10.6.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 145/25


VERORDENING (EG) Nr. 484/2009 VAN DE COMMISSIE

van 9 juni 2009

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1975/2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad met betrekking tot de toepassing van controleprocedures en van de randvoorwaarden in het kader van de steunmaatregelen voor plattelandsontwikkeling

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (1), en met name op artikel 51, lid 4, artikel 74, lid 4, en artikel 91,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In verband met de wijzigingen die zijn aangebracht in Verordening (EG) nr. 796/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de randvoorwaarden, de modulatie en het geïntegreerd beheers- en controlesysteem waarin is voorzien bij de Verordeningen (EG) nr. 1782/2003 en (EG) nr. 73/2009 van de Raad, en inzake de randvoorwaarden waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad (2), moeten de verwijzingen naar die verordening die zijn opgenomen in Verordening (EG) nr. 1975/2006 van de Commissie (3), worden geactualiseerd.

(2)

Voorts is Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1782/2003 (4) van toepassing sinds 1 januari 2009. Verordening (EG) nr. 1975/2006 moet derhalve worden aangepast om te zorgen voor de nodige verwijzingen naar Verordening (EG) nr. 73/2009.

(3)

Blijkens de ervaring zijn er in Verordening (EG) nr. 1975/2006 enerzijds leemten en anderzijds achterhaalde bepalingen die met het oog op een correct begrip en de coherentie van de tekst moeten worden aangevuld, respectievelijk geschrapt.

(4)

Sommige bepalingen van Verordening (EG) nr. 796/2004 zoals de in artikel 23 bis opgenomen bepalingen op grond waarvan controles ter plaatse mogen worden aangekondigd, de in artikel 68 opgenomen bepalingen waarbij uitzonderingen op de toepassing van kortingen en uitsluitingen zijn vastgesteld, en de in artikel 71, lid 2, opgenomen bepalingen dienen algemeen van toepassing te worden verklaard voor de doeleinden van Verordening (EG) nr. 1698/2005.

(5)

Duidelijkheidshalve dient ten behoeve van de toepassing van de in deel II, titel I, van Verordening (EG) nr. 1975/2006 vastgestelde controlevoorschriften inzake plattelandsontwikkelingssteun voor bepaalde maatregelen van as 2 en van as 4 te worden verwezen naar de in Verordening (EG) nr. 796/2004 opgenomen definitie van en beginselen met betrekking tot percelen landbouwgrond.

(6)

Wat de controles ter plaatse inzake de in artikel 36, onder a), iv), van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bedoelde maatregel betreft, dient te worden verduidelijkt dat het vereiste minimum van 5 % moet worden bereikt op het niveau van de maatregel.

(7)

Blijkens de ervaring moeten sommige bepalingen worden verduidelijkt, vooral op het gebied van de kortingen bij een te hoge opgave voor bepaalde oppervlakte- of diergebonden maatregelen en de cumulatie van kortingen.

(8)

Op sommige plaatsen waar met betrekking tot het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) sprake is van het ELFPO-jaar, dient „ELFPO-jaar” duidelijkheidshalve te worden veranderd in „kalenderjaar”.

(9)

De in Verordening (EG) nr. 1975/2006 opgenomen bepalingen betreffende de selectie van de steekproef voor controles op de naleving van de randvoorwaarden moeten opnieuw worden geformuleerd om rekening te houden met het gewijzigde artikel 45 van Verordening (EG) nr. 796/2004, en ook moet een nieuwe werkwijze worden toegevoegd om het controlesysteem doeltreffender te maken.

(10)

Met het oog op een samenhangende toepassing van de kortingen in het geval van nalatigheid of van een opzettelijke niet-naleving is het nodig aan te geven tot welk terrein van de randvoorwaarden de in artikel 39, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 genoemde minimumeisen inzake het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen moeten worden gerekend.

(11)

De volgorde waarin de kortingen moeten worden toegepast in het geval dat in het kader van de controle op de naleving van de randvoorwaarden sprake is van een cumulatie van kortingen, dient te worden gewijzigd om voor een logischere opeenvolging te zorgen.

(12)

Opdat ook in het geval van de niet-oppervlaktegebonden of diergebonden maatregelen verslag zal worden gedaan over de controles ter plaatse, dient te worden bepaald dat een controleverslag moet worden opgesteld over de controles ter plaatse die betrekking hebben op de steun voor as 1 en as 3 en voor bepaalde maatregelen van as 2 en van as 4.

(13)

Blijkens de ervaring moeten de voorschriften inzake de jaarlijkse mededelingen worden verduidelijkt.

(14)

Gegevens over de resultaten van welke soorten van controles dan ook moeten beschikbaar worden gesteld aan alle betaalorganen die met het beheer van de verschillende steunregelingen zijn belast, zodat die betaalorganen tegelijkertijd randvoorwaarden- en subsidiabiliteitskortingen kunnen toepassen wanneer daar volgens de bevindingen reden voor is.

(15)

Verordening (EG) nr. 1975/2006 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(16)

Om de lidstaten voldoende tijd te geven voor de aanpassing van hun controleprocedures en om de boekhoudproblemen te voorkomen die zich zouden kunnen voordoen als de onderhavige verordening in het midden van het jaar van toepassing wordt, moet worden bepaald dat de onderhavige verordening van toepassing is met ingang van 1 januari 2010. Evenwel dient, ter wille van de rechtszekerheid, de op artikel 138, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1973/2004 van de Commissie van 29 oktober 2004 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad met betrekking tot de bij de titels IV en IV bis van die verordening ingestelde steunregelingen en het gebruik van braakgelegde grond voor de productie van grondstoffen (5) gebaseerde afwijking betreffende de kortingen die geldt voor de begunstigden in de lidstaten die de regeling inzake één enkele areaalbetaling toepassen, te worden gehandhaafd voor de steunaanvragen voor het kalenderjaar 2009.

(17)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor plattelandsontwikkeling,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1975/2006 wordt als volgt gewijzigd:

1.

Artikel 2 komt als volgt te luiden:

„Artikel 2

Toepassing van Verordening (EG) nr. 796/2004

Onverminderd de specifieke bepalingen van de onderhavige verordening, zijn de artikelen 5, 22 en 23, artikel 23 bis, lid 1, de artikelen 68 en 69, artikel 71, lid 2, en artikel 73 van Verordening (EG) nr. 796/2004 van overeenkomstige toepassing.”.

2.

Artikel 7 komt als volgt te luiden:

„Artikel 7

Toepassing van Verordening (EG) nr. 796/2004

In het kader van deze titel zijn artikel 2, punten 10, 22 en 23, artikel 9, artikel 14, lid 1 bis, en de artikelen 18 en 21 van Verordening (EG) nr. 796/2004 van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2, lid 1 bis, artikel 6, lid 1, en artikel 8, lid 1, van Verordening (EG) nr. 796/2004 zijn eveneens van overeenkomstige toepassing. Voor de in artikel 36, onder b), iii), iv) en v), van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bedoelde maatregelen kunnen de lidstaten evenwel passende alternatieve systemen vaststellen voor de unieke identificatie van de grond waarop de steun betrekking heeft.”.

3.

In artikel 8 komt lid 3 als volgt te luiden:

„3.   Artikel 11, lid 3, en de artikelen 12, 15 en 20 van Verordening (EG) nr. 796/2004 zijn van overeenkomstige toepassing voor de betalingsaanvragen in het kader van de onderhavige titel. De betalingsaanvraag bevat de in artikel 12, lid 1, onder d), van die verordening bedoelde gegevens ook voor geen landbouwgrond zijnde grond waarvoor steun wordt aangevraagd.”.

4.

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 komt als volgt te luiden:

„1.   Het totale aantal controles ter plaatse die verband houden met de in een bepaald kalenderjaar ingediende betalingsaanvragen, betreft ten minste 5 % van alle begunstigden die een verbintenis moeten nakomen in het kader van één of meer van de onder deze titel vallende maatregelen. In het geval van de in artikel 36, onder a), iv), van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bedoelde maatregel moet evenwel op het niveau van de maatregel aan deze minimumeis worden voldaan.

Aanvragers van wie de aanvraag blijkens de administratieve controles niet aan de subsidiabiliteitscriteria voldoet, maken geen deel uit van het totale aantal begunstigden zoals bedoeld in de eerste alinea.”;

b)

lid 3 komt als volgt te luiden:

„3.   De in lid 1, eerste alinea, van het onderhavige artikel bedoelde steekproef voor controles wordt geselecteerd overeenkomstig artikel 27 van Verordening (EG) nr. 796/2004.”.

5.

Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:

a)

de leden 1 en 2 komen als volgt te luiden:

„1.   De grondslag voor de berekening van de steun in het kader van de oppervlaktegebonden maatregelen wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 50, leden 1, 3 en 7, van Verordening (EG) nr. 796/2004.

Voor de toepassing van het onderhavige artikel worden de door een begunstigde aangegeven oppervlakten waarvoor in het kader van een bepaalde oppervlaktegebonden maatregel de hoogte van de ontvangen steun dezelfde is, als één gewasgroep beschouwd. Worden degressieve steunbedragen gebruikt, dan wordt evenwel het gemiddelde van die waarden voor de respectieve aangegeven oppervlakten in aanmerking genomen.

Indien voor de subsidiabele oppervlakte een bovengrens of een maximum is vastgesteld, wordt het in de steunaanvraag vermelde aantal hectaren tot die bovengrens of dat maximum verlaagd.

2.   Indien de met het oog op betaling voor de betrokken gewasgroep aangegeven oppervlakte groter is dan de overeenkomstig artikel 50, lid 3, van Verordening (EG) nr. 796/2004 geconstateerde oppervlakte, wordt de steun berekend op basis van de geconstateerde oppervlakte, verminderd met tweemaal het verschil indien dat verschil meer dan 3 % van de geconstateerde oppervlakte of meer dan twee hectare, maar niet meer dan 20 % van de geconstateerde oppervlakte bedraagt.

Bedraagt het verschil meer dan 20 % van de geconstateerde oppervlakte, dan wordt voor de betrokken gewasgroep geen steun toegekend.

Bedraagt het verschil meer dan 50 %, dan wordt de begunstigde nogmaals van het ontvangen van steun uitgesloten tot het verschil tussen de aangegeven oppervlakte en de overeenkomstig artikel 50, lid 3, van Verordening (EG) nr. 796/2004 geconstateerde oppervlakte.”;

b)

lid 3 wordt geschrapt;

c)

lid 4 komt als volgt te luiden:

„4.   In afwijking van lid 2 en lid 3, eerste alinea, van het onderhavige artikel geldt voor de begunstigden in de lidstaten die de bij artikel 122 van Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad (6) vastgestelde regeling inzake één enkele areaalbetaling toepassen, dat in het geval dat voor de steunaanvragen voor het kalenderjaar 2009 het verschil tussen de aangegeven oppervlakte en de geconstateerde oppervlakte meer dan 3 % maar niet meer dan 30 % van de geconstateerde oppervlakte bedraagt, het toe te kennen bedrag met tweemaal het vastgestelde verschil wordt verlaagd.

Bedraagt het verschil meer dan 30 % van de geconstateerde oppervlakte, dan wordt voor het kalenderjaar 2009 geen steun toegekend.

d)

de leden 5 en 6 komen als volgt te luiden:

„5.   Indien een verschil tussen de aangegeven oppervlakte en de overeenkomstig artikel 50, lid 3, van Verordening (EG) nr. 796/2004 geconstateerde oppervlakte het gevolg is van opzettelijk begane onregelmatigheden en meer dan 0,5 % van de geconstateerde oppervlakte of meer dan één hectare bedraagt, wordt de begunstigde uitgesloten van de steun waarop hij overeenkomstig dat lid 3 voor het betrokken kalenderjaar in het kader van de betrokken oppervlaktegebonden maatregel aanspraak had kunnen maken.

Bovendien wordt de begunstigde in het geval dat dat verschil meer dan 20 % van de geconstateerde oppervlakte bedraagt, nogmaals van het ontvangen van steun uitgesloten tot het verschil tussen de aangegeven oppervlakte en de overeenkomstig artikel 50, lid 3, van Verordening (EG) nr. 796/2004 geconstateerde oppervlakte.

6.   Het bedrag dat voortvloeit uit de in lid 2, derde alinea, en lid 5 van het onderhavige artikel bedoelde uitsluitingen, wordt verrekend met de steunbetalingen in het kader van welke van de onder Verordening (EG) nr. 1698/2005 of Verordening (EG) nr. 73/2009 vallende steunmaatregelen dan ook waarop de betrokken begunstigde aanspraak kan maken op grond van de aanvragen die hij indient in de drie kalenderjaren volgende op het kalenderjaar van de betrokken bevinding. Kan het bedrag met die steunbetalingen niet volledig worden verrekend, dan komt het nog uitstaande saldo te vervallen.”.

6.

Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 komt als volgt te luiden:

„1.   De grondslag voor de berekening van de steun in het kader van de diergebonden maatregelen wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 57 van Verordening (EG) nr. 796/2004.”;

b)

lid 3 komt als volgt te luiden:

„3.   In afwijking van artikel 59, lid 2, derde alinea, en lid 4, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 796/2004 wordt het uit de uitsluiting voortvloeiende bedrag verrekend met de steunbetalingen in het kader van welke van de onder Verordening (EG) nr. 1698/2005 of Verordening (EG) nr. 73/2009 vallende steunmaatregelen dan ook waarop de betrokken begunstigde aanspraak kan maken op grond van welke aanvragen dan ook die hij indient in de drie kalenderjaren volgende op het kalenderjaar van de betrokken bevinding. Kan het bedrag met die steunbetalingen niet volledig worden verrekend, dan komt het nog uitstaande saldo te vervallen.”.

7.

Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 3 komt als volgt te luiden:

„3.   In het geval dat de niet-nakoming het gevolg is van opzettelijk begane onregelmatigheden, wordt de begunstigde voor het betrokken kalenderjaar en het daaropvolgende kalenderjaar van de betrokken maatregel uitgesloten.”;

b)

lid 4 wordt geschrapt.

8.

In artikel 19 komt lid 2 als volgt te luiden:

„2.   Artikel 4, lid 2, en artikel 22 van Verordening (EG) nr. 73/2009 en artikel 2, punten 2, 2 bis en 31 tot en met 36, en de artikelen 41, 42, 43, 46, 47 en 48 van Verordening (EG) nr. 796/2004 zijn van toepassing met betrekking tot de controles inzake de randvoorwaarden.”.

9.

De artikelen 20 en 21 komen als volgt te luiden:

„Artikel 20

Controles ter plaatse

1.   De bevoegde controleautoriteit voert ten aanzien van de eisen of normen waarvoor zij verantwoordelijk is, controles ter plaatse uit bij ten minste 1 % van alle begunstigden die betalingsaanvragen in het kader van artikel 36, onder a), i) tot en met v), en onder b), i), iv) en v), van Verordening (EG) nr. 1698/2005 hebben ingediend.

2.   Het bepaalde in artikel 44, lid 1, tweede en derde alinea, lid 1 bis en lid 2, van Verordening (EG) nr. 796/2004 is van toepassing.

Artikel 21

Selectie van de steekproef voor controles

1.   Artikel 45, leden 1, 1 bis en 1 ter, van Verordening (EG) nr. 796/2004 is van toepassing voor de selectie van de in artikel 20 van de onderhavige verordening bedoelde steekproef voor de uitvoering van controles ter plaatse.

2.   De steekproeven van op grond van artikel 20 te controleren begunstigden worden geselecteerd uit de steekproef van de reeds overeenkomstig artikel 12 geselecteerde begunstigden voor wie de betrokken eisen of normen gelden.

3.   De steekproeven van op grond van artikel 20 van de onderhavige verordening te controleren begunstigden kunnen evenwel worden geselecteerd uit de populatie van de begunstigden die betalingsaanvragen in het kader van artikel 36, onder a), i) tot en met v), en onder b), i), iv) en v), van Verordening (EG) nr. 1698/2005 hebben ingediend en verplicht zijn de respectieve eisen of normen na te leven.

4.   Besloten kan worden te werken met een combinatie van de in de leden 2 en 3 vastgestelde procedures, indien een dergelijke combinatie het controlesysteem doeltreffender maakt.”.

10.

In artikel 22 komt lid 1 als volgt te luiden:

„1.   Artikel 22 van Verordening (EG) nr. 73/2009 en artikel 2, punten 2, 2 bis en 31 tot en met 36, artikel 41 en artikel 65, lid 4, van Verordening (EG) nr. 796/2004 zijn van toepassing ten aanzien van de kortingen of uitsluitingen die moeten worden toegepast in het geval van welke bevinding dan ook dat sprake is van een niet-naleving.”.

11.

De artikelen 23 en 24 komen als volgt te luiden:

„Artikel 23

Berekening van de kortingen en uitsluitingen

1.   Onverminderd artikel 51, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 wordt, wanneer een niet-naleving wordt geconstateerd, een korting toegepast op het totale bedrag aan steun in het kader van artikel 36, onder a), i) tot en met v), en onder b), i), iv) en v), van die verordening dat aan de betrokken begunstigde is of moet worden toegekend op grond van de betalingsaanvragen die hij in de loop van het kalenderjaar van de betrokken bevinding heeft ingediend of nog zal indienen.

Wanneer de niet-naleving het gevolg is van nalatigheid van de begunstigde, wordt de korting berekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 66 van Verordening (EG) nr. 796/2004.

In het geval van een opzettelijke niet-naleving wordt de korting berekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 67, lid 1, van Verordening (EG) nr. 796/2004.

2.   Voor de berekening van de in lid 1 bedoelde korting worden de in artikel 39, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 genoemde minimumeisen inzake het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen beschouwd als een deel van respectievelijk het terrein „milieu” en het terrein „volksgezondheid, diergezondheid en gezondheid van planten” zoals vermeld in artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 73/2009. Zij worden elk gelijkgesteld met een „besluit” in de zin van artikel 2, punt 32, van Verordening (EG) nr. 796/2004.

Artikel 24

Cumulatie van kortingen

In geval van een cumulatie van kortingen worden eerst kortingen overeenkomstig artikel 16 of 17 van de onderhavige verordening toegepast, worden vervolgens kortingen overeenkomstig artikel 18 van de onderhavige verordening toegepast, worden vervolgens kortingen wegens te late indiening van de aanvraag overeenkomstig artikel 21 van Verordening (EG) nr. 796/2004 toegepast, worden vervolgens kortingen overeenkomstig artikel 14, lid 1 bis, van Verordening (EG) nr. 796/2004 toegepast en worden ten slotte kortingen overeenkomstig de artikelen 22 en 23 van de onderhavige verordening toegepast.”.

12.

Artikel 27 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 2 komt als volgt te luiden:

„2.   De gecontroleerde uitgaven maken ten minste 4 % uit van de subsidiabele overheidsuitgaven die elk kalenderjaar aan de Commissie zijn gedeclareerd, en maken ten minste 5 % uit van de in de hele programmeringsperiode aan de Commissie gedeclareerde subsidiabele overheidsuitgaven.”;

b)

lid 5 wordt geschrapt.

13.

In artikel 28, lid 1, komt punt a) als volgt te luiden:

„a)

of de door de begunstigde ingediende betalingsaanvragen kunnen worden onderbouwd door boekhoudkundige of andere stukken die in het bezit zijn van de instanties of ondernemingen die de gesteunde concrete acties uitvoeren;”.

14.

Het volgende artikel 28 bis wordt ingevoegd:

„Artikel 28 bis

Controleverslag

Over de controles ter plaatse in het kader van deze afdeling wordt een controleverslag opgesteld. Artikel 28 van Verordening (EG) nr. 796/2004 is van overeenkomstige toepassing.”.

15.

In artikel 30 komt lid 3 als volgt te luiden:

„3.   De controles achteraf betreffen elk kalenderjaar ten minste 1 % van de subsidiabele overheidsuitgaven voor de concrete acties zoals bedoeld in lid 1 waarvoor de eindbetaling uit het ELFPO is verricht. Zij worden uitgevoerd binnen twaalf maanden na afloop van het betrokken kalenderjaar.”.

16.

Artikel 31 wordt als volgt gewijzigd:

a)

in lid 1 komt de vierde alinea als volgt te luiden:

„Geen korting wordt evenwel toegepast indien de begunstigde kan aantonen geen schuld te hebben aan de opneming van het niet-subsidiabele bedrag in de aanvraag.

De kortingen zijn van overeenkomstige toepassing in het geval van niet-subsidiabele uitgaven die worden ontdekt bij de controles overeenkomstig de artikelen 27 en 30.”;

b)

lid 2 komt als volgt te luiden:

„2.   Indien blijkt dat een begunstigde opzettelijk een valse verklaring heeft afgelegd, wordt de betrokken concrete actie uitgesloten van steun uit het ELFPO en worden alle eventueel reeds voor die concrete actie betaalde bedragen teruggevorderd. Bovendien wordt de begunstigde voor het betrokken kalenderjaar en het daaropvolgende kalenderjaar uitgesloten van het ontvangen van steun in het kader van dezelfde maatregel.”;

c)

lid 3 wordt geschrapt.

17.

Artikel 34 komt als volgt te luiden:

„Artikel 34

Mededelingen

Uiterlijk op 15 juli van elk jaar zenden de lidstaten de Commissie een verslag over:

a)

de resultaten van de controles van de in het afgelopen kalenderjaar overeenkomstig titel I ingediende betalingsaanvragen, welk verslag met name betrekking heeft op de volgende punten:

i)

het aantal betalingsaanvragen in het kader van elke maatregel, het in totaal voor die aanvragen gecontroleerde bedrag en de totale oppervlakte en het totale aantal dieren waarop de in de artikelen 12 en 20 bedoelde controles ter plaatse betrekking hadden;

ii)

voor de oppervlaktegebonden steun, de totale oppervlakte, uitgesplitst per afzonderlijke steunregeling;

iii)

voor de diergebonden maatregelen, het totale aantal dieren, uitgesplitst per afzonderlijke steunregeling;

iv)

de resultaten van de verrichte controles onder vermelding van de overeenkomstig de artikelen 16, 17, 18 en 23 toegepaste kortingen en uitsluitingen;

b)

de resultaten van de administratieve controles die in het afgelopen kalenderjaar overeenkomstig artikel 26 voor de onder titel II vallende maatregelen werden verricht, en de overeenkomstig artikel 31 toegepaste kortingen en uitsluitingen;

c)

de resultaten van de controles ter plaatse die overeenkomstig artikel 27 voor de onder titel II vallende maatregelen werden verricht met betrekking tot ten minste 4 % van de in het afgelopen kalenderjaar aan de Commissie gedeclareerde overheidsuitgaven, en de overeenkomstig artikel 31 toegepaste kortingen en uitsluitingen;

d)

de resultaten van de in het afgelopen kalenderjaar overeenkomstig artikel 30 verrichte controles achteraf onder vermelding van het aantal verrichte controles, het bedrag van de geverifieerde uitgaven en de overeenkomstig artikel 31 toegepaste kortingen en uitsluitingen.”.

18.

Artikel 36 komt als volgt te luiden:

„Artikel 36

Verslaglegging over de controles aan de betaalorganen

1.   De lidstaten zien erop toe dat in de gevallen waarin voor een begunstigde meer dan één betaalorgaan verantwoordelijk is voor het beheer van verschillende betalingen zoals bedoeld in artikel 36, onder a), i) tot en met v), en onder b), i), iv) en v), van Verordening (EG) nr. 1698/2005, artikel 2, onder d), van Verordening (EG) nr. 73/2009 en de artikelen 11, 12 en 98 van Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad (7), de geconstateerde niet-nalevingen en, in voorkomend geval, de desbetreffende kortingen en uitsluitingen onder de aandacht van alle bij die betalingen betrokken betaalorganen worden gebracht.

2.   In de gevallen waarin controles niet door het betaalorgaan worden uitgevoerd, zorgt de lidstaat ervoor dat het betaalorgaan voldoende informatie over de verrichte controles ontvangt. Het betaalorgaan bepaalt zijn behoeften aan informatie.

De in de eerste alinea bedoelde informatie kan een verslag over elke verrichte controle zijn of kan, als dat passend is, worden verstrekt in de vorm van een samenvattend verslag.

3.   Een toereikend controlespoor wordt in stand gehouden. De bijlage bevat een indicatieve beschrijving van de eisen die aan een bevredigend controlespoor worden gesteld.

4.   Het betaalorgaan heeft het recht de kwaliteit van de door andere instanties verrichte controles te verifiëren en alle andere informatie te ontvangen die het voor de vervulling van zijn functies nodig heeft.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2010 behalve het bepaalde in artikel 1, punt 5, onder c), dat van toepassing is met ingang van 1 januari 2009.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 9 juni 2009.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 277 van 21.10.2005, blz. 1.

(2)  PB L 141 van 30.4.2004, blz. 18.

(3)  PB L 368 van 23.12.2006, blz. 74.

(4)  PB L 30 van 31.1.2009, blz. 16.

(5)  PB L 345 van 20.11.2004, blz. 1.

(6)  PB L 30 van 31.1.2009, blz. 16.”;

(7)  PB L 148 van 6.6.2008, blz. 1.”.