31991R2145

Verordening (EEG) nr. 2145/91 van de Raad van 15 juli 1991 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 790/89 wat betreft het maximumbedrag van de steun voor verbetering van de kwaliteit en van de afzet in de sector dopvruchten en sint-jansbrood

Publicatieblad Nr. L 200 van 23/07/1991 blz. 0001 - 0002
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 38 blz. 0068
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 38 blz. 0068


VERORDENING ( EEG ) Nr . 2145/91 VAN DE RAAD van 15 juli 1991 tot wijziging van Verordening ( EEG ) nr . 790/89 wat betreft het maximumbedrag van de steun voor verbetering van de kwaliteit en van de afzet in de sector dopvruchten en sint-jansbrood

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 1035/72 van de Raad van 18 mei 1972 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit ( 1 ), laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG) nr . 1623/91 ( 2 ), inzonderheid op artikel 14 quinquies, lid 3,

Gezien het voorstel van de Commissie ( 3 ),

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 4 ),

Overwegende dat bij Verordening ( EEG ) nr . 790/89 ( 5 ) het maximumbedrag per hectare van de financiële bijdrage van de Lid-Staat en van de Gemeenschap voor de in artikel 14 quinquies van Verordening ( EEG ) nr . 1035/72 bedoelde programma's voor de verbetering van de kwaliteit en van de afzet is vastgesteld; dat deze steun vooral bedoeld is als een stimulans om aanplantingen te rooien en vervolgens opnieuw te beplanten en/of op andere rassen om te schakelen; dat, om ervoor te zorgen dat het nagestreefde doel ook wordt bereikt, het maximumbedrag per hectare moet worden uitgesplitst zodat rekening kan worden gehouden met de specifieke aard van elke maatregel die in het kader van het programma wordt genomen; dat een eerste maximumbedrag, dat overeenkomt met het grootste deel van de communautaire bijdrage, betrekking moet hebben op de maatregelen die technisch gezien het meest bijdragen tot de verbetering van de kwaliteit en die, gezien de opgedane ervaring, per jaar slechts betrekking kunnen hebben op een relatief beperkt gedeelte van de boomgaard waarop het programma betrekking heeft; dat deze financiering moet worden gespreid om rekening te houden met een stelsel van uitvoering van de maatregelen dat het produktiepotentieel van de telersverenigingen niet te sterk aantast; dat een tweede, lager maximumbedrag moet dienen ter financiering van de overige maatregelen die betrekking hebben op het resterende deel van de boomgaard waarop nog geen essentiële werkzaamheden worden uitgevoerd om de kwaliteit te verbeteren;

Overwegende dat moet worden voorzien in een overgangsperiode om eventuele aanpassing en herziening van programma's die op de datum van inwerkingtreding van deze verordening reeds zijn goedgekeurd, mogelijk te maken,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

Artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 790/89 wordt vervangen door :

"Artikel 2

Het in artikel 14 quinquies, lid 2, van Verordening ( EEG ) nr . 1035/72 bedoelde maximumbedrag per hectare voor een programma met een looptijd van tien jaar wordt als volgt uitgesplitst :

1 . Gedurende vijf jaar wordt maximaal 475 ecu per jaar toegekend voor het rooien van bomen, gevolgd door het aanplanten van nieuwe bomen en/of het omschakelen op andere rassen .

Dit maximumbedrag dient ter financiering van de werkzaamheden in het kader van de genoemde maatregelen voor ten hoogste 40 % van de totale oppervlakte van de boomgaard waarop het programma betrekking heeft, waarvan ten hoogste 20 % gedurende de eerste twee jaar van uitvoering van het programma en ten hoogste 20 % gedurende de volgende drie jaar . Voor de overige jaren van uitvoering van het programma bedraagt het maximumbedrag voor boomgaarden waarin nieuwe bomen worden aangeplant of waar op andere rassen wordt omgeschakeld 200 ecu per jaar .

2 . Voor werkzaamheden in het kader van de overige maatregelen op het resterende deel van de boomgaard wordt gedurende tien jaar elk jaar maximaal 200 ecu toegekend .".

Artikel 2

De uitvoeringsbepalingen van deze verordening worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 33 van Verordening ( EEG ) nr . 1035/72 .

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Zij is :

a ) onmiddellijk van toepassing voor programma's voor de verbetering van de kwaliteit en van de afzet die na de inwerkingtreding van de onderhavige verordening worden goedgekeurd;

b ) van toepassing met ingang van 1 september 1993 voor programma's die zijn goedgekeurd vóór de in de eerste alinea vastgestelde datum van inwerkingtreding .

Zij geldt niet voor de uitgaven waarvoor vóór de in de eerste alinea bedoelde datum van inwerkingtreding betalingsverplichtingen zijn aangegaan in het kader van reeds vroeger goedgekeurde programma's . Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel, 15 juli 1991 . Voor de Raad

De Voorzitter

P . BUKMAN

( 1 ) PB nr . L 118 van 20 . 5 . 1972, blz . 1 . ( 2 ) PB nr . L 150 van 15 . 6 . 1991, blz . 8 . ( 3 ) PB nr . C 104 van 19 . 4 . 1991, blz. 78 . ( 4 ) Advies uitgebracht op 12 juni 1991 ( nog niet bekendgemaakt in het Publikatieblad ). ( 5 ) PB nr . L 85 van 30 . 3 . 1989, blz . 6 .