Verordening (EG) nr. 2766/2000 van de Raad van 14 december 2000 tot vaststelling van bepaalde concessies in de vorm van communautaire tariefcontingenten voor bepaalde landbouwproducten en tot aanpassing, via een autonome overgangsmaatregel, van bepaalde landbouwconcessies die zijn opgenomen in de Europaovereenkomst met Litouwen
Publicatieblad Nr. L 321 van 19/12/2000 blz. 0008 - 0014
Verordening (EG) nr. 2766/2000 van de Raad van 14 december 2000 tot vaststelling van bepaalde concessies in de vorm van communautaire tariefcontingenten voor bepaalde landbouwproducten en tot aanpassing, via een autonome overgangsmaatregel, van bepaalde landbouwconcessies die zijn opgenomen in de Europaovereenkomst met Litouwen DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 133, Gezien het voorstel van de Commissie, Overwegende hetgeen volgt: (1) De Europaovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Litouwen, anderzijds(1), voorziet in een aantal concessies voor bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit Litouwen. (2) In verbeteringen van de preferentiële regelingen van de Europaovereenkomst met Litouwen was voorzien bij het protocol tot aanpassing van de handelsaspecten van de Europaovereenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Litouwen, anderzijds, in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en met de resultaten van de landbouwonderhandelingen van de Uruguay-ronde(2), waaronder ook de verbeteringen van de bestaande preferentieregeling. De Raad heeft voornoemd protocol namens de Gemeenschap goedgekeurd bij Besluit 98/677/EG(3). (3) In overeenstemming met de op 30 maart 1999 door de Raad aangenomen richtsnoeren hebben de Commissie en de Republiek Litouwen op 5 juni 2000 de onderhandelingen over een nieuw aanvullend protocol bij de Europaovereenkomst afgerond. (4) Het nieuwe aanvullend protocol, dat voorziet in aanvullende landbouwconcessies, wordt gebaseerd op artikel 20, lid 4, van de Europaovereenkomst, waarin is bepaald dat de Gemeenschap en Litouwen in de Associatieraad per product systematisch en op basis van wederkerigheid de mogelijkheden onderzoeken om elkaar verdere concessies te verlenen. (5) Een essentieel element van de resultaten van de onderhandelingen voor een nieuw aanvullend protocol bij de Europaovereenkomst met Litouwen is dat de aanpassingen vlot hun beslag moeten kunnen krijgen. (6) Derhalve moeten de bij de Europaovereenkomst met Litouwen vastgestelde landbouwconcessies worden aangepast via een autonome overgangsmaatregel. (7) Tevens zal Litouwen, via een autonome overgangsmaatregel, alle nuttige wettelijke bepalingen vaststellen om een snelle en gelijktijdige tenuitvoerlegging van de landbouwconcessies van Litouwen die zijn opgenomen in de Europaovereenkomst, mogelijk te maken. (8) De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden(4). (9) Bij Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek(5) zijn de regels gecodificeerd inzake het beheer van de tariefcontingenten die zijn afgestemd op toepassing in chronologische volgorde van de data van de douaneaangiften, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 1. De regelingen voor de invoer in de Gemeenschap van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit Litouwen, als aangegeven in de bijlagen A(a) en A(b) bij deze verordening, komen in de plaats voor de in bijlage Va bij de Europaovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten enerzijds en de Republiek Litouwen anderzijds vastgestelde invoerregeling. 2. Op de datum van inwerkingtreding van het aanvullend protocol tot aanpassing van de in lid 1 bedoelde Europaovereenkomst komen de in dat protocol vastgestelde concessies in de plaats voor die welke in de bijlagen A(a) en A(b) bij deze verordening zijn vastgesteld. 3. De Commissie stelt volgens de procedure van artikel 3, lid 2, de uitvoeringsbepalingen voor deze verordening vast. Artikel 2 1. De tariefcontingenten met een volgnummer hoger dan 09.5100 worden door de Commissie beheerd overeenkomstig de artikelen 308 bis, 308 ter en 308 quater van Verordening (EEG) nr. 2454/93. 2. Onder tariefcontingenten vallende hoeveelheden goederen die op of na 1 juli 2000 en voor de inwerkingtreding van deze verordening in het vrije verkeer worden gebracht in het kader van de concessies die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1926/96 van de Raad(6) zijn vastgesteld in bijlage V(a) bij de Europaovereenkomst, worden volledig afgeboekt op de hoeveelheden die zijn vastgesteld in bijlage A(b) bij deze verordening. Artikel 3 1. De Commissie wordt bijgestaan door het Comité dat is ingesteld bij artikel 23 van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen(7), of in voorkomend geval door het Comité dat is ingesteld bij de relevante bepalingen van de andere verordeningen houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten, hierna "het comité" te noemen. 2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 4 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing. De in artikel 4, lid 3, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op één maand. 3. Het Comité stelt zijn reglement van orde vast. Artikel 4 Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2001. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, 14 december 2000. Voor de Raad De voorzitter D. Gillot (1) PB L 51 van 20.2.1998, blz. 3. (2) PB L 321 van 30.11.1998, blz. 3. (3) PB L 321 van 30.11.1998, blz. 1. (4) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23. (5) PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1602/2000 (PB L 188 van 26.7.2000, blz. 1). (6) PB L 254 van 8.10.1996, blz. 1. (7) PB L 181 van 1.7.1992, blz. 21. BIJLAGE A(a) Onderstaande in de Gemeenschap geldende douanerechten op producten van oorsprong uit Litouwen worden afgeschaft GN-code(1) 0101 20 10 0104 20 10 0106 00 10 0106 00 20 0205 00 11 0205 00 19 0205 00 90 0206 80 91 0206 90 91 0207 13 91 0207 14 91 0207 26 91 0207 27 91 0207 35 91 0207 36 89 0208 10 11 0208 10 19 0208 20 00 0208 90 10 0208 90 50 0208 90 60 0208 90 80 0210 90 10 0210 90 79 0407 00 90 0410 00 00 0601 10 10 0601 10 20 0601 10 30 0601 10 40 0601 10 90 0601 20 30 0601 20 90 0602 10 90 0602 20 90 0602 30 00 0602 40 10 0602 40 90 0602 90 10 0602 90 30 0602 90 41 0602 90 45 0602 90 49 0602 90 51 0602 90 59 0602 90 70 0602 90 91 0602 90 99 0603 10 10 0603 10 20 0603 10 30 0603 10 40 0603 10 50 0603 10 80 0603 90 00 0604 10 90 0604 91 21 0604 91 29 0604 91 41 0604 91 49 0604 91 90 0604 99 90 0701 10 00 0701 90 10 0703 10 11 0703 10 19 0703 10 90 0703 90 00 0708 10 00 0709 51 30 0709 51 50 0709 51 90 0709 52 00 0709 60 10 0709 60 99 0709 90 50 0710 80 59 0711 10 00 0711 90 10 0711 90 70 0713 50 00 0713 90 10 0713 90 90 0802 11 90 0802 12 90 0802 21 00 0802 22 00 0802 31 00 0802 32 00 0802 40 00 0802 90 50 0802 90 85 0806 20 11 0806 20 12 0806 20 91 0806 20 92 0806 20 98 0808 20 90 0810 40 30 0810 40 50 0810 40 90 0811 90 85 0812 10 00 0812 90 40 0812 90 50 0812 90 60 0812 90 95 0813 10 00 0813 20 00 0813 30 00 0813 40 10 0813 40 30 0813 40 95 0813 50 15 0813 50 19 0813 50 91 0813 50 99 0901 12 00 0901 21 00 0901 22 00 0902 10 00 0904 12 00 0904 20 10 0904 20 90 0907 00 00 0910 40 13 0910 40 19 0910 40 90 0910 91 90 0910 99 99 1106 10 00 1106 30 90 1208 10 00 1209 11 00 1209 19 00 1209 21 00 1209 23 80 1209 29 50 1209 29 80 1209 30 00 1209 91 10 1209 91 90 1209 99 91 1209 99 99 1210 10 00 1210 20 10 1210 20 90 1211 90 30 1212 10 10 1212 10 99 1214 90 10 1502 00 90 1503 00 19 1503 00 90 1504 10 10 1504 10 99 1504 20 10 1504 30 10 1507 10 10 1507 10 90 1507 90 10 1507 90 90 1508 10 90 1508 90 10 1508 90 90 1511 10 90 1511 90 11 1511 90 19 1511 90 91 1511 90 99 1512 11 10 1512 11 91 1512 11 99 1512 19 10 1512 19 91 1512 19 99 1512 21 10 1512 21 90 1512 29 10 1512 29 90 1513 11 10 1513 11 91 1513 11 99 1513 19 11 1513 19 19 1513 19 30 1513 19 91 1513 19 99 1513 21 11 1513 21 19 1513 21 30 1513 21 90 1513 29 11 1513 29 19 1513 29 30 1513 29 50 1513 29 91 1513 29 99 1514 10 10 1514 10 90 1514 90 10 1514 90 90 1515 11 00 1515 19 10 1515 19 90 1515 21 10 1515 21 90 1515 29 10 1515 29 90 1515 30 90 1515 50 11 1515 50 19 1515 50 91 1515 50 99 1515 90 29 1515 90 39 1515 90 40 1515 90 51 1515 90 59 1515 90 60 1515 90 91 1515 90 99 1516 20 95 1516 20 96 1516 20 98 1518 00 31 1518 00 39 1522 00 91 1602 31 11 1602 31 19 1602 31 30 1602 31 90 2001 90 20 2005 90 10 2302 50 00 2306 90 19 2308 90 90 2309 10 51 2309 10 90 2309 90 10 2309 90 31 2309 90 41 2309 90 51 (1) Als omschreven in Verordening (EG) nr. 2204/1999 van de Commissie van 12 oktober 1999 tot wijziging van bijlage I van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 278 van 28.10.1999, blz. 1). BIJLAGE A (b) Voor invoer van de volgende producten van oorsprong uit Litouwen in de Gemeenschap gelden onderstaande concessies (MFN = recht voor meest begunstigde natie) >RUIMTE VOOR DE TABEL> Bijlage bij bijlage A(b) Minimuminvoerprijsregeling voor bepaalde soorten zacht fruit bestemd voor verwerking 1. Voor de volgende voor verwerking bestemde producten van oorsprong uit de Republiek Litouwen zijn minimuminvoerprijzen vastgesteld: >RUIMTE VOOR DE TABEL> 2. De minimuminvoerprijzen bedoeld in punt 1 worden per zending toegepast. Wanneer de in de douane-aangifte vermelde waarde lager is dan de minimuminvoerprijs, wordt een compenserend recht geheven dat gelijk is aan het verschil tussen de minimuminvoerprijs en de in de douane-aangifte vermelde waarde. 3. Wanneer de invoerprijzen van een onder deze bijlage vallend product een tendens vertonen die erop wijst dat deze prijzen op korte termijn onder het niveau van de minimuminvoerprijs kunnen dalen, stelt de Europese Commissie de autoriteiten van Litouwen daarvan in kennis teneinde hen in staat te stellen corrigerende maatregelen te nemen. 4. Op verzoek van de Gemeenschap of van Litouwen stelt de Associatieraad een onderzoek in naar de werking van het systeem of de herziening van de minimuminvoerprijzen. De Associatieraad neemt, indien nodig, passende besluiten. 5. Ter bevordering van het handelsverkeer en in het belang van alle betrokken partijen wordt drie maanden voor de aanvang van elk verkoopseizoen in de Europese Gemeenschap een overlegvergadering georganiseerd. Dit overleg vindt plaats tussen de Europese Commissie en de belanghebbende verenigingen van Europese producenten van de betrokken producten, enerzijds, en de autoriteiten en verenigingen van producenten en exporteurs van al de geassocieerde exportlanden, anderzijds. Tijdens deze overlegbijeenkomsten wordt van gedachten gewisseld over de marktsituatie voor kleinfruit, met inbegrip van, in het bijzonder, de ramingen van de productie, de voorraadsituatie, de prijsontwikkeling en de marktbeweging, alsmede over de maatregelen die moeten worden getroffen om vraag en aanbod met elkaar in overeenstemming te brengen.