32000R1614

Verordening (EG) nr. 1614/2000 van de Commissie van 24 juli 2000 houdende afwijking van de in Verordening (EEG) nr. 2454/93 opgenomen definitie van het begrip "producten van oorsprong" in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties in verband met de bijzondere situatie van Cambodja wat de uitvoer van bepaalde textielproducten naar de Gemeenschap betreft

Publicatieblad Nr. L 185 van 25/07/2000 blz. 0046 - 0053


Verordening (EG) nr. 1614/2000 van de Commissie

van 24 juli 2000

houdende afwijking van de in Verordening (EEG) nr. 2454/93 opgenomen definitie van het begrip "producten van oorsprong" in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties in verband met de bijzondere situatie van Cambodja wat de uitvoer van bepaalde textielproducten naar de Gemeenschap betreft

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 955/1999 van het Europees Parlement en de Raad(2), inzonderheid op artikel 249,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1662/1999(4), inzonderheid op artikel 76,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Gemeenschap heeft bij Verordening (EG) nr. 2820/98 van de Raad van 21 december 1998 houdende toepassing, voor de periode van 1 juli 1999 tot en met 31 december 2001, van een meerjarenschema van algemene tariefpreferenties(5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1310/2000 van de Commissie(6), dergelijke preferenties aan Cambodja gegeven.

(2) Bij de artikelen 67 tot en met 97 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 zijn de voorwaarden vastgesteld waaraan producten moeten voldoen om bij toepassing van het schema van algemene tariefpreferenties als producten van oorsprong te worden beschouwd. In artikel 76 van de verordening is evenwel bepaald dat ten behoeve van de minst ontwikkelde landen die voor het schema van algemene tariefpreferenties in aanmerking komen, van deze voorwaarden kan worden afgeweken indien deze daartoe een aanvraag bij de Gemeenschap indienen.

(3) Bij Verordening (EG) nr. 1538/1999 van de Commissie(7), heeft Cambodja voor de periode van 15 juli 1999 tot en met 14 juli 2000 een dergelijke afwijking bekomen voor bepaalde textielproducten.

(4) De door Cambodja ingediende aanvraag voldoet aan artikel 76 van Verordening (EEG) nr. 2454/93. In het bijzonder is het opleggen van voorwaarden inzake hoeveelheden (op jaarbasis), uitgaande van zowel de absorptiecapaciteit van de Gemeenschap voor dergelijke producten uit Cambodja, als de uitvoercapaciteit van dit land en de geconstateerde handelsstromen, van dien aard is dat de overeenkomstige bedrijfstakken in de Gemeenschap geen schade zullen ondervinden. Deze afwijking dient evenwel te worden aangepast aan de economische behoeften.

(5) Het is ter bevordering van de regionale samenwerking tussen begunstigde landen, dienstig te bepalen dat de materialen die in Cambodja in het kader van deze afwijking worden gebruikt, van oorsprong dienen te zijn uit landen die lid zijn van de Zuid-Aziatische Staten (ASEAN), met uitzondering van Myanmar, of van de Zuid-Aziatische Associatie voor Regionale Samenwerking (SAARC) of van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst.

(6) Om een transparant en efficiënt beheer van deze maatregelen te waarborgen, is het aangewezen om de relevante bepalingen toe te passen die inzake het beheer van tariefcontingenten zijn neergelegd in Verordening (EEG) nr. 2454/93, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1427/97(8).

(7) Een eventuele toepassing van de afwijking op hoeveelheden die de voorziene hoeveelheden overschrijden dient met de autoriteiten van Cambodja te worden besproken.

(8) Om zijn volle uitwerking te hebben, dient een dergelijke afwijking voor een redelijke periode te worden toegestaan, dat wil zeggen tot en met 31 december 2001, op welke datum Verordening (EG) nr. 2820/98 vervalt.

(9) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. In afwijking van de artikelen 67 tot en met 97 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 worden de in de bijlage van de onderhavige verordening vermelde producten die in Cambodja zijn vervaardigd van in dat land ingevoerde weefsels of garens van oorsprong uit landen die lid zijn van de Zuid-Aziatische Staten (ASEAN), met uitzondering van Myanmar, of van de Zuidoost-Aziatische Associatie voor Regionale Samenwerking (SAARC) of van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst, op de hierna vermelde voorwaarden als van oorsprong uit Cambodja beschouwd.

2. Voor de toepassing van lid 1 worden als producten van oorsprong uit de ASEAN- of SAARC-landen beschouwd de producten die aldaar verkregen zijn overeenkomstig de regels van oorsprong in artikelen 67 tot en met 97 van Verordening (EEG) nr. 2454/93, respectievelijk als producten van oorsprong uit de begunstigde landen van de ACES-EG-partnerschapsovereenkomst de producten die in die landen verkregen zijn overeenkomstig de regels van oorsprong in protocol nr. 1 van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst(9).

3. De bevoegde autoriteiten van Cambodja verbinden zich ertoe alle nodige maatregelen te treffen om de bepalingen van lid 2 te doen naleven.

Artikel 2

De in artikel 1 vervatte afwijking is van toepassing op de producten die rechtstreeks uit Cambodja worden vervoerd en in de Gemeenschap worden ingevoerd van 15 juli 2000 tot en met 31 december 2001, tot de jaarlijkse hoeveelheid zoals die in de bijlage voor elk product is vermeld.

Artikel 3

De in artikel 2 bedoelde hoeveelheden worden door de Commissie beheerd overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 308 bis tot en met 308 quater van Verordening (EEG) nr. 2454/93.

Artikel 4

Indien de in artikel 3 bedoelde opnemingen 80 % hebben bereikt van de in de bijlage vermelde hoeveelheden, onderzoekt de Commissie met de autoriteiten van Cambodja of de afwijking op grotere dan de voorziene hoeveelheden dient te worden toegepast.

Artikel 5

De ingevolge deze verordening door de bevoegde autoriteiten van Cambodja afgegeven certificaten van oorsprong, formulier A, dienen in vak nr. 4 van de volgende aantekening te zijn voorzien:"Afwijking - Verordening (EG) nr. 1614/2000".

Artikel 6

In geval van twijfel kunnen de lidstaten om een kopie van het document verzoeken dat de oorsprong van de materialen staaft die in Cambodja in het kader van deze afwijking zijn gebruikt. Dit verzoek kan gebeuren hetzij bij het in het vrije verkeer brengen van de goederen die voor de bepalingen in de onderhavige verordening in aanmerking komen, hetzij in het kader van de in artikel 94 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 voorziene administratieve samenwerking.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 24 juli 2000.

Voor de Commissie

Frederik Bolkestein

Lid van de Commissie

(1) PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.

(2) PB L 119 van 7.5.1999, blz. 1.

(3) PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1.

(4) PB L 197 van 29.7.1999, blz. 25.

(5) PB L 357 van 30.12.1998, blz. 1.

(6) PB L 148 van 22.6.2000, blz. 28.

(7) PB L 178 van 14.7.1999, blz. 34.

(8) PB L 196 van 24.7.1997, blz. 31.

(9) Nog niet verschenen in het Publicatieblad.

BIJLAGE

>RUIMTE VOOR DE TABEL>