98/433/EG: Beschikking van de Commissie van 26 juni 1998 inzake geharmoniseerde criteria voor vrijstellingen overeenkomstig artikel 9 van Richtlijn 96/82/EG van de Raad betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (kennisgeving geschied onder nummer C(1998) 1758) (Voor de EER relevante tekst)
Publicatieblad Nr. L 192 van 08/07/1998 blz. 0019 - 0020
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 26 juni 1998 inzake geharmoniseerde criteria voor vrijstellingen overeenkomstig artikel 9 van Richtlijn 96/82/EG van de Raad betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (kennisgeving geschied onder nummer C(1998) 1758) (Voor de EER relevante tekst) (98/433/EG) DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Richtlijn 96/82/EG van de Raad van 9 december 1996 betreffende de beheersing van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (1), in het bijzonder op artikel 9, Overwegende dat artikel 9 van Richtlijn 96/82/EG bepaalt dat de lidstaten van de exploitanten van bepaalde inrichtingen eisen dat deze veiligheidsrapporten indienen; Overwegende dat artikel 9, lid 6, onder a), van Richtlijn 96/82/EG bepaalt dat, wanneer naar genoegen van de bevoegde autoriteit wordt aangetoond dat bepaalde in de inrichting of in welk onderdeel daarvan ook aanwezige stoffen geen gevaar voor een zwaar ongeval kunnen opleveren, de lidstaat overeenkomstig de onder b) bedoelde criteria de voor het veiligheidsrapport verlangde gegevens kan beperken tot deze die van belang zijn voor de preventie van de resterende gevaren voor zware ongevallen en voor de beperking van de gevolgen daarvan voor mens en milieu; Overwegende dat deze criteria niet van invloed zijn op het bepalen van de drempel hoeveelheden van gevaarlijke stoffen voor het toepassen van artikel 9 van Richtlijn 96/82/EG; Overwegende dat artikel 9, lid 6, onder b), van Richtlijn 96/82/EG bepaalt dat, voordat de richtlijn van toepassing wordt, de Commissie volgens de procedure van artikel 16 van Richtlijn 82/501/EEG van 24 juni 1982 inzake de risico's van zware ongevallen bij bepaalde industriële activiteiten (2), geharmoniseerde criteria vaststelt voor het besluit van de bevoegde autoriteit dat een inrichting geen gevaar voor een zwaar ongeval in de zin van onderdeel a) kan opleveren; Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het bij artikel 16 van Richtlijn 82/501/EEG van de Raad opgerichte comité, HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN: Artikel 1 Met het oog op artikel 9, lid 6, van Richtlijn 96/82/EG betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken, stelt de Commissie de in de bijlage bij deze beschikking gegeven geharmoniseerde criteria vast. Artikel 2 Deze beschikking is gericht tot de lidstaten. Gedaan te Brussel, 26 juni 1998. Voor de Commissie Ritt BJERREGAARD Lid van de Commissie (1) PB L 10 van 14. 1. 1997. (2) PB L 230 van 5. 8. 1982. Richtlijn als gewijzigd bij Richtlijn 87/216/EEG (PB L 85 van 28. 3. 1987), Richtlijn 88/610/EEG (PB L 336 van 7. 12. 1988) en Richtlijn 91/692/EEG (PB L 377 van 31. 12. 1991). BIJLAGE Geharmoniseerde criteria voor vrijstellingen overeenkomstig artikel 9 van Richtlijn 96/82/EG van de Raad betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken Er kan een vrijstelling overeenkomstig artikel 9, lid 6, worden toegestaan indien ten minste aan één van de volgende generieke criteria is voldaan: 1. De fysische vorm van de stof Stoffen in vaste vorm, zodanig dat zowel in normale als in welke redelijkerwijze voorzienbare abnormale omstandigheden dan ook, het vrijkomen van materie of energie dat gevaar voor een zwaar ongeval zou kunnen opleveren, niet mogelijk is. 2. Verpakking en hoeveelheden Stoffen zodanig verpakt of omhuld en in zodanige hoeveelheden, dat het vrijkomen van de grootst mogelijke hoeveelheid, onder welke omstandigheden dan ook, geen gevaar voor een zwaar ongeval kan opleveren. 3. Locatie en hoeveelheden Stoffen aanwezig in zodanige hoeveelheden en op zodanige afstand van andere gevaarlijke stoffen (in de inrichting of elders), dat zij noch op zichzelf een gevaar voor een zwaar ongeval kunnen opleveren, noch een zwaar ongeval kunnen veroorzaken waarbij andere gevaarlijke stoffen zijn betrokken. 4. Indeling Stoffen die op grond van hun generieke indeling in bijlage I, deel 2, van Richtlijn 96/82/EG als gevaarlijke stoffen zijn gedefinieerd, maar die geen gevaar voor een zwaar ongeval kunnen opleveren en waarvoor de generieke indeling derhalve niet voor dit doel geschikt is.