Verordening (EG) nr. 2479/95 van de Commissie van 25 oktober 1995 tot aanpassing aan de vooruitgang van de techniek van Verordening (EEG) nr. 3821/85 van de Raad betreffende het controleapparaat in het wegvervoer
Publicatieblad Nr. L 256 van 26/10/1995 blz. 0008 - 0008
VERORDENING (EG) Nr. 2479/95 VAN DE COMMISSIE van 25 oktober 1995 tot aanpassing aan de vooruitgang van de techniek van Verordening (EEG) nr. 3821/85 van de Raad betreffende het controleapparaat in het wegvervoer (Voor de EER relevante tekst) DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EEG) nr. 3821/85 van de Raad van 20 december 1985 betreffende het controleapparaat in het wegvervoer (1), laatstelijk gewijzigd bij de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden, inzonderheid op artikel 17, Overwegende dat de mogelijkheden tot fraude bij het gebruik van elektronische controleapparaten in het wegvervoer moeten worden weggenomen; Overwegende dat het, gelet op de ervaring en de huidige stand van de techniek, mogelijk is de kabels voor het aansluiten van het apparaat op het impulsoverbrengingsmechanisme ook op andere wijze tegen manipulatie te berschermen dan door een naadloos, met kunststof bekleed roestvrij stalen omhulsel met krimpverbindingen, zoals thans is voorgeschreven; Overwegende dat het gezien de levensduur van de bestaande controleappartuur nodig is de bedoelde nieuwe technologie in de communautaire constructie- en installatienormen voor elektronische controleapparatuur te integreren; Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité voor de aanpassing van Verordening (EEG) nr. 3821/85 aan de vooruitgang van de techniek, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Bijlage I, hoofdstuk V, punt 5, van Verordening (EEG) nr. 3821/85 wordt als volgt gewijzigd: "5. De kabels waarmee de impulsoverbrenger op het controleapparaat wordt aangesloten, moeten worden beschermd met een naadloos met kunststof bekleed roestvrij stalen omhulsel met krimpverbindingen, tenzij een zelfde mate van bescherming tegen manipulatie wordt verkregen met een andere methode (zoals elektronische beveiliging van de kabels door bij voorbeeld signaalencryptie), waarmee de aanwezigheid kan worden gedetecteerd van elke inrichting die niet noodzakelijk is voor de goede werking van het controleapparaat en die tot doel heeft de juiste werking van het controleapparaat te verhinderen door kortsluiting, onderbreking of wijziging van de elektronische signalen afkomstig van de snelheids- en afstandsopnemer. Een uit verzegelde verbindingen bestaande aansluiting wordt als naadloos in de zin van deze verordening beschouwd. Bovengenoemde elektronische beveiliging mag worden vervangen door een elektronische voorziening die ervoor zorgt dat het controleapparaat alle bewegingen van het voertuig, onafhankelijk van het signaal van de snelheids- en afstandsopnemer, kan vastleggen.". Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 1996. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat. Gedaan te Brussel, 25 oktober 1995. Voor de Commissie Neil KINNOCK Lid van de Commissie