28.3.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 71/16 |
ADVIES VAN DE RAAD
van 27 februari 2007
over het geactualiseerde convergentieprogramma van Cyprus voor de periode 2006-2010
(2007/C 71/05)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economisch beleid (1), en met name op artikel 9, lid 3,
Gezien de aanbeveling van de Commissie,
Na raadpleging van het Economisch en Financieel Comité,
BRENGT HET VOLGENDE ADVIES UIT:
(1) |
Op 27 februari 2007 heeft de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma van Cyprus voor de periode 2006-2010 behandeld. |
(2) |
In het macro-economische scenario dat aan het programma ten grondslag ligt, wordt ervan uitgegaan dat de reële BBP-groei zal aantrekken van 3,7 % in 2006 tot gemiddeld 4,1 % gedurende de rest van de programmaperiode. Afgaande op de thans beschikbare informatie lijkt dit scenario van plausibele groeihypothesen uit te gaan. De inflatieprognoses van het programma lijken eveneens realistisch. |
(3) |
In de najaarsprognoses 2006 van de diensten van de Commissie wordt het overheidstekort voor 2006 op iets minder dan 2 % van het BBP geraamd, hetgeen overeenstemt met de in het vorige geactualiseerde convergentieprogramma geformuleerde doelstelling. Aangezien de reële BBP-groei lager is dan in de vorige actualisering werd verwacht (3,7 % in plaats van 4,2 %), zullen de totale uitgaven vermoedelijk hoger uitvallen dan gepland, maar dit zal naar verwachting door hogere totale ontvangsten worden gecompenseerd. |
(4) |
Het programma mikt op een verdere consolidatie van de openbare financiën nadat het buitensporige tekort in 2005 is weggewerkt en de buitensporigtekortprocedure in juli 2006 is ingetrokken. Voorspeld wordt dat het overheidssaldo zal verbeteren van een tekort van 1,9 % van het BBP in 2006 tot 0 % in 2010. Deze verbetering zal volledig worden bewerkstelligd door een reductie van de uitgaven, daar de ontvangstenquote gedurende de gehele programmaperiode constant zal blijven. De totale uitgaven zullen tijdens de programmaperiode teruglopen met naar schatting 1 procentpunt van het BBP (waarvan 1 procentpunt van het BBP toe te schrijven is aan dalende rentebetalingen), terwijl de sociale overdrachten naar verwachting met 1 procentpunt zullen toenemen. Volgens de plannen zou het primaire overschot stijgen van 1 % van het BBP in 2006-07 tot iets meer dan 2 % van het BBP in 2008 en daarna constant blijven. In vergelijking met de vorige actualisering van het convergentieprogramma zal de geplande consolidatie iets sneller verlopen bij een in grote lijnen gelijklopend macro-economisch scenario. |
(5) |
Aangenomen wordt dat het structurele saldo (d.w.z. het conjunctuurgezuiverde begrotingssaldo, ongerekend eenmalige en andere tijdelijke maatregelen), berekend overeenkomstig de algemeen aanvaarde methode, zal omslaan van een tekort van circa 1 % van het BBP in 2006 in een overschot van ongeveer % van het BBP aan het einde van de programmaperiode. Net als in het vorige geactualiseerde convergentieprogramma wordt in het nieuwe programma als middellangetermijndoelstelling (MTD) voor de begrotingssituatie een structureel tekort van 0,5 % van het BBP gehanteerd. Deze doelstelling dient volgens het programma in 2008 te worden gerealiseerd, een jaar eerder dan in de vorige actualisering is aangegeven. Aangezien de MTD ambitieuzer is dan het minimumreferentiepunt (geraamd op een tekort van circa 1 % van het BBP), zou de verwezenlijking ervan een veiligheidsmarge tegen het ontstaan van een buitensporig tekort moeten bieden. De MTD ligt binnen de marge die in het stabiliteits- en groeipact en in de gedragscode is vastgesteld voor de lidstaten die tot het eurogebied en het WKM II behoren, en houdt afdoende rekening met de schuldquote en de gemiddelde potentiële productiegroei op lange termijn. |
(6) |
De risico's voor de begrotingsprognoses van het programma lijken over het algemeen in evenwicht te zijn. De doelstelling voor 2007 lijkt aannemelijk wanneer deze wordt vergeleken met de najaarsprognoses 2006 van de diensten van de Commissie. Voor 2008, wanneer een verbetering van het primaire overschot is gepland, wordt in het programma relatief gedetailleerde informatie verstrekt over de maatregelen die de aanpassing ondersteunen. Gezien de voorgenomen krachtige uitgavenbeperking en de geringe informatie over de uitgavenplafonds en de handhaving ervan is er enig risico op uitgavenoverschrijdingen. Daar staat tegenover dat Cyprus kan bogen op een goede reputatie wat de verwezenlijking van de begrotingsdoelstellingen betreft. |
(7) |
In het licht van deze risicobeoordeling lijkt de in het programma uitgestippelde begrotingsstrategie te volstaan om de MTD tegen 2008 te verwezenlijken, zoals in het programma wordt aangenomen. Bovendien lijkt deze een veiligheidsmarge te verschaffen die ruim genoeg is om gedurende de gehele programmaperiode te voorkomen dat het tekort bij normale macro-economische fluctuaties de drempel van 3 % van het BBP overschrijdt. Het uit het programma blijkende tempo van de aanpassing richting de MTD is in overeenstemming met het stabiliteits- en groeipact, dat voorschrijft dat de lidstaten die tot het eurogebied en het WKM II behoren, een jaarlijkse verbetering van het structurele saldo moeten nastreven met 0,5 % van het BBP als referentiepunt, en dat in goede economische tijden een grotere aanpassing moet worden bewerkstelligd, terwijl in slechte economische tijden een minder zware inspanning toelaatbaar is. Na de verwezenlijking van de MTD is het begrotingsbeleid zoals dat uit het programma naar voren komt, eveneens in overeenstemming met het pact. |
(8) |
De bruto overheidsschuld voor 2006 wordt op 64 % van het BBP geraamd en is daarmee hoger dan de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60 % van het BBP. In het programma wordt ervan uitgegaan dat de schuldquote in 2008 zal afnemen tot onder de referentiewaarde van 60 % van het BBP en aan het einde van de programmaperiode iets meer dan 46 % van het BBP zal belopen. De risico's voor de verwachte ontwikkeling van de schuldquote lijken over het algemeen in evenwicht. In het licht van de risicobeoordeling neemt de schuldquote in het begin van de programmaperiode in voldoende mate af in de richting van de referentiewaarde en zal zij deze naar verwachting in 2007 benaderen. |
(9) |
Cyprus behoort tot de EU-lidstaten waar het langetermijneffect van de vergrijzing op de begroting zich het sterkst doet gevoelen, met name in de vorm van een zeer forse stijging van de pensioenuitgaven als percentage van het BBP. De budgettaire uitgangspositie draagt ertoe bij dat het verwachte aanzienlijke langetermijneffect van de vergrijzing op de begroting ten dele wordt afgezwakt, maar het wordt er niet volledig door opgevangen. Bovendien is de overheidsschuld momenteel hoger dan de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde. De autoriteiten erkennen dat het voortzetten van de consolidatie van de openbare financiën in combinatie met het treffen van hervormingsmaatregelen op het gebied van pensioenen om de sterke toename van de leeftijdsgebonden uitgaven te beteugelen, de risico's voor de houdbaarheid van de openbare financiën zou helpen verminderen. Alles samen lijkt Cyprus ernstig risico te lopen wat de houdbaarheid van de openbare financiën betreft. |
(10) |
Het convergentieprogramma bevat een kwalitatieve beoordeling van de algemene gevolgen van het nationale hervormingsprogramma van oktober 2006 binnen het kader van de begrotingsstrategie op middellange termijn. Daarnaast verschaft het systematisch informatie over de rechtstreekse budgettaire kosten of besparingen van de voornaamste hervormingen waarin het nationale hervormingsprogramma voorziet, en in de begrotingsprognoses lijkt rekening te worden gehouden met de gevolgen van de in het nationale hervormingsprogramma geschetste maatregelen voor de openbare financiën. De in het convergentieprogramma opgenomen maatregelen op het gebied van de openbare financiën lijken aan te sluiten bij de in het kader van het nationale hervormingsprogramma voorgenomen acties. In beide programma's wordt met name uitgegaan van een geleidelijke tenuitvoerlegging van de hervorming van de pensioenen en de gezondheidszorg om de gevolgen van de vergrijzing aan te pakken. Er is ook behoefte aan versterking van het levenslang leren en verdere verruiming van de werkgelegenheid en opleidingsmogelijkheden voor jongeren. |
(11) |
De in het programma uitgestippelde begrotingsstrategie is grotendeels in overeenstemming met de globale richtsnoeren voor het economisch beleid die in de geïntegreerde richtsnoeren voor de periode 2005-2008 zijn opgenomen. |
(12) |
Wat de in de gedragscode voor stabiliteits- en convergentieprogramma's gespecificeerde gegevensvereisten betreft, bevat het programma alle verplichte en de meeste facultatieve gegevens (2). |
De Raad is van oordeel dat het programma, na de correctie van het buitensporige tekort in 2005, tijdens de programmaperiode goede vorderingen maakt richting de MTD als gevolg van de uitgavenbeperking en tegen de achtergrond van gunstige groeivooruitzichten. Verwacht wordt dat de bruto overheidsschuld in 2007 de referentiewaarde van 60 % van het BBP zal benaderen en in de daaropvolgende jaren zal blijven teruglopen.
Gezien de bovenstaande evaluatie, en met name het schuldniveau en de verwachte stijging van de leeftijdsgebonden uitgaven, wordt Cyprus verzocht:
i) |
de openbare uitgaven op het gebied van pensioenen in de hand te houden en verdere hervormingen van het pensioenstelsel en de gezondheidszorg ten uitvoer te leggen teneinde de houdbaarheid van de openbare financiën op lange termijn te verbeteren. |
ii) |
de in het programma uitgestippelde strategie voor begrotingsconsolidatie uit te voeren. |
Vergelijking van de belangrijkste macro-economische en budgettaire prognoses
|
2005 |
2006 |
2007 |
2008 |
2009 |
2010 |
|
Reëel BBP (Verandering in %) |
CP december 2006 |
3,9 |
3,7 |
3,9 |
4,1 |
4,1 |
4,1 |
COM nov 2006 |
3,8 |
3,8 |
3,8 |
3,9 |
n.b. |
n.b. |
|
CP december 2005 |
4,1 |
4,2 |
4,2 |
4,2 |
4,3 |
n.b. |
|
HICP-inflatie (%) |
CP december 2006 |
2,0 |
2,4 |
2,5 |
2,4 |
2,0 |
2,0 |
COM nov 2006 |
2,0 |
2,4 |
2,0 |
2,4 |
n.b. |
n.b. |
|
CP december 2005 |
2,1 |
2,0 |
2,0 |
2,0 |
2,0 |
n.b. |
|
Output gap (% van het potentiële BBP) |
CP december 2006 (3) |
– 0,9 |
– 1,0 |
– 1,1 |
– 1,1 |
– 1,1 |
– 1,1 |
COM nov 2006 (7) |
– 1,3 |
– 1,3 |
– 1,3 |
– 1,3 |
n.b. |
n.b. |
|
CP december 2005 (3) |
– 0,8 |
– 0,3 |
0,1 |
0,0 |
0,1 |
n.b. |
|
Overheidssaldo (% van het BBP) |
CP december 2006 |
– 2,3 |
– 1,9 |
– 1,6 |
– 0,7 |
– 0,4 |
– 0,1 |
COM nov 2006 |
– 2,3 |
– 1,9 |
– 1,7 |
– 1,7 |
n.b. |
n.b. |
|
CP december 2005 |
– 2,5 |
– 1,9 |
– 1,8 |
– 1,2 |
– 0,6 |
n.b. |
|
Primair saldo (% van het BBP) |
CP december 2006 |
1,1 |
1,4 |
1,4 |
2,1 |
2,1 |
2,2 |
COM nov 2006 |
1,1 |
1,4 |
1,4 |
1,4 |
n.b. |
n.b. |
|
CP december 2005 |
0,7 |
1,2 |
1,2 |
1,4 |
1,7 |
n.b. |
|
Conjunctuurgezuiverd saldo (% van het BBP) |
CP december 2006 (3) |
– 2,0 |
– 1,5 |
– 1,2 |
– 0,3 |
0,0 |
0,3 |
COM nov 2006 |
– 1,8 |
– 1,4 |
– 1,2 |
– 1,2 |
n.b. |
n.b. |
|
CP december 2005 (3) |
– 2,2 |
– 1,8 |
– 1,8 |
– 1,2 |
– 0,6 |
n.b. |
|
Structureel saldo (4) (% van het BBP) |
CP december 2006 (5) |
– 3,3 |
– 1,9 |
– 1,0 |
– 0,3 |
– 0,1 |
– 0,1 |
COM nov 2006 (6) |
– 2,7 |
– 1,4 |
– 1,2 |
– 1,2 |
n.b. |
n.b. |
|
CP december 2005 |
– 3,1 |
– 2,1 |
– 2,1 |
– 1,5 |
– 0,6 |
n.b. |
|
Bruto overheidsschuld (% van het BBP) |
CP december 2006 |
69,2 |
64,7 |
60,5 |
52,5 |
49,0 |
46,1 |
COM nov 2006 |
69,2 |
64,8 |
62,2 |
59,6 |
n.b. |
n.b. |
|
CP december 2005 |
70,5 |
67,0 |
64,0 |
56,9 |
53,5 |
n.b. |
|
Bron: Convergentieprogramma (CP); economische najaarsprognoses 2006 van de diensten van de Commissie (COM); berekeningen van de diensten van de Commissie. |
(1) PB L 209 van 2.8.1997, blz. 1. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1055/2005 (PB L 174 van 7.7.2005, blz. 1). Alle documenten waarnaar in deze tekst wordt verwezen, kunnen worden geraadpleegd op:
http://europa.eu.int/comm/economy_finance/about/activities/sgp/main_en.htm.
(2) Met name de gegevens over de conjunctuurontwikkelingen (tabel 5) en de bijdragen tot de potentiële BBP-groei (punt 4) ontbreken.
(3) Berekeningen van de diensten van de Commissie op basis van de in het programma voorkomende informatie.
(4) Conjunctuurgezuiverd saldo (zoals in de vorige rijen), ongerekend eenmalige en andere tijdelijke maatregelen.
(5) Eenmalige en andere tijdelijke maatregelen uit het programma (1,3 % van het BBP in 2005 en 0,4 % in 2006, alle met een tekortverminderend effect). In 2005 en 2006 omvatten deze maatregelen met EU-fondsen verband houdende transacties ter grootte van 0,4 % van het BBP.
(6) Eenmalige en andere tijdelijke maatregelen uit de najaarsprognoses 2006 van de diensten van de Commissie (0,9 % van het BBP in 2005, alle met een tekortverminderend effect) in vergelijking met het programma (zie noot 3). De diensten van de Commissie hebben geen van de met EU-fondsen verband houdende transacties als eenmalige maatregelen behandeld.
(7) Op basis van een geraamde potentiële groei van achtereenvolgens 3,9 %, 3,7 %, 3,9 % en 4,0 % in de periode 2005-2008.
Bron:
Convergentieprogramma (CP); economische najaarsprognoses 2006 van de diensten van de Commissie (COM); berekeningen van de diensten van de Commissie.