31984D0419

84/419/EEG: Beschikking van de Commissie van 19 juli 1984 tot vaststelling van de criteria voor inschrijving in de rundveestamboeken

Publicatieblad Nr. L 237 van 05/09/1984 blz. 0011 - 0012
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 18 blz. 0029
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 32 blz. 0070
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 18 blz. 0029
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 32 blz. 0070


*****

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 19 juli 1984

tot vaststelling van de criteria voor inschrijving in de rundveestamboeken

(84/419/EEG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 77/504/EEG van de Raad van 25 juli 1977 betreffende raszuivere fokrunderen (1), laatstelijk gewijzigd bij de Akte van Toetreding van Griekenland, inzonderheid op artikel 6, lid 1, vierde streepje,

Overwegende dat op grond van artikel 6, lid 1, vierde streepje, van Richtlijn 77/504/EEG de Commissie, volgens de procedure van artikel 8 van genoemde richtlijn, de criteria voor inschrijving in de stamboeken harmoniseert;

Overwegende dat in alle Lid-Staten, met uitzondering van Griekenland, de stamboeken door organisaties of verenigingen van veefokkers worden bijgehouden;

Overwegende dat het daarom nodig is de criteria voor de inschrijving in de stamboeken vast te stellen;

Overwegende dat, alvorens in het rundveestamboek te kunnen worden ingeschreven aan welomschreven voorwaarden ten aanzien van afstamming en identificatie moet worden voldaan;

Overwegende dat moet worden toegestaan dat het rundveestamboek in verschillende secties of klassen wordt verdeeld om te voorkomen dat bepaalde diertypen worden uitgesloten;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Zooetechnisch Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Om in de hoofdsectie van het stamboek van het betrokken rundveeras te worden ingeschreven, moet een rund:

- afstammen van ouders en grootouders die ook reeds in dat stamboek zijn ingeschreven;

- bij de geboorte volgens de voorschriften van het stamboek geïdentificeerd zijn;

- een afstamming hebben die overeenkomstig de voorschriften van het stamboek is vastgesteld.

Artikel 2

De hoofdsectie van het stamboek kan overeenkomstig de eigenschappen van de dieren verscheidene klassen omvatten. Alleen runderen die aan de in artikel 1 genoemde voorwaarden beantwoorden, kunnen in één van deze klassen worden ingeschreven.

Artikel 3

1. Een veefokkersorganisatie of fokvereniging die een stamboek bijhoudt, mag beslissen dat een vrouwelijk dier dat niet aan de in artikel 1 genoemde voorwaarden beantwoordt, in een aanvullende sectie van het stamboek kan worden ingeschreven, wanneer het vrouwelijke dier:

- volgens de voorschriften van het stamboek is geïdentificeerd;

- aan de exterieureisen voldoet;

- overeenkomstig de voorschriften van het stamboek een minimumaantal prestaties levert.

2. De criteria van lid 1, tweede en derde streepje, kunnen worden aangepast naar gelang het vrouwelijke dier, ook al is het van onbekende afkomst, tot het betrokken ras behoort, of voorkomt uit een kruisingsprogramma dat door de organisatie of vereniging van veefokkers die het stamboek beheert, is goedgekeurd.

Artikel 4

Een vrouwelijk dier waarvan de moeder en de moedersmoeder in de in artikel 3, lid 1, bedoelde aanvullende sectie van het stamboek ingeschreven zijn en waarvan de vader en de twee grootvaders in de hoofdsectie van het stamboek ingeschreven zijn overeenkomstig de voorwaarden van artikel 1, wordt als raszuiver vrouwelijk dier beschouwd en opgenomen in de hoofdsectie van het stamboek overeenkomstig artikel 1.

Artikel 5

Wanneer de hoofdsectie van het stamboek verscheidene klassen omvat, wordt een uit een andere Lid-Staat afkomstig rund ingeschreven in de klasse van het stamboek waarvan het aan de criteria beantwoordt.

Artikel 6

Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten.

Gedaan te Brussel, 19 juli 1984.

Voor de Commissie

Poul DALSAGER

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 206 van 12. 8. 1977, blz. 8.