31985R2429

Verordening (EEG) nr. 2429/85 van de Commissie van 28 augustus 1985 tot bepaling van de feitelijke produktie van niet-geëgreneerde katoen voor het verkoopseizoen 1984/1985 alsmede van het steunpercentage dat de Lid-Staten voor het verkoopseizoen 1985/1986 uitkeren

Publicatieblad Nr. L 230 van 29/08/1985 blz. 0013 - 0013
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 37 blz. 0122
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 37 blz. 0122


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 2429/85 VAN DE COMMISSIE

van 28 augustus 1985

tot bepaling van de feitelijke produktie van niet-geëgreneerde katoen voor het verkoopseizoen 1984/1985 alsmede van het steunpercentage dat de Lid-Staten voor het verkoopseizoen 1985/1986 uitkeren

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op de Akte van Toetreding van Griekenland, en met name op Protocol nr. 4 betreffende katoen,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2169/81 van de Raad van 27 juli 1981 tot vaststelling van de algemene voorschriften van de steunregeling voor katoen (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1976/85 (2), en met name op de artikelen 7 en 8,

Overwegende dat in artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 2169/81 is bepaald dat de feitelijke produktie van elk verkoopseizoen ieder jaar wordt bepaald, waarbij met name rekening wordt gehouden met de hoeveelheden waarvoor de steun is aangevraagd; dat de toepassing van dit criterium ertoe leidt de feitelijke produktie voor het verkoopseizoen 1984/1985 vast te stellen op het hierna aangegeven niveau;

Overwegende dat in artikel 8 van diezelfde verordening is bepaald dat voor ieder verkoopseizoen, rekening houdend met de oogstvooruitzichten, het steunpercentage wordt vastgesteld dat de Lid-Staten uitkeren na het egreneren van de katoen, zolang de feitelijke produktie niet is bepaald; dat gezien de oogstvooruitzichten voor het betrokken verkoopseizoen dit percentage moet worden vastgesteld op het hierna aangegeven niveau;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor vlas en hennep,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor het verkoopseizoen 1984/1985 wordt de feitelijke produktie van in de Gemeenschap geproduceerde niet-geëgreneerde katoen bepaald op 480 927 ton.

Artikel 2

Voor het verkoopseizoen 1985/1986 wordt het steunpercentage dat de Lid-Staten uitkeren na het egreneren van de katoen, zolang de feitelijke produktie niet is vastgesteld, vastgesteld op 100.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 28 augustus 1985.

Voor de Commissie

Frans ANDRIESSEN

Vice-Voorzitter

(1) PB nr. L 211 van 31. 7. 1981, blz. 2.

(2) PB nr. L 186 van 19. 7. 1985, blz. 1.