19.12.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 338/95


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 17 december 2009

houdende vaststelling van het door Tsjechië, Hongarije en Slovenië te betalen of terug te vorderen eindsaldo bij de afsluiting van het programma op het gebied van door het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) gefinancierde overgangsprogramma’s voor plattelandsontwikkeling

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2009) 10032)

(Slechts de teksten in de Tsjechische, de Hongaarse en de Sloveense taal zijn authentiek)

(2009/984/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gelet op Verordening (EG) nr. 27/2004 van de Commissie van 5 januari 2004 houdende overgangsbepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad met betrekking tot de financiering door het EOGFL, afdeling Garantie, van de maatregelen voor plattelandsontwikkeling in Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije (1), en met name op artikel 3, lid 4,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (2), en met name op artikel 32, lid 3,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (3), en met name op artikel 47, lid 3,

Na raadpleging van het Comité voor de landbouwfondsen,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op grond van de door Tsjechië, Hongarije en Slovenië ingediende jaarlijkse rekeningen betreffende de uitgaven op het gebied van plattelandsontwikkelingsmaatregelen, vergezeld van de gevraagde informatie, zijn de rekeningen van de in artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (4) bedoelde betaalorganen goedgekeurd voor de boekjaren 2005 (5), 2006 (6), 2007 (7) en 2008 (8). De respectieve besluiten betreffende de goedkeuring van de rekeningen zijn goedgekeurd.

(2)

De betaalorganen die verantwoordelijk zijn voor de overgangsprogramma’s voor plattelandsontwikkeling voor de periode 2004-2006 van Tsjechië, Hongarije en Slovenië hebben vóór 15 oktober 2008 de laatste uitgavenaangifte en de aanvraag voor de eindbetaling ingediend, waardoor bij de bovengenoemde besluiten inzake goedkeuring van de rekeningen alle uitgaven in het kader van het programma zijn goedgekeurd.

(3)

In artikel 32, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1260/1999 is bepaald dat de som van de aan de betaling van het eindsaldo voorafgaande voorschotten voor een programma ten hoogste 95 % van de betalingsverplichtingen van de Gemeenschap aan dat programma bedraagt.

(4)

Voor de uitgaven op het gebied van plattelandsontwikkeling op grond van artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 27/2004 wordt het te betalen of terug te vorderen eindsaldo berekend op basis van het laatste besluit inzake de goedkeuring van de rekeningen en aanvullende informatie die door Tsjechië, Hongarije en Slovenië is verstrekt in antwoord op het in onderstaande overweging 5 bedoelde verzoek.

(5)

Met het oog op de afsluiting van de overgangsprogramma’s voor plattelandsontwikkeling is de betrokken lidstaten verzocht informatie te verstrekken over de openstaande vorderingen in verband met de programma’s. De schuldgegevens zijn getoetst en door de Commissie in aanmerking genomen bij de berekening van het eindsaldo.

(6)

Aangezien Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Malta, Polen en Slowakije vóór 15 oktober 2008 geen laatste uitgavenaangifte en geen aanvraag voor de eindbetaling hebben ingediend, moet een eventueel voorstel voor de afsluiting van de programma’s van die landen in een toekomstig besluit worden vervat.

(7)

Overeenkomstig artikel 30, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 staat het onderhavige besluit niet in de weg aan latere besluiten van de Commissie waarbij uitgaven die niet overeenkomstig de voorschriften van de Gemeenschap blijken te zijn gedaan, alsnog aan financiering door de Gemeenschap worden onttrokken,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In de bijlage zijn de eindsaldobedragen opgenomen die overeenkomstig dit besluit van Tsjechië, Hongarije en Slovenië moeten worden teruggevorderd of aan die lidstaten betaalbaar moeten worden gesteld in verband met plattelandsontwikkelingsmaatregelen.

Artikel 2

Ten aanzien van de rekeningen van de betaalorganen op het gebied van plattelandsontwikkelingsmaatregelen in Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Malta, Polen en Slowakije vindt de afsluiting van het overgangsprogramma voor plattelandsontwikkeling in een later besluit plaats.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de Tsjechische Republiek, de Republiek Hongarije en de Republiek Slovenië.

Gedaan te Brussel, 17 december 2009.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 5 van 9.1.2004, blz. 36.

(2)  PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1.

(3)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80.

(4)  PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1.

(5)  PB L 118 van 3.5.2006, blz. 20 en PB L 122 van 11.5.2007, blz. 47.

(6)  PB L 122 van 11.5.2007, blz. 41.

(7)  PB L 139 van 29.5.2008, blz. 25.

(8)  PB L 111 van 5.5.2009, blz. 35.


BIJLAGE

TRDI-programma's: aangegeven uitgaven 2000/2006, eindsaldo en annulering van EU-medefinanciering

(EUR)

Nieuwe lidstaten:

CZ

HU

SI

Aangegeven uitgaven 2004/2008

A

Totaal vastleggingen voor het programma

542 800 000,00

602 300 000,00

281 600 000,00

B

Subsidiabele uitgaven door de lidstaten tot en met 15.10.2008

542 799 982,00

602 096 646,00

282 041 275,00

C

Goedgekeurde uitgaven per jaar

 

 

 

2004

 

 

 

2005

145 160 224,00

37 272 434,19

73 638 853,19

2006

176 481 317,23

296 024 258,77

118 941 385,27

2007

188 407 840,07

178 498 827,76

88 853 612,73

2008

32 399 539,50

90 290 537,46

607 424,53

Totaal goedgekeurde uitgaven 2004/2008

542 448 920,80

602 086 058,18

282 041 275,72

Eindsaldo en annulering van EU-medefinanciering (situatie bij afsluiting)

D

Totaal subsidiabele uitgaven (laagste bedrag: B of C)

542 448 920,80

602 086 058,18

282 041 275,00

E

Minus: door de LS teruggevorderde en van het eindsaldo af te trekken onregelmatigheden

249 112,34

1 352 932,08

2 438 683,32

F

Totaal te vergoeden subsidiabele uitgaven (D-E)

542 199 808,46

600 733 126,10

279 602 591,68

G

Minus: reeds betaalde voorschotten

86 848 000,00

96 368 000,00

45 056 000,00

H

Minus: reeds gedane tussentijdse betalingen

428 812 000,00

475 817 000,00

222 464 000,00

I

Betaling of terugvordering van netto eindsaldo (F-G-H)

26 539 808,46

28 548 126,10

12 082 591,68