2003/481/EG: Beschikking van de Commissie van 27 juni 2003 betreffende de financiële consequenties die, in het kader van de goedkeuring van de rekeningen met betrekking tot uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), afdeling Garantie, gefinancierde uitgaven, moeten worden verbonden aan bepaalde door marktdeelnemers begane onregelmatigheden (kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 1968)
Publicatieblad Nr. L 160 van 28/06/2003 blz. 0083 - 0095
Beschikking van de Commissie van 27 juni 2003 betreffende de financiële consequenties die, in het kader van de goedkeuring van de rekeningen met betrekking tot uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), afdeling Garantie, gefinancierde uitgaven, moeten worden verbonden aan bepaalde door marktdeelnemers begane onregelmatigheden (kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 1968) (Slechts de teksten in de Deense, de Duitse, de Engelse, de Franse, de Griekse, de Nederlandse, de Portugese en de Spaanse taal zijn authentiek) (2003/481/EG) DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EEG) nr. 729/70 van de Raad van 21 april 1970 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1287/95(2), Gelet op Verordening (EEG) nr. 595/91 van de Raad van 4 maart 1991 betreffende onregelmatigheden in het kader van de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en terugvordering van bedragen die in dat kader onverschuldigd zijn betaald, alsmede de organisatie van een informatiesysteem op dit gebied, en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 283/72(3), en met name op artikel 5, lid 2, Na raadpleging van het Comité van het Fonds, Overwegende hetgeen volgt: (1) Op grond van artikel 8, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 729/70 moeten de lidstaten de nodige maatregelen treffen om onregelmatigheden te voorkomen en te vervolgen en om de ingevolge onregelmatigheden of nalatigheden verloren gegane bedragen terug te vorderen. In lid 2 van datzelfde artikel is bepaald dat, als algehele terugvordering uitblijft, de Gemeenschap de financiële gevolgen van de onregelmatigheden of nalatigheden draagt, behalve die welke voortvloeien uit onregelmatigheden of nalatigheden die aan de overheidsdiensten of organen van de lidstaten te wijten zijn. (2) Op grond van artikel 3 en artikel 5, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 595/91 moeten de lidstaten de Commissie in kennis stellen van de geconstateerde onregelmatigheden en haar meedelen welke maatregelen met betrekking tot de geconstateerde onregelmatigheden zijn genomen en welke terugvorderingen in dat verband zijn verricht. (3) In artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 729/70 en in artikel 8, leden 1 en 2 van Verordening (EG) nr. 1663/95 van de Commissie van 7 juli 1995 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 729/70 van de Raad aangaande de procedure inzake de goedkeuring van de rekeningen van het EOGFL, afdeling Garantie(4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2025/2001(5), is bepaald dat de Commissie de nodige verificaties moet verrichten, de lidstaten de resultaten daarvan moet meedelen, kennis moet nemen van hun opmerkingen, met de betrokken lidstaten bilateraal overleg moet plegen om met hen tot een akkoord te komen en hun haar conclusies formeel moet doen toekomen onder verwijzing naar Beschikking 94/442/EG van de Commissie van 1 juli 1994 inzake de instelling van een bemiddelingsprocedure in het kader van de goedkeuring van de rekeningen betreffende het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), afdeling Garantie(6), laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2001/535/EG(7). (4) Uit de verrichte verificaties en de resultaten van het bilaterale overleg is gebleken dat de lidstaten voor een aantal gevallen hebben nagelaten de nodige maatregelen te nemen om de financiële belangen van de Gemeenschap veilig te stellen en dat de onverschuldigd betaalde bedragen door deze tekortkoming niet konden worden teruggevorderd. In dit verband moet er met name rekening mee worden gehouden dat volgens de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen(8) een periode van vier jaar een redelijke termijn wordt geacht voor het inleiden, door de lidstaten, van de procedures tot terugvordering van onverschuldigd betaalde bedragen die verband houden met onregelmatigheden door marktdeelnemers ten nadele van het EOGFL. (5) De financiële consequenties van de onmogelijkheid om deze bedragen terug te vorderen mogen niet door het EOGFL, afdeling Garantie, worden gedragen. (6) Als de onmogelijkheid om de onverschuldigd betaalde bedragen terug te vorderen niet is veroorzaakt door een aan de betrokken lidstaten toe te schrijven nalatigheid, moeten de betrokken bedragen worden erkend als zijnde ten laste van het EOGFL, afdeling Garantie. (7) Voor de in deze beschikking bedoelde gevallen heeft de Commissie de lidstaten in het kader van een desbetreffend syntheseverslag de evaluatie meegedeeld van de bedragen die van financiering moeten worden uitgesloten omdat zij niet in overeenstemming zijn met de communautaire voorschriften. (8) Met deze beschikking wordt niet vooruitgelopen op de financiële consequenties die de Commissie zou kunnen verbinden aan arresten van het Hof van Justitie in zaken die op 31 mei 2002 aanhangig waren en betrekking hebben op onder deze beschikking vallende materies, HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN: Artikel 1 De in bijlage I vermelde bedragen in verband met uitgaven die de door de lidstaten erkende betaalorganen hebben gedeclareerd als zijnde ten laste van het EOGFL, afdeling Garantie, zijn ten laste van de betrokken lidstaat. Deze bedragen worden in mindering gebracht op de voorschotten voor de uitgaven voor de tweede maand volgende op die waarin de betrokken lidstaten in kennis worden gesteld van deze beschikking. Artikel 2 De in bijlage II vermelde bedragen in verband met uitgaven die de door de lidstaten erkende betaalorganen hebben gedeclareerd als zijnde ten laste van het EOGFL, afdeling Garantie, zijn ten laste van het EOGFL, afdeling Garantie. Artikel 3 Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, Ierland, het Koninkrijk der Nederlanden, de Portugese Republiek en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland. Gedaan te Brussel, 27 juni 2003. Voor de Commissie Franz Fischler Lid van de Commissie (1) PB L 94 van 28.4.1970, blz. 13. (2) PB L 125 van 8.6.1995, blz. 1. (3) PB L 67 van 14.3.1991, blz. 11. (4) PB L 158 van 8.7.1995, blz. 6. (5) PB L 274 van 17.10.2001, blz. 3. (6) PB L 182 van 16.7.2001, blz. 45. (7) PB L 193 van 17.7.2001, blz. 25. (8) Arrest van 11 oktober 1990 in zaak C-34/89, Italië versus Commissie, Jurisprudentie 1990 bladzijde I-03603. BIJLAGE I Niet-terugvorderbare bedragen ten laste van de lidstaat >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> BIJLAGE II Niet-terugvorderbare bedragen ten laste van het EOGFL-garantie >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL> >RUIMTE VOOR DE TABEL>