6.11.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 288/22


VERORDENING (EG) Nr. 1295/2007 VAN DE COMMISSIE

van 5 november 2007

tot onderwerping aan registratieplicht van de invoer van bepaalde bereide en verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen en dergelijke) van oorsprong uit de Volksrepubliek China

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) („de basisverordening”), en met name op artikel 10, lid 4, en artikel 14, lid 5,

Na raadpleging van het raadgevend comité,

Overwegende hetgeen volgt:

De Commissie heeft overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening een verzoek ontvangen om de invoer van bepaalde bereide en verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen en dergelijke) van oorsprong uit de Volksrepubliek China aan registratieplicht te onderwerpen,

A.   BETROKKEN PRODUCT

(1)

Deze registratieplicht betreft bereide of verduurzaamde mandarijnen, tangerines en satsuma's daaronder begrepen, clementines, wilkings en andere dergelijke kruisingen van citrusvruchten, zonder toegevoegde alcohol, ook indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, zoals omschreven onder GN-post 2008, van oorsprong uit de Volksrepubliek China („het betrokken product”), ingedeeld onder de GN-codes 2008 30 55, 2008 30 75 en ex 2008 30 90.

B.   VERZOEK

(2)

De Commissie heeft een klacht ontvangen van de Spaanse nationale federatie van verenigingen in de sector groenten- en fruitconserven (FNACV) („de indiener van het verzoek”) en heeft vastgesteld dat er voldoende aanwijzingen zijn om een procedure in te leiden. Overeenkomstig artikel 5 van de basisverordening heeft zij dan ook bij een in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt bericht (het „bericht van inleiding”) de inleiding aangekondigd van een antidumpingprocedure betreffende de invoer van bepaalde bereide of verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen, enz.) van oorsprong uit de Volksrepubliek China (2).

(3)

De indiener van het verzoek vraagt ook de invoer van het betrokken product overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening aan registratieplicht te onderwerpen, zodat op deze invoer vanaf de datum van registratie achteraf maatregelen kunnen worden toegepast.

C.   BESTAANDE MAATREGELEN

(4)

Op het betrokken product zijn momenteel veelal definitieve vrijwaringsmaatregelen van toepassing die bij Verordening (EG) nr. 658/2004 van de Commissie (3) zijn ingesteld. Deze maatregelen vervallen op 8 november 2007.

D.   REDENEN VOOR DE REGISTRATIE

(5)

Overeenkomstig artikel 7, lid 1, van de basisverordening worden voorlopige rechten niet eerder dan 60 dagen na de inleiding van de procedure ingesteld. Overeenkomstig artikel 10, lid 4, van de basisverordening kan evenwel een definitief antidumpingrecht worden geheven op producten die ten hoogste 90 dagen vóór de datum van inwerkingtreding van de voorlopige maatregelen ten gebruike zijn aangegeven, op voorwaarde dat aan de voorwaarden van dat lid is voldaan en dat de invoer overeenkomstig artikel 14, lid 5, is geregistreerd. Overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening kan de Commissie, na overleg in het raadgevend comité, de douaneautoriteiten opdracht geven passende maatregelen te nemen om de invoer te registreren, zodat met ingang van de datum van registratie maatregelen met betrekking tot deze invoer kunnen worden genomen. Tot registratie van de invoer kan worden overgegaan naar aanleiding van een door de bedrijfstak van de Gemeenschap ingediend verzoek dat voldoende bewijsmateriaal bevat om een dergelijke maatregel te rechtvaardigen.

(6)

Het verzoek bevat voldoende bewijsmateriaal om registratie te rechtvaardigen. Registratie wordt ook gerechtvaardigd door bewijsmateriaal uit andere bronnen.

(7)

Wat dumping betreft, beschikt de Commissie over voldoende voorlopig bewijsmateriaal dat het betrokken product van oorsprong uit de Volksrepubliek China met dumping wordt ingevoerd en dat de exporteurs aan dumping doen. De klacht wegens dumping met verzoek om registratie bevat bewijsmateriaal voor de uitvoerprijzen tijdens het seizoen 2006/2007. Dat bewijsmateriaal wordt bevestigd door informatie uit Eurostatgegevens en uit diverse offertes voor of verklaringen betreffende uitvoerprijzen uit diverse bronnen, die aan een aantal importeurs werden toegestuurd. In dit stadium en rekening houdend met het feit dat tijdens het onderzoek misschien bijkomende gegevens beschikbaar worden, bestaat het bewijsmateriaal met betrekking tot de normale waarde in de klacht wegens dumping en het verzoek om registratie uit gedetailleerde gegevens over binnenlandse prijzen en productiekosten van alle of bijna alle producenten in een referentieland. Wanneer deze gegevens wat geraamde transport- en andere kosten betreft naar behoren worden aangepast, blijken zij in dit stadium op het eerste gezicht betrekking te hebben op hetzelfde product, dezelfde periode en hetzelfde handelsstadium, en dus grotendeels vergelijkbaar te zijn. Algemeen genomen en gezien de hoogte van de vermeende dumpingmarge wijst het bewijsmateriaal er in dit stadium in voldoende mate op dat de betrokken exporteurs met dumping uitvoeren.

(8)

Wat de schade betreft, beschikt de Commissie over voldoende voorlopig bewijsmateriaal dat de dumpingpraktijken van de exporteurs schade berokkenen of zouden berokkenen. Dat bewijsmateriaal bestaat uit gedetailleerde gegevens uit de klacht wegens dumping en het verzoek om registratie en wordt bevestigd door informatie uit andere bronnen betreffende de in artikel 3, lid 5, van de basisverordening vastgestelde belangrijkste schadefactoren. Voorts bevestigt het bewijsmateriaal betreffende het vorige vrijwaringsonderzoek het standpunt dat de invoer aanzienlijk zou toenemen en de bedrijfstak van de Gemeenschap verdere schade zou ondervinden indien geen vrijwaringsmaatregelen gelden.

(9)

De Commissie beschikt eveneens over voorlopig bewijsmateriaal uit de klacht wegens dumping en het verzoek om registratie, dat wordt bevestigd door informatie uit andere bronnen, waaruit blijkt dat de importeurs ervan op de hoogte waren of hadden moeten zijn dat de exporteurs aan dumping doen die schadelijk is of waarschijnlijk schadelijk is voor de bedrijfstak van de Gemeenschap. Er is een bericht van inleiding van een onderzoek naar vermeende schadelijke dumping gepubliceerd. Voorts wordt in diverse artikelen die sinds geruime tijd in de gespecialiseerde pers verschijnen gesuggereerd dat de bedrijfstak van de Gemeenschap schade kan lijden door de invoer tegen lage prijzen uit China. Gezien de omvang van de vermeende dumping kan tot slot redelijkerwijs worden geconcludeerd dat de importeurs van de situatie op de hoogte zijn of moeten zijn.

(10)

De Commissie beschikt voorts over voldoende voorlopig bewijsmateriaal dat deze schade wordt veroorzaakt of zou worden veroorzaakt door massale invoer met dumping tijdens een relatief korte periode, die het gunstige effect van definitieve antidumpingrechten door het tijdstip van de invoer, de hoeveelheden die met dumping worden ingevoerd en andere omstandigheden (zoals het snel aanleggen van voorraden) waarschijnlijk aanzienlijk zouden ondermijnen, tenzij deze rechten met terugwerkende kracht worden geheven. Dat bewijsmateriaal uit de klacht wegens dumping en het verzoek om registratie, dat wordt bevestigd door informatie uit andere bronnen, bestaat uit informatie over de aard van het product en onder meer zijn fungibiliteit en seizoensgebondenheid, en het feit dat het product is ingeblikt, gemakkelijk gedurende lange tijd kan worden opgeslagen en gemakkelijk kan worden vervoerd. Ook daardoor kunnen snel voorraden worden aangelegd. Voorts bevestigt bewijsmateriaal uit het vrijwaringsonderzoek het standpunt dat de invoer waarschijnlijk opnieuw drastisch zal stijgen indien er geen maatregelen gelden. Dat is zeker het geval aangezien de vrijwaringsmaatregel korte tijd na het begin van het verwerkingsseizoen vervalt.

(11)

Aan de voorwaarden voor registratie is in dit geval bijgevolg voldaan.

E.   PROCEDURE

(12)

In het licht van het bovenstaande heeft de Commissie geconcludeerd dat het verzoek van de indiener voldoende bewijsmateriaal bevat om de invoer van het betrokken product overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening aan registratieplicht te onderwerpen.

(13)

Alle belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en bewijsmateriaal te verstrekken. Bovendien kan de Commissie belanghebbenden horen, mits zij daar schriftelijk om verzoeken en kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen.

F.   REGISTRATIE

(14)

Overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening wordt de invoer van het betrokken product aan registratieplicht onderworpen om ervoor te zorgen dat, indien op grond van de bevindingen van het onderzoek antidumpingrechten worden ingesteld, deze rechten overeenkomstig de geldende wettelijke bepalingen met terugwerkende kracht kunnen worden geheven wanneer de voorwaarden daarvoor zijn vervuld.

(15)

Een eventueel toekomstig recht zal uit de bevindingen van het antidumpingonderzoek voortvloeien. De beweringen in de klacht waarin om de opening van een onderzoek wordt verzocht, bedragen meer dan 50 % voor dumping en meer dan 30 % voor schade.

G.   VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS

(16)

Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (4),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De douane-instanties wordt overeenkomstig artikel 14, lid 5, van Verordening (EG) nr. 384/96 opdracht gegeven, de nodige maatregelen te nemen om de invoer in de Gemeenschap te registreren van bereide of verduurzaamde mandarijnen, tangerines en satsuma's daaronder begrepen, clementines, wilkings en andere dergelijke kruisingen van citrusvruchten, zonder toegevoegde alcohol, ook indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, zoals omschreven onder GN-post 2008, van oorsprong uit de Volksrepubliek China, ingedeeld onder de GN-codes 2008 30 55, 2008 30 75 en ex 2008 30 90 (Taric-codes 2008309061, 2008309063, 2008309065, 2008309067 en 2008309069). Deze registratie wordt negen maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening beëindigd.

Alle belanghebbenden wordt verzocht binnen twintig dagen na de bekendmaking van deze verordening hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en bewijsmateriaal te verstrekken of te verzoeken om te worden gehoord.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 9 november 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 5 november 2007.

Voor de Commissie

Peter MANDELSON

Lid van de Commissie


(1)  PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2117/2005 (PB L 340 van 23.12.2005, blz. 17).

(2)  PB C 246 van 20.10.2007, blz. 15.

(3)  PB L 104 van 8.4.2004, blz. 67.

(4)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.