8.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 155/1


DEFINITIEVE VASTSTELLING

van gewijzigde begroting nr. 1 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006

(2006/381/EG, Euratom)

DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 272, lid 4, voorlaatste alinea,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, inzonderheid op artikel 177,

Gelet op Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (1), inzonderheid op de artikelen 37 en 38,

Gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006 die definitief werd vastgesteld op 15 december 2005 (2),

Gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (3),

Gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 7 november 2002 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de financiering van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie ter aanvulling van het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (4),

Gezien het besluit van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2006 tot mobilisering van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie voor een bedrag van 106 357 627 EUR ter verlening van financiële steun aan Bulgarije, Roemenië en Oostenrijk, om deze landen te helpen de zware schade te herstellen die was teweeggebracht door de overstromingen tussen april en augustus 2005,

Gezien het voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 1 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006, ingediend door de Commissie op 10 maart 2006,

Gezien het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 1 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006, opgesteld door de Raad op 25 april 2006,

Gelet op artikel 69 en bijlage IV van zijn Reglement,

Onder verwijzing naar de resolutie van het Europees Parlement van 27 april 2006,

Overwegende dat de procedure van artikel 272 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en artikel 177 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie aldus is afgerond,

CONSTATEERT:

Enig artikel

Gewijzigde begroting nr. 1 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006 wordt definitief vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 27 april 2006.

De voorzitter

J. BORRELL FONTELLES


(1)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(2)  PB L 78 van 15.3.2006, blz. 1.

(3)  PB C 172 van 18.6.1999, blz. 1. Akkoord laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2005/708/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 269 van 14.10.2005, blz. 24).

(4)  PB C 283 van 20.11.2002, blz. 1.


DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 1 VAN DE EUROPESE UNIE VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2006

INHOUD

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

A. Financiering van de algemene begroting

B. Algemene staat van ontvangsten per begrotingsonderdeel

STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING

Afdeling III: Commissie

— Staat van uitgaven

— Titel 13: Regionaal beleid


A. INLEIDING EN FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2006 moeten worden gedekt overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen

UITGAVEN

Omschrijving

Begroting 2006

Begroting 2005 (1)

Verschil (in %)

1. Landbouw

50 991 020 000

48 464 850 000

+5,21

2. Structurele maatregelen

35 639 599 237

32 396 027 704

+10,01

3. Intern beleid

8 904 016 732

8 016 662 269

+11,07

4. Extern beleid

5 369 049 920

5 476 162 603

–1,96

5. Administratie

6 656 369 817

6 292 367 368

+5,78

6. Reserves

458 000 000

446 000 000

+2,69

7. Pretoetredingsstrategie

2 984 409 038

3 286 990 000

–9,21

8. Compensaties

1 073 500 332

1 304 988 996

–17,74

Totaal uitgaven (2)

112 075 965 076

105 684 048 940

+6,05


ONTVANGSTEN

Omschrijving

Begroting 2006

Begroting 2005 (3)

Verschil (in %)

Diverse ontvangsten (titels 4 t/m 9)

1 297 689 094

1 585 916 305

–18,17

Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0)

p.m.

2 736 707 563

 

Overschot aan eigen middelen als gevolg van een overschrijving uit hoofdstukken van het EOGFL, afdeling Garantie (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 1)

p.m.

p.m.

 

Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 2)

p.m.

525 961 402

 

Saldi aan BTW- en aan BNP/BNI-middelen uit vorige begrotingsjaren (hoofdstukken 3 1 en 3 2)

p.m.

2 451 315 772

 

Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9

1 297 689 094

7 299 901 042

–82,22

Nettobedrag van de douanerechten, de landbouwrechten en de heffingen en bijdragen „suiker” (hoofdstukken 1 0, 1 1 en 1 2)

14 225 100 000

13 944 000 000

+2,02

BTW-middelen tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3)

15 884 321 797

15 556 051 275

+2,11

Nog te financieren uit de aanvullendemiddelenbron (BNI-middelen, tabellen 3 en 4, hoofdstuk 1 4)

80 668 854 185

68 884 096 623

+17,11

Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, te dekken kredieten (4)

110 778 275 982

98 384 147 898

+12,60

Totaal ontvangsten (5)

112 075 965 076

105 684 048 940

+6,05


TABEL 1

Berekening van de aftopping van de uniforme BTW-grondslagen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom

Lidstaat

1 % van de niet-afgetopte BTW-grondslag

1 % van het bruto nationaal inkomen

Aftoppings-percentage (in %)

1 % van het bruto nationaal inkomen (BNI) × aftoppingspercentage

1 % van de afgetopte BTW-grondslag (6)

Lidstaten met afgetopte BTW-grondslag

 

(1)

(2)

(4)

(5)

(6)

(7)

België

1 310 215 000

3 128 969 000

50

1 564 484 500

1 310 215 000

 

Tsjechische Republiek

602 106 000

994 862 000

50

497 431 000

497 431 000

Tsjechische Republiek

Denemarken

819 859 000

2 099 021 000

50

1 049 510 500

819 859 000

 

Duitsland

9 799 832 000

22 810 270 000

50

11 405 135 000

9 799 832 000

 

Estland

55 930 000

98 555 000

50

49 277 500

49 277 500

Estland

Griekenland

1 072 870 000

1 893 940 000

50

946 970 000

946 970 000

Griekenland

Spanje

5 426 125 000

9 003 310 000

50

4 501 655 000

4 501 655 000

Spanje

Frankrijk

8 370 700 000

17 612 620 000

50

8 806 310 000

8 370 700 000

 

Ierland

789 535 000

1 416 737 000

50

708 368 500

708 368 500

Ierland

Italië

6 337 513 000

14 454 499 000

50

7 227 249 500

6 337 513 000

 

Cyprus

108 709 000

135 816 000

50

67 908 000

67 908 000

Cyprus

Letland

57 459 000

129 939 000

50

64 969 500

57 459 000

 

Litouwen

132 640 000

210 135 000

50

105 067 500

105 067 500

Litouwen

Luxemburg

170 252 000

256 440 000

50

128 220 000

128 220 000

Luxemburg

Hongarije

404 168 000

906 498 000

50

453 249 000

404 168 000

 

Malta

35 810 000

45 841 000

50

22 920 500

22 920 500

Malta

Nederland

2 359 925 000

4 865 105 000

50

2 432 552 500

2 359 925 000

 

Oostenrijk

1 084 190 000

2 479 885 000

50

1 239 942 500

1 084 190 000

 

Polen

1 325 076 000

2 398 275 000

50

1 199 137 500

1 199 137 500

Polen

Portugal

941 550 000

1 429 050 000

50

714 525 000

714 525 000

Portugal

Slovenië

158 752 000

292 944 000

50

146 472 000

146 472 000

Slovenië

Slowakije

165 376 000

394 000 000

50

197 000 000

165 376 000

 

Finland

699 620 000

1 613 560 000

50

806 780 000

699 620 000

 

Zweden

1 268 455 000

3 078 609 000

50

1 539 304 500

1 268 455 000

 

Verenigd Koninkrijk

9 765 154 000

19 112 000 000

50

9 556 000 000

9 556 000 000

Verenigd Koninkrijk

Totaal

53 261 821 000

110 860 880 000

 

55 430 440 000

51 321 264 500

 


Berekening van het uniforme afroepingspercentage van de BTW-middelen (artikel 2, lid 4, van Besluit 2000/597/EG, Euratom):

Uniform percentage (%) = maximaal afroepingspercentage – bevroren percentage

A.

Het maximale afroepingspercentage is vastgesteld op 0,50 % voor 2006.

B.

Vaststelling van het door de correctie voor het Verenigd Koninkrijk bevroren BTW-percentage (artikel 2, lid 4, onder b), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

1.

Berekening van het theoretische aandeel van de landen waarvan de financiële last beperkt is

Overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, is de financiële bijdrage van Duitsland (D), Nederland (NL), Oostenrijk (A) en Zweden (S) beperkt tot een kwart van hun normale bijdrage.

Formule voor een lidstaat waarvan de financiële last beperkt is, bijvoorbeeld Duitsland:

Theoretische BTW – bijdrage van Duitsland = [afgetopte BTW – grondslag van Duitsland / (afgetopte BTW – grondslag van de Europese Unie – afgetopte BTW – grondslag Verenigd Koninkrijk)] × 1/4 × correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk

Voorbeeld in cijfers: Duitsland:

Theoretische BTW – bijdrage van Duitsland = 9 799 832 000 / (51 321 264 500 – 9 556 000 000) × 1/4 × 5 685 342 107 = 333 503 200

2.

Berekening van het bevroren percentage

Bevroren percentage = [correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk – theoretische BTW – bijdragen (DE + NL + A + S)] / [afgetopte BTW – grondslag van de Europese Unie – afgetopte BTW – grondslagen (Verenigd Koninkrijk + DE + NL + A + S)]

Bevroren percentage = [5 685 342 107 – (333 503 200 + 80 311 840 + 36 896 636 + 43 167 455)] / [51 321 264 500 – (9 556 000 000 + 9 799 832 000 + 2 359 925 000 + 1 084 190 000 + 1 268 455 000)]

Bevroren percentage = 0,190492392346244 %

Uniform percentage:

0,5 %  –  0, 190 492 392 346 244 % = 0,309507607653756 %


TABEL 2

Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (BTW) overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 3)

Lidstaat

1 % van de afgetopte BTW-grondslag

Maximaal BTW-afroepingspercentage (in %)

Uniform percentage van de eigen middelen „BTW” (in %)

Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3)

(4) = (1) × (3)

België

1 310 215 000

0,50

0,309507608

405 521 510

Tsjechische Republiek

497 431 000

0,50

0,309507608

153 958 679

Denemarken

819 859 000

0,50

0,309507608

253 752 598

Duitsland

9 799 832 000

0,50

0,309507608

3 033 122 558

Estland

49 277 500

0,50

0,309507608

15 251 761

Griekenland

946 970 000

0,50

0,309507608

293 094 419

Spanje

4 501 655 000

0,50

0,309507608

1 393 296 470

Frankrijk

8 370 700 000

0,50

0,309507608

2 590 795 331

Ierland

708 368 500

0,50

0,309507608

219 245 440

Italië

6 337 513 000

0,50

0,309507608

1 961 508 487

Cyprus

67 908 000

0,50

0,309507608

21 018 043

Letland

57 459 000

0,50

0,309507608

17 783 998

Litouwen

105 067 500

0,50

0,309507608

32 519 191

Luxemburg

128 220 000

0,50

0,309507608

39 685 065

Hongarije

404 168 000

0,50

0,309507608

125 093 071

Malta

22 920 500

0,50

0,309507608

7 094 069

Nederland

2 359 925 000

0,50

0,309507608

730 414 741

Oostenrijk

1 084 190 000

0,50

0,309507608

335 565 053

Polen

1 199 137 500

0,50

0,309507608

371 142 179

Portugal

714 525 000

0,50

0,309507608

221 150 923

Slovenië

146 472 000

0,50

0,309507608

45 334 198

Slowakije

165 376 000

0,50

0,309507608

51 185 130

Finland

699 620 000

0,50

0,309507608

216 537 712

Zweden

1 268 455 000

0,50

0,309507608

392 596 472

Verenigd Koninkrijk

9 556 000 000

0,50

0,309507608

2 957 654 699

Totaal

51 321 264 500

 

 

15 884 321 797


TABEL 3

Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 4)

Lidstaat

1 % van het bruto nationaal inkomen

Uniform percentage van de eigen middelen „aanvullende grondslag”

Eigen middelen „aanvullende grondslag” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3) = (1) × (2)

België

3 128 969 000

 

2 276 820 678

Tsjechische Republiek

994 862 000

 

723 919 724

Denemarken

2 099 021 000

 

1 527 370 331

Duitsland

22 810 270 000

 

16 598 085 318

Estland

98 555 000

 

71 714 377

Griekenland

1 893 940 000

 

1 378 141 412

Spanje

9 003 310 000

 

6 551 334 443

Frankrijk

17 612 620 000

 

12 815 971 464

Ierland

1 416 737 000

 

1 030 900 625

Italië

14 454 499 000

 

10 517 938 087

Cyprus

135 816 000

 

98 827 658

Letland

129 939 000

0,7276584 (7)

94 551 209

Litouwen

210 135 000

 

152 906 505

Luxemburg

256 440 000

 

186 600 728

Hongarije

906 498 000

 

659 620 914

Malta

45 841 000

 

33 356 590

Nederland

4 865 105 000

 

3 540 134 679

Oostenrijk

2 479 885 000

 

1 804 509 232

Polen

2 398 275 000

 

1 745 125 028

Portugal

1 429 050 000

 

1 039 860 283

Slovenië

292 944 000

 

213 163 172

Slowakije

394 000 000

 

286 697 422

Finland

1 613 560 000

 

1 174 120 541

Zweden

3 078 609 000

 

2 240 175 800

Verenigd Koninkrijk

19 112 000 000

 

13 907 007 965

Totaal

110 860 880 000

 

80 668 854 185


TABEL 4

Eigen middelen op basis van het BNI — Financiering van de reserves (artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom) (hoofdstuk 1 4)

Lidstaat

Reserve voor leningen en garantie van leningen

Reserve voor spoedhulp

Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves

Eigen middelen „BNI” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3)

(4) = (1) + (2) + (3)

België

6 463 361

6 463 361

2 263 893 956

2 276 820 678

Tsjechische Republiek

2 055 039

2 055 039

719 809 646

723 919 724

Denemarken

4 335 847

4 335 847

1 518 698 637

1 527 370 331

Duitsland

47 118 080

47 118 080

16 503 849 158

16 598 085 318

Estland

203 580

203 580

71 307 217

71 714 377

Griekenland

3 912 221

3 912 221

1 370 316 970

1 378 141 412

Spanje

18 597 705

18 597 705

6 514 139 033

6 551 334 443

Frankrijk

36 381 544

36 381 544

12 743 208 376

12 815 971 464

Ierland

2 926 486

2 926 486

1 025 047 653

1 030 900 625

Italië

29 857 965

29 857 965

10 458 222 157

10 517 938 087

Cyprus

280 549

280 549

98 266 560

98 827 658

Letland

268 409

268 409

94 014 391

94 551 209

Litouwen

434 066

434 066

152 038 373

152 906 505

Luxemburg

529 716

529 716

185 541 296

186 600 728

Hongarije

1 872 509

1 872 509

655 875 896

659 620 914

Malta

94 692

94 692

33 167 206

33 356 590

Nederland

10 049 614

10 049 614

3 520 035 451

3 540 134 679

Oostenrijk

5 122 579

5 122 579

1 794 264 074

1 804 509 232

Polen

4 954 002

4 954 002

1 735 217 024

1 745 125 028

Portugal

2 951 920

2 951 920

1 033 956 443

1 039 860 283

Slovenië

605 120

605 120

211 952 932

213 163 172

Slowakije

813 867

813 867

285 069 688

286 697 422

Finland

3 333 053

3 333 053

1 167 454 435

1 174 120 541

Zweden

6 359 335

6 359 335

2 227 457 130

2 240 175 800

Verenigd Koninkrijk

39 478 741

39 478 741

13 828 050 483

13 907 007 965

Totaal

229 000 000

229 000 000

80 210 854 185

80 668 854 185

Percentage van de 1 % BNI

0,0021

0,0021

0,7235

0,7277


TABEL 5

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2005 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)

Omschrijving

Coëfficiënt (8)

Bedrag

1. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in het totaal van de niet-afgetopte BTW-grondslagen

17,8134

 

2. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in het totaal van de voor pretoetredingsuitgaven gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven

7,1843

 

3. (1) – (2)

10,6290

 

4. Totale toegerekende uitgaven

 

93 429 615 393

5. Pretoetredingsuitgaven (PTU) (9)

 

1 755 539 532

6. Voor PTU gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven = (4) – (5)

 

91 674 075 861

7. Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66

 

6 431 081 164

8. Voordeel van het Verenigd Koninkrijk (10)

 

747 129 835

9. Basiscompensatie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)

 

5 683 951 329

10. Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen (11)

 

– 1 390 778

11. Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)

 

5 685 342 107


TABEL 6

Berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op – 5 685 342 107 EUR (hoofdstuk 1 5)

Lidstaat

Aandelen in de BNI-grondslagen

Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk

Aandelen zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk

3/4 van het aandeel van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom (2)

Kolom (4) verdeeld volgens de sleutel van kolom (3)

Financieringssleutel

Op de correctie toegepaste financieringssleutel

 

(1)

(2)

(3)

(4)

(5)

(6) = (2) + (4) + (5)

(7)

België

2,82

3,41

5,35

 

1,45

4,86

276 481 607

Tsjechische Republiek

0,90

1,08

1,70

 

0,46

1,55

87 907 884

Denemarken

1,89

2,29

3,59

 

0,97

3,26

185 473 457

Duitsland

20,58

24,86

0,00

–18,65

0,00

6,22

353 367 227

Estland

0,09

0,11 

0,17

 

0,05 

0,15

8 708 506

Griekenland

1,71

2,06

3,24

 

0,88

2,94

167 352 113

Spanje

8,12

9,81

15,39

 

4,18

13,99

795 549 465

Frankrijk

15,89

19,20

30,10

 

8,18

27,37

1 556 284 347

Ierland

1,28

1,54

2,42

 

0,66

2,20

125 185 555

Italië

13,04

15,75

24,70

 

6,71

22,47

1 277 226 814

Cyprus

0,12

0,15

0,23

 

0,06

0,21

12 000 958

Letland

0,12

0,14

0,22

 

0,06

0,20

11 481 655

Litouwen

0,19

0,23

0,36

 

0,10

0,33

18 567 925

Luxemburg

0,23

0,28

0,44

 

0,12

0,40

22 659 522

Hongarije

0,82

0,99

1,55

 

0,42

1,41

80 099 874

Malta

0,04

0,05

0,08

 

0,02

0,07

4 050 597

Nederland

4,39

5,30

0,00

–3,98

0,00

1,33

75 368 185

Oostenrijk

2,24

2,70

0,00

–2,03

0,00

0,68

38 417 348

Polen

2,16

2,61

4,10

 

1,11

3,73

211 916 106

Portugal

1,29

1,56

2,44

 

0,66

2,22

126 273 555

Slovenië

0,26

0,32

0,50

 

0,14

0,46

25 885 085

Slowakije

0,36

0,43

0,67

 

0,18

0,61

34 814 584

Finland

1,46

1,76

2,76

 

0,75

2,51

142 577 207

Zweden

2,78

3,36

0,00

–2,52

0,00

0,84

47 692 531

Verenigd Koninkrijk

17,24

0,00

0,00

 

0,00

0,00

0

Totaal

100,00

100,00

100,00

–27,17

27,17

100,00

5 685 342 107

De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.

TABEL 7

Overzicht van de financiering van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat

Lidstaat

Nettolandbouwrechten (75 %)

Nettoheffingen en -bijdragen „suiker” en „isoglucose” (75 %)

Nettodouanerechten (75 %)

Totaal netto traditionele eigen middelen (75 %)

Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage

Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves

Eigen middelen „BNI”, reserves

Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, BTW

Totaal van de eigen middelen (12)

Aandeel in het financieringstotaal (%)

 

(1)

(2)

(3)

(4) = (1) + (2) + (3)

(5)

(6)

(7)

(8)

(9) = (4) + (5) + (6) + (7) + (8)

(10)

België

10 800 000

33 600 000

1 441 900 000

1 486 300 000

405 521 510

2 263 893 956

12 926 722

276 481 607

4 445 123 795

4,01

Tsjechische Republiek

2 600 000

6 500 000

158 800 000

167 900 000

153 958 679

719 809 646

4 110 078

87 907 884

1 133 686 287

1,02

Denemarken

15 800 000

19 100 000

226 400 000

261 300 000

253 752 598

1 518 698 637

8 671 694

185 473 457

2 227 896 386

2,01

Duitsland

115 500 000

159 900 000

2 517 300 000

2 792 700 000

3 033 122 558

16 503 849 158

94 236 160

353 367 227

22 777 275 103

20,56

Estland

400 000

0

16 900 000

17 300 000

15 251 761

71 307 217

407 160

8 708 506

112 974 644

0,10

Griekenland

7 300 000

4 100 000

191 300 000

202 700 000

293 094 419

1 370 316 970

7 824 442

167 352 113

2 041 287 944

1,84

Spanje

38 000 000

16 600 000

1 101 900 000

1 156 500 000

1 393 296 470

6 514 139 033

37 195 410

795 549 465

9 896 680 378

8,93

Frankrijk

58 900 000

153 000 000

1 027 300 000

1 239 200 000

2 590 795 331

12 743 208 376

72 763 088

1 556 284 347

18 202 251 142

16,43

Ierland

400 000

4 700 000

149 900 000

155 000 000

219 245 440

1 025 047 653

5 852 972

125 185 555

1 530 331 620

1,38

Italië

58 900 000

21 100 000

1 333 100 000

1 413 100 000

1 961 508 487

10 458 222 157

59 715 930

1 277 226 814

15 169 773 388

13,69

Cyprus

1 900 000

0

38 200 000

40 100 000

21 018 043

98 266 560

561 098

12 000 958

171 946 659

0,16

Letland

400 000

600 000

19 700 000

20 700 000

17 783 998

94 014 391

536 818

11 481 655

144 516 862

0,13

Litouwen

1 300 000

1 000 000

32 000 000

34 300 000

32 519 191

152 038 373

868 132

18 567 925

238 293 621

0,22

Luxemburg

100 000

0

13 800 000

13 900 000

39 685 065

185 541 296

1 059 432

22 659 522

262 845 315

0,24

Hongarije

3 200 000

5 300 000

130 400 000

138 900 000

125 093 071

655 875 896

3 745 018

80 099 874

1 003 713 859

0,91

Malta

1 200 000

0

9 000 000

10 200 000

7 094 069

33 167 206

189 384

4 050 597

54 701 256

0,05

Nederland

170 000 000

37 400 000

1 209 300 000

1 416 700 000

730 414 741

3 520 035 451

20 099 228

75 368 185

5 762 617 605

5,20

Oostenrijk

4 000 000

15 200 000

186 100 000

205 300 000

335 565 053

1 794 264 074

10 245 158

38 417 348

2 383 791 633

2,15

Polen

20 900 000

30 500 000

217 900 000

269 300 000

371 142 179

1 735 217 024

9 908 004

211 916 106

2 597 483 313

2,34

Portugal

19 900 000

1 900 000

93 900 000

115 700 000

221 150 923

1 033 956 443

5 903 840

126 273 555

1 502 984 761

1,36

Slovenië

100 000

500 000

31 100 000

31 700 000

45 334 198

211 952 932

1 210 240

25 885 085

316 082 455

0,29

Slowakije

600 000

5 200 000

46 800 000

52 600 000

51 185 130

285 069 688

1 627 734

34 814 584

425 297 136

0,38

Finland

3 000 000

3 600 000

100 200 000

106 800 000

216 537 712

1 167 454 435

6 666 106

142 577 207

1 640 035 460

1,48

Zweden

8 700 000

8 800 000

313 700 000

331 200 000

392 596 472

2 227 457 130

12 718 670

47 692 531

3 011 664 803

2,72

Verenigd Koninkrijk

219 600 000

27 600 000

2 298 500 000

2 545 700 000

2 957 654 699

13 828 050 483

78 957 482

–5 685 342 107

13 725 020 557

12,39

Totaal

763 500 000

556 200 000

12 905 400 000

14 225 100 000

15 884 321 797

80 210 854 185

458 000 000

0

110 778 275 982

100,00

B. ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSONDERDEEL

ONTVANGSTEN

TITEL 1

EIGEN MIDDELEN

Titel Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

1 0

DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

763 500 000

 

763 500 000

1 1

BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

556 200 000

 

556 200 000

1 2

DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

12 905 400 000

 

12 905 400 000

1 3

EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

15 884 321 797

 

15 884 321 797

1 4

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

80 562 496 558

106 357 627

80 668 854 185

1 5

CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN

0

 

0

 

Totaal van titel 1

110 671 918 355

106 357 627

110 778 275 982

HOOFDSTUK 1 4 —
EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

Titel Hoofdstuk Artikel Post

Omschrijving

Begroting 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

1 4

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

1 4 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

1 4 0 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

80 104 496 558

106 357 627

80 210 854 185

1 4 0 2

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor verstrekte leningen en de garantie voor verstrekte leningen

229 000 000

 

229 000 000

1 4 0 3

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor noodhulp

229 000 000

 

229 000 000

 

Subtotaal van artikel 1 4 0

80 562 496 558

106 357 627

80 668 854 185

 

Totaal van hoofdstuk 1 4

80 562 496 558

106 357 627

80 668 854 185

1 4 0
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

1 4 0 0
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

Begroting 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

80 104 496 558

106 357 627

80 210 854 185

Toelichting

Het voor het begrotingsjaar op het BNI van de lidstaten toe te passen percentage, exclusief de reserve voor leningsgaranties en de reserve voor spoedhulp, bedraagt 0,7235 %.

Rechtsgronden

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name artikel 2, lid 1, onder a).

Lidstaat

Begroting 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

België

2 260 892 089

3 001 867

2 263 893 956

Tsjechische Republiek

718 855 196

954 450

719 809 646

Denemarken

1 516 684 880

2 013 757

1 518 698 637

Duitsland

16 481 965 457

21 883 701

16 503 849 158

Estland

71 212 665

94 552

71 307 217

Griekenland

1 368 499 963

1 817 007

1 370 316 970

Spanje

6 505 501 445

8 637 588

6 514 139 033

Frankrijk

12 726 311 194

16 897 182

12 743 208 376

Ierland

1 023 688 465

1 359 188

1 025 047 653

Italië

10 444 354 811

13 867 346

10 458 222 157

Cyprus

98 136 261

130 299

98 266 560

Letland

93 889 730

124 661

94 014 391

Litouwen

151 836 774

201 599

152 038 373

Luxemburg

185 295 273

246 023

185 541 296

Hongarije

655 006 221

869 675

655 875 896

Malta

33 123 227

43 979

33 167 206

Nederland

3 515 367 970

4 667 481

3 520 035 451

Oostenrijk

1 791 884 924

2 379 150

1 794 264 074

Polen

1 732 916 168

2 300 856

1 735 217 024

Portugal

1 032 585 442

1 371 001

1 033 956 443

Slovenië

211 671 888

281 044

211 952 932

Slowakije

284 691 693

377 995

285 069 688

Finland

1 165 906 419

1 548 016

1 167 454 435

Zweden

2 224 503 576

2 953 554

2 227 457 130

Verenigd Koninkrijk

13 809 714 827

18 335 656

13 828 050 483

Totaal van post 1 4 0 0

80 104 496 558

106 357 627

80 210 854 185

AFDELING III

COMMISSIE

UITGAVEN

Titel

Omschrijving

Kredieten 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

01

ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

466 147 086

469 717 086

 

 

466 147 086

469 717 086

02

ONDERNEMINGEN

390 574 119

423 359 119

 

 

390 574 119

423 359 119

03

CONCURRENTIE

97 548 961

97 548 961

 

 

97 548 961

97 548 961

04

WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

11 928 250 588

10 079 727 089

 

 

11 928 250 588

10 079 727 089

05

LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

55 448 703 744

54 771 872 118

 

 

55 448 703 744

54 771 872 118

06

ENERGIE EN VERVOER

1 459 025 247

1 291 334 247

 

 

1 459 025 247

1 291 334 247

07

MILIEU

344 434 340

309 801 740

 

 

344 434 340

309 801 740

08

ONDERZOEK

3 524 747 779

3 258 137 779

 

 

3 524 747 779

3 258 137 779

09

INFORMATIEMAATSCHAPPIJ EN MEDIA

1 424 166 168

1 416 306 168

 

 

1 424 166 168

1 416 306 168

10

EIGEN ONDERZOEK

330 204 645

347 875 739

 

 

330 204 645

347 875 739

11

VISSERIJ

915 713 863

847 373 474

 

 

915 713 863

847 373 474

12

INTERNE MARKT

73 972 241

77 622 241

 

 

73 972 241

77 622 241

13

REGIONAAL BELEID

28 628 310 488

22 787 886 649

106 357 627

106 357 627

28 734 668 115

22 894 244 276

14

BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

126 984 742

119 198 162

 

 

126 984 742

119 198 162

15

ONDERWIJS EN CULTUUR

1 003 223 237

949 786 637

 

 

1 003 223 237

949 786 637

16

PERS EN COMMUNICATIE

200 716 817

194 646 817

 

 

200 716 817

194 646 817

17

GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING

553 930 961

553 742 075

 

 

553 930 961

553 742 075

18

RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID

590 398 365

578 031 365

 

 

590 398 365

578 031 365

19

EXTERNE BETREKKINGEN

3 469 757 261

3 292 144 211

 

 

3 469 757 261

3 292 144 211

20

HANDEL

82 008 988

82 208 988

 

 

82 008 988

82 208 988

21

ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN

1 258 545 714

1 237 372 714

 

 

1 258 545 714

1 237 372 714

22

UITBREIDING

2 065 850 825

2 104 300 825

 

 

2 065 850 825

2 104 300 825

23

HUMANITAIRE HULP

514 840 983

516 240 983

 

 

514 840 983

516 240 983

24

FRAUDEBESTRIJDING

64 726 695

63 365 495

 

 

64 726 695

63 365 495

25

BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE

213 458 889

213 458 889

 

 

213 458 889

213 458 889

26

ADMINISTRATIE VAN DE COMMISSIE

656 789 836

656 789 836

 

 

656 789 836

656 789 836

27

BEGROTING

1 156 324 787

1 156 324 787

 

 

1 156 324 787

1 156 324 787

28

AUDIT

11 460 784

11 460 784

 

 

11 460 784

11 460 784

29

STATISTIEK

131 953 645

128 651 445

 

 

131 953 645

128 651 445

30

PENSIOENEN

945 245 000

945 245 000

 

 

945 245 000

945 245 000

31

RESERVES

653 390 634

528 574 134

 

 

653 390 634

528 574 134

 

Uitgaven D — Totaal

118 731 407 432

109 510 105 557

106 357 627

106 357 627

118 837 765 059

109 616 463 184

TITEL 13

REGIONAAL BELEID

Algemene doelstellingen

Het doel van dit beleid is de economische en sociale samenhang te versterken door de verschillen in de regionale ontwikkelingsniveaus binnen de Europese Unie te verkleinen.

Titel Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN REGIONAAL BELEID

94 902 813

94 902 813

 

 

94 902 813

94 902 813

13 03

EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN

21 925 775 565

18 396 633 836

 

 

21 925 775 565

18 396 633 836

13 04

COHESIEFONDS

6 027 132 110

3 500 550 000

 

 

6 027 132 110

3 500 550 000

13 05

PRETOETREDINGSSTEUN MET BETREKKING TOT HET STRUCTUURBELEID

580 500 000

795 800 000

 

 

580 500 000

795 800 000

13 06

BEHEER VAN HET SOLIDARITEITSFONDS

p.m.

p.m.

106 357 627

106 357 627

106 357 627

106 357 627

13 49

UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

p.m.

 

 

p.m.

 

Totaal van titel 13

28 628 310 488

22 787 886 649

106 357 627

106 357 627

28 734 668 115

22 894 244 276

HOOFDSTUK 13 06 —
BEHEER VAN HET SOLIDARITEITSFONDS

Hoofdstuk Artikel Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 06

BEHEER VAN HET SOLIDARITEITSFONDS

13 06 01

Solidariteitsfonds van de Europese Unie — Lidstaten

3

p.m.

p.m.

14 798 589

14 798 589

14 798 589

14 798 589

 

Subtotaal van artikel 13 06 01

 

p.m.

p.m.

14 798 589

14 798 589

14 798 589

14 798 589

13 06 02

Solidariteitsfonds van de Europese Unie — Toetredingslanden

7.5

p.m.

p.m.

91 559 038

91 559 038

91 559 038

91 559 038

 

Subtotaal van artikel 13 06 02

 

p.m.

p.m.

91 559 038

91 559 038

91 559 038

91 559 038

 

Totaal van hoofdstuk 13 06

 

p.m.

p.m.

106 357 627

106 357 627

106 357 627

106 357 627

13 06 01
Solidariteitsfonds van de Europese Unie — Lidstaten

Kredieten 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

14 798 589

14 798 589

14 798 589

14 798 589

Indicatief tijdschema voor de betalingen:

Vastleggingen

Betalingen

2005

2006

2007

2008

Volgende begrotingsjaren en andere

Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2005

 

 

 

 

 

 

Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2004

 

 

 

 

 

 

Kredieten 2005

 

 

 

 

 

 

Kredieten 2006

14 798 589

 

14 798 589

 

 

 

Totaal

14 798 589

 

14 798 589

 

 

 

Toelichting

Dit artikel dient om de kredieten op te nemen die worden vrijgemaakt wanneer in de lidstaten bij natuur-, milieu- of technologierampen een beroep wordt gedaan op het Solidariteitsfonds van de Europese Unie.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad van 11 november 2002 tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (PB L 311 van 14.11.2002, blz. 3).

Referentiebesluiten

Interinstitutioneel Akkoord van 7 november 2002 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de financiering van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie ter aanvulling van het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (PB C 283 van 20.11.2002, blz. 1).

13 06 02
Solidariteitsfonds van de Europese Unie — Toetredingslanden

Kredieten 2006

Gewijzigde begroting nr. 1

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

91 559 038

91 559 038

91 559 038

91 559 038

Toelichting

Dit artikel dient om de kredieten op te nemen die worden vrijgemaakt wanneer in de toetredingslanden bij natuur-, milieu- of technologierampen een beroep wordt gedaan op het Solidariteitsfonds van de Europese Unie.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad van 11 november 2002 tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (PB L 311 van 14.11.2002, blz. 3).

Referentiebesluiten

Interinstitutioneel Akkoord van 7 november 2002 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de financiering van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie ter aanvulling van het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (PB C 283 van 20.11.2002, blz. 1).


(1)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2005 (PB L 60 van 8.3.2005, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 t/m 8 voor 2005.

(2)  Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

(3)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2005 (PB L 60 van 8.3.2005, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 t/m 8 voor 2005.

(4)  De eigen middelen voor de begroting 2006 zijn vastgesteld op basis van de begrotingsramingen die tijdens de 133e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen van 8 april 2005 werden goedgekeurd.

(5)  Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

(6)  De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het BNI.

(7)  Berekening van het percentage: (80 668 854 185) / (110 860 880 000) = 0,727658432668043 %.

(8)  Afgeronde percentages.

(9)  De pretoetredingsuitgaven (PTU) zijn uit kredieten van 2003, gecorrigeerd op basis van de BBP-deflator van de Europese Unie voor 2004, gefinancierde betalingen aan de tien nieuwe (op 1 mei 2004 toegetreden) lidstaten. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegerekende uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dat ook na de uitbreiding niet worden.

(10)  Het „Britse voordeel” bestaat uit het gecombineerde effect van het overstappen op afgetopte BTW en het invoeren van de BNP/BNI-eigenmiddelenbron.

(11)  Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.

(12)  Totaal van de eigen middelen in procent van het BNI: (110 778 275 982) / (11 086 088 000 000) = 1,00 %; maximum van de eigen middelen in procent van het BNI: 1,24 %.