18.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 81/13


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 6 oktober 2004

betreffende de steunmaatregelen die Italië voornemens is ten uitvoer te leggen ten behoeve van het landbouwbedrijf „Cooperativa Agricola Moderna” S.c.r.l.

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 3639)

(Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)

(2006/224/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op hetVerdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 88, lid 1, eerste alinea,

Na de belanghebbenden te hebben verzocht (1) om overeenkomstig genoemd artikel hun opmerkingen kenbaar te maken, en gelet op deze opmerkingen,

Overwegende hetgeen volgt:

I.   PROCEDURE

(1)

Bij brief van 8 februari 2001, geregistreerd op 9 februari 2001, heeft de permanente vertegenwoordiging van Italië bij de Europese Unie overeenkomstig artikel 88, lid 3, van het Verdrag de maatregelen in kwestie bij de Commissie aangemeld.

(2)

Bij brieven van 21 augustus 2001, geregistreerd op 24 augustus 2001, van 3 december 2001, geregistreerd op 5 december 2001, en van 11 april 2002, geregistreerd op 17 april 2002, heeft de permanente vertegenwoordiging van Italië bij de Europese Unie de Commissie de aanvullende informatie verstrekt, waar de Italiaanse autoriteiten bij brieven van 9 april 2001 en 27 september 2001 en via informele contacten om waren verzocht.

(3)

Bij brief van 5 juni 2002 heeft de Commissie Italië kennis gegeven van haar besluit tot inleiding van een procedure van artikel 88, lid 2, van het Verdrag betreffende de steun in kwestie.

(4)

Het besluit van de Commissie een procedure in te leiden is bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2). De Commissie heeft de belanghebbende derden verzocht hun opmerkingen over de steun in kwestie kenbaar te maken.

(5)

De Commissie heeft geen opmerkingen van belanghebbende derden ontvangen.

(6)

Bij brief van 16 september 2002, geregistreerd op 17 september 2002, heeft Italië de Commissie nadere informatie verstrekt over de beoogde maatregel.

II.   GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE STEUN

(7)

De Cooperativa Agricola Moderna S.c.r.l. is een van de ondernemingen die in aanmerking komt voor de reddingssteun die de Commissie heeft onderzocht en goedgekeurd in het kader van dossier n. N 354/2000 (3). Het goedkeuringsbesluit voorzag in het omzetten van de reddingssteun in herstructureringssteun, op voorwaarde dat Italië binnen zes maanden na de goedkeuring van de steunmaatregel een herstructureringsplan van de onderneming zou voorleggen, overeenkomstig de bepalingen van punt 23 van de communautaire richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (hierna „de Richtsnoeren” genoemd) (4). Bij de uitvoering van deze verplichting hebben de Italiaanse autoriteiten het herstructureringsplan van de Cooperativa aangemeld. Deze beschikking betreft derhalve de herstructureringssteun.

(8)

In het kader van het herstructureringsplan is de reddingssteun, ten bedrage van 900 000 000 ITL (464 810 EUR) omgezet in een kapitaalbijdrage.

A.   Beschrijving van de onderneming

(9)

De Cooperativa Agricola Moderna S.c.r.l. is een kleine coöperatie met 69 leden, en is gespecialiseerd in wijnbouw en graanteelt (primaire productie). Momenteel beheert zij 75 ha in eigendom, 207 in pacht en nog eens 178 als inbreng.

B.   Marktstudie

(10)

Volgens de Italiaanse autoriteiten is de voornaamste activiteit van de Cooperativa het telen van voor wijnproductie bestemde druiven (80 % van de bruto verkoopbare productie). De relevante markt is dus die van de wijnbouwsector. De totale wijnproductie van de regio Le Marche, met een wijnbouwareaal van 23 500 ha, waarvan 13 000 ha bestemd voor wijnen met gecontroleerde oorsprongsbenaming, bedraagt 147 miljard ITL. Met haar 125 ha aan wijngaarden bezet de coöperatie 0,53 % van het totale wijnbouwareaal van de regio, en 0,96 % van het areaal voor wijnen met oorsprongsbenaming, voor een productie van 0,38 % van de gemiddelde regionale productie (gegevens van de laatste drie jaar).

(11)

De sector vertoont momenteel een tendens naar consumptie van wijnen van betere kwaliteit (de consumptie van wijnen met gecontroleerde oorsprongsbenaming („DOC”) neemt toe, terwijl die van tafelwijnen afneemt (5). De internationale markten worden steeds belangrijker, en de Italiaanse wijn wint aan bekendheid in het buitenland, ondanks dat het hoofd moet worden geboden aan sterke concurrentie van traditionele producenten en producenten van andere landen die in opkomst zijn binnen de sector. Bijna driekwart van de wijnproducenten exporteert naar het buitenland: het betreft voornamelijk MKB’s met een jaarlijkse omzet van minder dan 50 miljard. De wijnen met gecontroleerde oorsprongsbenaming uit Le Marche hebben een goed potentieel. De Verdicchio dei Castelli di Jesi, die als een van de beste witte wijnen van Italië wordt geclassificeerd, is samen met de Rosso Conero een van de wijnen uit Le Marche die in Italië en over heel de wereld het meest worden gewaardeerd. Er wordt een exportpercentage behaald van 30 % (6). De in het herstructureringsplan aangeduide vooruitzichten vormen een matig optimistische visie van de ontwikkeling van de wijnsector, die geen afname voorziet in de vraag naar goede wijnen die in beperkte geografische gebieden worden gemaakt. Het herstructureringsplan van de Cooperativa Moderna voorziet in de gedeeltelijke omschakeling naar dergelijke wijnen.

C.   Oorzaak van de moeilijkheden van de coöperatie

(12)

Volgens de Italiaanse autoriteiten zijn de financiële moeilijkheden van de coöperatie voornamelijk de wijten aan:

a)

Te hoge financiële lasten in verband met de financiering van investeringen door middel van leningen op korte termijn.

b)

Constante verlaging van de marktprijzen die niet vergezeld gaat van een analoge verlaging van de productiekosten (arbeidskosten, technische middelen). Met name de geringe mechanisatie van de productie en de ouderdom van bepaalde wijngaarden garanderen geen toereikende rentabiliteitsmarges.

c)

Onvoldoende voorzieningen. Gedurende de laatste vijf jaar zijn de voorzieningen voor amortisatiefondsen lager dan noodzakelijk is in verhouding tot de levensduur van de apparatuur, waardoor de financiële situatie verslechtert.

d)

Natuurrampen. De slechte weersomstandigheden die de verkoopseizoenen 1998/1999 (hagel) en 1999/2000 (hagel en droogte) hebben gekenmerkt, hebben tot verliezen geleid die slechts gedeeltelijk door de verzekering zijn vergoed, en die voor geen enkele steun in het kader van een nationale of regionale maatregelen in aanmerking zijn gekomen.

e)

Investeringen in nieuwe aanplantingen waarvoor de overheidsbijdrage aanzienlijk lager is dan het maximale percentage dat in de communautaire norm is voorzien. De regio had het maximum aan subsidiabele kosten vastgesteld op 17 000 000 ITL per hectare, en het steunpercentage op 35 %. In gebieden met steile hellingen liggen de aanplantkosten duidelijk hoger dan dit maximumbedrag (32 000 000 ITL per hectare).

(13)

Volgens de Italiaanse autoriteiten ziet het overzicht van de verliezen (gewijzigde versie) van de coöperatie er als volgt uit:

Verschil economische resultaten voor de periode 1995–2000 (7)

776 432 609 ITL (400 994 EUR)

Verschil overheidsbijdrage aan de investeringen

179 363 240 ITL (92 633 EUR)

Bruto productieverlies als gevolg van natuurrampen in 1998/1999

165 120 000 ITL (85 277 EUR)

Bruto productieverlies als gevolg van natuurrampen in 1999/2000

194 599 000 ITL (100 502 EUR)

Totaal verliezen

1 315 514 849 ITL (679 406 EUR)

D.   De reddingssteun

(14)

In het kader van de regeling N. 354/2000 had de Commissie erin toegestemd dat Italië, om te beoordelen in hoeverre de 5 ondernemingen die voor reddingssteun in aanmerking komen in moeilijkheden verkeren, de hieronder weergegeven criteria zou gebruiken. De voor steun in aanmerking komende ondernemingen moesten aan minstens 2 rendabiliteitscriteria en aan 2 financiële/structurele criteria beantwoorden.

Soorten criteria

Criterium

Waarde

Rendabiliteitsratio’s

Bedrijfsverliezen

In de laatste drie jaar geleden verliezen

Bedrijfsopbrengst/werkkapitaal

De laatste 5 boekjaren minder dan 3 % of in de laatste 5 boekjaren gedaald tot een waarde van minder dan 3 % in het laatste boekjaar (1,5 % voor coöperaties)

Bedrijfsopbrengst/productiewaarde

Afname van 50 % in de laatste 5 boekjaren, met een jaarlijkse afname van minimaal 5 % en maximaal 20 % in het laatste boekjaar

Omzet/voorraden

Afname van 20 tot 40 % in de laatste 5 boekjaren, met een afname van maximaal 15 % in het laatste boekjaar

Financiële lasten/omzet

Tussen de 4 en 15 % in de laatste 5 boekjaren

Financiële en structurele ratio’s

Betalingstermijn aan leveranciers

Toename van 70 % in de laatste 5 boekjaar, met een toename van minimaal 10 % en maximaal 30 % in het laatste boekjaar

Bedrijfsopbrengst/financiële lasten

Afname van 25-30 % in de laatste 5 boekjaren, met een jaarlijkse afname van minimaal 3-4 % en maximaal 15 % in het laatste boekjaar

(Vlottende activa – magazijn)/passiva

Maximaal 0,6 in de laatste 3 boekjaren of afname in de laatste 5 boekjaren tot een waarde van maximaal 0,6 in het laatste boekjaar

Vlottende activa/passiva

Maximaal 0,8 in de laatste 3 boekjaren of afname in de laatste 5 boekjaren tot een waarde van maximaal 0,8 in het laatste boekjaar

Vast kapitaal/vaste activa

Maximaal 0,6 in de laatste 3 boekjaren of afname in de laatste 5 boekjaren tot een waarde van maximaal 0,6 in het laatste boekjaar

Bankkrediet op korte termijn/passiva

Minimaal 0,35 en maximaal 0,6 in de laatste 5 boekjaar, met een absolute toename in het laatste boekjaar van maximaal 0,2

In het onderhavige geval voldeed de Cooperativa Moderna aan deze voorwaarde. Dat het bedrijf in moeilijkheden verkeerde was vastgesteld op grond van de volgende verhoudingen: financiële lasten/omzet, omzet/voorraden, (vlottende activa-magazijn)/passiva, bankkrediet op korte termijn/passiva.

E.   De herstructurering

(15)

Het herstructureringsplan van de coöperatie voorzag in de omschakeling van wijnbouwarealen aan het einde van de productiecyclus naar druivenrassen voor wijnen met gecontroleerde oorsprongsbenaming die het meest representatief zijn voor de regio (Verdicchio dei Castelli di Jesi en Rosso Conero), evenals in investeringen in machines, teneinde de arbeidskosten te verlagen en de levensvatbaarheid te vergroten. De volgende acties zijn voorzien:

a)

vernieuwing en herstructurering van 10 hectare aan wijngaarden voor wijnen met gecontroleerde oorsprongsbenaming volgens een vijfjarig investeringsprogramma, dat in het kader van de gemeenschapsregelgeving moet worden uitgevoerd (verordeningen (EG) n. 1493/1999 en 1227/2000);

b)

het aanleggen (in uitvoering) van 10,5 hectare wijngaarden voor wijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming (2,5 Verdicchio dei Castelli di Jesi en 8,5 Rosso Conero);

c)

de aankoop van een druivenplukmachine voor 386 900 000 ITL (199 820 EUR) die door een aantal teelthandelingen te mechaniseren de arbeidskosten kan verlagen met ongeveer 184 800 000 ITL (95 440 EUR) per jaar.

(16)

Onderstaande tabel bevat de kosten van de investeringen voor de vernieuwing en de herstructurering van de wijngaarden, die moeten plaatsvinden in de in het plan vastgestelde periode van vijf jaar:

Beschrijving

Bedrag (in ITL)

Wijngaard (10 ha × 45 miljoen ITL)

450 000 000

[Subsidiabele investering (10 ha × 40 miljoen ITL)]

[400 000 000]

Bijdrage (40 % van 400 miljoen ITL)

– 160 000 000

Te financieren eindbedrag

290 000 000

(€ 149 773)

(17)

De leden van de coöperatie hebben het maatschappelijk kapitaal opnieuw verhoogd met 100 miljoen ITL (51 650 EUR). Het maatschappelijk kapitaal is dus in het boekjaar 2000 van 92,7 miljoen ITL (47 880 EUR) naar 192,7 miljoen ITL (99 520 EUR) gegaan. Daarnaast hebben de leden van de coöperatie een lening verstrekt van 500 miljoen ITL (258 230 EUR).

(18)

De herstructureringssteun dekt tevens de kosten voor advies en mentorschap betreffende het herstructureringsplan ten bedrage van 120 000 000 ITL (61 975 EUR). Deze taken zijn voor een periode van drie jaar toevertrouwd aan de coöperatie Moncaro. De financiële structuur van het herstructureringsplan ziet er dus als volgt uit:

A.

Vroegere schuldsituatie (zoals aangegeven in de tabel hierboven)

ITL –1 315 514 849

B.

Door de leden gedragen lasten (lagere vergoeding voor inbreng, plus verhoging kapitaal)

534 233 484

Netto schuld (A – B)

– 781 281 365

Inbreng 50 % op aankoop werktuigen

– 193 450 000

Kosten mentorschap

– 120 000 000

Totaal

–1 094 731 365

F.   Gebruik van de reddingssteun

(19)

Door de reddingssteun van 900 000 000 ITL (€ 464 811 EUR) om te zetten in een kapitaalbijdrage kan de totale hierboven aangeduide schuld worden verminderd met 792 000 000 ITL (409 034 EUR), en kunnen een deel van de aankoop van de druivenplukmachine en de kosten voor mentorschap in verband met de uitvoering van het herstructureringsplan worden gedekt.

(20)

Als compenserende maatregel heeft de coöperatie toegezegd haar productiecapaciteit in de wijnsector te verminderen. Op 31 december 2001 bedroeg deze capaciteit, rekening houdend met de verbouwde rassen en de productienormen die in de normenbladen voor de verschillende wijnen met gecontroleerde oorsprongsbenaming zijn vastgesteld, 1 674,1 ton. Met de voorziene beperking van 16 % over een periode van vijf jaar, overeenkomstig de bepalingen van punt 74, onder i), van de Richtsnoeren, wordt de productiecapaciteit beperkt tot 1 406,2 ton. Dit niveau zal blijven vaststaan tot 2005; het herstructureringsplan is begin 2001 gepresenteerd.

G.   Redenen voor de inleiding van de procedure

(21)

De jaarrekeningen van de coöperatie tonen alleen in 1996 negatieve nettoresultaten. De Commissie had dus twijfels over de daadwerkelijke schuldtoestand en de moeilijkheden van de coöperatie in de periode 1995-1999.

(22)

De Commissie twijfelde of het bedrijf zijn levensvatbaarheid zou kunnen herstellen door zijn productiecapaciteit met 16 % te verlagen, en twijfelde in het bijzonder over de door Italië verstrekte cijfers, volgens welke de lagere productie een verwaarloosbaar effect zou hebben op het economische evenwicht van het bedrijf (lichte daling van verkoopopbrengst van 1-2 % in de periode 2002-2005).

(23)

De Commissie twijfelde eveneens over het bedrag van de voorziene steun, die het voor de uitvoering van de herstructurering noodzakelijke minimum leek te overschrijden. De Commissie twijfelde met name of de niet gereserveerde afschrijvingen als verliezen konden worden beschouwd, en twijfelde of, in het kader van een herstructureringsplan, de investering in werktuigen voor een niet-deficitaire productie voor steun in aanmerking kan komen.

(24)

Tot slot zette de Commissie vraagtekens bij de kosten voor mentorschap voor het herstructureringsplan, aangezien zij niet kon uitsluiten dat op indirecte wijze steun zou worden verstrekt aan de coöperatie die deze functie zou moeten uitvoeren.

III.   OPMERKINGEN VAN ITALIË

(25)

Bij brief van 16 september 2002 heeft Italië nadere inlichtingen en toelichtingen verstrekt.

(26)

Wat de vraag betreft of de coöperatie in moeilijkheden verkeert, heeft Italië bevestigd dat de coöperatie Moderna beantwoordt aan de vier door de regio gehanteerde criteria die zijn goedgekeurd in het kader van steunmaatregel N. 354/2000. Zij heeft de nadruk gelegd op de specificiteit van de coöperaties, die in het algemeen neigen break-even te draaien, ook als zij in moeilijkheden verkeren, hetgeen tevens blijkt uit de financiële lasten die voortvloeien uit een zeer grote schuldenlast, waarbij de operatieve inkomsten de financiële lasten compenseren.

(27)

Italië heeft erop gewezen dat het bedrijf in de jaren 1994-1999, om een dergelijke break-even te behalen, een aantal balansposten als volgt heeft gewaardeerd: a) lagere vergoeding voor de grond die de leden hebben ingebracht (lager dan de marktprijs), door de leden feitelijk te vragen een aanzienlijke financiering bij te dragen (434 miljoen ITL); b) door afschrijvingen te reserveren ten belope van 50 % van de percentages die overeenkomen met de daadwerkelijke gebruiksgraad van de werktuigen etc. Dit heeft tot gevolg gehad dat er geen financiële bronnen zijn gecreëerd die voor de vernieuwing van de wijngaarden konden worden bestemd, met eveneens negatieve gevolgen voor het financiële beheer.

(28)

Bovendien is het grote verlies in het boekjaar 1996 (182 miljoen ITL, gelijk aan 13 % van de omzet), niet gecompenseerd met de winst van de daaropvolgende boekjaren. In de boekjaren 1998 en 1999 waren er latente verplichtingen voor 78 miljoen ITL en 134 miljoen ITL, die het gevolg waren van kleinere opbrengsten dan die waren geschat op grond van de inbreng van de agrarische producten.

(29)

Ten aanzien van het herstellen van de levensvatbaarheid van de onderneming ondanks de vermindering van de productiecapaciteit, heeft Italië benadrukt en bevestigd dat de verplichting de wijnproductie met 16 % te verlagen over een periode van vijf jaar (door met de productie onder de limiet van 1 462 ton druiven te blijven ten opzichte van de maximaal haalbare productie), geen overeenkomstige percentuele beperking van de productiewaarde tot gevolg heeft, aangezien door over te schakelen op druiven van een hogere kwaliteit, de opbrengst van de verkoop veel minder zal worden beperkt. Italië heeft de berekeningen die in de loop van de procedure zijn gepresenteerd, bevestigd.

(30)

Wat de vraag betreft of investeringen in machines (in casu een druivenplukmachine) voor steun in aanmerking komen, heeft Italië erop gewezen dat deze aankoop noodzakelijk is om de levensvatbaarheid van de onderneming te herstellen, aangezien met deze machine een aantal teelt- en oogsthandelingen kunnen worden gemechaniseerd, waardoor er minder werkuren nodig zijn om de wijngaarden te beheren en als gevolg daarvan de productiekosten kunnen worden verminderd (met 185 miljoen ITL), waardoor de winst-en-verliesrekening van de wijnbouwactiviteiten van de onderneming weer een positief resultaat zal hebben.

(31)

Italië heeft een tabel verstrekt waaruit de daadwerkelijke kosten van wijngaarden op steile hellingen kunnen worden afgeleid, ten opzichte van de referentiewaarden op grond waarvan overheidssteun was verleend, hetgeen tot gevolg heeft gehad dat inkomsten zijn misgelopen voor een bedrag van 179 363 240 ITL.

(32)

Italië heeft daarnaast uitleg gegeven over de kosten van advies en mentorschap. Het bedrag van 120 000 000 ITL is namelijk inclusief de kosten voor de analyse van de economische en vermogenssituatie in de jaren 1994-1999, de uitwerking van het herstructureringsproject, de uitwerking van de begrotingen tot 2005, de technisch-administratieve assistentie die nodig is om de in het project voorziene steunmaatregelen ten uitvoer te leggen, het mentorschap ten aanzien van de uitgevoerde handelingen en de beoordeling van eventuele corrigerende maatregelen. Wat de kwantificatie van de kosten voor advies en mentorschap en de congruentie van het bedrag betreft, verwijst Italië naar het decreet van de President van de Republiek van 10 oktober 1994 n. 645, waarin de vergoedingen voor professionele prestaties van accountants zijn vastgesteld.

IV.   BEOORDELING VAN DE STEUN

(33)

Ingevolge artikel 87, lid 1, van het Verdrag zijn steunmaatregelen van de Staten of in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde producties vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt, voorzover deze steun het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt.

(34)

De steun in kwestie valt onder deze definitie, in de zin dat hij een economisch voordeel verschaft aan een bepaalde onderneming, met (regionale) staatsmiddelen wordt bekostigd en in staat is het handelsverkeer te beïnvloeden, gezien de positie van Italië in de wijnsector (Italië is de tweede wijnproducent van de Europese Unie en heeft in 1998 32 % van de communautaire productie gerealiseerd).

(35)

In afwijking daarvan kunnen dergelijke maatregelen echter in de gevallen aangeduid in artikel 87, lid 2 en lid 3, van het Verdrag als verenigbaar met de gemeenschappelijke markt worden beschouwd.

(36)

In het onderhavige geval is enkel de afwijking van artikel 87, lid 3, onder c) van toepassing, op grond waarvan steunmaatregelen om de ontwikkeling van bepaalde vormen van economische bedrijvigheid of van bepaalde regionale economieën te vergemakkelijken als verenigbaar met de gemeenschappelijke markt kunnen worden beschouwd, mits de voorwaarden waaronder het handelsverkeer plaatsvindt daardoor niet zodanig worden veranderd dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad.

(37)

Om een beroep te kunnen doen op de bovenstaande afwijking, rekening houdend met de aard daarvan, moet de betreffende steun in overeenstemming zijn met de voorwaarden die zijn vastgesteld in de Richtsnoeren.

(38)

In de Richtsnoeren zijn de volgende algemene voorwaarden vastgesteld voor de goedkeuring van de herstructureringssteun:

a)

de onderneming moet als een onderneming in moeilijkheden kunnen worden beschouwd;

b)

er dient een herstructureringsplan te worden gepresenteerd waarmee binnen een redelijk tijdsbestek de economisch-financiële levensvatbaarheid op lange termijn van de onderneming kan worden hersteld;

c)

er moeten maatregelen worden genomen waarmee de negatieve gevolgen voor de concurrenten kunnen worden gecompenseerd (compenserende maatregel);

d)

het bedrag en de intensiteit van de steun moeten tot het voor de uitvoering van de herstructurering strikt noodzakelijke minimum worden beperkt;

e)

de steun moet eenmalig zijn.

(39)

Uitgaande van de constatering dat er geen communautaire definitie bestaat van een onderneming in moeilijkheden (punt 4), wijzen de richtsnoeren erop dat, ter beoordeling van de reddings- en herstructureringssteun, een onderneming wordt geacht in moeilijkheden te verkeren wanneer zij niet in staat is, noch met haar eigen middelen, noch met middelen die haar eigenaren/aandeelhouders en haar schuldeisers bereid zijn in te brengen, haar verliezen, welke zonder steun van buitenaf op korte of middellange termijn vrijwel zeker tot haar faillissement zullen leiden, tot stilstand te brengen. De moeilijkheden van een onderneming blijken gewoonlijk uit toenemende verliezen, een dalende omzet, groeiende voorraden, overcapaciteit, een geringere kasstroom, een toenemende schuldenlast, toenemende rentelasten en een vermindering of een verdwijning van de waarde van de netto activa.

(40)

In het onderhavige geval waren de moeilijkheden van de onderneming al geconstateerd in het kader van een reddingssteunmaatregel (N 354/2000 goedgekeurd door de Commissie bij beschikking SG(2000) D/106283) op grond van de bij punt (14) van de onderhavige motivering aangeduide beoordelingsmethode, die een integraal deel vormt van de goedkeuringsbeschikking. De coöperatie was verklaard in moeilijkheden te verkeren op grond van de volgende criteria: financiële lasten/omzet, omzet/voorraden, vlottende activa-magazijn/passiva, bankkredieten op korte termijn/passiva.

(41)

Ondanks dat de reeds goedgekeurde reddingssteun en de herstructureringssteun die onderwerp van deze beschikking zijn aan een afzonderlijke beoordeling en goedkeuring worden onderworpen, wordt opgemerkt dat in het onderhavige geval de redding en herstructurering twee aspecten vormen van dezelfde ingreep, ook al functioneren ze verschillend (punt 9 van de richtsnoeren). De Commissie is derhalve van mening dat kan worden vastgesteld dat de onderneming in moeilijkheden verkeert (aangezien dit al eerder is geconstateerd).

(42)

Een nader onderzoek van de informatie die Italië heeft verschaft bevestigt deze conclusie. De break-even waar de Commissie twijfels over had, is een boekhoudkundig gegeven dat, in het onderhavige geval en afzonderlijk beschouwd, geen compleet beeld verschaft van de daadwerkelijke economisch-financiële soliditeit van de onderneming. In het geval van de Cooperativa Moderna blijkt de break-even het resultaat te zijn van een kunstmatig gegeven, dat behaald is doordat de leden een aanzienlijk deel van de verliezen op zich hebben genomen door een lagere vergoeding voor hun inbreng te accepteren (8), evenals doordat de afschrijvingen niet zijn gereserveerd, hetgeen – ook al laat de Italiaanse wet dit toe (9) – aangeeft dat de onderneming niet in staat is het normale vernieuwingsproces van de productiemiddelen te financieren met de eigen kasstroom.

(43)

Het bewijs dat de onderneming in moeilijkheden verkeert moet worden gezocht in de schulden op korte termijn en het gebrek aan liquide middelen, in combinatie met een daling van de omzet. Met een schuldenlast van 1 254 832 000 ITL (648 070 EUR) in 2000, een ernstig tekortschietend financieel beheer (– 238 951 430 ITL in 2000) (123 408 EUR) en een liquiditeitsratio van 0,555 in 2000, bij een dalende omzet, lijkt de Cooperativa Moderna niet in staat haar levensvatbaarheid met de eigen middelen of die van de leden, die overigens al meerdere malen hebben ingegrepen (met leningen en een lagere vergoeding voor de inbreng), te herstellen.

(44)

Voorwaarde voor de toekenning van steun is het uitvoeren van een herstructureringsplan, waarvan de looptijd zo kort mogelijk moet zijn, en dat binnen een redelijk tijdsbestek de levensvatbaarheid op lange termijn van de onderneming dient te herstellen en te zijn gebaseerd op realistische veronderstellingen betreffende de toekomstige bedrijfsomstandigheden. Met name moet er een marktstudie worden uitgevoerd. De verbetering van de levensvatbaarheid komt voornamelijk tot stand door middel van interne saneringsmaatregelen. Een herstructurering dient de afstoting van de activiteiten te omvatten die zelfs na de herstructurering structureel verliesgevend zouden blijven. (punt 32 van de Richtsnoeren).

(45)

De Italiaanse autoriteiten hebben een herstructureringsplan voorgelegd compleet met een marktstudie en de beoordeling van de vooruitzichten van de coöperatie met en zonder staatsbijdrage van 900 000 000 ITL.

(46)

Het in punt 15 van de onderhavige motivering beschreven herstructureringsplan dat een periode van drie jaar beslaat geeft de redenen aan van de bedrijfscrisis en voorziet in een aantal interne maatregelen tot herstel van de levensvatbaarheid.

(47)

De voorziene maatregelen zijn:

a)

het omschakelen van een deel van de wijngaarden naar de productie van druiven voor wijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming (Verdicchio en Rosso Conero), die volgens de marktstudie interessante commerciële vooruitzichten hebben, met overheidsbijdrage;

b)

het aanleggen (in uitvoering) van 10,5 hectare wijngaarden voor wijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming (op grond van aanplantingsrechten);

c)

de aankoop van een druivenplukmachine om de productie te automatiseren en de kosten te verlagen.

(48)

De Commissie had twijfels over de subsidiabiliteit van investeringen in werktuigen die niet onmisbaar lijken om de levensvatbaarheid te herstellen (de druivenplukmachine). Een nader onderzoek van de toegestuurde informatie heeft echter aangetoond dat de mechanisatie van de productie een sleutelelement vormt voor het herstellen van de levensvatbaarheid van het bedrijf. Volgens de door Italië verstrekte berekeningen houdt de aankoop van de machines in kwestie een jaarlijkse besparing in van 185 000 000 ITL bij het beheer van de wijngaarden, waarvan 80 % voorkomt uit de bruto verkoopbare productie van de coöperatie, zonder een toename van de productie met zich mee te brengen.

(49)

Italië heeft toegezegd de capaciteit van de wijnproductie met 16 % te verlagen voor een periode van 5 jaar. De Commissie had twijfels over de bewering van Italië dat deze beperking geen substantiële vermindering van de verkoopopbrengst tot gevolg zou hebben. Een nader onderzoek van de door Italië voorgelegde tabellen (punten 50 en 51 van de onderhavige motivering) heeft echter de theorie bevestigd dat de omschakeling naar druivenrassen voor wijnen met een gecontroleerde oorsprongsbenaming (Verdicchio superiore, Verdicchio riserva, Verdicchio passito) die meer opbrengen op de markt, grotere inkomsten tot gevolg heeft, die de voorziene beperking van de productiecapaciteit grotendeels compenseren. De voorziene beperking van de productiecapaciteit verhindert het herstellen van de levensvatbaarheid dus niet.

(50)

Berekening verkoopopbrengst zonder beperking productiecapaciteit:

Druivenras

ha

t/ha

Productiecapaciteit

Max./t

Prijs

€/kwintaal

Totale waarde

Verdicchio Castelli Jesi

0,62

14,00

8,7

42,09

3 653,52

Verdicchio Castelli Jesi

99,00

14,00

1 386,0

46,48

644 228,34

Verdicchio Superiore

0,00

11,00

0,0

50,61

0,00

Verdicchio Riserva

0,00

11,00

0,0

61,97

0,00

Verdicchio Passito

0,00

11,00

0,0

103,29

0,0

Rosso Conero doc riserva

2,22

14,00

31,1

87,80

27 287,52

Esino rosso

8,96

15,00

134,4

33,31

44 770,62

Marche IGT wit

4,89

18,00

88,0

20,66

18 183,41

Marche IGT rood

1,44

18,00

25,9

22,21

5 756,22

TOTAAL

117,13

14,29

1 674,1

 

743 879,62

Totaal ITL

 

 

 

 

1 440 351 800

(51)

Berekening verkoopopbrengst met beperking productiecapaciteit:

Druivenras

ha

t/ha

Productiecapaciteit

Max./t

Prijs

€/kwintaal

Totale waarde

Verdicchio Castelli Jesi

0,62

12,32

7,6

42,09

3 215,10

Verdicchio Castelli Jesi

59,00

12,60

743,4

46,48

345 540,65

Verdicchio Superiore

20,00

10,45

209,0

50,61

105 780,70

Verdicchio Riserva

15,00

10,45

156,8

61,97

97 145,54

Verdicchio Passito

5,00

9,22

46,1

103,29

47 607,00

Rosso Conero doc riserva

9,18

12,60

115,7

87,80

101 553,81

Esino rosso

2,00

12,60

25,2

33,31

8 394,49

Marche IGT wit

4,89

16,20

79,2

20,66

16 365,07

Marche IGT rood

1,44

16,20

23,3

22,21

5 180,60

TOTAAL

117,13

12,01

1 406,3

 

730 782,97

Variatie

 

 

 

 

–1,76 %

(52)

Punt 32 van de Richtsnoeren bepaalt dat een herstructurering de afstoting van de activiteiten dient te omvatten die zelfs na de herstructurering structureel verliesgevend zouden blijven. In het onderhavige geval zijn er geen producties die structureel verliesgevend zijn, aangezien de moeilijkheden van de onderneming voornamelijk van financiële aard zijn, en de coöperatie met de aankoop van de betreffende werktuigen de rendabiliteitsmarges betreffende de wijnbouw kan vergroten. Het herstructureringsplan is dus niet in strijd met het vereiste van de Richtsnoeren.

(53)

Op grond van de punten 35-39 van de Richtsnoeren moeten er maatregelen worden genomen om de negatieve gevolgen van de steun voor concurrenten zo veel mogelijk te beperken, vaak door beperking van de aanwezigheid van de onderneming op de betreffende markt (compenserende maatregel). De wijze waarop dit algemene principe op de agrarische sector wordt toegepast is gespecificeerd in hoofdstuk 5 van de richtsnoeren. Aangezien in de landbouwsector ook steun van zeer beperkte omvang de concurrentie kan vervalsen, eist de Commissie een compenserende maatregel van alle begunstigden van de herstructureringssteun in de vorm van een beperking van de capaciteit. In het geval van primaire productie, is een capaciteitsvermindering of sluiting van minimaal vijf jaar voorzien.

(54)

Bij maatregelen die bedoeld zijn voor specifieke producten of ondernemers, moet de vermindering van de productiecapaciteit in principe 16 % bedragen van de capaciteit waarvoor de herstructureringssteun is toegekend, teruggebracht tot 14 % in de steungebieden. In het onderhavige geval heeft Italië een vermindering voorzien van 16 % van de productiecapaciteit van het bedrijf voor een periode van 5 jaar. Aan deze voorwaarde is dus voldaan.

(55)

Op grond van punt 40 van de richtsnoeren moeten het bedrag en de intensiteit van de steun tot het voor de uitvoering van de herstructurering strikt noodzakelijke minimum worden beperkt, in samenhang met de financiële mogelijkheden van de onderneming. De begunstigden van de steun dienen met eigen middelen of door externe financiering tegen marktvoorwaarden, een belangrijke bijdrage te leveren aan het herstructureringsplan. Om mededingingsvervalsingen te beperken moet de steun in zodanige vorm worden verleend dat de onderneming niet de beschikking krijgt over extra middelen die zouden kunnen worden gebruikt voor agressieve, marktverstorende activiteiten die geen verband houden met het herstructureringsproces.

(56)

Bij het beoordelen of aan deze voorwaarde van de richtsnoeren is voldaan, heeft de Commissie rekening gehouden met de volgende elementen:

(57)

Het herstructureringsplan zal de volgende overheidsbijdragen genieten:

900 000 000 ITL (464 810 EUR) als kapitaalsubsidie, plus

160 000 000 ITL (€ 82 630 EUR) voor het aanplanten van de wijngaarden (40 % van de subsidiabele kosten).

(58)

Een deel van de 900 000 000 ITL zal de reële reeds gemaakte kosten gaan dekken (verliezen door slechte weersomstandigheden, verlieslijdende investeringen, niet-gereserveerde afschrijvingen), en een deel zal worden gebruikt in het kader van het herstructureringsplan (kosten voor mentorschap en bijdrage voor de aankoop van werktuigen). De steun blijft voornamelijk beperkt tot het voldoen van de schulden van het bedrijf en het financieren van investeringen die noodzakelijk zijn voor de herstructurering.

(59)

Op grond van het door het bedrijf gepresenteerde bedrijfsplan zal in de boekjaren nadat de herstructurering heeft plaatsgevonden geen dusdanige kasstroom ontstaan, dat het bedrijf agressieve activiteiten kan uitvoeren welke geen rechtstreeks verband houden met de in het herstructureringsplan voorziene investeringen. Daarnaast garanderen de beperkte omvang van het bedrijf en zijn bescheiden belang in de wijnsector van de regio (0,38 % van de regionale productie) dat de steun een verwaarloosbaar effect zal hebben op de concurrentie.

(60)

Wat het mentorschap betreft, hebben de door Italië verstrekte toelichtingen (zie punt 32 van de onderhavige motivering) de Commissie overtuigd van de congruentie van de voorziene bedragen, en alle twijfel weggenomen over de eventuele steun aan de coöperatie Moncaro, die is aangesteld om de betreffende diensten te verlenen.

(61)

Wat de bijdrage van de coöperatie en zijn leden aan het herstructureringsplan betreft, moet worden opgemerkt dat minstens 50 % van de investeringen die in het herstructureringsplan zijn voorzien door de coöperatie zelf zal worden gefinancierd. Om de noodzakelijke middelen te creëren hebben de leden het maatschappelijk kapitaal in 2000 verhoogd met 100 000 000 ITL en aan de coöperatie een lening bevestigd van 500 000 000 ITL. Het betreffende vereiste in de richtsnoeren kan dus als voldaan worden beschouwd.

(62)

Punt 48 van de Richtsnoeren bepaalt dat de reddingssteun slechts eenmaal mag worden verleend. Italië heeft bevestigd dit beginsel in acht te nemen.

5.   CONCLUSIES

(63)

De maatregel is in overeenstemming met de Communautaire Richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden.

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De staatssteun ten bedrage van 900 000 000 ITL die Italië voornemens is uit te voeren (464 810 EUR) ten behoeve van Cooperativa Agricola Moderna, is verenigbaar met de gemeenschappelijke markt.

Deze maatregel mag derhalve ten uitvoer worden gelegd.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de Italiaanse Republiek.

Gedaan te Brussel, 6 oktober 2004.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie


(1)  PB C 251 van 18.1.2002, blz. 3.

(2)  Zie voetnoot 1.

(3)  Brief SG (2000) D/106283 van 14.8.2000.

(4)  PB C 288 van 9.10.1999, blz. 2.

(5)  Studie Ismea-Nielsen.

(6)  Marktonderzoek voor Associazione Produttori Vini Pregiati ASSIVIP.

(7)  Bij de berekening van het bedrag van 776 432 609 ITL (400 994 EUR), dat niet als passieve post uit de jaarrekening van het bedrijf kan worden opgemaakt, werd rekening gehouden met het feit dat:

a)

in de laatste vijf jaar voor de door de leden ingebrachte grond een lagere waarde is betaald dan de marktwaarde, met een feitelijk verlies van 434 233 484 ITL (224 262,88 EUR) dat door de leden is gedragen;

b)

de coöperatie, om te garanderen dat het geleverde werk zou worden betaald volgens de vigerende overeenkomsten, ervan heeft afgezien 50 % van de afschrijvingskosten voor de machines, werktuigen en grondverbetering te reserveren, voor een totaal van 375 911 000 ITL (194 142 EUR) over vijf jaar.

(8)  50 % van de marktprijs, zoals opgemerkt door het Prijzenobservatorium dat is gepubliceerd in het tijdschrift Terra e Vita n. 2 van 2002.

(9)  DM 29/10/74 en DM 31/12/88.