12.6.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 212/69


Rectificatie van Beschikking 2004/479/EG van de Commissie van 29 april 2004 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor bepaalde nationale referentielaboratoria voor de opsporing van residuen in de nieuwe lidstaten

( Publicatieblad van de Europese Unie L 160 van 30 april 2004 )

Beschikking 2004/479/EG wordt als volgt gelezen:

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 29 april 2004

tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor bepaalde nationale referentielaboratoria voor de opsporing van residuen in de nieuwe lidstaten

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 1743)

(Voor de EER relevante tekst)

(2004/479/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op het Verdrag betreffende de toetreding van de Tsjechische Republiek, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije, en met name op artikel 2, lid 3,

Gelet op de Akte van toetreding van de Tsjechische Republiek, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije, en met name op artikel 42,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Sommige nationale referentielaboratoria voor de opsporing van residuen in de nieuwe lidstaten, die worden genoemd in Beschikking 98/536/EG van de Commissie (1), zullen problemen hebben met het uitvoeren van bepaalde taken vanaf 1 mei 2004 overeenkomstig Richtlijn 96/23/EG van de Raad van 29 april 1996 inzake controlemaatregelen ten aanzien van bepaalde stoffen en residuen daarvan in levende dieren en in producten daarvan en tot intrekking van de Richtlijnen 85/358/EEG en 86/469/EEG en de Beschikkingen 89/187/EEG en 91/664/EEG (2).

(2)

Die laboratoria hebben enige tijd nodig om zich voor te bereiden, in het bijzonder wat de ontwikkeling van analysemethoden betreft, om volledig aan Richtlijn 96/23/EG te kunnen voldoen.

(3)

Ter vergemakkelijking van de overgang van de huidige regeling in de nieuwe lidstaten naar de regeling die voortvloeit uit de toepassing van de communautaire veterinaire wetgeving moet er voor deze laboratoria dus een overgangsperiode worden vastgesteld om hen in staat te stellen de nodige voorbereidingen te treffen.

(4)

De laboratoria hebben betrouwbare garanties gegeven betreffende het bestaan van de nodige overeenkomsten met andere laboratoria in de Gemeenschap die gedurende die periode de noodzakelijke taken zullen uitvoeren.

(5)

Gezien de mate van voorbereiding van deze laboratoria dient de overgangsperiode niet langer te zijn dan twaalf maanden.

(6)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Tot en met 1 mei 2005 mogen de in kolom D van de bijlage genoemde laboratoria de taken als bedoeld in artikel 14, lid 1, van Richtlijn 96/23/EG uitvoeren waarvoor de in kolom B genoemde laboratoria krachtens die richtlijn zijn opgenomen in Beschikking 98/536/EG van de Commissie.

Artikel 2

Deze beschikking is van toepassing onder voorbehoud en vanaf de datum van inwerkingtreding van het Toetredingsverdrag van de Tsjechische Republiek, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije.

Artikel 3

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 29 april 2004.

Voor de Commissie

David BYRNE

Lid van de Commissie

BIJLAGE

Lidstaat

(A)

Nationaal referentielaboratorium

(B)

Groep residuen

(C)

Geassocieerd laboratorium

(D)

Tsjechië

National Reference Laboratory for residues of Veterinary Drugs Ústav pro státní kontrolu veterinárnich biopreparátů a léčiv Hudcova 56 A 621 00 Brno

Groep A6 (nitrofuranen)

RIKILT — Institute of Food Safety — Wageningen NL

Estland

Veterinaar- ja Toidulaboratoorium

Väike-Paala 3

11415 Tallinn

Groepen A2, A3, B2a (avermectines)

EELA — Finland

Groep A5

LABERCA — Nantes Frankrijk

Groep A6 (bevestiging)

Chemistry Unit — GALAB — Duitsland

Groep B2a-levamisol, B3e

Danish Veterinary and Food Administration — Denemarken

Groep B3e

Danish Veterinary and Food Administration — Denemarken

Cyprus

Εθνικό Έργαστήριο Αναφοράς για

τον έλεγχο των υπολειμμάτων

Γενικό Χημείο του Κράτους

Κίμωνος 44

1451 Λευκωσία

National Reference Laboratory for the Control of Residues

General State Laboratory

Kimonos 44

1451, Nicosia

 

 

Letland

Valsts veterinārmedicīnas diagnostikas centrs

Lejupes iela 3

Rīga, LV-1076

Groep B1 in honing

Groep B3e in vis

EELA - Finland

Litouwen

Nacionalinė veterinarijos laboratorija

J.Kairiūkščio g. 10

LT-2021 Vilnius

Groepen B1, B3e in vis

Groepen A6, B1, B2c in honing

W.E.J GmbH

Stenzelring 14 b

21107 Hamburg

Duitsland

Slovenië

Nacionalni veterinarski Inštitut

Gerbičeva 60

SI-1000 Ljubljana

Groepen A1, A3, A4, A5, A6, B2b, B2d

Chelab — Italië

Amitraz in honing

Regional Public Health Laboratory of Nova Gorica (ZZV-Ng)

Kwik in vis

Institute of Public Health — Ljubljana

Slowakije

Štátny veterinárny a potravinový ústav

Akademická 3

SK - 949 01 Nitra

Štátny veterinárny a potravinový ústav

Hlinkova 1/B

SK - 040 01 Košice

Bevestiging voor groepen A1, A3, A4, A5

ISCVBM BRNO (Tsjechië)

Bevestiging voor groep B3d

State Veterinary Institute JIHLAVA (Tsjechië)


(1)  PB L 251 van 11.9.1998, blz. 39.

(2)  PB L 125 van 23.5.1996, blz. 10. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij het Toetredingsverdrag van 2003.