5.5.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 111/5 |
VERORDENING (EG) Nr. 363/2009 VAN DE COMMISSIE
van 4 mei 2009
houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1974/2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (1), en met name op artikel 91,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EG) nr. 1698/2005, waarbij het juridische kader voor de steunverlening uit het ELFPO voor plattelandsontwikkeling in de hele Gemeenschap is vastgesteld, is gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 74/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (2). Daarom moet Verordening (EG) nr. 1974/2006 van de Commissie (3) met de nodige nieuwe uitvoeringsbepalingen worden aangevuld. |
(2) |
In verband met het verstrijken van de geldigheidsduur van de melkquotaregeling die is vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („Integrale-GMO-verordening”) (4), moeten de melkveehouders specifieke inspanningen leveren. Daarom dient de beperking van de investeringssteun voor melkveebedrijven tot steun waarbij de productie van het betrokken individuele melkveebedrijf binnen de grenzen van de aan dat bedrijf toegekende productiequota zal blijven, met ingang van het begin van de programmeringsperiode te worden ingetrokken. |
(3) |
Bij Verordening (EG) nr. 74/2009 is een herziening van de nationale strategische plannen verplicht gesteld. De minimale inhoud van die herziening moet worden bepaald. |
(4) |
Wegens het belang van de bij artikel 16 bis van Verordening (EG) nr. 1698/2005 vastgestelde prioriteiten dienen de herzieningen van de programma's voor plattelandsontwikkeling naar aanleiding van de eerste tenuitvoerlegging van dat artikel als herzieningen overeenkomstig artikel 19, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 te worden beschouwd en te worden goedgekeurd bij beschikking van de Commissie. |
(5) |
Verordening (EG) nr. 74/2009 bevat een lijst van potentiële effecten die worden beoogd met de concrete acties in verband met de bij artikel 16 bis van Verordening (EG) nr. 1698/2005 vastgestelde prioriteiten. Die lijst draagt geen uitputtend karakter en dus kunnen de lidstaten voorstellen om aanvullende potentiële effecten na te streven met dergelijke concrete acties. Ter wille van de coherentie enerzijds met de reeds aangegeven potentiële effecten, en anderzijds met het algemene doel van versterking van de op de nieuwe uitdagingen gerichte concrete acties, dient de mogelijkheid voor de lidstaten om aanvullende potentiële effecten voor te stellen evenwel afhankelijk te worden gesteld van een beoordeling door de Commissie en van het advies van het Comité voor plattelandsontwikkeling. Daarom moeten wijzigingen waarbij een nieuw potentieel effect wordt ingevoerd, worden goedgekeurd bij beschikking van de Commissie |
(6) |
Gezien het grote aantal herzieningen waarbij het gaat om een minder belangrijke uitzondering op de beginselen inzake de afbakening tussen de gemeenschappelijke marktordeningen en de plattelandsontwikkeling, en ter beperking van de administratieve rompslomp, behoort de Commissie niet langer beschikkingen te geven over herzieningen die veranderingen aanbrengen wat de in artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bedoelde uitzonderingen betreft. Derhalve dient deze categorie herzieningen te worden geschrapt uit de bij artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1974/2006 vastgestelde lijst. |
(7) |
Met betrekking tot de steun aan bedrijven die ten gevolge van de hervorming van een gemeenschappelijke marktordening worden geherstructureerd, dient te worden aangegeven wat de inhoud moet zijn van de in dit verband in te dienen bedrijfsplannen en aan welke criteria die plannen moeten voldoen. |
(8) |
Nu bij Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1782/2003 (5) de braakleggingsmaatregel is afgeschaft, moeten de bepalingen die betrekking hebben op die maatregel, worden aangepast. |
(9) |
Om de uitvoering van investeringsprojecten in de context van de aan de gang zijnde economische en financiële crisis te vergemakkelijken, dient het maximumpercentage dat voor de betaling van een voorschot is vastgesteld, voor de jaren 2009 en 2010 te worden verhoogd. |
(10) |
De bepalingen inzake staatssteun die sommige door het ELFPO medegefinancierde maatregelen en sommige aanvullende nationale financiering betreffen, dienen te worden aangepast om het toepassingsgebied ervan te verduidelijken en om rekening te houden met de bij Verordening (EG) nr. 74/2009 ingevoerde nieuwe maatregel voor bedrijven die ten gevolge van de hervorming van een gemeenschappelijke marktordening worden geherstructureerd. |
(11) |
Het begrip „substantiële wijzigingen” in artikel 78, onder f), van Verordening (EG) nr. 1698/2005 moet worden gedefinieerd. |
(12) |
Ten behoeve van het toezicht op de acties die verband houden met de bij artikel 16 bis van Verordening (EG) nr. 1698/2005 vastgestelde prioriteiten, dienen de outputindicatoren en de desbetreffende streefwaarden die deel uitmaken van het in artikel 80 van die verordening bedoelde gemeenschappelijk toezicht- en evaluatiekader, te worden gespecificeerd per soort van concrete acties. |
(13) |
De lidstaten moeten in hun herziene programma's gegevens verstrekken over de soorten van concrete acties die verband houden met de bij artikel 16 bis van Verordening (EG) nr. 1698/2005 vastgestelde prioriteiten, waarbij zij dienen aan te geven welke van die concrete acties zijn gebaseerd op nieuwe maatregelen, d.w.z. maatregelen die nog niet als onderdeel van het programma voor plattelandsontwikkeling werden goedgekeurd. Bovendien moet de indicatieve ELFPO-bijdrage voor de periode 2010-2013 worden vermeld. Daartoe moeten de bijlagen bij Verordening (EG) nr. 1974/2006 worden gewijzigd. |
(14) |
Met het oog op coherentie met de datum waarop Verordening (EG) nr. 74/2009, waarop de onderhavige verordening een aanvulling vormt, van toepassing is geworden, dient de onderhavige verordening van toepassing te zijn met ingang van 1 januari 2009. Deze toepassing met terugwerkende kracht mag geen afbreuk doen aan het beginsel van rechtszekerheid voor de betrokken begunstigden. |
(15) |
Verordening (EG) nr. 1974/2006 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(16) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor plattelandsontwikkeling, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EG) nr. 1974/2006 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
In artikel 2 komt lid 3 als volgt te luiden: „3. Behalve wat de zuivelsector betreft, geldt dat, indien in het kader van een uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) gefinancierde gemeenschappelijke marktordening, inclusief de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening, productiebeperkingen of beperkingen op communautaire steunverlening gelden op het niveau van individuele landbouwers, landbouwbedrijven of verwerkende bedrijven, er in het kader van Verordening (EG) nr. 1698/2005 geen steun wordt verleend voor investeringen waardoor de productie zou uitkomen boven het op grond van die beperkingen toegestane niveau.”. |
2. |
Het volgende artikel 3 bis wordt ingevoegd: „Artikel 3 bis De herzieningen van nationale strategische plannen overeenkomstig artikel 12 bis van Verordening (EG) nr. 1698/2005 houden een herziening in van de relevante in artikel 11, lid 3, van die verordening genoemde elementen die verband houden met de bij artikel 16 bis, lid 1, van die verordening vastgestelde prioriteiten, en met name van de belangrijkste gekwantificeerde doelstellingen. De nationale strategie geeft de benaderende en indicatieve ELFPO-bijdrage als bedoeld in artikel 69, lid 5 bis, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 aan die in de lidstaat aan elk van de bij artikel 16 bis, lid 1, van die verordening vastgestelde prioriteiten wordt toegewezen, en bevat de dienstige uitleg over de toewijzing.”. |
3. |
In artikel 5, lid 1, komt de eerste alinea als volgt te luiden: „De inhoud van de programma's voor plattelandsontwikkeling als bedoeld in de artikelen 16 en 16 bis van Verordening (EG) nr. 1698/2005 wordt bepaald overeenkomstig bijlage II bij de onderhavige verordening.”. |
4. |
In artikel 7 wordt lid 1 als volgt gewijzigd:
|
5. |
In artikel 9 komt lid 1 als volgt te luiden: „1. De in artikel 6, lid 1, onder c), bedoelde veranderingen van programma's door de lidstaten kunnen bestaan uit veranderingen van financiële uitsplitsingen over maatregelen binnen assen en uit niet-financiële veranderingen die betrekking hebben op de toevoeging van nieuwe maatregelen en soorten van concrete acties, de intrekking van bestaande maatregelen en soorten van concrete acties, de in artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bedoelde uitzonderingen of het verschaffen van informatie over en de beschrijving van bestaande maatregelen van het programma.”. |
6. |
Het volgende artikel 24 bis wordt ingevoegd: „Artikel 24 bis Het in artikel 35 bis van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bedoelde bedrijfsplan:
|
7. |
In artikel 27, lid 6, wordt de eerste alinea geschrapt. |
8. |
Aan artikel 46 wordt de volgende alinea toegevoegd: „Dit artikel geldt ook voor de verbintenissen waarvoor de afschaffing van de braaklegging door de inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 73/2009 gevolgen heeft. Op verzoek van de begunstigde kunnen ook in het geval dat niet in een herzieningsclausule is voorzien, aanpassingen van dergelijke verbintenissen worden toegestaan.”. |
9. |
Aan artikel 56, lid 2, eerste alinea, wordt de volgende zin toegevoegd: „Voor investeringen waarvoor het individuele besluit tot steunverlening in 2009 of in 2010 wordt genomen, kan het bedrag van de voorschotten tot maximaal 50 % van de overheidssteun voor de betrokken investering worden verhoogd.”. |
10. |
In artikel 57 komt lid 2 als volgt te luiden: „2. Programma's voor plattelandsontwikkeling kunnen alleen dan voorzien in buiten de werkingssfeer van artikel 36 van het Verdrag vallende betalingen van de lidstaat voor plattelandsontwikkeling ten behoeve van maatregelen als bedoeld in de artikelen 25, 43 tot en met 49 en 52 van Verordening (EG) nr. 1698/2005 en concrete acties in het kader van maatregelen als bedoeld in de artikelen 21, 24, 28, 29, 30 en 35 bis van die verordening of in buiten de werkingssfeer van artikel 36 van het Verdrag vallende aanvullende nationale financiering ten behoeve van maatregelen als bedoeld in de artikelen 25, 27, 43 tot en met 49 en 52 van Verordening (EG) nr. 1698/2005 en concrete acties in het kader van maatregelen als bedoeld in de artikelen 21, 24, 28, 29, 30 en 35 bis van die verordening, indien de staatssteun overeenkomstig punt 9, onder B, van bijlage II bij de onderhavige verordening wordt geïdentificeerd.”. |
11. |
In afdeling 4 „Toezicht en evaluatie” wordt het volgende artikel 59 bis ingevoegd: „Artikel 59 bis Voor de doeleinden van artikel 78, onder f), van Verordening (EG) nr. 1698/2005 gaat het bij de „voorstellen inzake substantiële wijzigingen” om de veranderingen waarvoor een beschikking van de Commissie verplicht is, en voorts om de in artikel 9, lid 1, van de onderhavige verordening bedoelde veranderingen behalve die welke betrekking hebben op de in artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bedoelde uitzonderingen of op het verschaffen van informatie over en de beschrijving van bestaande maatregelen van het programma.”. |
12. |
Aan artikel 62, lid 1, wordt de volgende alinea toegevoegd: „Voor maatregelen die soorten van concrete acties als bedoeld in artikel 16 bis van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bevatten, worden de outputindicatoren en de indicatieve streefwaarden voor de outputindicatoren uitgesplitst naar de soorten van concrete acties.”. |
13. |
In artikel 63, lid 8, komt de eerste alinea als volgt te luiden: „In gevallen van overmacht of uitzonderlijke omstandigheden, en met name bij een storing in het systeem of het ontbreken van een stabiele verbinding, kan de lidstaat de stukken op papier of met andere adequate elektronische middelen aan de Commissie toezenden. Een dergelijke toezending op papier of met andere elektronische middelen moet vooraf aan de Commissie worden gemeld.”. |
14. |
De bijlagen I, II, VII en VIII worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening. |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2009. Punt 1 van artikel 1 is evenwel van toepassing met ingang van 1 januari 2007.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 4 mei 2009.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 277 van 21.10.2005, blz. 1.
(2) PB L 30 van 31.1.2009, blz. 100.
(3) PB L 368 van 23.12.2006, blz. 15.
(4) PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.
(5) PB L 30 van 31.1.2009, blz. 16.
BIJLAGE
De bijlagen bij Verordening (EG) nr. 1974/2006 worden als volgt gewijzigd:
1) |
Bijlage I komt als volgt te luiden: „BIJLAGE I In artikel 2, lid 2, bedoelde steunregelingen
|
2) |
Bijlage II wordt als volgt gewijzigd:
|
3) |
Bijlage VII wordt als volgt gewijzigd:
|
4) |
In bijlage VIII wordt in het punt „II. GEMEENSCHAPPELIJKE OUTPUTINDICATOREN” de volgende rij ingevoegd aan het einde van de lijst voor as 1:
|
(1) PB L 299 van 2.10.2007, blz. 1.
(2) PB L 148 van 6.6.2008, blz. 1.
(3) PB L 30 van 31.1.2009, blz. 16.
(4) PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42.
(5) PB L 42 van 14.2.2006, blz. 1.
(6) PB L 265 van 26.9.2006, blz. 1.”.
(7) Voor lidstaten met convergentieregio's.
(8) Voor lidstaten met ultraperifere gebieden of kleinere eilanden in de Egeïsche Zee.
(9) Voor lidstaten die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 378/2007 vrijwillige modulatie toepassen.
(10) Voor lidstaten met convergentieregio's die extra financiële middelen als bedoeld in artikel 69, lid 5 bis, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 ontvangen.”;