31978D0078

78/78/EEG: Beschikking van de Commissie van 23 december 1977 betreffende bepaalde modaliteiten voor de toepassing van Richtlijn 64/432/EEG inzake mond-en klauwzeer

Publicatieblad Nr. L 025 van 31/01/1978 blz. 0058 - 0058
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 20 blz. 0036


++++

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 23 december 1977

betreffende bepaalde modaliteiten voor de toepassing van Richtlijn 64/432/EEG inzake mond - en klauwzeer

( 78/78/EEG )

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Richtlijn 64/432/EEG van de Raad van 26 juni 1964 inzake veterinairrechtelijke vraagstukken op het gebied van het intracommunautaire handelsverkeer in runderen en varkens ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 77/98/EEG ( 2 ) , inzonderheid bij artikel 4 ter , eerste en laatste alinea ,

Overwegende dat in artikel 4 ter , om het door enkele Lid-Staten reeds bereikte sanitair niveau niet in gevaar te brengen , aan de Lid-Staten die in bepaalde omstandigheden verkeren en die in het bijzonder de aanwezigheid op hun grondgebied van dieren die binnen een volgens de procedure van het Permanent Veterinair Comité te bepalen periode zijn ingeënt niet toestaan , toestemming wordt gegeven om de overbrenging van dieren naar hun grondgebied afhankelijk te stellen van bijzondere voorwaarden op sanitair gebied ;

Overwegende dat de na het begin van deze periode geboren dieren voor wat mond - en klauwzeer betreft de maximale waarborgen bieden , met name voor de Lid-Staten die vrij van deze ziekte zijn en op hun grondgebied geen inenting toestaan ;

Overwegende dat bovengenoemde termijn op sanitair vlak voldoende waarborgen moet bieden en dat een periode van één jaar bevredigend kan worden geacht ;

Overwegende dat het Permanent Veterinair Comité een gunstig advies heeft uitgebracht over de maatregelen waarin bij deze beschikking wordt voorzien ,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN :

Artikel 1

De periode vermeld in artikel 4 ter , eerste lid , van Richtlijn 64/432/EEG , gedurende welke de Lid-Staten de inenting tegen mond - en klauwzeer op hun grondgebied officieel niet langer toestaan , wordt vastgesteld op één jaar .

Artikel 2

Voor de na het begin van de in artikel 1 beoogde periode geboren dieren gelden voor wat betreft het handelsverkeer de voorwaarden bedoeld in artikel 4 ter , A , 1 , van bovengenoemde richtlijn .

Artikel 3

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten .

Gedaan te Brussel , 23 december 1977 .

Voor de Commissie

De Vice-Voorzitter

Finn GUNDELACH

( 1 ) PB nr . 121 van 29 . 7 . 1964 , blz . 1977/64 .

( 2 ) PB nr . L 26 van 31 . 1 . 1977 , blz . 81 .