Verordening (EG) nr. 1033/2002 van de Commissie van 14 juni 2002 betreffende de afgifte van uitvoercertificaten van het A2-stelsel in de sector groenten en fruit
Publicatieblad Nr. L 157 van 15/06/2002 blz. 0027 - 0028
Verordening (EG) nr. 1033/2002 van de Commissie van 14 juni 2002 betreffende de afgifte van uitvoercertificaten van het A2-stelsel in de sector groenten en fruit DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EG) nr. 1961/2001 van de Commissie van 8 oktober 2001 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2200/96 van de Raad wat de toekenning van uitvoerrestituties in de sector groenten en fruit betreft(1), en met name op artikel 3, lid 4, Overwegende hetgeen volgt: (1) In Verordening (EG) nr. 678/2002 van de Commissie(2) zijn indicatieve restitutievoeten vastgesteld, alsmede indicatieve hoeveelheden voor andere dan in het kader van de voedselhulp aangevraagde uitvoercertificaten van het A2-stelsel. (2) Voor tomaten, moet, gezien de economische situatie, op basis van de door de marktdeelnemers in hun aanvragen voor certificaten van het A2-stelsel verstrekte aanwijzingen, een definitieve restitutievoet worden vastgesteld die verschilt van de indicatieve restitutievoet, alsmede een afgiftepercentage dat op de gevraagde hoeveelheden moet worden toegepast. De definitieve restitutievoet mag maximaal zo hoog zijn als de indicatieve restitutievoet vermeerderd met 50 %. (3) Op grond van artikel 3, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1961/2001 moeten de aanvragen voor hogere restitutievoeten dan de overeenkomstige definitieve restitutievoeten als nietig worden beschouwd, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 1. Voor uitvoercertificaten van het A2-stelsel die zijn aangevraagd op grond van artikel 1 van Verordening (EG) nr. 678/2002, is de daadwerkelijke aanvraagdatum, zoals bedoeld in artikel 3, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1961/2001, 15 juni 2002. 2. Voor de in lid 1 bedoelde certificaten geldt de definitieve restitutievoet die in de bijlage bij deze verordening is aangegeven en wordt op de aangevraagde hoeveelheden het daar vermelde afgiftepercentage toegepast. 3. Op grond van artikel 3, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1961/2001 worden de in lid 1 bedoelde aanvragen voor hogere restitutievoeten dan de in de bijlage vermelde overeenkomstige definitieve restitutievoet als nietig beschouwd. Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op 15 juni 2002. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, 14 juni 2002. Voor de Commissie J. M. Silva RodrÃguez Directeur-generaal Landbouw (1) PB L 268 van 9.10.2001, blz. 8. (2) PB L 104 van 20.4.2002, blz. 3. BIJLAGE >RUIMTE VOOR DE TABEL>