32003R1408

Verordening (EG) nr. 1408/2003 van de Commissie van 7 augustus 2003 houdende afwijking voor het verkoopseizoen 2003/2004 van Verordening (EG) nr. 2316/1999 ten aanzien van de braaklegging in bepaalde lidstaten

Publicatieblad Nr. L 201 van 08/08/2003 blz. 0005 - 0007


Verordening (EG) nr. 1408/2003 van de Commissie

van 7 augustus 2003

houdende afwijking voor het verkoopseizoen 2003/2004 van Verordening (EG) nr. 2316/1999 ten aanzien van de braaklegging in bepaalde lidstaten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1251/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1038/2001(2), en met name op artikel 9,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Bij Verordening (EG) nr. 2316/1999 van de Commissie van 22 oktober 1999 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1251/1999 van de Raad tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1035/2003(4), zijn de voorwaarden vastgesteld voor de toekenning van areaalbetalingen voor bepaalde akkerbouwgewassen. In artikel 19, leden 2 en 3, van Verordening (EG) nr. 2316/1999 is bepaald dat de braakgelegde percelen uit productie moeten worden genomen voor een periode die uiterlijk op 15 januari ingaat en op zijn vroegst op 31 augustus eindigt, en dat zij, behoudens andersluidende bepalingen, niet mogen worden gebruikt voor landbouwproductie, noch voor een winstgevende bestemming.

(2) De laatste maanden is het weer uiterst droog geweest in bepaalde gebieden van de Gemeenschap, waardoor de groenvoedervoorziening sterk is aangetast en voor de veehouders een aanzienlijk inkomensverlies dreigt, doordat zij hun dieren moeten verkopen indien een normale voeding niet kan worden gegarandeerd.

(3) Krachtens Verordening (EG) nr. 1360/2003 van de Commissie van 31 juli 2003 houdende afwijking voor het verkoopseizoen 2003/2004 van Verordening (EG) nr. 2316/1999 ten aanzien van de braaklegging in bepaalde gebieden van de Gemeenschap(5) mogen braakgelegde gronden in de betrokken gebieden worden gebruikt voor het produceren van veevoeder. Aangezien de droogte zich ondertussen ook in andere gebieden van de Gemeenschap voordoet, is het wenselijk op lokaal vlak aanvullende voedermiddelen te vinden om het vee tot in de herfst te kunnen voederen.

(4) Aangezien zowel het weer als de voorraden diervoeders voortdurend veranderen, moet op grond van deze uitzonderlijke situatie dringend in een nieuwe afwijking van Verordening (EG) nr. 2316/1999 worden voorzien door de betrokken lidstaten toe te staan de voorwaarden en objectieve criteria vast te stellen om, voordat de braakleggingsperiode is afgelopen, braakgelegde grond aan te wenden voor de teelt van als veevoeder te gebruiken akkerbouwgewassen, met dien verstande dat moet worden voorzien in maatregelen om te garanderen dat de grond niet wordt gebruikt voor een winstgevende bestemming.

(5) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. In afwijking van artikel 19, leden 2 en 3, van Verordening (EG) nr. 2316/1999 mogen de in de bijlage genoemde lidstaten de voorwaarden en objectieve criteria vaststellen om in het verkoopseizoen 2003/2004 braakgelegde gronden in andere dan de in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1360/2003 genoemde gebieden te gebruiken voor het produceren van veevoeder.

2. De betrokken lidstaten nemen de nodige maatregelen om erop toe te zien dat de braakgelegde grond als bedoeld in lid 1 niet wordt gebruikt voor een winstgevende bestemming, en dat met name de op die grond geoogste producten niet in aanmerking komen voor de bij Verordening (EG) nr. 603/95 van de Raad(6) vastgestelde steunregeling voor gedroogde voedergewassen.

Artikel 2

De in de bijlage genoemde lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maatregelen die zij voor de toepassing van deze verordening hebben genomen.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 18 juli 2003.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 augustus 2003.

Voor de Commissie

Franz Fischler

Lid van de Commissie

(1) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 1.

(2) PB L 145 van 31.5.2001, blz. 16.

(3) PB L 280 van 30.10.1999, blz. 43.

(4) PB L 150 van 18.6.2003, blz. 24.

(5) PB L 194 van 1.8.2003, blz. 35.

(6) PB L 63 van 21.3.1995, blz. 1.

BIJLAGE

België

Duitsland

Spanje

Frankrijk

Italië

Luxemburg

Oostenrijk

Portugal