Verordening (EG) nr. 1020/2002 van de Commissie

van 13 juni 2002

tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2958/93 houdende gemeenschappelijke toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2019/93 van de Raad wat de specifieke regeling voor de voorziening met bepaalde landbouwproducten betreft

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2019/93 van de Raad van 19 juli 1993 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 442/2002(2), en met name op artikel 3 bis,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Verordening (EEG) nr. 2019/93 is ingrijpend gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 442/2002. Verordening (EEG) nr. 2958/93 van de Commissie(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1802/95(4), waarbij de uitvoeringsbepalingen van voornoemde verordening zijn vastgesteld, moet derhalve worden gewijzigd.

(2) De steunbedragen voor de voorziening van de eilanden van de groepen A en B moeten worden aangepast aan het nieuwe monetaire stelsel. De steun voor verzendingen naar de eilanden in groep A moet worden verhoogd om deze aantrekkelijker te maken voor handelaren. Verder moet aanvullende steun worden verleend ter dekking van de kosten van het opnieuw laden en het vervoer van de eilanden van doorvoer of van lading naar de eilanden van eindbestemming die tot groep A of groep B behoren en waarheen rechtstreeks vervoer vanaf het vasteland niet mogelijk is of niet regelmatig plaatsvindt.

(3) Om de transacties waarvoor op grond van de specifieke voorzieningsregeling steun wordt verleend, te kunnen controleren, moet de overdracht van aan de certificaathouder verleende rechten en verplichtingen worden verboden. De termijn voor de levering van het bewijs dat het steuncertificaat is gebruikt, moet worden verlengd om handelaren de gelegenheid te geven aan hun verplichtingen te voldoen.

(4) Een van de doelstellingen van het beheer van de specifieke voorzieningsregeling is ervoor te zorgen dat de voordelen daadwerkelijk worden doorgegeven tot in het stadium waarin de voor de eindgebruikers bestemde producten op de markt worden gebracht. Hiertoe moet de nationale autoriteiten worden toegestaan de door de handelaren toegepaste marges en prijzen te controleren.

(5) In Verordening (EEG) nr. 2019/93 is bepaald dat de producten waarvoor de specifieke voorzieningsregeling wordt toegepast, achteraf niet naar derde landen mogen worden uitgevoerd en niet naar de rest van de Gemeenschap mogen worden verzonden. Voor traditionele uitvoer en traditionele verzending naar de rest van de Gemeenschap van verwerkte producten wordt echter een uitzondering gemaakt. Er moeten uitvoeringsbepalingen worden vastgesteld om te controleren hoe van die uitzonderingsbepalingen gebruik wordt gemaakt.

(6) Verordening (EEG) nr. 2019/93 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met de adviezen van alle betrokken Comités van beheer,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 2958/93 wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

a) Lid 1 wordt vervangen door: "1. De forfaitaire steun als bedoeld in artikel 3, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2019/93 bedraagt voor de in de bijlage bij die verordening opgenomen producten:

- 22 EUR/ton voor producten die worden verzonden naar eilanden van groep A, genoemd in bijlage I bij deze verordening,

- 36 EUR/ton voor producten die worden verzonden naar eilanden van groep B, genoemd in bijlage II bij deze verordening.

Bovendien moet 9 EUR per ton aan steun worden verleend ter dekking van de kosten voor het opnieuw laden en het vervoer van de eilanden van doorvoer of van lading naar de eilanden van eindbestemming die tot groep A of groep B behoren en waarheen rechtstreeks vervoer vanaf het vasteland niet mogelijk is of niet regelmatig plaatsvindt.".

b) Lid 2 wordt geschrapt.

c) Lid 10 wordt vervangen door: "10. Het bewijs dat het steuncertificaat is gebruikt, wordt, behoudens overmacht, geleverd binnen twee maanden na de datum waarop de geldigheidsduur van het certificaat is verstreken.".

2. Artikel 2 wordt vervangen door: "Artikel 2

Steuncertificaten zijn niet overdraagbaar.".

3. Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

a) Lid 1 wordt geschrapt.

b) Lid 2 wordt vervangen door: "2. De Griekse autoriteiten nemen passende maatregelen om na te gaan of het uit de toekenning van de steun voortvloeiende voordeel daadwerkelijk wordt doorgegeven aan de eindgebruiker. Hiertoe mogen zij de door de verschillende betrokken handelaren toegepaste winstmarges en prijzen beoordelen.

Deze maatregelen en eventuele wijzigingen daarvan worden aan de Commissie meegedeeld.".

4. Artikel 4 wordt vervangen door: "Artikel 4

1. Binnen de grenzen van jaarlijkse hoeveelheden die overeenkomstig de in artikel 13 bis, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2019/93 bedoelde procedure door de Commissie moeten worden vastgesteld, is traditionele uitvoer en traditionele verzending naar de rest van de Gemeenschap van verwerkte producten die grondstoffen bevatten waarvoor in het kader van de specifieke voorzieningsregeling steun is toegekend, toegestaan. De bevoegde autoriteiten moeten de nodige stappen nemen om ervoor te zorgen dat die transacties de vastgestelde jaarlijkse hoeveelheden niet overschrijden.

2. De bevoegde autoriteiten mogen alleen toestemming geven voor de uitvoer of de verzending naar de rest van de Gemeenschap van andere dan de in lid 1 bedoelde hoeveelheden verwerkte producten, wanneer is bewezen dat de betrokken producten geen grondstoffen bevatten die in het kader van de specifieke voorzieningsregeling op de markt zijn gebracht.

De bevoegde autoriteiten moeten de nodige controles uitvoeren om ervoor te zorgen dat de in de eerste alinea bedoelde bewijsstukken kloppen, en vorderen in voorkomend geval de in het kader van de specifieke voorzieningsregeling verstrekte steun terug.

3. Voor de toepassing van de leden 1 en 2 wordt verzending van producten naar andere bestemmingen dan de eilanden van groep A of van groep B aangemerkt als verzending naar de rest van de Gemeenschap.".

5. Artikel 5 wordt vervangen door: "Artikel 5

De Griekse autoriteiten delen de Commissie uiterlijk op de laatste dag van iedere maand per product de volgende gegevens met betrekking tot de derde maand daarvóór mede:

- de hoeveelheden waarvoor steuncertificaten zijn aangevraagd, uitgesplitst naar begunstigde eilandengroep,

- de gevallen waarin de steuncertificaten niet zijn gebruikt, met opgave van de hoeveelheden, uitgesplitst naar begunstigde eilandengroep,

- de in het kader van de traditionele uitvoer na verwerking geëxporteerde hoeveelheden, uitgesplitst naar bestemming,

- de in het kader van de traditionele verzending na verwerking verzonden hoeveelheden, uitgesplitst naar bestemming.".

6. Artikel 6 wordt geschrapt.

7. Bijlage II wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 13 juni 2002.

Voor de Commissie

Franz Fischler

Lid van de Commissie

(1) PB L 184 van 27.7.1993, blz. 1.

(2) PB L 68 van 12.3.2002, blz. 4.

(3) PB L 267 van 28.10.1993, blz. 4.

(4) PB L 174 van 26.7.1995, blz. 27.

BIJLAGE

"BIJLAGE II

Lijst van de eilanden en de nomoi van groep B

(Artikel 1)

- nomos Dodekanesos,

- nomos Chios,

- nomos Lesbos,

- nomos Samos,

- de eilanden van de nomos Cycladen, behalve de eilanden van groep A,

- het eiland Gavdos."