27.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 59/75


RICHTLIJN 2007/12/EG VAN DE COMMISSIE

van 26 februari 2007

tot wijziging van bepaalde bijlagen bij Richtlijn 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen van penconazool, benomyl en carbendazim

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 90/642/EEG van de Raad van 27 november 1990 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op bepaalde producten van plantaardige oorsprong, met inbegrip van groenten en fruit (1), en met name op artikel 7,

Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (2), en met name op artikel 4, lid 1, onder f),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig Richtlijn 91/414/EEG valt de toelating van gewasbeschermingsmiddelen voor gebruik op bepaalde gewassen onder de bevoegdheid van de lidstaten. Deze toelating moet stoelen op een beoordeling van de gevolgen voor de gezondheid van mens en dier en voor het milieu. Bij deze beoordeling moet onder meer worden gekeken naar de blootstelling van toedieners en omstanders, de milieueffecten in bodem, water en lucht, en de gevolgen bij mens en dier van de consumptie van residuen op behandelde gewassen.

(2)

De maximumresidugehalten (MRL’s) worden vastgesteld op basis van een zodanige toepassing van de minimumhoeveelheden bestrijdingsmiddelen die voor een effectieve gewasbescherming nodig zijn dat de hoeveelheid residu zo klein mogelijk is en toxicologisch aanvaardbaar blijft, met name wat de geschatte opname via de voeding betreft.

(3)

De MRL’s voor onder Richtlijn 90/642/EEG vallende bestrijdingsmiddelen moeten voortdurend worden bekeken en kunnen worden gewijzigd om rekening te houden met nieuwe of veranderde toepassingen. De Commissie is in kennis gesteld van nieuwe of gewijzigde toepassingen die zullen leiden tot andere gehalten aan residuen van penconazool, benomyl en carbendazim.

(4)

De levenslange blootstelling van de consument aan die bestrijdingsmiddelen via levensmiddelen die residuen daarvan kunnen bevatten, is beoordeeld en geëvalueerd volgens in de Gemeenschap gangbare procedures en werkwijzen en door de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerde richtsnoeren (3).

(5)

Voor benomyl en carbendazim bestaat een acute referentiedosis (ARfD) en is de acute blootstelling van de consument via elk levensmiddel dat residuen van deze bestrijdingsmiddelen kan bevatten volgens momenteel in de Gemeenschap gangbare procedures en werkwijzen en door de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerde richtsnoeren beoordeeld. Er is rekening gehouden met het advies en de aanbevelingen van het Wetenschappelijk Comité voor planten, met name over de bescherming van de consument van met bestrijdingsmiddelen behandelde levensmiddelen (4). Op grond van de beoordeling van de inname via de voeding moeten de MRL’s voor deze bestrijdingsmiddelen zodanig worden vastgesteld dat de ARfD niet wordt overschreden. Uit de beschikbare informatie voor de overige stoffen blijkt dat geen ARfD en dus ook geen beoordeling van de acute effecten nodig is.

(6)

Voor de nieuwe MRL op citrusvruchten voor benomyl en carbendazim heeft de aanvrager toegezegd uiterlijk in december 2007 aanvullende gegevens te verstrekken. Uit de reeds beschikbare gegevens blijkt dat de voorgestelde MRL voor de consument veilig is.

(7)

Wanneer toegelaten toepassingen van gewasbeschermingsmiddelen niet tot detecteerbare gehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in of op het levensmiddel leiden, wanneer er geen toegelaten toepassingen zijn, wanneer door de lidstaten toegelaten toepassingen niet met de nodige gegevens zijn onderbouwd, of wanneer toepassingen in derde landen die leiden tot residuen in of op levensmiddelen die op de markt van de Gemeenschap verkrijgbaar kunnen zijn, niet met de nodige gegevens zijn onderbouwd, moeten de MRL’s op de ondergrens van de analytische bepaling worden vastgesteld.

(8)

Het is daarom passend voor die bestrijdingsmiddelen nieuwe MRL’s vast te stellen.

(9)

Richtlijn 90/642/EEG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(10)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage II bij Richtlijn 90/642/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 2

1.   De lidstaten dienen uiterlijk op 27 augustus 2007 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie die bepalingen onverwijld mede, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

Zij passen die bepalingen toe vanaf 28 augustus 2007.

2.   Wanneer de lidstaten de in lid 1 bedoelde bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

3.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 26 februari 2007.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 350 van 14.12.1990, blz. 71. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/92/EG van de Commissie (PB L 311 van 10.11.2006, blz. 31).

(2)  PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/6/EG van de Commissie (PB L 43 van 15.2.2007, blz. 13).

(3)  Richtsnoeren voor het voorspellen van de opname via de voeding van residuen van bestrijdingsmiddelen (herziene versie), opgesteld door GEMS/voedselprogramma in samenwerking met het Codex-comité voor residuen van bestrijdingsmiddelen, gepubliceerd door de Wereldgezondheidsorganisatie, 1997 (WHO/FSF/FOS/97.7).

(4)  Opinion regarding questions relating to amending the annexes to Council Directives 86/362/EEC, 86/363/EEC and 90/642/EEC (uitgebracht op 14 juli 1998); Opinion regarding variable pesticide residues in fruit and vegetables (uitgebracht op 14 juli 1998), http://europa.eu.int/comm/food/fs/sc/scp/outcome_ppp_en.html


BIJLAGE

In deel A van bijlage II bij Richtlijn 90/642/EEG worden de kolommen voor penconazool, benomyl en carbendazim vervangen door:

 

Residuen van bestrijdingsmiddelen en maximumgehalten aan residuen (mg/kg)

Groepen en voorbeelden van afzonderlijke producten waarop de maximumgehalten van residuen van bestrijdingsmiddelen van toepassing zijn

Penconazool

Som van benomyl en carbendazim, uitgedrukt als carbendazim

„1.   

Fruit, vers, gedroogd of ongekookt, bevroren, zonder toegevoegde suiker; noten

i)

CITRUSVRUCHTEN

0,05 (1)

0,5 (2)

Grapefruits

 

 

Citroenen

 

 

Limoenen

 

 

Mandarijnen (inclusief clementines en andere kruisingen)

 

 

Sinaasappelen

 

 

Pomelo’s

 

 

Andere

 

 

ii)

NOTEN (al dan niet in de dop, schil of schaal)

0,05 (1)

0,1 (1)

Amandelen

 

 

Paranoten

 

 

Cashewnoten

 

 

Kastanjes

 

 

Kokosnoten

 

 

Hazelnoten

 

 

Macadamianoten

 

 

Pecannoten

 

 

Pijnboompitten

 

 

Pistaches (pimpernoten)

 

 

Walnoten

 

 

Andere

 

 

iii)

PITVRUCHTEN

0,2

0,2

Appelen

 

 

Peren

 

 

Kweeperen

 

 

Andere

 

 

iv)

STEENVRUCHTEN

 

 

Abrikozen

0,1

0,2

Kersen

 

0,5

Perziken (inclusief nectarines en soortgelijke kruisingen)

0,1

0,2

Pruimen

 

0,5

Andere

0,05 (1)

0,1 (1)

v)

BESVRUCHTEN EN KLEIN FRUIT

 

 

a)

Tafel- en wijndruiven

0,2

 

Tafeldruiven

 

0,3

Wijndruiven

 

0,5

b)

Aardbeien (andere dan bosaardbeien)

0,5

0,1 (1)

c)

Rubussoorten (andere dan wilde vruchten)

0,05 (1)

0,1 (1)

Bramen

 

 

Dauwbramen

 

 

Loganbessen

 

 

Frambozen

 

 

Andere

 

 

d)

Ander klein fruit en besvruchten (voor zover niet wild)

 

0,1 (1)

Blauwe bosbessen

 

 

Veenbessen

 

 

Aalbessen (rood, zwart en wit)

0,5

 

Kruisbessen

 

 

Andere

0,05 (1)

 

e)

Wilde besvruchten en wilde vruchten

0,05 (1)

0,1 (1)

vi)

DIVERSE VRUCHTEN

0,05 (1)

 

Avocado’s

 

 

Bananen

 

 

Dadels

 

 

Vijgen

 

 

Kiwi’s

 

 

Kumquats

 

 

Lychees

 

 

Mango’s

 

 

Olijven (tafelolijven)

 

 

Olijven (olieproductie)

 

 

Papaja’s

 

0,2

Passievruchten

 

 

Ananassen

 

 

Granaatappels

 

 

Andere

 

0,1 (1)

2.   

Groenten, vers of ongekookt, bevroren of gedroogd

i)

WORTEL- EN KNOLGEWASSEN

0,05 (1)

0,1 (1)

Rode bieten

 

 

Wortelen

 

 

Cassave

 

 

Knolselderij

 

 

Mierikswortel (peperwortel)

 

 

Aardperen (topinamboer)

 

 

Pastinaken

 

 

Wortelpeterselie

 

 

Radijzen

 

 

Schorseneren

 

 

Bataten (zoete aardappelen)

 

 

Koolrapen

 

 

Rapen

 

 

Yams

 

 

Andere

 

 

ii)

BOLGEWASSEN

0,05 (1)

0,1 (1)

Knoflook

 

 

Uien

 

 

Sjalotten

 

 

Bosuien

 

 

Andere

 

 

iii)

VRUCHTGROENTEN

 

 

a)

Solanaceae

 

 

Tomaten

0,1

0,5

Pepers (paprika’s)

0,2

 

Aubergines

0,1

0,5

Okra’s

 

2

Andere

0,05 (1)

0,1 (1)

b)

Cucurbitaceae met eetbare schil

0,1

0,1 (1)

Komkommers

 

 

Augurken

 

 

Courgettes

 

 

Andere

 

 

c)

Cucurbitaceae met niet-eetbare schil

0,1

0,1 (1)

Meloenen

 

 

Pompoenen

 

 

Watermeloenen

 

 

Andere

 

 

d)

Suikermais

0,05 (1)

0,1 (1)

iv)

KOOLSOORTEN

0,05 (1)

 

a)

Bloemkoolachtigen

 

0,1 (1)

Broccoli

 

 

Bloemkool

 

 

Andere

 

 

b)

Sluitkoolachtigen

 

 

Spruitjes

 

0,5

Sluitkool

 

 

Andere

 

0,1 (1)

c)

Bladkoolachtigen

 

0,1 (1)

Chinese kool

 

 

Boerenkool

 

 

Andere

 

 

d)

Koolrabi

 

0,1 (1)

v)

BLADGROENTEN EN VERSE KRUIDEN

0,05 (1)

0,1 (1)

a)

Sla en dergelijke

 

 

Tuinkers

 

 

Veldsla

 

 

Sla

 

 

Andijvie

 

 

Rucola

 

 

Bladeren en stengels van koolsoorten

 

 

Andere

 

 

b)

Spinazie en dergelijke

 

 

Spinazie

 

 

Snijbiet

 

 

Andere

 

 

c)

Waterkers

 

 

(d)

Witlof

 

 

e)

Kruiden

 

 

Kervel

 

 

Bieslook

 

 

Peterselie

 

 

Bladselderij

 

 

Andere

 

 

vi)

PEULGROENTEN (vers)

0,05 (1)

 

Bonen (met peul)

 

0,2

Bonen (zonder peul)

 

 

Erwten (met peul)

 

0,2

Erwten (zonder peul)

 

 

Andere

 

0,1 (1)

vii)

STENGELGROENTEN (vers)

 

0,1 (1)

Asperges

 

 

Kardoen

 

 

Bleekselderij

 

 

Knolvenkel

 

 

Artisjokken

0,2

 

Prei

 

 

Rabarber

 

 

Andere

0,05 (1)

 

viii)

FUNGI

0,05 (1)

0,1 (1)

a)

Gekweekte paddenstoelen

 

 

b)

Wilde paddenstoelen

 

 

3.

Peulvruchten

0,05 (1)

0,1 (1)

Bonen

 

 

Linzen

 

 

Erwten

 

 

Lupinen

 

 

Andere

 

 

4.

Oliehoudende zaden

0,05 (1)

 

Lijnzaad

 

 

Pinda’s

 

 

Papaverzaad

 

 

Sesamzaad

 

 

Zonnebloempitten

 

 

Kool- en raapzaad

 

 

Sojabonen

 

0,2

Mosterdzaad

 

 

Katoenzaad

 

 

Hennepzaad

 

 

Andere

 

0,1 (1)

5.

Aardappelen

0,05 (1)

0,1 (1)

Vroege aardappelen

 

 

Bewaaraardappelen

 

 

6.

Thee (gedroogde bladeren en stengels, al dan niet gefermenteerd, van Camellia sinensis)

0,1 (1)

0,1 (1)

7.

Hop (gedroogd), inclusief hoppellets en niet-geconcentreerd poeder

0,5

0,1 (1)


(1)  Geeft de ondergrens van de analytische bepaling aan.

(2)  Geeft aan dat het maximumresidugehalte voorlopig is vastgesteld tot 31 december 2007 in afwachting van de indiening van gegevens door de aanvrager. Als op die datum nog geen gegevens zijn ontvangen, zal de MRL bij een richtlijn of een verordening worden ingetrokken.”