Verordening (EG) nr. 1626/2000 van de Commissie

van 24 juli 2000

houdende uitvoering van Verordening (EG) nr. 577/98 van de Raad betreffende de organisatie van een steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de Gemeenschap, wat het programma van speciale modules van de arbeidskrachtenenquête voor de jaren 2001-2004 betreft

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 577/98 van de Raad van 9 maart 1998 betreffende de organisatie van een steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de Gemeenschap(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1578/2000 van de Commissie(2), en met name op artikel 4, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 577/98 wordt ieder jaar een meerjarig programma van speciale modules vastgesteld.

(2) De maatregelen waarin deze verordening voorziet, zijn in overeenstemming met het advies van het Comité statistisch programma dat is opgericht bij Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad(3),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Een programma van speciale modules voor de jaren 2001 tot 2004 is opgenomen in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 24 juli 2000.

Voor de Commissie

Pedro Solbes Mira

Lid van de Commissie

(1) PB L 77 van 14.3.1998, blz. 3.

(2) PB L 181 van 20.7.2000, blz. 39.

(3) PB L 181 van 28.6.1989, blz. 47.

BIJLAGE

ARBEIDSKRACHTENENQUÊTE

Meerjarig programma van speciale modules

1. Arbeidstijd: duur en organisaties

Lijst van variabelen: zie Verordening (EG) nr. 1578/2000 van de Commissie van 19 juli 2000 houdende uitvoering van Verordening nr. 577/98 betreffende de organisatie van een steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de Gemeenschap, wat de speciale module voor het jaar 2001 over duur en organisatie van de arbeidstijd betreft (PB L 181 van 20.7.2000, blz. 39).

Referentieperiode: tweede kwartaal 2001.

Betrokken lidstaten en regio's: alle.

Steekproef: zoals voor de standaardmodules; indien de steekproefeenheid echter het individu is, is er geen informatie over de leden van het huishouden vereist.

Indiening van de resultaten: vóór 31 maart 2002.

2. Werkgelegenheid voor gehandicapten

Lijst van variabelen: te bepalen vóór maart 2001.

Referentieperiode: tweede kwartaal 2002.

Betrokken lidstaten en regio's: nader te bepalen.

Steekproef: gehandicapten; indien de steekproefeenheid het individu is, is er geen informatie over de leden van het huishouden vereist.

Indiening van de resultaten: vóór 31 maart 2003.

3. Levenslang leren

Lijst van variabelen: te bepalen vóór maart 2002.

Referentieperiode: tweede kwartaal 2003.

Betrokken lidstaten en regio's: nader te bepalen.

Steekproef: zoals voor de standaardmodules; indien de steekproefeenheid echter het individu is, is er geen informatie over de leden van het huishouden vereist.

Indiening van de resultaten: vóór 31 maart 2004.

4. Overgang van school naar beroepsleven

Lijst van variabelen: te bepalen vóór maart 2003.

Referentieperiode: tweede kwartaal 2004.

Betrokken lidstaten en regio's: nader te bepalen.

Steekproef: degenen die in de laatste vijf/tien jaar het onderwijs hebben verlaten (inclusief degenen die het onderwijs gedurende ten minste één jaar hebben verlaten en daarna weer onderwijs zijn gaan volgen); indien de steekproefeenheid het individu is, is er geen informatie over de leden van het huishouden vereist.

Indiening van de resultaten: vóór 31 maart 2005.