15.4.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 97/13


VERORDENING (EG) Nr. 570/2005 VAN DE COMMISSIE

van 14 april 2005

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 118/2005 ten aanzien van de vastgestelde begrotingsmaxima voor op grond van artikel 71 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad te verlenen rechtstreekse betalingen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001 (1), en met name op artikel 71, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 118/2005 tot wijziging van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 en tot vaststelling, overeenkomstig die verordening, van begrotingsmaxima voor een gedeeltelijke of facultatieve uitvoering van de bedrijfstoeslagregeling en van jaarlijkse totaalbedragen voor de regeling inzake één enkele areaalbetaling zijn voor het kalenderjaar 2005 de begrotingsmaxima voor op grond van artikel 71 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 te verlenen rechtstreekse betalingen vastgesteld.

(2)

Frankrijk heeft onlangs bij de berekening van de toeslagrechten ontdekt dat er een niet te verwaarlozen verschil bestaat tussen enerzijds het financiële resultaat van het gebruik van de individuele fysieke gegevens betreffende de verschillende rechtstreekse betalingen in de referentieperiode, welke gegevens ten grondslag liggen aan de bepaling van de referentiebedragen, en anderzijds de door Frankrijk meegedeelde gegevens die zijn gebruikt om de voor de verschillende rechtstreekse betalingen geldende begrotingsmaxima vast te stellen bij Verordening (EG) nr. 118/2005.

(3)

De bij Verordening (EG) nr. 118/2005 voor Frankrijk voor 2005 vastgestelde begrotingsmaxima voor de rechtstreekse betalingen dienen te worden gewijzigd.

(4)

Verordening (EG) nr. 118/2005 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor rechtstreekse betalingen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 118/2005 wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 14 april 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 118/2005 van de Commissie (PB L 24 van 27.1.2005, blz. 15).


BIJLAGE

„BIJLAGE IV

BEGROTINGSMAXIMA VOOR OP GROND VAN ARTIKEL 71 VAN VERORDENING (EG) Nr. 1782/2003 TE VERLENEN RECHTSTREEKSE BETALINGEN

Kalenderjaar 2005

(1000 EUR)

 

Griekenland

Finland

Frankrijk (1)

Malta

Nederland

Slovenië

Spanje (1)

Areaalbetalingen voor akkerbouwgewassen 63 EUR/t

297 389

278 100

5 050 765

174

174 186

12 467

1 621 440

Areaalbetalingen voor akkerbouwgewassen 63 EUR/t, POSEI

 

 

 

 

 

 

23

Specifieke regionale steun voor akkerbouwgewassen 24 EUR/t

 

80 700

 

 

 

 

 

Toeslag voor durumtarwe (291 EUR/ha) en specifiek steunbedrag voor durumtarwe in niet-traditionele productiegebieden (46 EUR/ha)

179 500

 

62 828

 

 

 

171 822

Steun voor zaaddragende leguminosen

2 100

 

1 331

 

 

 

60 518

Steun voor zaaddragende leguminosen, POSEI

 

 

 

 

 

 

1

Steun voor zaaizaad

1 400

2 900

16 581

29

10 400

35

10 347

Zoogkoeienpremie

25 700

9 300

733 137

26

10 900

5 183

279 830

Aanvullende zoogkoeienpremie

3 100

600

1 279

3

 

626

28 937

Speciale premie voor mannelijke runderen

29 900

40 700

389 619

201

20 400

5 813

147 721

Slachtpremie, volwassen runderen

8 000

27 600

253 119

144

62 200

3 867

142 954

Slachtpremie, kalveren

 

100

79 472

 

40 300

538

602

Extensiveringsbedrag in de sector rundvlees

17 600

16 780

260 795

 

900

5 360

153 486

Extra betalingen aan rundvleesproducenten

3 800

6 100

90 586

19

23 900

889

31 699

Ooien- en geitenpremie

180 300

1 200

136 021

53

13 800

520

366 997

Aanvullende ooien- en geitenpremie

63 200

400

40 391

18

300

178

111 589

Extra betalingen aan schapen- en geitenhouders

8 800

100

7 026

3

700

26

18 655

Betalingen aan zetmeelaardappelproducenten (44,216 EUR/t)

 

2 400

11 250

 

21 800

 

 

Areaalsteun voor rijst (102 EUR/t)

15 400

 

10 827

 

 

 

67 991

Areaalsteun voor rijst (102 EUR/t), Franse overzeese departementen

 

 

3 053

 

 

 

 

Inkomenssteun voor gedroogde voedergewassen

1 100

20

41 224

 

6 800

 

44 075

Aanvullende premies in de sectoren rund- en schapenvlees op de Egeïsche eilanden

1 000

 

 

 

 

 

 

Areaalsteun voor hop

 

 

391

 

 

298

375


(1)  Afgetrokken is de steun die overeenstemt met de premies die in de referentiejaren 2000-2002 in de ultraperifere regio’s zijn betaald in sectoren van de dierlijke productie.”