Verordening (EG) nr. 1593/2001 van de Commissie van 2 augustus 2001 inzake de aanvragen voor uitvoercertificaten voor rijst en breukrijst waarvoor de restitutie vooraf wordt vastgesteld
Publicatieblad Nr. L 210 van 03/08/2001 blz. 0019 - 0019
Verordening (EG) nr. 1593/2001 van de Commissie van 2 augustus 2001 inzake de aanvragen voor uitvoercertificaten voor rijst en breukrijst waarvoor de restitutie vooraf wordt vastgesteld DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EG) nr. 3072/95 van de Raad van 22 december 1995 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1667/2000(2), Gelet op Verordening (EG) nr. 1162/95 van de Commissie van 23 mei 1995 houdende bijzondere uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer- en uitvoercertificaten in de sector granen en rijst(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 409/2001(4), en met name op artikel 7, lid 4, tweede alinea, Overwegende hetgeen volgt: (1) In artikel 7, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1162/95 is bepaald dat, wanneer bij de vaststelling van uitvoerrestituties specifiek naar dit lid wordt verwezen, een termijn van drie werkdagen, ingaande op de dag na die van de indiening van de aanvraag, geldt voor de toekenning van de uitvoercertificaten waarvoor de restitutie vooraf wordt vastgesteld. In voornoemd artikel is eveneens bepaald dat de Commissie één enkel percentage voor de verlaging van de hoeveelheden vaststelt, indien uitvoercertificaten worden aangevraagd voor grotere hoeveelheden dan in totaal kunnen worden toegewezen. Bij Verordening (EG) nr. 1549/2001 van de Commissie(5) zijn de restituties in het kader van de in voornoemd lid bedoelde procedure vastgesteld voor een hoeveelheid van 600 ton. (2) De hoeveelheden waarvoor op 1 augustus 2001 uitvoercertificaten waren aangevraagd overschrijden de beschikbare hoeveelheid. Derhalve moet het percentage worden vastgesteld waarmee de hoeveelheden van de op 1 augustus 2001 ingediende aanvragen voor uitvoercertificaten moeten worden verlaagd. (3) Deze verordening moet, gelet op haar inhoud, van kracht zijn vanaf haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Voor de in het kader van Verordening (EG) nr. 1549/2001 op 1 augustus 2001 ingediende aanvragen voor certificaten voor de uitvoer van rijst en breukrijst, waarvoor de restitutie vooraf wordt vastgesteld, worden uitvoercertificaten afgegeven voor de gevraagde hoeveelheden, verminderd met 54,47 %. Artikel 2 Voor de aanvragen voor certificaten voor de uitvoer van rijst en breukrijst die op 2 augustus 2001 of later zijn ingediend, worden in het kader van Verordening (EG) nr. 1549/2001 geen uitvoercertificaten afgegeven. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking op 3 augustus 2001. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, 2 augustus 2001. Voor de Commissie Frederik Bolkestein Lid van de Commissie (1) PB L 329 van 30.12.1995, blz. 18. (2) PB L 193 van 29.7.2000, blz. 3. (3) PB L 117 van 24.5.1995, blz. 2. (4) PB L 60 van 1.3.2001, blz. 27. (5) PB L 205 van 31.7.2001, blz. 7.