21.2.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 50/12 |
VERORDENING (EG) Nr. 149/2009 VAN DE COMMISSIE
van 20 februari 2009
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 214/2001 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad ten aanzien van interventiemaatregelen op de markt voor mageremelkpoeder
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („Integrale-GMO-verordening”) (1), en met name op artikel 43 juncto artikel 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op grond van artikel 1, lid 1, onder f), van Verordening (EG) nr. 1234/2007 kan steun voor openbare interventie ten aanzien van mageremelkpoeder worden toegekend. |
(2) |
Bij Verordening (EG) nr. 214/2001 van de Commissie (2) zijn de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot openbare interventie ten aanzien van mageremelkpoeder vastgesteld. |
(3) |
Naar aanleiding van nieuwe regelingen en op grond van de opgedane ervaring moeten de uitvoeringsbepalingen betreffende interventiemaatregelen op de markt voor mageremelkpoeder worden gewijzigd en zo nodig vereenvoudigd. |
(4) |
Aangezien bij artikel 10, lid 1, onder f), van Verordening (EG) nr. 1234/2007 een nieuwe norm met betrekking tot het eiwitgehalte van mageremelkpoeder is vastgesteld (minstens 34,0 gewichtspercenten op de vetvrije droge stof), moet de definitie van het voor steun in aanmerking komende product worden gewijzigd. |
(5) |
Krachtens artikel 13, lid 1, onder d), in samenhang met artikel 18, lid 2, onder e), van Verordening (EG) nr. 1234/2007 mag de hoeveelheid mageremelkpoeder die via openbare interventie tegen een vaste prijs wordt aangekocht, niet groter zijn dan een aangeboden hoeveelheid van 109 000 ton voor de periode 1 maart-31 augustus. |
(6) |
Met het oog op de inachtneming van het maximum van 109 000 ton dient te worden voorzien in een bedenktermijn waarbinnen, in afwachting van een besluit over de offertes, met name met betrekking tot hangende offertes bijzondere maatregelen kunnen worden genomen. Eventuele maatregelen bestaan in het sluiten van de interventie, het toepassen van een toewijzingspercentage en het afwijzen van hangende offertes. De maatregelen vergen snel ingrijpen en de Commissie moet in staat worden gesteld om onverwijld alle vereiste maatregelen te nemen. Om rekening te houden met de feestdagen in april 2009 en om de inachtneming van de tegen een vaste prijs aan te kopen maximumhoeveelheid van 109 000 ton te waarborgen, moet een afwijking worden vastgesteld met betrekking tot de data voor indiening van offertes. |
(7) |
Om te voorkomen dat de ingediende offertes worden ingetrokken, dient in het kader van deze verordening een voldoende hoge zekerheid, ten bedrage van 5 EUR per 100 kg, te worden gesteld door alle inschrijvers. |
(8) |
Aangezien de particuliere opslag van mageremelkpoeder bij Verordening (EG) nr. 1152/2007 van de Raad (3) is afgeschaft, moeten de verwijzingen naar die regeling worden geschrapt. |
(9) |
Om te voorkomen dat kleine resthoeveelheden in de opslagplaatsen achterblijven, dienen resterende hoeveelheden van minder dan 5 000 kg te worden aangeboden aan de inschrijvers aan wie is toegewezen. |
(10) |
Verordening (EG) nr. 214/2001 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(11) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Beheerscomité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EG) nr. 214/2001 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Artikel 1 wordt vervangen door: „Artikel 1 Bij deze verordening worden met betrekking tot interventie op de markt voor in artikel 10, lid 1, onder f), van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (4) bedoeld mageremelkpoeder, de uitvoeringsbepalingen vastgesteld voor:
|
2. |
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
|
3. |
Artikel 4, lid 1, tweede alinea, wordt vervangen door: „In het certificaat zijn de in artikel 2, lid 6, onder a), b) en c), bedoelde gegevens opgenomen en een verklaring dat het mageremelkpoeder in een erkend bedrijf in de Gemeenschap uit magere melk is bereid en de eventuele wijziging van het eiwitgehalte heeft plaatsgevonden in de vloeibare fase, overeenkomstig artikel 10, lid 1, onder f), van Verordening (EG) nr. 1234/2007.”. |
4. |
De titel van afdeling 2 wordt als volgt gewijzigd: |
5. |
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
|
6. |
Artikel 6 wordt vervangen door: „Artikel 6 De handhaving van de offerte, de levering van het mageremelkpoeder aan de door het interventiebureau aangewezen opslagplaats binnen de in artikel 7, lid 2, van de onderhavige verordening genoemde termijn en de naleving van de in artikel 2 van de onderhavige verordening vastgestelde eisen vormen primaire eisen in de zin van artikel 20 van Verordening (EEG) nr. 2220/85 van de Commissie (6). |
7. |
Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:
|
8. |
Artikel 8, lid 2, wordt geschrapt. |
9. |
Het volgende artikel 9 bis wordt toegevoegd aan afdeling 2: „Artikel 9 bis 1. Uiterlijk om 14.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) van elke maandag stellen de lidstaten de Commissie in kennis van de hoeveelheden mageremelkpoeder waarvoor in de voorafgaande week overeenkomstig artikel 5 een verkoopofferte is gedaan. 2. Zodra wordt geconstateerd dat de in artikel 5 bedoelde offertes in een bepaald jaar de hoeveelheid van 80 000 ton benaderen, stelt de Commissie de lidstaten in kennis van de datum met ingang waarvan zij de in lid 1 bedoelde informatie elke werkdag vóór 14.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) moeten meedelen voor de hoeveelheden mageremelkpoeder die de vorige werkdag zijn aangeboden. 3. Met het oog op de inachtneming van de in artikel 13, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 1234/2007 genoemde maximumhoeveelheid neemt de Commissie, zonder raadpleging van het in artikel 195, lid 1, van die verordening bedoelde comité, een besluit tot:
In afwijking van artikel 5, lid 5, van de onderhavige verordening mag een verkoper wiens offerte slechts voor een verminderde hoeveelheid is aanvaard overeenkomstig het bepaalde onder b) van dit lid, besluiten zijn offerte in te trekken binnen vijf werkdagen vanaf de bekendmaking van de verordening tot vaststelling van het verminderingspercentage.”. |
10. |
Artikel 11 wordt vervangen door: „Artikel 11 1. Het interventiebureau kiest de opslagplaats die het dichtst ligt bij de plaats waar het mageremelkpoeder is opgeslagen. Het interventiebureau kan evenwel binnen een afstand van 350 km een andere opslagplaats kiezen, voor zover deze keuze geen extra opslagkosten meebrengt. Het interventiebureau kan een nog verder gelegen opslagplaats kiezen, wanneer deze keuze, met inachtneming van opslag- en vervoerkosten, tot geringere uitgaven leidt. In dit geval deelt het interventiebureau zijn keuze onverwijld aan de Commissie mee. 2. Wanneer het interventiebureau dat het mageremelkpoeder aankoopt, ressorteert onder een andere lidstaat dan die waar het aangeboden mageremelkpoeder is opgeslagen, wordt voor de berekening van de in lid 1 bedoelde maximumafstand geen rekening gehouden met de afstand van de opslagplaats van de verkoper tot de grens van de lidstaat waaronder het aankopende interventiebureau ressorteert. 3. Bij een grotere dan de in lid 1 vastgestelde maximumafstand worden de door het interventiebureau gedragen extra vervoerkosten vastgesteld op 0,05 EUR per ton en per km.”. |
11. |
Artikel 13 wordt vervangen door: „Artikel 13 Wanneer de Commissie besluit dat mageremelkpoeder moet worden aangekocht in het kader van een permanente openbare inschrijving overeenkomstig artikel 13, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 in samenhang met artikel 18, lid 2, onder e), van die verordening, en volgens de procedure van artikel 195, lid 2, van die verordening, zijn de artikelen 2, 3, 4, 10, 11 en 12 van de onderhavige verordening van toepassing, tenzij in deze afdeling anders is bepaald.”. |
12. |
Artikel 14, lid 2, wordt vervangen door: „2. De termijn voor indiening van offertes voor de bijzondere inschrijvingen loopt af om 11.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) op de derde dinsdag van elke maand behalve augustus, wanneer de termijn afloopt op de vierde dinsdag. Wanneer de betrokken dinsdag een feestdag is, loopt de termijn af op de laatste werkdag die daaraan voorafgaat, om 11.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).”. |
13. |
Artikel 15, lid 3, wordt als volgt gewijzigd:
|
14. |
Artikel 16 wordt vervangen door: „Artikel 16 De handhaving van de offerte, de levering van het mageremelkpoeder aan de door het interventiebureau aangewezen opslagplaats binnen de in artikel 19, lid 3, van de onderhavige verordening genoemde termijn en de naleving van de in artikel 2 van de onderhavige verordening vastgestelde eisen vormen primaire eisen in de zin van artikel 20 van Verordening (EEG) nr. 2220/85.”. |
15. |
Artikel 17, lid 2, wordt vervangen door: „2. Op grond van de voor elke inschrijving ontvangen offertes stelt de Commissie volgens de in artikel 195, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde procedure een maximumaankoopprijs vast.”. |
16. |
Artikel 19 wordt als volgt gewijzigd:
|
17. |
Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:
|
18. |
Artikel 22, lid 2, wordt vervangen door: „2. De termijn voor indiening van offertes voor de bijzondere inschrijvingen loopt af op de derde dinsdag van elke maand om 11.00 uur (plaatselijke tijd Brussel). In augustus evenwel loopt de termijn af op de vierde dinsdag om 11.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) en in december op de tweede dinsdag om 11.00 uur (plaatselijke tijd Brussel). Wanneer de betrokken dinsdag een feestdag is, loopt de termijn af op de laatste werkdag die daaraan voorafgaat, om 11.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).”. |
19. |
Artikel 24 quater wordt als volgt gewijzigd:
|
20. |
Aan artikel 24 sexies wordt het volgende lid toegevoegd: „3. Behoudens overmacht geldt dat, indien de inschrijver aan wie is toegewezen, niet heeft voldaan aan de in lid 2 van het onderhavige artikel vastgestelde eis, de in artikel 23, lid 3, onder c), bedoelde inschrijvingszekerheid wordt verbeurd en de verkoop van de betrokken hoeveelheden ongedaan wordt gemaakt.”. |
21. |
Hoofdstuk III wordt geschrapt. |
22. |
Hoofdstuk IV wordt geschrapt. |
23. |
Bijlage I wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening. |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 maart 2009.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 20 februari 2009.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.
(2) PB L 37 van 7.2.2001, blz. 100.
(3) PB L 258 van 4.10.2007, blz. 3.
(4) PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.”.
(5) PB L 15 van 17.1.2002, blz. 19.”.
(6) PB L 205 van 3.8.1985, blz. 5.”.
BIJLAGE
„BIJLAGE I
EISEN INZAKE DE SAMENSTELLING, KWALITEITSKENMERKEN EN ANALYSEMETHODEN
Parameters |
Gehalte, kwaliteitskenmerk |
Referentiemethode |
Eiwitgehalte |
Minimaal 34,0 % van de vetvrije droge stof |
|
Vetgehalte |
Ten hoogste 1,00 % |
|
Vochtgehalte |
Ten hoogste 3,5 % |
|
Titreerbare zuurtegraad, uitgedrukt in 0,1 N natriumhydroxide |
Ten hoogste 19,5 ml |
|
Gehalte aan lactaten |
Ten hoogste 150 mg/100 g |
|
Additieven |
Geen |
|
Fosfataseproef |
Negatief, d.w.z. gelijk aan of minder dan 350 milli-eenheden fosfataseactiviteit per liter gereconstitueerde melk |
|
Oplosbaarheidscoëfficiënt |
Ten hoogste 0,5 ml (24 °C) |
|
Gehalte aan verbrande deeltjes |
Maximaal 15,0 mg; dit betekent ten minste monster B |
|
Gehalte aan micro-organismen |
Maximaal 40 000 per gram |
|
Colibacterieproef |
Negatief in 0,1 g |
|
Opsporing van karnemelk (2) |
Negatief (3) |
|
Opsporing van lebwei (4) |
Geen |
|
Opsporing van zure wei (4) |
Geen |
Door de bevoegde autoriteit goedgekeurde methode |
Smaak en geur |
Onberispelijk |
|
Uiterlijk |
Wit of enigermate gelige kleur, vrij van vuile en gekleurde deeltjes |
|
Antibacteriële substanties |
Negatief (5) |
(1) De toe te passen referentiemethoden zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 273/2008 van de Commissie (PB L 88 van 29.3.2008, blz. 1).
(2) Onder „karnemelk” wordt verstaan: het bijproduct van de vervaardiging van boter, verkregen na het karnen van de room en de afscheiding daaruit van de vaste vetstoffen.
(3) De afwezigheid van karnemelk kan worden vastgesteld door een onaangekondigde controle in het productiebedrijf, die ten minste eenmaal per week plaatsvindt, of door laboratoriumanalyse van het eindproduct; maximaal 69,31 mg PEDP per 100 g.
(4) Onder „wei” wordt verstaan: het bijproduct van de vervaardiging van kaas of caseïne door middel van het gebruik van zuren, stremsel en/of chemisch-fysische procedés.
(5) De voor de vervaardiging van het mageremelkpoeder gebruikte melk moet voldoen aan de in bijlage III, sectie IX, van Verordening (EG) nr. 853/2004 vastgestelde eisen.”