31993R2826

Verordening (EEG) nr. 2826/93 van de Commissie van 15 oktober 1993 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3149/92 houdende uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de levering van levensmiddelen uit interventievoorraden aan de meest behoeftigen in de Gemeenschap

Publicatieblad Nr. L 258 van 16/10/1993 blz. 0011 - 0013
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 53 blz. 0029
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 53 blz. 0029


VERORDENING (EEG) Nr. 2826/93 VAN DE COMMISSIE van 15 oktober 1993 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3149/92 houdende uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de levering van levensmiddelen uit interventievoorraden aan de meest behoeftigen in de Gemeenschap

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 3730/87 van de Raad van 10 december 1987 houdende algemene voorschriften voor de levering van levensmiddelen uit interventievoorraden aan bepaalde organisaties met het oog op verstrekking aan de meest hulpbehoevenden in de Gemeenschap (1), en met name op artikel 6,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 3813/92 van de Raad van 28 december 1992 betreffende de rekeneenheid en de omrekeningskoersen die in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid moeten worden toegepast (2), en met name op artikel 6, lid 2,

Overwegende dat Verordening (EEG) nr. 3149/92 van de Commissie (3), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3550/92 (4), de uitvoeringsbepalingen vaststelt van Verordening (EEG) nr. 3730/87;

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3813/92 is bepaald dat de landbouwomrekeningskoers moet worden toegepast om de in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, in ecu uitgedrukte prijzen en bedragen in nationale valuta om te rekenen; dat het, omdat de voor het jaarlijkse programma voor de uitvoering van de leveringen vastgestelde financiële limieten gebaseerd zijn op de omrekeningskoers van 1 oktober, noodzakelijk is voor de bepaling van de hoeveelheden interventieprodukten en voor de omrekening van de kosten voor de leveringen in het kader van de betrokken regeling, de op dezelfde datum geldende landbouwomrekeningskoers te hanteren, en daardoor het bedrag van de aan elke Lid-Staat toegewezen financiële middelen te vrijwaren;

Overwegende dat het, gelet op de ervaring en met het oog op een beter gebruik van de beschikbare hoeveelheden, dienstig is uitdrukkelijk te bepalen dat de kosten voor het vervoer van de produkten nooit met produkten mogen worden betaald;

Overwegende dat voor een goed beheer van de regeling ook moet worden bepaald dat, wanneer de produkten niet beschikbaar zijn in de Lid-Staat waar ze nodig zijn, een inschrijving moet worden gehouden om de voordeligste voorwaarden voor de levering, en inzonderheid voor het intracommunautaire vervoer, te bepalen; dat in een dergelijk geval eveneens moet worden toegestaan dat de produkten beschikbaar worden gesteld en aan liefdadigheidsorganisaties worden geleverd zonder dat de betrokken produkten vooraf moeten worden overgebracht van een interventieopslagplaats in één Lid-Staat naar die in een andere;

Overwegende ten slotte dat ook de verplichtingen van degenen aan wie de levering is toegewezen met betrekking tot het stellen van zekerheden en de voorwaarden voor het vrijgeven van deze zekerheden, alsmede de door de Lid-Staten te verstrekken mededelingen betreffende de uitvoering van het jaarprogramma moeten worden gepreciseerd;

Overwegende dat dient te worden bepaald dat de bepalingen van deze verordening bij het begin van de periode van uitvoering van het distributieprogramma, namelijk 1 oktober 1993, van toepassing worden;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met de adviezen van alle betrokken Comités van beheer,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 3149/92 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan artikel 4, lid 2, wordt de volgende zin toegevoegd:

"In het bericht worden nauwkeurig de aard en de kenmerken van het te leveren produkt aangegeven.".

2. In artikel 4 wordt lid 3 gelezen:

"3. De Lid-Staten kunnen bepalen dat de levering ook het vervoer van de produkten tot de opslagplaatsen van de liefdadigheidsorganisatie en, in voorkomend geval, de distributie aan de begunstigden omvat. In dat geval wordt dit vervoer in het bericht van de in lid 2 bedoelde inschrijving afzonderlijk vermeld en wordt het in de offerte van de inschrijver ook afzonderlijk opgegeven in valuta. De vervoerkosten mogen niet worden betaald met produkten.".

3. In artikel 5, lid 1, wordt de tweede alinea gelezen:

"De boekwaarde van de interventieprodukten wordt in nationale valuta omgerekend aan de hand van de landbouwomrekeningskoers die geldt op 1 oktober van het jaar waarin het programma wordt uitgevoerd.".

4. In artikel 6 wordt lid 2 gelezen:

"2. Bij toepassing van het bepaalde in artikel 4, lid 3, worden aan de Lid-Staat de vervoerkosten vergoed op basis van de in bijlage II vastgestelde tarieven.".

5. In artikel 6 wordt lid 4 gelezen:

"4. De in de leden 1, 2 en 3 bedoelde kosten worden aan de Lid-Staten vergoed tot het bedrag van de voor de uitvoering van het programma in elke Lid-Staat toegewezen financiële middelen.

De in de leden 1, 2 en 3 bedoelde kosten mogen niet worden betaald met produkten.".

6. Artikel 7 wordt gelezen:

"Artikel 7

1. Wanneer in het programma opgenomen produkten niet in de Lid-Staat waar deze produkten nodig zijn, beschikbaar zijn uit interventievoorraden, zendt deze Lid-Staat aan de Commissie een aanvraag tot overdracht van de voorraden die beschikbaar zijn bij het interventiebureau dat de produkten levert. In deze aanvraag worden alle voor de levering vereiste gegevens, met name betreffende de produkten, de plaats waar de voorraden zich bevinden en de betrokken hoeveelheden, vermeld. De Commissie kan de overdracht weigeren of om wijzigingen verzoeken.

De aanvragende Lid-Staat waarvoor de produkten bestemd zijn houdt een inschrijving of doet deze houden om de voordeligste voorwaarden voor de levering te bepalen. Aan de inschrijving dienen ten minste drie gegadigden deel te nemen. Voor de kosten voor intracommunautair vervoer moet een aparte offerte worden ingediend die is gesteld in valuta en deze kosten mogen niet worden betaald met produkten.

2. De kosten voor intracommunautair vervoer worden door de Gemeenschap gedragen en aan de Lid-Staat op basis van de in bijlage II vermelde tarieven vergoed. Daartoe moet de vergoedingsaanvraag alle nodige bewijsstukken, inzonderheid met betrekking tot het vervoer en de afgelegde afstanden, bevatten. Deze uitgaven worden ten laste gebracht van de in artikel 2, lid 3, onder c), bedoelde kredieten. Wanneer de kredieten volledig zijn toegewezen, geldt het bepaalde in artikel 6, lid 4, voor alle verdere communautaire financiering van het intracommunautaire vervoer.

3. In het bericht van inschrijving wordt gewezen op de mogelijkheid voor een inschrijver om een offerte in te dienen die alleen betrekking heeft op de beschikbaarstelling op de communautaire markt van de te leveren landbouwprodukten of levensmiddelen en de afhaling van deze produkten bij het interventiebureau dat de produkten levert, exclusief het vervoer naar de aanvragende Lid-Staat. In dat geval worden geen kosten voor intracommunautair vervoer vergoed aan degene aan wie de levering is toegewezen.

De aanvragende Lid-Staat stelt de Lid-Staat van levering in kennis van de identiteit van degene aan wie de levering is toegewezen.

4. Vóór de afhaling van de goederen stelt degene aan wie de levering is gegund een zekerheid waarvan het bedrag gelijk is aan de interventieaankoopprijs die geldt op de voor de overname vastgestelde dag, vermeerderd met 10 %.

Deze zekerheid wordt gesteld overeenkomstig het bepaalde in titel III van Verordening (EEG) nr. 2220/85 van de Commissie (*).

Voor de toepassing van titel V van Verordening (EEG) nr. 2220/85 geldt als primaire eis de uitvoering van de levering in de Lid-Staat van bestemming. Het bewijs van de uitvoering van de levering van de produkten wordt geacht te zijn geleverd door het overnamedocument dat wordt afgegeven door het interventiebureau waarvoor de produkten zijn bestemd.

5. In geval van overdracht, stelt de Lid-Staat van bestemming de Lid-Staat van levering in kennis van de identiteit van degene aan wie de uitvoering van de overdracht is gegund.

De bevoegde instantie vergewist zich ervan dat de goederen op passende wijze zijn verzekerd.

Op de door het interventiebureau van vertrek opgestelde aangifte tot verzending wordt een van de volgende vermeldingen aangebracht.

- Transferencia de productos de intervención - aplicación del apartado 5 del artículo 7 del Reglamento (CEE) n° 3149/92.

- Overførsel af interventionsprodukter - Anvendelse af artikel 7, stk. 5, i forordning (EØF) nr. 3149/92.

- Transfer von Interventionserzeugnissen - Anwendung von Artikel 7 Absatz 5 der Verordnung (EWG) Nr. 3149/92.

- ÌåôáöïñÜ ðñïúüíôùí ðáñåìâÜóåùò - åöáñìïãÞ ôïõ Üñèñïõ 7 ðáñÜãñáöïò 5 ôïõ êáíïíéóìïý (ÅÏÊ) áñéè. 3149/92.

- Transfer of intervention products - Application of Article 7 (5) of Regulation (EEC) No 3149/92.

- Transfert de produits d'intervention - Application de l'article 7 paragraphe 5 du règlement (CEE) n° 3149/92.

- Trasferimento di prodotti di intervento - Applicazione dell'articolo 7, paragrafo 5 del regolamento (CEE) n. 3149/92.

- Overdracht van interventieprodukten - toepassing van artikel 7, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 3149/92.

- Transferência de produtos de intervenção - aplicação do nº 5 do artigo 7º do Regulamento (CEE) nº 3149/92.

De kosten voor intracommunautair vervoer worden betaald door de Lid-Staat waarvoor de betrokken produkten zijn bestemd, voor de werkelijk overgenomen hoeveelheden.

6. Eventuele verliezen worden geboekt overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 3597/90 van de Commissie (**).

(*) PB nr. L 205 van 3. 8. 1985, blz. 5.

(**) PB nr. L 380 van 14. 12. 1990, blz. 43.".

7. Artikel 8 wordt gelezen:

"Artikel 8

De in artikel 6, lid 1, en in artikel 7, lid 2, vermelde bedragen worden in nationale valuta omgerekend aan de hand van de landbouwomrekeningskoers die geldt op 1 oktober van het jaar waarin het programma wordt uitgevoerd.".

8. Het volgende artikel 8 bis wordt ingevoegd:

"Artikel 8bis

De betalingsaanvragen worden bij de bevoegde autoriteiten van elke Lid-Staat ingediend binnen vier maanden na afloop van de betrokken transactie. Behoudens overmacht wordt voor aanvragen die buiten deze termijn worden ingediend, het verschuldigde bedrag met 20 % verminderd. Aanvragen die meer dan tien maanden na afloop van de transactie worden ingediend, worden niet aanvaard.

De bevoegde autoriteiten betalen het verschuldigde bedrag uit binnen twee maanden na de indiening van de aanvraag.".

9. Aan artikel 9, derde streepje, wordt de volgende zin toegevoegd:

"De controles ter plaatse bij de aangewezen organisaties hebben betrekking op ten minste 5 % van de uitgaven op grond van het jaarprogramma.".

10. Artikel 10 wordt gelezen:

"Artikel 10

De Lid-Staten zenden de Commissie elk jaar uiterlijk op 31 maart een rapport over de uitvoering van het programma op hun grondgebied in het afgelopen boekjaar. In dit rapport wordt een balans van de uitvoering gegeven waarin worden vermeld:

- de uit de interventievoorraden van de diverse produkten beschikbaar gestelde hoeveelheden;

- de aard, de hoeveelheid en de waarde van de aan de begunstigden gedistribueerde produkten, met een specificatie volgens produkten die zijn gedistribueerd in ongewijzigde staat, in de vorm van verwerkte produkten en in de vorm van door substitutie verkregen produkten, alsmede opgave van de verwerkingscoëfficiënten;

- de kosten van vervoer en overdracht;

- de administratiekosten;

- het aantal begunstigden in de loop van het boekjaar.

In het rapport worden de controlemaatregelen vermeld die de Lid-Staten hebben toegepast om zich ervan te vergewissen dat de produkten hun bestemming hebben gekregen. In het rapport worden aard en aantal van de uitgevoerde controles bij de eindbegunstigden van het programma vermeld.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 oktober 1993.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 15 oktober 1993.

Voor de Commissie

René STEICHEN

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 352 van 15. 12. 1987, blz. 1.

(2) PB nr. L 387 van 31. 12. 1992, blz. 1.

(3) PB nr. L 313 van 30. 10. 1992, blz. 50.

(4) PB nr. L 361 van 10. 12. 1992, blz. 19.