32001R1017

Verordening (EG) nr. 1017/2001 van de Commissie van 17 mei 2001 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 296/96 betreffende de door de lidstaten te verstrekken gegevens en de maandelijkse boeking van de uit de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) gefinancierde uitgaven, alsmede de vastlegging van bepaalde uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad

Publicatieblad Nr. L 140 van 24/05/2001 blz. 0044 - 0045


Verordening (EG) nr. 1017/2001 van de Commissie

van 17 mei 2001

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 296/96 betreffende de door de lidstaten te verstrekken gegevens en de maandelijkse boeking van de uit de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) gefinancierde uitgaven, alsmede de vastlegging van bepaalde uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid(1), en met name op de artikelen 4 en 5,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De lidstaten kunnen de bedragen die door de verlagingen of intrekkingen van betalingen op grond van de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid(2) vrijkomen, overeenkomstig artikel 5, lid 2, van die verordening besteden aan bepaalde maatregelen in het kader van de steunverlening voor plattelandsontwikkeling. Om het goede beheer van en het toezicht op de aldus beschikbaar gekomen bedragen en het gebruik ervan in overeenstemming met de regels van het EOGFL, afdeling Garantie, te waarborgen, moeten boekhoudvoorschriften voor die bedragen worden vastgesteld.

(2) In artikel 1 van Verordening (EG) nr. 963/2001 van de Commissie van 17 mei 2001 houdende vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad met betrekking tot de extra communautaire steun en de informatieverstrekking aan de Commissie(3) is bepaald dat de overeenkomstig de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 ingehouden bedragen uiterlijk aan het einde van het derde begrotingsjaar na dat waarin zij zijn ingehouden, moeten worden gebruikt voor de betaling van extra communautaire steun. Bijgevolg volstaat het Verordening (EG) nr. 296/96 van de Commissie(4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2785/2000(5), aan te passen.

(3) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 296/96 wordt als volgt gewijzigd:

1. De titel wordt vervangen door de volgende tekst: "Verordening (EG) nr. 296/96 van de Commissie van 16 februari 1996 betreffende de door de lidstaten te verstrekken gegevens en de maandelijkse boeking van de uit de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) gefinancierde uitgaven.".

2. Aan artikel 2 worden de volgende leden 2, 3, 4 en 5 toegevoegd: "2. De op de steunbetalingen ingehouden bedragen als bedoeld in de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 moeten worden geboekt in het credit van een voor elk betaalorgaan geopende specifieke rekening of van één enkele op het niveau van de lidstaat geopende specifieke rekening.

De boeking moet het mogelijk maken om bij de betaling van de betrokken steun aan de begunstigde de oorsprong van het krediet te identificeren.

3. De lidstaten kunnen de aldus verzamelde bedragen met het oog op het gebruik ervan aan andere betaalorganen toewijzen. Deze bedragen moeten worden geboekt in het credit hetzij in voorkomend geval van de in lid 2 bedoelde rekening van het betaalorgaan, hetzij van een afzonderlijke rekening en is uitsluitend bestemd voor de financiering van de extra communautaire steun als bedoeld in artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1259/1999.

4. Eventuele rentebedragen dienen te worden toegevoegd aan het aan het einde van elk begrotingsjaar beschikbare saldo. Deze rente wordt door de lidstaten gebruikt voor de financiering van de extra communautaire steun als bedoeld in artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1259/1999, of wordt in mindering gebracht op de voorschotten als bedoeld in artikel 6 van deze verordening.

5. De betaalorganen moeten voor de uitgaven betreffende de maatregelen als bedoeld in artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1259/1999 een afzonderlijke boekhouding voeren los van de overige uitgaven betreffende plattelandsontwikkeling; in deze boekhouding moet voor elke betaling een boekhoudkundig onderscheid worden gemaakt tussen de nationale middelen en de door toepassing van de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 verkregen middelen.".

3. Artikel 6 wordt vervangen door: "Artikel 6

De overeenkomstig de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 ingehouden bedragen en de eventueel daarop verkregen rente die niet in overeenstemming met artikel 1 van Verordening (EG) nr. 963/2001 zijn betaald, worden in mindering gebracht op de voorschotten op de uitgaven in oktober van het betrokken begrotingsjaar.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 17 mei 2001.

Voor de Commissie

Franz Fischler

Lid van de Commissie

(1) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103.

(2) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 113.

(3) PB L 136 van 18.5.2001, blz. 4.

(4) PB L 39 van 17.2.1996, blz. 5.

(5) PB L 323 van 20.12.2000, blz. 3.