmaperiode gaan de minimumlonen pas omhoog als dat in het licht van economische en arbeidsmarktontwikkelingen gerechtvaardigd is;

i)

Portugal blijft de efficiëntie van het actieve arbeidsmarktbeleid verhogen in het licht van de resultaten van het evaluatieverslag en het actieplan ter verbetering van de werking van de overheidsdienst voor arbeidsvoorziening;

j)

Portugal gaat door met de tenuitvoerlegging van de in zijn actieplannen vastgestelde maatregelen om de kwaliteit van het secundair onderwijs en het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding te verbeteren — waarbij de regering met name plannen presenteert om het financieringskader van scholen doeltreffender te maken — en de referentieberoepsscholen worden opgericht;

k)

Portugal neemt de nog in behandeling zijnde sectorale wijzigingen aan die nodig zijn voor een volledige omzetting van de Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad (5);

l)

de regering legt de gewijzigde statuten van de beroepsorganisaties aan het Portugese parlement voor;

m)

Portugal hecht zijn goedkeuring aan de overeenkomstige wijzigingen in de statuten van de nationale regelgevende instanties;

n)

Portugal publiceert kwartaalverslagen over invorderingspercentages, de duur en kosten van bedrijfsinsolventiezaken, de duur en kosten van belastingzaken en het afwikkelingspercentage van handhavingszaken;

o)

Portugal verbetert het ondernemingsklimaat door de nog lopende hervormingen te voltooien om de administratieve lasten terug te dringen (volledige operationele één-loketten bepaald in Richtlijn 2006/123/EG en projecten tot afschaffing van vergunningen), en door de bestaande vergunningsprocedures, voorschriften en andere administratieve lasten in de economie die de ontwikkeling van economische activiteiten sterk belemmeren, verder te vereenvoudigen;

p)

Portugal voltooit de hervorming van het bestuursstelsel voor de havens, waarbij onder meer tot een grondige herziening van de havenexploitatieconcessies wordt overgegaan;

q)

Portugal legt de maatregelen ten uitvoer die erop gericht zijn de werking van de post- en telecommunicatiesectoren te verbeteren;

r)

Portugal legt de maatregelen om de werking van het vervoerssysteem te verbeteren, ten uitvoer;

s)

Portugal voert de maatregelen uit die een einde maken aan de energietariefschuld;

t)

Portugal zorgt ervoor dat het nieuwe juridische en institutionele PPP-kader wordt toegepast en dat over de PPP-wegcontracten verder wordt onderhandeld conform het door de regering gepresenteerde strategische plan en de herziening van het regelgevingskader om, inzonderheid in 2013, substantiële budgettaire opbrengsten te verkrijgen;

u)

Portugal blijft focussen op maatregelen om belastingfraude en belastingontwijking te bestrijden en om tot een betere naleving van de wetgeving door de belastingplichtigen te komen.

8.   In lijn met de bepalingen van het memorandum van overeenstemming neemt Portugal in de loop van 2014 de volgende maatregelen:

a)

in 2014 mag het overheidstekort niet hoger zijn dan 4 % van het bbp. Voor de berekening van dit tekort wordt geen rekening gehouden met de mogelijke budgettaire kosten van maatregelen ter ondersteuning van het bankwezen in de context van de strategie van de Portugese overheid met betrekking tot de financiële sector. Om dat doel te bereiken, presenteert Portugal, in de eerste plaats in de begrotingswet 2014, consolidatiemaatregelen ter waarde van 2,3 % van het bbp. De maatregelen hebben hoofdzakelijk een permanent karakter en nemen voornamelijk de vorm aan van uitgavenbesparingen;

b)

het consolidatiepakket bouwt voort op de uitgavenverminderende maatregelen die in het kader van de overheidsuitgaventoets zijn uitgewerkt. Deze maatregelen vertegenwoordigen in totaal 1,8 % van het bbp in 2014 en omvatten onder meer:

i)

een beperking van de personeelsuitgaven in de overheidssector door het personeelsbestand van de overheidssector in te krimpen en door de samenstelling ervan naar hogergeschoolde medewerkers toe te wijzigen, met name door middel van een herkwalificatieprogramma en een vrijwillige afvloeiingsregeling, een verdere convergentie van de arbeidsregels van de overheidssector en de privésector (waarbij onder meer de arbeidstijd wordt verlengd en de vakantierechten worden gereduceerd), alsook de invoering van een gemeenschappelijke loonschaal en de stroomlijning van de loontoeslagen. De bijdragen van degenen die bij de bijzondere ziekteverzekeringsregelingen zijn aangesloten, worden verhoogd, wat de billijkheid en de efficiëntie van de overheidsuitgaven mede in de hand zal werken;

ii)

hervormingen van het pensioenstelsel door de wettelijke pensioenleeftijd te verhogen via het aanbrengen van wijzigingen in de houdbaarheidsfactor, door de regels die in het kader van de pensioenregeling van de ambtenaren en in het kader van het algemene pensioenstelsel voor de berekening van de pensioenuitkeringen worden gehanteerd, gelijk te trekken en tegelijkertijd de uitkeringen onder de minimumdrempels te beschermen, en door de nabestaandenpensioenen in het kader van zowel de pensioenregeling van de ambtenaren als het algemene pensioenstelsel te stroomlijnen in gevallen waarin er sprake is van cumulatie met andere pensioenen, en

iii)

besparingen op het intermediaire verbruik en de uitgavenprogramma’s van alle vakministeries. In het licht van politieke en juridische risico’s kunnen sommige van de maatregelen geheel of gedeeltelijk door andere maatregelen van gelijke omvang en strekking worden vervangen;

c)

het uit de overheidsuitgaventoets resulterende pakket wordt aangevuld met andere permanente maatregelen aan de ontvangstenzijde (ter grootte van 0,4 % van het bbp) die erop gericht zijn de billijkheid en efficiëntie van de huidige belasting- en uitkeringsstructuur verder te verhogen. Meer in het bijzonder wordt de belastingheffing op met bedrijfswagens samenhangende uitgaven opgetrokken en wordt de belastingheffing uit milieu- en gezondheidsoverwegingen verbeterd door wijzigingen aan te brengen in de belasting van dieselpersonenauto’s en door de accijnzen op tabak en alcoholische dranken op te trekken. De aan pensioen- en vastgoedfondsen verleende vrijstellingen van onroerendgoedbelasting worden verminderd. De voor socialezekerheidsbijdragen van leden van publiekrechtelijke lichamen geldende maxima worden afgeschaft. Aan de energiesector wordt een bijzondere heffing opgelegd om een rem te zetten op de buitensporige winsten van deze sector. Een deel van de opbrengsten van deze heffing wordt aangewend om de tariefschuld terug te dringen. Er worden vergunningen voor online kansspelen verkocht met het oog op de regularisatie van deze markt en er worden tevens belastingen op deze activiteit geheven. Voorts wordt een bijzondere mediaspectrumvergoeding ingevoerd en wordt de heffing op financiële instellingen opgetrokken. Daarnaast wordt een aantal eenmalige maatregelen getroffen die ruimschoots de kosten dekken die voortvloeien uit de eenmalige voorafbetalingen als gevolg van de invoering van de op onderling overleg gebaseerde afvloeiingsregeling in de overheidssector. Deze maatregelen omvatten onder meer de overdracht van het CTT-ziekenfonds aan de overheidssector, de verkoop van een havenconcessie en van siloconcessies, alsook bijzondere opbrengsten van de verkoop van overtollige oliereserves van een overheidsbedrijf;

d)

Portugal dient een verslag in met de volgende bedoelingen:

i)

overlappingen van diensten en bevoegdheden en andere oorzaken van inefficiënties tussen de centrale en de lokale overheidsniveaus signaleren, en

ii)

het netwerk van gedecentraliseerde diensten van ministeries te reorganiseren door in de eerste plaats het netwerk van de Lojas do Cidadão (één-loketten voor overheidsdiensten en nutsvoorzieningen) stroomlijnen en daarnaast andere strategieën ontwikkelen, zodat efficiëntere geografische gebieden worden bestreken en intensiever van gedeelde diensten en digitale overheidsdiensten wordt gebruikgemaakt;

e)

Portugal gaat door met de reorganisatie en rationalisatie van het ziekenhuisnetwerk via een specialisatie, concentratie en afslanking van ziekenhuisdiensten, en via een gezamenlijk beheer en gezamenlijke exploitatie van ziekenhuizen en Portugal ziet erop toe dat het meerjarige actieplan voor de reorganisatie van de ziekenhuizen wordt uitgevoerd;

f)

Portugal voert het plan uit om een onafhankelijk logistiek bedrijf voor gas en elektriciteit in het leven te roepen;

g)

Portugal legt de maatregelen ten uitvoer die erop gericht zijn de werking van het vervoerssysteem te verbeteren;

h)

Portugal evalueert het effect van het facultatieve btw-boekhoudsysteem op kasbasis;

i)

Portugal verricht een inventaris en een analyse van de kosten van regelgeving waarvan naar alle waarschijnlijkheid een groter effect op de economische activiteit zal uitgaan.

9.   Teneinde het vertrouwen in de financiële sector te herstellen, streeft Portugal ernaar een toereikend kapitaalniveau in zijn banksector te handhaven en een ordelijk deleveragingproces te waarborgen met inachtneming van de in het memorandum van overeenstemming vastgestelde termijnen. In dat verband legt Portugal de met de Commissie, de ECB en het IMF overeengekomen strategie voor de Portugese banksector ten uitvoer, zodat de financiële stabiliteit wordt gevrijwaard. Portugal neemt in het bijzonder de volgende maatregelen:

a)

toezicht houden op de overgang van de banken naar de nieuwe kapitaalvoorschriften, zoals neergelegd in de Richtlijn Kapitaalvereisten IV, en ervoor zorgen dat de kapitaalbuffers berekend blijven op het problematische bancaire bedrijfsklimaat;

b)

de banken adviseren om hun zekerhedenbuffers duurzaam te versterken;

c)

zorgen voor een evenwichtige en ordelijke deleveraging van de banksector, hetgeen van kritiek belang blijft voor het permanent opheffen van financieringsonevenwichtigheden en verminderen van de afhankelijkheid van Eurosysteem-financiering op middellange termijn. De financierings- en kapitaalplannen voor banken worden elk kwartaal getoetst;

d)

bevorderen van de diversificatie van financieringsalternatieven voor het bedrijfsleven, en met name de kmo’s, middels een waaier van maatregelen waarmee wordt beoogd de toegang ervan tot de kapitaalmarkten te verbeteren;

e)

de stroomlijning van de in overheidshanden zijnde CGD-groep voortzetten;

f)

uitbesteden van het beheer van de momenteel door Parvalorem in portefeuille gehouden BPN-kredieten aan ondernemingen die volgens een aanbestedingsprocedure zijn geselecteerd en die de opdracht hebben de activa geleidelijk te recupereren en er zorg voor dragen dat de dochterondernemingen en de activa van de overige twee openbare special purpose vehicles tijdig worden afgestoten;

g)

op grond van de voorstellen ter bevordering van de diversificatie van financieringsalternatieven voor het bedrijfsleven, oplossingen uitwerken en uitvoeren die het bedrijfsleven financieringsalternatieven voor de traditionele bankkredieten bieden en op basis van de uitkomsten van de recente externe audit en van de gepresenteerde routekaart nagaan in hoeverre de resultaten en de governance van de bestaande, door de overheid gewaarborgde kredietlijnen kunnen worden verbeterd;

h)

herstelplannen van banken analyseren en richtsnoeren aan het bankwezen geven in verband met herstelplannen, en tevens afwikkelingsplannen opstellen op basis van de door de banken ingediende verslagen. De regering zal bij het Portugese parlement de nodige wijzigingen in de herkapitalisatiewet indienen waarin de mededeling van de Commissie betreffende de toepassing, met ingang van 1 augustus 2013, van de staatssteunregels op maatregelen ter ondersteuning van banken in het kader van de financiële crisis, wordt weerspiegeld;

i)

implementeren van een kader op grond waarvan financiële instellingen tot buitengerechtelijke herstructurering van de schulden van huishoudens kunnen overgaan, zorgen voor een soepele toepassing van het kader voor de herstructurering van de schulden van bedrijven, en uitvoeren van een actieplan om meer bekendheid te geven aan de herstructureringsinstrumenten;

j)

opstellen van kwartaalverslagen over de tenuitvoerlegging van de nieuwe herstructureringsinstrumenten; op basis van de recentelijk gehouden enquête alternatieven verkennen om de kans op een succesvol herstel te vergroten van ondernemingen die tot de PER (de bijzondere revitaliseringsprocedure voor ondernemingen in ernstige financiële nood) en de SIREVE (het herstelsysteem voor ondernemingen middels buitengerechtelijke akkoorden voor ondernemingen in een moeilijke economische situatie of dreigende of feitelijke insolventie) toetreden.

Artikel 2

Dit besluit wordt van kracht op de dag van de kennisgeving ervan.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de Portugese Republiek.

Gedaan te Brussel, 19 november 2013.

Voor de Raad

De voorzitter

L. LINKEVIČIUS


(1)  PB L 118 van 12.5.2010, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsbesluit 2011/344/EU van de Raad van 17 mei 2011 tot verlening van financiële bijstand van de Unie aan Portugal (PB L 159 van 17.6.2011, blz. 88).

(3)  PB C 216 van 30.7.2013, blz. 1.

(4)  Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (PB L 376 van 27.12.2006, blz. 36).

(5)  Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (PB L 376 van 27.12.2006, blz. 36).”.