31996D0088

96/88/EG: Besluit van de Raad van 19 december 1995 betreffende de goedkeuring, door de Europese Gemeenschap, van het Graanhandelsverdrag en het Voedselhulpverdrag, die samen de Internationale Graanovereenkomst 1995 vormen

Publicatieblad Nr. L 021 van 27/01/1996 blz. 0047 - 0048


BESLUIT VAN DE RAAD van 19 december 1995 betreffende de goedkeuring, door de Europese Gemeenschap, van het Graanhandelsverdrag en het Voedselhulpverdrag, die samen de Internationale Graanovereenkomst 1995 vormen (96/88/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 113 en artikel 130 Y, juncto artikel 228, lid 2, eerste zin, en lid 3, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europees Parlement (2),

Overwegende dat via onderhandelingen het Graanhandelsverdrag en het Voedselhulpverdrag tot stand zijn gebracht die samen de Internationale Graanovereenkomst 1995 vormen, en die in de plaats moeten komen van de Internationale Tarweovereenkomst van 1949; dat de Overeenkomst tot en met 30 juni 1995 kan worden ondertekend en dat eveneens tot die datum de akten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring kunnen worden neergelegd; dat de Overeenkomst bij besluit van de Conferentie van Regeringen te Londen op 6 juli 1995 met ingang van 1 juli 1995 in werking is getreden; dat bij deze gelegenheid de uiterste datum voor het neerleggen van de genoemde akten is vooruitgeschoven tot 30 juni 1996;

Overwegende dat de Gemeenschap, ingevolge het besluit van de Raad van 29 juni 1995 (3) op 30 juni 1995, op voorwaarde van latere goedkeuring, de beide Verdragen die samen deze Overeenkomst vormen heeft ondertekend; dat deze Verdragen bij deze dienen te worden goedgekeurd;

Overwegende dat ingevolge artikel 130 U van het Verdrag het beleid van de Gemeenschap op het gebied van ontwikkelingssamenwerking is gericht op de bevordering van de duurzame economische en sociale ontwikkeling van de ontwikkelingslanden, een harmonisatie en geleidelijke integratie in de wereldeconomie en de strijd tegen de armoede in deze landen;

Overwegende dat de toepassing van de Internationale Graanovereenkomst 1995 voor het gedeelte dat de voedselhulp betreft, zowel het optreden van de Gemeenschap als van de Lid-Staten vereist;

Overwegende dat alle Lid-Staten blijk hebben gegeven van hun intentie toe te treden tot het Voedselhulpverdrag,

BESLUIT:

Artikel 1

Het Graanhandelsverdrag 1995 en het Voedselhulpverdrag 1995, die samen de Internationale Graanovereenkomst 1995 vormen, worden namens de Europese Gemeenschap goedgekeurd.

De teksten van beide Verdragen zijn bij dit besluit gevoegd.

Artikel 2

De Voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon aan te wijzen die bevoegd is de beide Verdragen te ondertekenen en de akten van goedkeuring neer te leggen.

Artikel 3

De Europese Gemeenschap zal bij de ondertekening en bij het neerleggen van de akte van goedkeuring van het Graanhandelsverdrag de volgende verklaring neerleggen:

"De Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden zijn sedert 1 januari 1995 Lid-Staten van de Europese Gemeenschap en zullen niet langer individueel partij zijn bij dit Verdrag, maar in het kader van de Gemeenschap. Daarom verbindt de Europese Gemeenschap zich ertoe de rechten van deze drie landen in het kader van het Verdrag uit te oefenen, en hun verplichtingen in het kader van het Verdrag na te komen.".

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Gedaan te Brussel, 19 december 1995.

Voor de Raad

De Voorzitter

L. ATIENZA SERNA

(1) PB nr. C 191 van 25. 7. 1995, blz. 4.

(2) PB nr. C 287 van 30. 10. 1995.

(3) PB nr. C 204 van 9. 8. 1995, blz. 1.