21.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 337/67


VERORDENING (EG) Nr. 1545/2007 VAN DE COMMISSIE

van 20 december 2007

tot vaststelling van de aanvullende hoeveelheid ruwe rietsuiker van oorsprong uit de ACS-staten en India voor de voorziening van raffinaderijen in de periode van 1 oktober 2007 tot en met 30 september 2008

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 29, lid 4, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 29, lid 4, van Verordening (EG) nr. 318/2006 is bepaald dat, om voor een toereikende voorziening van communautaire raffinaderijen te zorgen, in de verkoopseizoenen 2006/2007, 2007/2008 en 2008/2009 de invoerrechten op een aanvullende hoeveelheid ingevoerde ruwe rietsuiker van oorsprong uit de in bijlage VI bij die verordening genoemde staten moeten worden geschorst.

(2)

Die aanvullende hoeveelheid moet overeenkomstig artikel 19 van Verordening (EG) nr. 950/2006 van de Commissie van 28 juni 2006 tot vaststelling, voor de verkoopseizoenen 2006/2007, 2007/2008 en 2008/2009, van de uitvoeringsbepalingen voor de invoer en de raffinage van suikerproducten in het kader van bepaalde tariefcontingenten en preferentiële overeenkomsten (2) worden berekend op basis van een op ramingen berustende communautaire voorzieningsbalans voor ruwe suiker. Voor het verkoopseizoen 2007/2008 geeft de voorzieningsbalans aan dat een aanvullende hoeveelheid ruwe suiker moet worden ingevoerd om de voorzieningsbehoeften van communautaire raffinaderijen te kunnen dekken.

(3)

Om ervoor te zorgen dat raffinaderijen in de Gemeenschap voldoende aanbod van ruwe suiker ter dekking van hun traditionele voorzieningsbehoeften hebben, dient de aanvullende hoeveelheid zo over de betrokken derde landen te worden verdeeld dat een volledige levering ervan is gegarandeerd. Wat India betreft, wordt het passend geacht vast te houden aan een initiële hoeveelheid van 10 000 ton. Voor de resterende voorzieningsbehoefte dient een totale hoeveelheid te worden vastgesteld voor de ACS-staten, die zich er collectief toe hebben verbonden onderling procedures voor de verdeling van de hoeveelheden te zullen toepassen om een adequate voorziening van de betrokken raffinaderijen te garanderen.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de periode van 1 oktober 2007 tot en met 30 september 2008 bedraagt de in artikel 29, lid 4, van Verordening (EG) nr. 318/2006 bedoelde aanvullende hoeveelheid ruwe rietsuiker bestemd om te worden geraffineerd van GN-code 1701 11 10:

a)

70 000 ton, uitgedrukt in witte suiker, van oorsprong uit de in bijlage VI bij Verordening (EG) nr. 318/2006 genoemde staten met uitzondering van India;

b)

10 000 ton, uitgedrukt in witte suiker, van oorsprong uit India.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 december 2007.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1260/2007 (PB L 283 van 27.10.2007, blz. 1).

(2)  PB L 178 van 1.7.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 371/2007 (PB L 92 van 3.4.2007, blz. 6).