31996D0077

96/77/EG: Beschikking van de Commissie van 18 januari 1996 tot vaststelling van de voorschriften voor het verzamelen en het verwerken van bepaalde tweekleppige weekdieren uit gebieden waar het gehalte aan PSP ("Paralytic Shellfish Poison") het bij Richtlijn 91/492/EEG van de Raad vastgestelde maximum overschrijdt (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 015 van 20/01/1996 blz. 0046 - 0047


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 18 januari 1996 tot vaststelling van de voorschriften voor het verzamelen en het verwerken van bepaalde tweekleppige weekdieren uit gebieden waar het gehalte aan PSP ("Paralytic Shellfish Poison") het bij Richtlijn 91/492/EEG van de Raad vastgestelde maximum overschrijdt (Voor de EER relevante tekst) (96/77/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 91/492/EEG van de Raad van 15 juli 1991 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van levende tweekleppige weekdieren (1), gewijzigd bij de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden, en met name op hoofdstuk V, punt 8, laatste alinea, van de bijlage,

Overwegende dat het bij Richtlijn 91/492/EEG vastgestelde maximumgehalte aan PSP ("Paralytic Shellfish Poison"), namelijk 80 ìg/100 g, ter bescherming van de volksgezondheid niet mag worden overschreden in voor menselijke consumptie bestemde tweekleppige weekdieren;

Overwegende dat met betrekking tot tweekleppige weekdieren van de soort Acanthocardia tuberculatum uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat een adequate warmtebehandeling kan garanderen dat het gehalte aan PSP tot een niet-aantoonbaar niveau wordt teruggebracht indien het oorspronkelijke gehalte niet meer bedroeg dan 300 ìg/100 g;

Overwegende dat het Wetenschappelijk Veterinair Comité is geraadpleegd en een gunstig advies heeft uitgebracht met betrekking tot het gebruik van deze warmtebehandelingsmethode voor dit type toxine en voor deze soort weekdieren;

Overwegende dat, gezien het advies van het Wetenschappelijk Veterinair Comité, alleen voor tweekleppige weekdieren van de hierboven genoemde soort, een speciale beschikking moet worden gegeven waarbij wordt voorzien in een PSP-gehalte dat hoger ligt dan het tot nu toe voor het verzamelen vastgestelde maximumgehalte, en in een adequate warmtebehandeling;

Overwegende dat de interne controles zoals die zijn vastgesteld bij Beschikking 94/356/EG van de Commissie van 20 mei 1994 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 91/493/EEG van de Raad wat de interne gezondheidscontroles van de visserijprodukten betreft (2), toereikend zijn om een goede toepassing van de adequate warmtebehandeling te garanderen;

Overwegende dat het de taak is van de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staten om aan de bedrijven die deze behandeling van tweekleppige weekdieren uitvoeren, de daartoe vereiste vergunningen af te geven, en toe te zien op de goede toepassing van de interne controles;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Veterinair Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Deze beschikking geldt uitsluitend voor tweekleppige weekdieren van de soort Acanthocardia tuberculatum.

Artikel 2

1. Spanje kan toestaan dat de in artikel 1 genoemde tweekleppige weekdieren worden verzameld in gebieden waar het gehalte aan PSP in de eetbare delen van de weekdieren hoger is dan 80 ìg/100 g maar lager dan 300 ìg/100 g.

De verzamelde weekdieren moeten:

- in containers of voertuigen die door de bevoegde autoriteit zijn verzegeld, rechtstreeks worden vervoerd naar een erkende inrichting die een speciale vergunning heeft om die behandeling uit te voeren;

- vergezeld gaan van een document dat is afgegeven door de bevoegde autoriteit die het vervoer toestaat en waarin de aard en de hoeveelheid van het produkt, het gebied van herkomst en de inrichting van bestemming zijn aangegeven;

- de in de bijlage bij deze beschikking vastgestelde warmtebehandeling ondergaan.

2. De uit de in lid 1 bedoelde weekdieren verkregen eindprodukten mogen na uitvoering van de warmtebehandeling geen PSP meer bevatten in hoeveelheden die met de biologische analysemethode kunnen worden opgespoord. Elke partij moet worden geanalyseerd. Deze bepaling zal worden herzien na zes maanden op basis van een rapport voorgelegd door de Spaanse overheden.

Artikel 3

De bevoegde autoriteit ziet erop toe dat de interne controle als bedoeld in artikel 6 van Richtlijn 91/493/EEG van de Raad (3), zoals die is ingesteld en wordt uitgevoerd door de persoon die verantwoordelijk is voor de inrichting waaraan een vergunning is verleend overeenkomstig Beschikking 94/356/EG, specifiek van toepassing is op de warmtebehandeling als omschreven in de bijlage bij de onderhavige beschikking.

Artikel 4

Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten.

Gedaan te Brussel, 18 januari 1996.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 268 van 24. 9. 1991, blz. 1.

(2) PB nr. L 156 van 23. 6. 1994, blz. 50.

(3) PB nr. L 268 van 24. 9. 1991, blz. 15.

BIJLAGE

Warmtebehandeling van tweekleppige weekdieren van de soort Acanthocardia tuberculatum om het gehalte aan PSP te verminderen tot minder dan 80 ìg/100 g

De weekdieren moeten achtereenvolgens de volgende bewerkingen ondergaan:

1. Ze worden eerst gewassen met zoet water gedurende ten minste 2 minuten bij een temperatuur van 20 °C, ± 2 °C.

2. Ze worden een eerste keer gekookt in zoet water gedurende ten minste 3 minuten bij een temperatuur van 95 °C, ± 5 °C.

3. Het vlees en de schelpen worden van elkaar gescheiden.

4. Ze worden een tweede keer gewassen met stromend zoet water gedurende ten minste 30 seconden bij een temperatuur van 20 °C, ± 2 °C.

5. Ze worden gekookt in zoet water gedurende ten minste 9 minuten bij een temperatuur van 98 °C, ± 3 °C.

6. Ze worden in koud stromend water afgekoeld gedurende ongeveer 90 seconden.

7. De eetbare delen (voet) worden mechanisch, met water onder druk, gescheiden van de niet-eetbare delen (kieuwen, spijsverteringsklier en mantel).

8. Vervolgens worden ze verpakt in hermetisch gesloten recipiënten in een niet-aangezuurde vloeistof.

9. Ten slotte worden zij in een broedstoof gesteriliseerd bij een temperatuur van ten minste 116 °C gedurende een tijd die wordt berekend op basis van de grootte van de gebruikte recipiënten, maar die in elk geval nooit minder dan 51 minuten mag bedragen.