5.12.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 337/3


VERORDENING (EG) Nr. 1784/2006 VAN DE COMMISSIE

van 4 december 2006

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot het gebruik van technische hulpstoffen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 29 juni 2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen (1), inzonderheid op artikel 2, zestiende streepje, derde zin,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De ozonafbrekende stof tetrachloorkoolstof (CTC) is als gereguleerde stof opgenomen in groep IV van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2037/2000 en bijgevolg gelden er krachtens die verordening restricties ten aanzien van het gebruik ervan.

(2)

Rekening houdend met nieuwe informatie en technische ontwikkelingen waarover de Process Agents Task Force van het Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken heeft gerapporteerd in zijn voortgangsverslag van oktober 2004 (2), hebben de partijen bij het Protocol van Montreal op hun zeventiende vergadering in december 2005 besluit XVII/7 (3) aangenomen. Met name wordt CTC bij besluit XVII/7 aan de herziene tabel A van besluit X/14 toegevoegd als technische hulpstof voor de productie van radioactief gelabelde cyanocobalamine, een geneesmiddel dat wordt gebruikt voor de diagnose van de vermoedelijke oorzaken van vitamine B12-deficiëntie.

(3)

Momenteel is het gebruik van CTC als technische hulpstof bij de productie van radioactief gelabelde cyanocobalamine in de Gemeenschap verboden krachtens Verordening (EG) nr. 2037/2000. Teneinde overeenkomstig bovengenoemd recentelijk vastgesteld besluit uit hoofde van het Protocol van Montreal deze specifieke toepassing toe te staan, dient bijlage VI bij die verordening te worden gewijzigd.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 18, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2037/2000 ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage VI bij Verordening (EG) nr. 2037/2000 wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 4 december 2006.

Voor de Commissie

Stavros DIMAS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 244 van 29.9.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1366/2006 (PB L 264 van 25.9.2006, blz. 12).

(2)  Verslag van de Process Agents Task Force, oktober 2004, blz. 17 (http://hq.unep.org/ozone/teap/Reports/PATF/PATF_Report2004.pdf).

(3)  Zeventiende vergadering van de partijen bij het Protocol van Montreal (2005), besluit XVII/7: Lijst van toepassingen van gereguleerde stoffen als technische hulpstoffen (http://hq.unep.org/ozone/Meeting_Documents/mop/17mop/17mop-11.e.pdf).


BIJLAGE

„BIJLAGE VI

Processen waarbij gereguleerde stoffen worden gebruikt als technische hulpstof in de zin van artikel 2, zestiende streepje

a)

Gebruik van tetrachloorkoolstof voor de verwijdering van trichloorstikstof bij de productie van chloor en natriumhydroxide;

b)

gebruik van tetrachloorkoolstof bij de terugwinning van chloor in de afvoergassen bij de productie van chloor;

c)

gebruik van tetrachloorkoolstof bij de vervaardiging van chloorrubber;

d)

gebruik van tetrachloorkoolstof bij de vervaardiging van isobutylacetofenon (ibuprofeen-pijnstiller);

e)

gebruik van tetrachloorkoolstof bij de vervaardiging van polyfenyleentereftalamide;

f)

gebruik van tetrachloorkoolstof bij de productie van radioactief gelabelde cyanocobalamine;

g)

gebruik van chloorfluorkoolstof-11 bij de vervaardiging van dunne synthetische polyolefinevezelfilm;

h)

gebruik van chloorfluorkoolstof-12 bij de fotochemische synthese van perfluorpolyetherpolyperoxide-voorlopers van Z-perfluorpolyethers en bifunctionele derivaten;

i)

gebruik van chloorfluorkoolstof-113 bij de reductie van het tussenproduct perfluorpolyetherpolyperoxide voor de productie van perfluorpolyetherdiesters;

j)

gebruik van chloorfluorkoolstof-113 bij de vervaardiging van hoogwaardige perfluorpolyetherdiolen;

k)

gebruik van tetrachloorkoolstof bij de productie van cyclodime;

l)

gebruik van chloorfluorkoolwaterstoffen bij de onder a) tot en met k) genoemde processen ter vervanging van chloorfluorkoolstoffen of tetrachloorkoolstof.”