32002R0563

Verordening (EG) nr. 563/2002 van de Commissie van 2 april 2002 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 466/2001 tot vaststelling van maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen

Publicatieblad Nr. L 086 van 03/04/2002 blz. 0005 - 0006


Verordening (EG) nr. 563/2002 van de Commissie

van 2 april 2002

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 466/2001 tot vaststelling van maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 315/93 van de Raad van 8 februari 1993 tot vaststelling van communautaire procedures inzake verontreinigingen in levensmiddelen(1), en met name op artikel 2, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Verordening (EEG) nr. 315/93 bepaalt dat ter bescherming van de volksgezondheid voor bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen maximale toleranties moeten worden vastgesteld.

(2) Verordening (EG) nr. 466/2001 van de Commissie(2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 472/2002(3), treedt in werking op 5 april 2002 en vervangt Verordening (EG) nr. 194/97 van de Commissie van 31 januari 1997 tot vaststelling van maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen(4), gewijzigd bij latere regelgeving, met name bij Verordening (EG) nr. 864/1999(5), tot vaststelling van maximumgehalten aan nitraten voor spinazie en sla.

(3) De lidstaten delen de resultaten mee van hun controles en brengen verslag uit over de genomen maatregelen en de gemaakte vooruitgang met betrekking tot de toepassing en de verbetering van gedragscodes om het nitraatgehalte te verlagen. Op basis van deze gegevens dient de Commissie om de drie jaar, en voor het eerst vóór 1 januari 2002, de maximumgehalten aan nitraten in sla en spinazie te herzien teneinde ze vast te stellen op een peil dat zo laag is als redelijkerwijze mogelijk.

(4) Uit de jaarlijkse controlegegevens van de lidstaten blijkt een vermindering van het nitraatgehalte in sla. Op basis van goede productiepraktijken zijn lagere maximumgehalten voor bepaalde soorten sla redelijkerwijze mogelijk. In sommige regio's zijn de nitraatgehalten vaak hoger dan de in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 466/2001 vermelde gehalten, hoewel de algemene tendens op een daling van het nitraatgehalte in sla wijst. Het nitraatgehalte in spinazie vertoont geen duidelijke dalende trend. Sommige lidstaten dienen de vastgestelde overgangsperiode te handhaven teneinde toe te staan dat op hun grondgebied geproduceerde en voor verbruik op hun grondgebied bestemde sla en spinazie in het verkeer worden gebracht. Voor sla moet deze overgangsperiode in de tijd beperkt worden, maar voor spinazie kan nog geen einddatum worden voorzien.

(5) Verordening (EG) nr. 466/2001 dient dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

(6) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 466/2001 wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 3, lid 1, wordt vervangen door: "1. De lidstaten mogen zo nodig gedurende een overgangsperiode toestaan dat op hun grondgebied geproduceerde en voor verbruik op hun grondgebied bestemde sla en spinazie met een nitraatgehalte dat hoger is dan de in de punten 1.1, 1.3 en 1.4 van de bijlage vermelde gehalten, in het verkeer worden gebracht op voorwaarde dat gedragscodes worden toegepast met het oog op een geleidelijke vooruitgang in de richting van de in deze verordening vastgestelde gehalten.

De overgangsperiode:

a) voor sla verstrijkt op 1 januari 2005;

b) voor spinazie wordt uiterlijk op 1 januari 2005 herzien.

De lidstaten stellen de overige lidstaten en de Commissie elk jaar op de hoogte van de maatregelen die zij hebben genomen om de eerste alinea ten uitvoer te leggen.".

2. Bijlage I wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 2 april 2002.

Voor de Commissie

David Byrne

Lid van de Commissie

(1) PB L 37 van 13.2.1993, blz. 1.

(2) PB L 77 van 16.3.2001, blz. 1.

(3) PB L 75 van 16.3.2002, blz. 18.

(4) PB L 31 van 1.2.1997, blz. 48.

(5) PB L 108 van 27.4.1999, blz. 16.

BIJLAGE

Bijlage I, punt 1, van Verordening (EG) nr. 466/2001 betreffende nitraten wordt vervangen door de volgende tekst: ""

(1) Het maximumgehalte voor verse spinazie is niet van toepassing voor verse spinazie die zal worden verwerkt en die rechtstreeks in bulk wordt vervoerd van het veld naar het verwerkend bedrijf.

(2) PB L 207 van 15.8.1979, blz. 26.

(3) Bij gebrek aan aangepaste etikettering waarin de productiemethode is vermeld, is het voor vollegrondssla vastgestelde maximumgehalte van toepassing.

(4) Omschreven in Verordening (EG) nr. 1543/2001 van de Commissie van 27 juli 2001 tot vaststelling van de handelsnorm voor sla, krulandijvie en andijvie (PB L 203 van 28.7.2001, blz. 9).