31978D0688

78/688/EEG: Besluit van de Raad van 25 juli 1978 houdende instelling van een Raadgevend Comité voor de opleiding van de beoefenaar der tandheelkunde

Publicatieblad Nr. L 233 van 24/08/1978 blz. 0015 - 0016
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 16 Deel 1 blz. 0041
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 05 Deel 3 blz. 0026
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 16 Deel 1 blz. 0041
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 06 Deel 2 blz. 0044
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 06 Deel 2 blz. 0044


++++

BESLUIT VAN DE RAAD

van 25 juli 1978

houdende instelling van een Raadgevend Comité voor de opleiding van de beoefenaar der tandheelkunde

( 78/688/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gezien het ontwerp-besluit ingediend door de Commissie ,

Overwegende dat de Raad zich in zijn resolutie van 6 juni 1974 betreffende de onderlinge erkenning van diploma's , certificaten en andere titels heeft uitgesproken voor instelling van Raadgevende Comités ;

Overwegende dat het , in het kader van de onderlinge erkenning van diploma's , certificaten en andere titels van de beoefenaar der tandheelkunde , van belang is ervoor te zorgen dat de opleiding van vergelijkbaar hoog niveau is ;

Overwegende dat het , ten einde aan de verwezenlijking van dit doel bij te dragen , wenselijk is dat een Raadgevend Comité wordt ingesteld voor het verstrekken van adviezen aan de Commissie ,

BESLUIT :

Artikel 1

Bij de Commissie wordt een Raadgevend Comité voor de opleiding van beoefenaars der tandheelkunde ingesteld , hierna genoemd het " Comité " .

Artikel 2

1 . Het Comité heeft tot taak er mede voor te zorgen dat de opleiding van beofenaars der tandheelkunde in de Gemeenschap , zowel wat de opleiding tot beoefenaar der tandheelkunde als de specialistenopleiding betreft , op een vergelijkbaar hoog niveau ligt .

2 . Met name maakt het Comité daartoe gebruik van de volgende middelen :

- uitwisseling van volledige informatie over de opleidingsmethodes en de inhoud , het niveau en de structuur van het theoretische en praktische onderwijs dat in de Lid-Staten wordt gegeven ;

- discussie en overleg om te komen tot een gemeenschappelijke conceptie ten aanzien van het te bereiken niveau van de opleiding van beoefenaars der tandheelkunde , en , eventueel , ten aanzien van de structuur en inhoud van een dergelijke opleiding ;

- het in aanmerking nemen van de manier waarop de opleiding van beoefenaars der tandheelkunde aan de ontwikkelingen op het terrein van de wetenschap op tandheelkundig gebied en van de onderwijsmethoden wordt aangepast .

3 . Het Comité verstrekt aan de Commissie en de Lid-Staten adviezen en doet hun aanbevelingen alsmede , wanneer het zulks dienstig oordeelt , voorstellen ter zake van wijzigingen in de artikelen met betrekking tot de opleiding van de beoefenaar der tandheelkunde in de Richtlijnen 78/686/EEG ( 1 ) en 78/687/EEG ( 2 ) .

4 . Het Comité adviseert de Commissie eveneens over elke andere aangelegenheid die de Commissie aan het Comité zou kunnen voorleggen in verband met de opleiding van de beoefenaar der tandheelkunde .

Artikel 3

1 . Het Comité omvat drie deskundigen per Lid-Staat , te weten :

- een deskundige van de praktizerende beoefenaars der tandheelkunde ;

- een deskundige van de tandheelkundige faculteiten der universiteiten ;

- een deskundige van de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staat .

2 . Elk lid heeft een plaatsvervanger . Deze plaatsvervanger is bevoegd de vergaderingen van het Comité bij te wonen .

3 . De in de leden 1 en 2 bedoelde leden en plaatsvervangers worden door de Lid-Staten aangewezen . De in lid 1 , eerste en tweede streepje , genoemde leden en hun plaatsvervangers worden aangewezen op voordracht van de praktizerende beoefenaars der tandheelkunde en van de tandheelkundige faculteiten der universiteiten . De aldus aangewezen leden en plaatsvervangers worden benoemd door de Raad .

Artikel 4

1 . De leden van het Comité worden benoemd voor een periode van drie jaar . Na het verstrijken van deze periode blijven de leden van het Comité in functie totdat in hun vervanging is voorzien of hun mandaat wordt verlengd .

2 . Aan het mandaat van een lid kan voor het verstrijken van de periode van drie jaar een einde komen ingevolge zijn uittreding , overlijden of vervanging door een ander lid overeenkomstig de procedure van artikel 3 . De benoeming van een nieuw lid geldt voor de resterende duur van het mandaat .

Artikel 5

Het Comité kiest uit zijn midden een voorzitter en twee vice-voorzitters . Het stelt zijn reglement van orde vast . De agenda van de vergaderingen wordt te zamen met de Commissie vastgesteld door de voorzitter van het Comité .

Artikel 6

Het Comité is gemachtigd tot het oprichten van werkgroepen en het uitnodigen en toelaten van waarnemers of deskundigen om het bij te staan met betrekking tot alle bijzondere aspecten van zijn werkzaamheden .

Artikel 7

Het secretariaat van het Comité wordt waargenomen door de Commissie .

Gedaan te Brussel , 25 juli 1978 .

Voor de Raad

De Voorzitter

K . von DOHNANYI

( 1 ) Zie blz . 1 van dit Publikatieblad .

( 2 ) Zie blz . 10 van dit Publikatieblad .