31987D0215

BESLUIT VAN DE COMMISSIE, van 23 maart 1987, houdende aanvaarding van een prijsverbintenis in het kader van de anti-dumpingprocedure betreffende de invoer van gestandaardiseerde meerfasige elektromotoren met een vermogen van meer dan 0,75 kW tot en met 75 kW, van oorsprong uit Roemenië, (87/215/EEG)

Publicatieblad Nr. L 083 van 27/03/1987 blz. 0053 - 0054


*****

BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 23 maart 1987

houdende aanvaarding van een prijsverbintenis in het kader van de anti-dumpingprocedure betreffende de invoer van gestandaardiseerde meerfasige elektromotoren met een vermogen van meer dan 0,75 kW tot en met 75 kW, van oorsprong uit Roemenië

(87/215/EEG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2176/84 van de Raad van 23 juli 1984 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping of subsidiëring uit landen die geen lid zijn van de Europese Economische Gemeenschap (1), inzonderheid op de artikelen 11 en 14,

Na overleg in het Raadgevend Comité overeenkomstig genoemde verordening,

Overwegende hetgeen volgt:

A. Voorlopige maatregelen

(1) De Commissie heeft bij Verordening (EEG) nr. 3019/86 (2) in het kader van de op 26 november 1985 (3) ingeleide procedure van een nieuw onderzoek, een voorlopig anti-dumpingrecht ingesteld ten aanzien van de invoer van gestandaardiseerde meerfasige elektromotoren met een vermogen van meer dan 0,75 kW tot en met 75 kW, van oorsprong met name uit Roemenië. Het voorlopige recht is bij Verordening (EEG) nr. 254/87 van de Raad (4) voor een periode van twee maanden verlengd.

B. Verdere procedure

(2) Gedurende de procedure die volgde op de instelling van het voorlopige recht, heeft de Roemeense exporteur aangevoerd dat zijn marktaandeel in 1985 was teruggevallen tot een »de minimis"-niveau, en heeft hij derhalve verzocht de procedure jegens hem zonder het treffen van een definitieve maatregel te beëindigen.

De exporteur heeft subsidiair een verbintenis betreffende het minimale prijsniveau van zijn uitvoer van gestandaardiseerde meerfasige elektromotoren naar de Gemeenschap aangeboden.

(3) De invoer van oorsprong uit Roemenië is weliswaar van 29 500 motoren in 1982 tot 13 900 motoren in 1985 gedaald, doch is in de eerste negen maanden van 1986 weer gestegen tot 39 000 motoren. Zonder een definitieve maatregel kan het marktaandeel van de invoer uit het betrokken land dus weer boven de »de minimis"-drempel komen.

Gezien in het licht van de definitieve conclusies van de Raad met betrekking tot de dumping, de schade, het oorzakelijk verband daartussen en het belang voor de Gemeenschap, zoals dat in Verordening (EEG) nr. 864/87 (5) is uiteengezet, stelt de Commissie vast dat de betrokken invoer de reeds belangrijke aan de EG-bedrijfstak van gestandaardiseerde meerfasige elektromotoren toegebrachte schade nog ernstiger dreigt te maken.

(4) Onder deze omstandigheden zou het beëindigen van de procedure van een nieuw onderzoek, zonder het treffen van een definitieve maatregel jegens de betrokken exporteur, discriminerend zijn ten opzichte van de andere betrokken exporteurs.

C. Verbintenissen

(5) De door de Roemeense exporteur aangeboden prijsverbintenis is van een dergelijk niveau dat daardoor de dreiging van schade die de betrokken uitvoer voor de communautaire bedrijfstak van gestandaardiseerde meerfasige elektromotoren oplevert moet kunnen worden opgeheven. Deze prijsverbintenis is daarom door de Commissie aanvaardbaar geacht.

BESLUIT:

Enig artikel

De prijsverbintenis die werd aangeboden door de uitvoerende onderneming Electro-Export-Import (Roemenië), in het kader van de anti-dumpingprocedure betreffende de invoer van gestandaardiseerde meerfasige elektromotoren met een vermogen van meer dan 0,75 kW tot en met 75 kW, vallende onder post ex 85.01 B I b) van het gemeenschappelijk douanetarief, overeenkomende met NIMEXE-codes ex 85.01-33, ex 85.01-34 en ex 85.01-36, van oorsprong uit Roemenië, wordt hierbij aanvaard.

Gedaan te Brussel, 23 maart 1987.

Voor de Commissie

Willy DE CLERCQ

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 201 van 30. 7. 1984, blz. 1.

(2) PB nr. L 280 van 1. 10. 1986, blz. 68.

(3) PB nr. C 305 van 26. 11. 1985, blz. 2.

(4) PB nr. L 26 van 29. 1. 1987, blz. 1.

(5) Zie bladzijde 1 van dit Publikatieblad.