6.8.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 209/13


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 25 juli 2008

tot wijziging van Beschikking 2003/766/EG tot vaststelling van noodmaatregelen om de verspreiding in de Gemeenschap van Diabrotica virgifera Le Conte te voorkomen

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 3813)

(2008/644/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (1), en met name op artikel 16, lid 3, vierde zin,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Beschikking 2003/766/EG van de Commissie (2) moeten de lidstaten noodmaatregelen nemen tegen de verspreiding binnen de Gemeenschap van Diabrotica virgifera Le Conte („het organisme”).

(2)

De uitvoering van de noodmaatregelen is op 26 en 27 februari 2008 door het Permanent Plantenziektekundig Comité geëvalueerd op basis van informatie die de door de lidstaten in 2007 uitgevoerde officiële inspecties hebben opgeleverd. De conclusie was dat in het geval van noodmaatregelen voor de uitroeiing van het organisme in gebieden waar slechts een zeer beperkt aantal exemplaren van het organisme werd aangetroffen, de toepassing van maatregelen gedurende een periode van twee jaar toereikend kan zijn om het organisme uit te roeien. Er moet dan ook worden bepaald dat die maatregelen in voorkomend geval mogen worden beperkt tot een periode van twee jaar.

(3)

Beschikking 2003/766/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Plantenziektekundig Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Beschikking 2003/766/EG wordt als volgt gewijzigd:

1.

Aan artikel 4, lid 2, wordt de volgende alinea toegevoegd:

„Indien uit de in artikel 2 bedoelde inspecties blijkt dat niet meer dan twee exemplaren van het organisme zijn aangetroffen in het kerngebied waarvoor bewijsmateriaal wordt verstrekt dat zij zijn binnengebracht in het jaar waarin de aanwezigheid ervan is gemeld, mogen de in de eerste alinea, onder b), d), f) en g), bedoelde maatregelen worden beperkt tot het jaar waarin het organisme is aangetroffen en het jaar daarna, mits het organisme in dat jaar niet wordt aangetroffen. In dit geval wordt de in artikel 4, lid 1, bedoelde monitoring in het kerngebied verscherpt.”.

2.

Aan artikel 4, lid 3, wordt de volgende alinea toegevoegd:

„Indien uit de in artikel 2 bedoelde inspecties blijkt dat niet meer dan twee exemplaren van het organisme zijn aangetroffen in het kerngebied waarvoor bewijsmateriaal wordt verstrekt dat zij zijn binnengebracht in het jaar waarin de aanwezigheid ervan is gemeld, mogen de in de eerste alinea, onder a), bedoelde maatregelen in het veiligheidsgebied worden beperkt tot het jaar waarin het organisme is aangetroffen en het jaar daarna, mits het organisme in dat jaar niet wordt aangetroffen. In dit geval wordt de in artikel 4, lid 1, bedoelde monitoring in het veiligheidsgebied verscherpt.”.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 25 juli 2008.

Voor de Commissie

Androulla VASSILIOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 169 van 10.7.2000, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2008/64/EG van de Commissie (PB L 168 van 28.6.2008, blz. 31).

(2)  PB L 275 van 25.10.2003, blz. 49. Beschikking gewijzigd bij Beschikking 2006/564/EG (PB L 225 van 17.8.2006, blz. 28).