VERORDENING (EEG) Nr. 3899/91 VAN DE RAAD

van 16 december 1991

houdende zesde wijziging van Verordening (EEG) nr. 3309/85 houdende vaststelling van de algemene voorschriften voor de omschrijving en de aanbiedingsvorm van mousserende wijn en mousserende wijn waaraan koolzuurgas is toegevoegd

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 822/87 van de Raad van 16 maart 1987 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1734/91 (2), inzonderheid op artikel 72, lid 1,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de ervaring heeft geleerd dat het dienstig is te bepalen dat alleen de door de communautaire bepalingen voorgeschreven vermeldingen op de etikettering van mousserende wijn en mousserende wijn waaraan koolzuurgas is toegevoegd mogen worden aangebracht om de verbruiker voor te lichten over het type van het produkt dat wordt bepaald door het gehalte aan restsuiker;

Overwegende dat het met het oog op de voorlichting van de verbruiker dienstig is te bepalen dat de verpakkingen waarin de flessen mousserende wijn of mousserende wijn waaraan koolzuurgas is toegevoegd zijn verpakt, wanneer zij voor verkoop worden aangeboden, moeten zijn voorzien van een etikettering die in overeenstemming is met de communautaire bepalingen; dat evenwel uitzonderingen kunnen worden toegestaan voor specifieke verpakkingen die kleine hoeveelheden van deze wijnen bevatten;

Overwegende dat de ervaring heeft geleerd dat dient te worden bepaald dat de geografische naam waarmee een bepaald gebied voor een v.m.q.p.r.d. wordt aangeduid voldoende nauwkeurig moet zijn om elk risico van verwarring te voorkomen;

Overwegende dat het gebruik van merken op de etikettering van mousserende wijn en mousserende wijn waaraan koolzuurgas is toegevoegd wordt geregeld door artikel 13, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 3309/85 (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2357/91 (4); dat deze bepalingen, terwille van een doeltreffende bescherming van de geografische benamingen die voor de omschrijving van een van deze produkten worden gebruikt, het gebruik in de omschrijving en de aanbiedingsvorm van een dergelijk produkt van merken die woorden bevatten die identiek zijn met een geografische benaming die wordt gebruikt voor de omschrijving van een andere wijn, wanneer die mousserende wijn geen recht heeft op die naam, verbieden; dat bij de toepassing van deze bepalingen is gebleken dat er bekende merken bestaan die overeenstemmen met de identiteit van de oorspronkelijke houder of van de oorspronkelijke gevolmachtigde, die bij de officiële erkenning van de betreffende geografische benaming door de producerende Lid-Staat ten minste 25 jaar zijn geregistreerd en zonder onderbreking zijn gebruikt; dat het verdere gebruik van dergelijke merken moet worden toegestaan,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 3309/85 wordt als volgt gewijzigd:

1. artikel 2, tweede streepje, wordt vervangen door:

"- verpakking: de beschermende omhulsels, zoals papier, alle soorten strohulzen, kartons en kisten die voor het vervoer van één of meer recipiënten en/of voor aanbieding met het oog op de verkoop aan de eindverbruiker worden gebruikt.";

2.

in artikel 5, lid 3:

a) wordt in de eerste alinea, het derde streepje vervangen door:

"- "extra dry", "extra trocken" of "extra seco":

indien het restsuikergehalte ligt tussen 12 en 20 gram per liter,";

b)

wordt de volgende laatste alinea ingevoegd:

"Voor vermelding van het type van het produkt, dat wordt bepaald door het restsuikergehalte, mogen alleen de in de eerste en derde alinea bedoelde aanduidingen op de etikettering worden gebruikt.";

3.

artikel 10, lid 1, tweede alinea, wordt vervangen door:

"De in de eerste alinea, onder a), eerste en tweede streepje, bedoelde sluiting mag niet bekleed zijn met een op basis van lood vervaardigde capsule of folie.";

4.

artikel 11, lid 2, wordt vervangen door:

"2. Wanneer recipiënten die een in artikel 1, lid 1, genoemd produkt bevatten met het oog op de verkoop aan de eindverbruiker worden aangeboden in een verpakking, moet deze verpakking voorzien zijn van een etikettering die voldoet aan het bepaalde in deze verordening.

De wijze waarop al te strenge voorschriften vermeden kunnen worden bij speciale verpakkingen waarin kleine

hoeveelheden van de in artikel 1, lid 1, bedoelde produkten alleen dan wel samen met andere produkten voorkomen, wordt vastgesteld volgens de procedure van artikel 83 van Verordening (EEG) nr. 822/87.";

5.

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

a) aan lid 1 wordt de volgende alinea toegevoegd:

"De geografische naam ter aanduiding van een bepaald gebied voor een v.m.q.p.r.d. moet voldoende nauwkeurig zijn en onmiskenbaar zijn verbonden met het produktiegebied om, rekening houdend met bestaande situaties, mogelijke verwarring te voorkomen.";

b)

het volgende lid wordt ingevoegd:

"3. In afwijking van lid 2, onder b), mag de houder van een bekend merk dat is geregistreerd voor een in artikel 1, lid 1, genoemd produkt dat geheel of gedeeltelijk gelijk is aan de naam van een bepaald gebied of aan de naam van een kleinere geografische eenheid dan een bepaald gebied, zelfs indien hij krachtens lid 2 geen aanspraak op deze naam kan maken, dit merk blijven gebruiken wanneer het overeenstemt met de identiteit van de oorspronkelijke houder of van de oorspronkelijke gevolmachtigde, op voorwaarde dat de registratie van het merk heeft plaatsgehad minstens 25 jaar vóór de officiële erkenning van de betrokken geografische benaming door de producerende Lid-Staat overeenkomstig artikel 1, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 823/87 voor wat betreft de v.q.p.r.d. en het merk daadwerkelijk zonder onderbreking is gebruikt.

Merken die aan de voorwaarden van de eerste en de tweede alinea voldoen, mogen geen beletsel vormen voor het gebruik van de namen van de geografische eenheden die zijn gebruikt voor de omschrijving van een v.q.p.r.d.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 1, punt 3, is van toepassing vanaf 1 januari 1993.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 16 december 1991.

Voor de Raad

De Voorzitter

H. VAN DEN BROEK

(1) PB nr. L 84 van 27. 3. 1987, blz. 1.

(2) PB nr. L 163 van 26. 6. 1991, blz. 6.

(3) PB nr. L 320 van 29. 11. 1985, blz. 9.

(4) PB nr. L 216 van 3. 8. 1991, blz. 2.