31986R0254

Verordening (EEG) nr. 254/86 van de Commissie van 4 februari 1986 tot vaststelling van de toepassingsbepalingen inzake de geleidelijke afschaffing van de kwantitatieve beperkingen voor uit Spanje herkomstige conserven van sardines en van tonijn die in de Lid-Staten, met uitzondering van Spanje en Portugal, van toepassing zijn

Publicatieblad Nr. L 031 van 06/02/1986 blz. 0013 - 0014
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 4 Deel 2 blz. 0104
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 4 Deel 2 blz. 0104


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 254/86 VAN DE COMMISSIE

van 4 februari 1986

tot vaststelling van de toepassingsbepalingen inzake de geleidelijke afschaffing van de kwantitatieve beperkingen voor uit Spanje herkomstige conserven van sardines en van tonijn die in de Lid-Staten, met uitzondering van Spanje en Portugal, van toepassing zijn

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op de Akte van Toetreding van Spanje en Portugal, en met name op artikel 175,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 3796/81 van de Raad van 29 december 1981 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijprodukten (1), laatstelijk gewijzigd bij de Toetredingsakte, en met name op artikel 19, lid 4,

Overwegende dat de Lid-Staten, krachtens artikel 19, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 3796/81, voor conserven van sardines en van tonijn ten aanzien van derde landen de kwantitatieve beperkingen die bij de inwerkingtreding van die verordening golden, kunnen handhaven tot het tijdstip waarop een communautaire regeling voor invoer van deze produkten van toepassing wordt;

Overwegende dat in de Toetredingsakte ter zake is bepaald dat de kwantitatieve beperkingen voor de betrokken produkten in de loop van de voor de onderscheiden produkten vastgestelde overgangsperioden geleidelijk worden afgeschaft;

Overwegende dat dient te worden bepaald volgens welk tijdschema deze kwantitatieve beperkingen zullen worden afgeschaft;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor visserijprodukten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 175 van de Toetredingsakte bedoelde kwantitatieve beperkingen voor conserven van sardines en van tonijn worden geleidelijk afgeschaft zoals in artikel 2 is aangegeven.

Artikel 2

Voor de Spaanse uitvoer naar de Lid-Staten van de Gemeenschap, in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986, die op 1 januari 1985 kwantitatieve beperkingen op grond van artikel 19, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 3796/81 toepasten, gelden de volgende maximumhoeveelheden:

- voor bereidingen en conserven van sardines van post 16.04 D van het gemeenschappelijk douanetarief:

- vanaf 1 maart 1986: 500 ton,

- vanaf 1 januari 1987: 610 ton,

- vanaf 1 januari 1988: 720 ton,

- vanaf 1 januari 1989: 830 ton,

- vanaf 1 januari 1990: 940 ton,

- vanaf 1 januari 1991: 1 050 ton,

- vanaf 1 januari 1992: 1 160 ton,

- vanaf 1 januari 1993: 1 270 ton,

- vanaf 1 januari 1994: 1 380 ton,

- vanaf 1 januari 1995: 1 500 ton,

- vanaf 1 januari 1996: zonder enige beperking;

- voor de bereidingen en conserven van tonijn van post 16.04 E van het gemeenschappelijk douanetarief:

- vanaf 1 maart 1986: 300 ton,

- vanaf 1 januari 1987: 415 ton,

- vanaf 1 januari 1988: 530 ton,

- vanaf 1 januari 1989: 645 ton,

- vanaf 1 januari 1990: 760 ton,

- vanaf 1 januari 1991: 875 ton,

- vanaf 1 januari 1992: 1 000 ton,

- vanaf 1 januari 1993: zonder enige beperking.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 maart 1986.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 4 februari 1986.

Voor de Commissie

António CARDOSO E CUNHA

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 379 van 31. 12. 1981, blz. 1.