31983R2967

Verordening (EEG) nr. 2967/83 van de Raad van 19 oktober 1983 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1054/81 betreffende een gemeenschappelijke actie voor de ontwikkeling van de rundveemesterij in Ierland en Noord-Ierland

Publicatieblad Nr. L 293 van 25/10/1983 blz. 0003 - 0004
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 16 blz. 0255
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 29 blz. 0075
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 16 blz. 0255
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 29 blz. 0075


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 2967/83 VAN DE RAAD

van 19 oktober 1983

tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1054/81 betreffende een gemeenschappelijke actie voor de ontwikkeling van de rundveemesterij in Ierland en Noord-Ierland

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op de artikelen 42 en 43,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europese Parlement (2),

Overwegende dat, ten einde verbetering te brengen in de slechte inkomenssituatie in de Ierse en de Noordierse landbouw, Ierland en het Verenigd Koninkrijk krachtens Verordening (EEG) nr. 1054/81 (3) een programma ten uitvoer hebben gelegd voor de ontwikkeling van de rundveemesterij, dat vooral gericht was op de verbetering van de fokkerij en van de kwaliteit van het voeder;

Overwegende dat krachtens artikel 4 van genoemde verordening de gemeenschappelijke actie een looptijd van twee jaar heeft, die op 25 mei 1983 is verstreken, en voor de onderscheiden maatregelen maximumbedragen zijn vastgesteld voor de uitgaven die voor bijstand door het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie, in aanmerking komen;

Overwegende dat het, om de tot nu toe behaalde gunstige resultaten te bestendigen, wenselijk is de looptijd van de gemeenschappelijke actie te verlengen tot 30 april 1984, behalve wat de steun voor kuilvoeder betreft, en de maximumbedragen te verhogen van de voor bijstand in aanmerking komende uitgaven ter bevordering van kunstmatige inseminatie en ter verbetering van weiden en hooiland door een ruimere toepassing van kalkbemesting;

Overwegende dat voorts dient te worden toegestaan dat de vastgestelde maximumbedragen voor de voor bijstand in aanmerking komende uitgaven zo nodig compenserende wijzigingen ondergaan zonder dat het totale bedrag daardoor stijgt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 1054/81 wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 4, de leden 1 en 2, wordt als volgt gelezen:

»1. De looptijd van de gemeenschappelijke actie wordt beperkt:

- voor de in artikel 3, lid 1, sub e), bedoelde maatregelen tot twee jaar, te rekenen vanaf de datum waarop de Commissie de in artikel 3, lid 2, bedoelde toepassingsbepalingen heeft aangenomen, en

- voor de in artikel 3, lid 1, sub a) tot en met d), bedoelde maatregelen tot en met 30 april 1984.

2. De door Ierland en, wat Noord-Ierland betreft, door het Verenigd Koninkrijk gedane uitgaven voor deze maatregelen komen voor bijstand uit het Fonds, afdeling Oriëntatie, in aanmerking tot een maximumbedrag van:

- 3,2 miljoen Ecu voor de in artikel 3, lid 1, sub a) en b), bedoelde maatregelen,

- 37,5 miljoen Ecu voor de in artikel 3, lid 1, sub c), bedoelde maatregel,

- 27 miljoen Ecu voor de in artikel 3, lid 1, sub d), bedoelde maatregel,

- 7,6 miljoen Ecu voor de in artikel 3, lid 1, sub e), bedoelde maatregel.

Indien zulks later nodig blijkt, kan de Commissie evenwel op verzoek van één der betrokken Lid-Staten volgens de in artikel 3, lid 2, bedoelde procedure bovengenoemde maximumbedragen aanpassen, zonder daarbij het totale voor bijstand in aanmerking komende bedrag van 75,3 miljoen Ecu te overschrijden.".

2. In artikel 5, lid 1, wordt »27,5 miljoen Ecu" vervangen door »37,5 miljoen Ecu".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Luxemburg, 19 oktober 1983.

Voor de Raad

De Voorzitter

C. SIMITIS

(1) PB nr. C 192 van 19. 7. 1983, blz. 3.

(2) Advies uitgebracht op 14 oktober 1983 (nog niet bekendgemaakt in het Publikatieblad).

(3) PB nr. L 111 van 23. 4. 1981, blz. 1.