25.11.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 314/3


VERORDENING (EG) Nr. 1163/2008 VAN DE COMMISSIE

van 24 november 2008

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 40/2008 van de Raad wat betreft de vangstmogelijkheden voor bepaalde bestanden van kever, wijting en schelvis

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 40/2008 van de Raad van 16 januari 2008 tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (1), en met name op artikel 5, leden 5 en 7,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De vangstmogelijkheden voor de visserij op kever in zone IIIa en in de EG-wateren van IIa en IV zijn voorlopig vastgesteld in bijlage IA bij Verordening (EG) nr. 40/2008.

(2)

Krachtens artikel 5, lid 5, van de hierboven genoemde verordening kunnen de vangstmogelijkheden door de Commissie worden herzien in het licht van tijdens het eerste halfjaar van 2008 verzamelde wetenschappelijke informatie.

(3)

In het licht van de tijdens het eerste halfjaar van 2008 verzamelde wetenschappelijke informatie moeten de vangstmogelijkheden voor kever in het betrokken gebied worden vastgesteld.

(4)

Volgens het advies van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij zouden in 2008 vangsten tot maximaal 148 000 ton overeenstemmen met een visserijsterfte van 0,6 en zou het bestand zich naar verwachting nog steeds boven de voorzorgslimiet bevinden.

(5)

Het keverbestand in de Noordzee wordt gedeeld met Noorwegen, maar wordt momenteel niet gezamenlijk beheerd. De in deze verordening vervatte maatregelen moeten in overeenstemming zijn met de resultaten van het overleg met Noorwegen overeenkomstig het bepaalde in de goedgekeurde notulen van de conclusies van het visserijoverleg tussen de Europese Gemeenschap en Noorwegen van 26 november 2007.

(6)

Het aandeel van de Gemeenschap in de totaal toegestane vangsten (TAC) voor kever in zone IIIa en in de EG-wateren van IIa en IV moet derhalve worden vastgesteld op 75 % van 148 000 ton.

(7)

Krachtens artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 40/2008 kunnen, als gevolg van een herziening van de vangstbeperkingen voor het keverbestand overeenkomstig artikel 5, lid 5, van die verordening, de vangstbeperkingen voor het wijtingbestand in ICES-zone IIIa en ICES-zone IV en in de EG-wateren van ICES-zone IIa, voor het schelvisbestand in ICES-zone IIIa en in de EG-wateren van ICES-zones IIIb, IIIc en IIId en voor het schelvisbestand in ICES-zone IV en in de EG-wateren van ICES-zone IIa door de Commissie worden herzien om rekening te houden met de industriële bijvangsten in de kevervisserij.

(8)

Gezien de beperkte visserij op kever in ICES-zone IIIa en in de EG-wateren van ICES-zones IIIb, IIIc en IIId en bij gebrek aan nieuwe vooruitzichten betreffende de bijvangsten van schelvis en wijting in andere in die zones actieve takken van industriële visserij, moeten de vangstbeperkingen voor het wijting- en het schelvisbestand in ICES-zone IIIa en in de EG-wateren van ICES-zones IIIb, IIIc en IIId voor de rest van 2008 ongewijzigd blijven.

(9)

In verband met de vaststelling van de definitieve vangstbeperkingen voor kever in ICES-zone IIIa en in de EG-wateren van ICES-zones IIa en IV, moeten de vangstbeperkingen voor wijting en schelvis in ICES-zone IV en in de EG-wateren van ICES-zone IIa worden herzien.

(10)

Kever is een kortlevende soort. De vangstmogelijkheden moeten derhalve zo spoedig mogelijk van toepassing zijn om overbevissing van het bestand in de tussenliggende periode te voorkomen.

(11)

Bijlage IA bij Verordening (EG) nr. 40/2008 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(12)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de visserij en de aquacultuur,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage IA bij Verordening (EG) nr. 40/2008 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 24 november 2008.

Voor de Commissie

Joe BORG

Lid van de Commissie


(1)  PB L 19 van 23.1.2008, blz. 1.


BIJLAGE

Bijlage IA bij Verordening (EG) nr. 40/2008 wordt als volgt gewijzigd:

1)

De gegevens betreffende kever in zone IIIa en in de EG-wateren van IIa en IV worden vervangen door:

„Soort

:

Kever

Trisopterus esmarki

Gebied

:

IIIa; EG-wateren van IIa en IV

NOP/2A3A4.

Denemarken

109 898

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing.

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing.

Artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 847/96 is van toepassing.

Duitsland

21 (1)

Nederland

81 (1)

EG

110 000

Noorwegen

1 000 (2)

TAC

Niet relevant

2)

De gegevens betreffende wijting in zone IV en in de EG-wateren van IIa worden vervangen door:

„Soort

:

Wijting

Merlangius merlangus

Gebied

:

IV; EG-wateren van IIa

WHG/2AC4.

België

367

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing.

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing.

Artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 847/96 is van toepassing.

Denemarken

1 587

Duitsland

413

Frankrijk

2 385

Nederland

917

Zweden

3

Verenigd Koninkrijk

9 330

EG

15 002 (3)

Noorwegen

1 785 (4)

TAC

17 850

In de betrokken ICES-zones mogen, binnen de limieten van bovenstaande quota, niet meer dan de hieronder opgegeven hoeveelheden worden gevangen:

 

Noorse wateren van IV

(WHG/*04N-)

EG

10 884”

3)

De gegevens betreffende schelvis in zone IV en in de EG-wateren van IIa worden vervangen door:

„Soort

:

Schelvis

Melanogrammus aeglefinus

Gebied

:

IV; EG-wateren van IIa

HAD/2AC4.

België

279

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing.

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing.

Artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 847/96 is van toepassing.

Denemarken

1 920

Duitsland

1 222

Frankrijk

2 129

Nederland

209

Zweden

193

Verenigd Koninkrijk

31 664

EG

37 616 (5)

Noorwegen

8 082

TAC

46 444

Binnen de limieten van bovenstaande quota mag in de onderstaande zones niet meer worden gevangen dan de volgende hoeveelheden:

 

Noorse wateren van IV

(HAD/*04N-)

EG

28 535”.


(1)  Het quotum mag uitsluitend worden gevangen in de EG-wateren van ICES-zones IIa, IIIa en IV.

(2)  Mag worden gevangen in sector VIa benoorden 56°30′ NB.”

(3)  Exclusief naar schatting 1 063 ton industriële bijvangst.

(4)  Mag in EG-wateren worden gevist. Binnen dit quotum gedane vangsten moeten van het Noorse TAC-aandeel worden afgetrokken.

Bijzondere voorwaarden:

In de betrokken ICES-zones mogen, binnen de limieten van bovenstaande quota, niet meer dan de hieronder opgegeven hoeveelheden worden gevangen:

 

Noorse wateren van IV

(WHG/*04N-)

EG

10 884”

(5)  Exclusief naar schatting 746 ton industriële bijvangst.

Bijzondere voorwaarden:

Binnen de limieten van bovenstaande quota mag in de onderstaande zones niet meer worden gevangen dan de volgende hoeveelheden:

 

Noorse wateren van IV

(HAD/*04N-)

EG

28 535”.