32002R1498

Verordening (EG) nr. 1498/2002 van de Commissie van 21 augustus 2002 tot vaststelling van een aantal bepalingen voor het beheer van de kwantitatieve contingenten die in 2003 van toepassing zijn op bepaalde producten uit de Volksrepubliek China

Publicatieblad Nr. L 225 van 22/08/2002 blz. 0015 - 0020


Verordening (EG) nr. 1498/2002 van de Commissie

van 21 augustus 2002

tot vaststelling van een aantal bepalingen voor het beheer van de kwantitatieve contingenten die in 2003 van toepassing zijn op bepaalde producten uit de Volksrepubliek China

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 520/94 van de Raad van 7 maart 1994 houdende de totstandbrenging van een communautaire procedure voor het beheer van kwantitatieve contingenten(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 138/96(2), inzonderheid op artikel 2, leden 3 en 4, artikel 6, lid 3, en de artikelen 13, 23 en 24,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Raad heeft bij Verordening (EG) nr. 519/94 van 7 maart 1994 betreffende de gemeenschappelijke regeling voor de invoer uit bepaalde derde landen en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 1765/82, (EEG) nr. 1766/82 en (EEG) nr. 3420/83(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1138/98(4), jaarlijkse kwantitatieve contingenten ingesteld voor bepaalde producten van oorsprong uit de Volksrepubliek China die in bijlage I bij die verordening zijn opgenomen.

(2) De Commissie heeft haar goedkeuring gehecht aan een voorstel voor een verordening van de Raad over een productspecifiek vrijwaringsmechanisme in de overgangsperiode voor producten uit de Volksrepubliek China en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 519/94 betreffende een gemeenschappelijke regeling voor de invoer uit bepaalde derde landen (COM(2002) 342 def.). Dit voorstel voor een verordening van de Raad, dat onder meer voorziet in een verruiming van de contingenten voor 2002 en 2003, overeenkomstig het tijdschema voor de gefaseerde afschaffing van rechten waarin is voorzien in het protocol voor de toetreding van China tot de WTO, is nog niet door de Raad goedgekeurd. Voor de toewijzing van contingenten gaat deze verordening van de Commissie daarom nog uit van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 519/94. De Commissie is voornemens na de goedkeuring van bovengenoemde verordening van de Raad de contingenten dienovereenkomstig te verruimen.

(3) Het bepaalde in Verordening (EG) nr. 520/94 is van toepassing op die contingenten.

(4) De Commissie heeft vervolgens haar goedkeuring gehecht aan Verordening (EG) nr. 738/94(5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 983/96(6), tot vaststelling van een aantal bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 520/94. Deze bepalingen zijn van toepassing op het beheer van de bovengenoemde contingenten, onder voorbehoud van het bepaalde in de onderhavige verordening.

(5) Gezien de eigenschappen van de Chinese economie, de seizoengebonden levering van bepaalde producten en de voor het vervoer benodigde tijd, worden handelscontracten voor aan de contingenten onderworpen producten over het algemeen vóór aanvang van het contingentjaar gesloten. Voorkomen dient te worden dat de voorgenomen invoer door administratieve knelpunten worden bemoeilijkt. Daarom dienen, teneinde de continuïteit van het handelsverkeer te waarborgen, de regelingen voor het beheer en de toewijzing van de voor 2003 te openen contingenten vóór aanvang van het contingentjaar te worden vastgesteld.

(6) Bij onderzoek van de verschillende methoden voor het beheer van contingenten waarin Verordening (EG) nr. 520/94 voorziet, is gebleken dat de op de traditionele handelsstromen gebaseerde methode in dit geval het meest geschikt is. Bij toepassing van deze methode worden de contingenten in twee delen verdeeld, waarvan het ene aan de traditionele importeurs en het andere aan de overige aanvragers van een vergunning wordt toegewezen.

(7) Dit is de meest geschikte methode gebleken om voor de betrokken importeurs uit de Gemeenschap de continuïteit van de handelsactiviteiten te waarborgen en verstoring van de handelsstromen te voorkomen.

(8) De referentieperiode die in eerdere verordeningen inzake het beheer van deze contingenten was gebruikt, kan niet worden aangepast. De jaren 2000 en 2001 werden gekenmerkt door een aantal verstoringen, zoals met name meer dan een verdubbeling van het aantal aanvragen uit één lidstaat, waardoor aan de afzonderlijke niet-traditionele importeurs in alle lidstaten aanzienlijk geringere hoeveelheden konden worden toegewezen. De jaren 1998 en 1999 zijn van de recente jaren het meest representatief voor het handelsverkeer in de betrokken producten. Traditionele importeurs moeten derhalve aantonen dat zij in 1998 of in 1999 producten uit de Volksrepubliek China hebben ingevoerd waarop deze contingenten betrekking hebben.

(9) Gebleken is dat de in artikel 10 van Verordening (EG) nr. 520/94 genoemde methode van toewijzing, namelijk op volgorde van de binnenkomst van de aanvragen, voor de toewijzing van het voor niet-traditionele importeurs bestemde deel van het contingent minder geschikt kan zijn. Het is derhalve, in overeenstemming met artikel 2, lid 4, van Verordening (EG) nr. 520/94, wenselijk te voorzien in een verdeling naar rato van de gevraagde hoeveelheden, door middel van een gelijktijdig onderzoek van de ingediende aanvragen voor invoervergunningen overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EG) nr. 520/94.

(10) Zoals uiteengezet in de achtste overweging van Verordening (EG) nr. 1394/2001 van de Commissie(7), acht de Commissie het noodzakelijk te bepalen dat ondernemers die als niet-traditionele importeurs een aanvraag indienen en die verbonden personen zijn als bedoeld in artikel 143 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie(8), voor elk deel van de contingenten dat voor niet-traditionele importeurs is bestemd, slechts één aanvraag mogen indienen. Om speculatieve aanvragen te voorkomen, dient de hoeveelheid die niet-traditionele importeurs kunnen aanvragen tot een maximum te worden beperkt.

(11) In verband met het feit dat het aantal traditionele importeurs in verhouding tot het aantal niet-traditionele importeurs is toegenomen, dient het gedeelte van het contingent dat voor traditionele importeurs bestemd is, te worden verhoogd van 70 % tot 75 % en dient het gedeelte dat bestemd is voor niet-traditionele importeurs te worden verlaagd van 30 % tot 25 %.

(12) Het is tevens passend hoeveelheden die door niet-traditionele importeurs niet worden opgenomen, over te dragen naar de traditionele importeurs, teneinde ervoor te zorgen dat deze hoeveelheden kunnen worden toegewezen in het jaar dat zij zijn vastgesteld.

(13) Er dient een termijn te worden vastgesteld waarbinnen de traditionele en andere importeurs hun aanvragen voor invoervergunningen moeten indienen, willen zij voor de toewijzing van een deel van het contingent in aanmerking komen.

(14) De lidstaten dienen de Commissie overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 520/94 in kennis te stellen van de aanvragen voor invoervergunningen die zij hebben ontvangen. De gegevens betreffende de vroegere invoer van de traditionele importeurs moeten in dezelfde eenheid worden opgegeven als die waarin het betrokken contingent is uitgedrukt.

(15) De geldigheidsduur van de invoervergunningen dient op 31 december 2003 te verstrijken, gezien de aard van de handel in de producten waarop deze contingenten betrekking hebben en in het bijzonder de voor het vervoer benodigde tijd.

(16) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor contingentenbeheer dat in artikel 22 bij Verordening (EG) nr. 520/94 is ingesteld,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bij deze verordening worden de bepalingen vastgesteld die in 2003 van toepassing zijn op het beheer van de in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 519/94 bedoelde kwantitatieve contingenten

Verordening (EG) nr. 738/94 tot vaststelling van een aantal bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 520/94 is van toepassing onder voorbehoud van de specifieke bepalingen van deze verordening.

Artikel 2

1. De in artikel 1 bedoelde kwantitatieve contingenten worden toegewezen volgens de op de traditionele handelsstromen gebaseerde methode bedoeld in artikel 2, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 520/94.

2. Het aan traditionele importeurs en het aan de overige importeurs toe te wijzen deel van elk contingent zijn aangegeven in bijlage I bij deze verordening.

3. a) Het voor de niet-traditionele importeurs bestemde deel wordt toegewezen in verhouding tot de aangevraagde hoeveelheden, waarbij de hoeveelheid die door iedere aanvrager kan worden aangevraagd de in bijlage I aangegeven hoeveelheid niet mag overschrijden

b) Ondernemers die verbonden personen zijn, zoals gedefinieerd in artikel 143 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 tot vaststelling van het communautair douanewetboek, mogen slechts één aanvraag indienen voor het deel van het contingent dat voor niet-traditionele importeurs is bestemd, voor de in de aanvraag omschreven goederen. Naast de verklaring die vereist is op grond van artikel 3, lid 2, onder g), van Verordening (EG) nr. 738/94, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 983/96, artikel 1, dient bij de aanvraag voor een vergunning voor het deel van het contingent dat voor niet-traditionele importeurs is bestemd, te worden verklaard dat de aanvrager niet verbonden is met een andere vergunningaanvrager voor het deel van het desbetreffende contingent dat voor niet-traditionele importeurs is bestemd.

c) Het niet toegewezen gedeelte van de hoeveelheden die voor niet-traditionele importeurs zijn bestemd, wordt toegevoegd aan de hoeveelheden die voor traditionele importeurs zijn bestemd.

Artikel 3

Aanvragen voor invoervergunningen kunnen bij de in bijlage III vermelde bevoegde instanties worden ingediend vanaf de dag volgende op die van de bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen, tot 21 oktober 2002, 15.00 uur plaatselijke tijd te Brussel.

Artikel 4

1. Voor de toewijzing van het voor traditionele importeurs bestemde deel van elk contingent worden als zodanig die importeurs beschouwd, die kunnen aantonen dat zij gedurende het kalenderjaar 1998 of 1999 goederen hebben ingevoerd.

2. De in artikel 7 van Verordening (EG) nr. 520/94 bedoelde bewijsstukken dienen betrekking te hebben op in het kalenderjaar 1998 of 1999 in het vrije verkeer gebrachte producten uit de Volksrepubliek China waarvoor de kwantitatieve contingenten gelden en waarop de vergunningaanvraag betrekking heeft.

3. In plaats van de achter het eerste streepje van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 520/94 bedoelde bewijsstukken kan de aanvrager zijn vergunningaanvraag vergezeld doen gaan van een door de bevoegde nationale instanties opgesteld en gecertificeerd bewijsstuk, gebaseerd op de douanegegevens waarover deze beschikken, met betrekking tot de betrokken producten die in het kalenderjaar 1998 of 1999 werden ingevoerd, hetzij door hemzelf, hetzij, indien van toepassing, door een handelaar wiens activiteiten hij heeft voortgezet.

Artikel 5

De lidstaten delen de Commissie uiterlijk op 4 november 2002, om 10.00 uur plaatselijke tijd te Brussel, het aantal ontvangen aanvragen voor invoervergunningen en de totale gevraagde hoeveelheid mee, alsmede, wat de aanvragen van traditionele importeurs betreft, de hoeveelheden die in elk jaar van de in artikel 4, lid 1, van deze verordening bedoelde referentieperiode door traditionele importeurs werden ingevoerd.

Artikel 6

Uiterlijk op 25 november 2002 stelt de Commissie de kwantitatieve criteria vast aan de hand waarvan de bevoegde nationale autoriteiten bepalen of aan de aanvraag van een importeur kan worden voldaan.

Artikel 7

De invoervergunningen zijn vanaf 1 januari 2003 één jaar geldig.

Artikel 8

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 augustus 2002.

Voor de Commissie

Pascal Lamy

Lid van de Commissie

(1) PB L 66 van 10.3.1994, blz. 1.

(2) PB L 21 van 27.1.1996, blz. 1.

(3) PB L 67 van 10.3.1994, blz. 89.

(4) PB L 159 van 3.6.1998, blz. 1.

(5) PB L 87 van 31.3.1994, blz. 47.

(6) PB L 131 van 1.6.1996, blz. 47.

(7) PB L 187 van 10.7.2001, blz. 31.

(8) PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1.

BIJLAGE I

Toewijzing van de contingenten

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE II

Maximale door niet-traditionele importeurs aan te vragen hoeveelheid

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE III

BEVOEGDE NATIONALE INSTANTIES

1. BELGIË/BELGIQUE

Ministère des affaires économiques Administration des relations économiques

4e division: Mise en oeuvre des politiques commerciales

Services des licences

Ministerie van Economische Zaken Bestuur van de Economische Betrekkingen

4e afdeling: Toepassing van de Handelspolitiek

Dienst Vergunningen

Generaal Lemanstraat 60/rue Général-Leman 60, B - 1040 Bruxelles/Brussel Tel. (32-2) 206 58 16 Fax (32-2) 230 83 22/231 14 84

2. DANMARK

Erhvervs- og Boligstyrelsen Vejlsøvej 29 DK - 8600 Silkeborg Tel. (45) 35 46 64 30 Fax (45) 35 46 64 01

3. DEUTSCHLAND

Bundesamt für Wirtschaft und Ausfuhrkontrolle (BAFA) Frankfurter Straße 29-35 D - 65760 Eschborn Tel. (49) 619 69 08-0 Fax (49) 619 69 42 26/(49) 619 69 08-800

4. GREECE

Ministry of National Economy General Secretariat of International Economic Relations

Directorate for Foreign Trade Issues

1, Kornarou Street GR - Athens 105-63 Tel. (30-10) 328-60 31/328 60 32 Fax (30-10) 328 60 94/328 60 59

5. ESPAÑA

Ministerio de Economía y Hacienda Dirección General de Comercio Exterior Paseo de la Castellana, 162 E - 28046 Madrid Tel. (34) 913 49 38 94/913 49 37 78 Fax (34) 913 49 38 32/913 49 37 40

6. FRANCE

Service des titres du commerce extérieur 8, rue de la Tour-des-Dames F - 75436 Paris Cedex 09 Tel. (33-1) 55 07 46 69/95 Fax (33-1) 55 07 46 59

7. IRELAND

Department of Enterprise, Trade and Employment Licencing Unit, Block C

Earlsfort Centre

Hatch Street Dublin 2 Ireland Tel. (353-1) 631 25 41 Fax (353-1) 631 25 62

8. ITALIA

Ministero del Commercio con l'estero Direzione generale per la politica commerciale e la gestione del regime degli scambi - Divisione VII Viale America, 341 I - 00144 Roma Tel. (39 06) 599 31/59 93 24 19/59 93 24 00 Fax (39 06) 592 55 56

9. LUXEMBOURG

Ministère des affaires étrangères Office des licences Boîte postale 113 L - 2011 Luxembourg Tel. (352) 22 61 62 Fax (352) 46 61 38

10. NEDERLAND

Belastingdienst/Douane Engelse Kamp 2 Postbus 30003 9700 RD Groningen Nederland Tel. (31-50) 523 91 11 Fax (31-50) 526 06 98/523 92 37

11. ÖSTERREICH

Bundesministerium für Wirtschaft und Arbeit Landstrasser Hauptstraße 55/57 A - 1031 Wien Tel. (43) 171 10 00 83 45 Fax (43) 171 10 00 83 86

12. PORTUGAL

Ministério das Finanças Direcção Geral das Alfândegas e dos Impostos Especiais sobre o Consumo Rua Terreiro do Trigo, Edifício da Alfândega de Lisboa P - 1140-060 Lisboa Fax (351-21) 881 42 61

13. SUOMI/FINLAND

Tullihallitus Erottajankatu 2 FIN - 00101 Helsinki Tel. (358-9) 61 41 Fax (358-20) 492 28 52

14. SVERIGE

Kommerskollegium Box 6803 S - 113 86 Stockholm Tel. (46-8) 690 48 00 Fax (46-8) 30 67 59

15. UNITED KINGDOM

Department of Trade and Industry Import Licensing Branch

Queensway House

West Precinct Billingham TS23 2NF United Kingdom Tel. (44-1642) 36 43 33/36 43 34 Fax (44-1642) 53 35 57