31977R2835

Verordening (EEG) nr. 2835/77 van de Commissie van 19 december 1977 inzake de uitvoeringsbepalingen voor de steun voor durum tarwe

Publicatieblad Nr. L 327 van 20/12/1977 blz. 0009 - 0010
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 19 blz. 0206
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 13 blz. 0160
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 13 blz. 0160


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 2835/77 VAN DE COMMISSIE

van 19 december 1977

inzake de uitvoeringsbepalingen voor de steun voor durum tarwe

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 2727/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1386/77 ( 2 ) , en met name op artikel 10 , lid 5 ,

Overwegende dat bij Verordening ( EEG ) nr . 3103/76 van de Raad van 16 december 1976 betreffende de steun voor durum tarwe ( 3 ) algemene regels zijn vastgesteld inzake de verlening van steun voor durum tarwe ; dat de Commissie de desbetreffende uitvoeringsbepalingen dient vast te stellen ;

Overwegende dat bij Verordening ( EEG ) nr . 3103/76 de criteria voor de bepaling van de kwalitatieve en technische kenmerken zijn vastgesteld ; dat deze kenmerken moeten garanderen dat de durum tarwe kan worden verwerkt tot griesmeel of deeg , die tevens beantwoorden aan bepaalde eisen voor menselijke consumptie ; dat het meest representatieve kenmerk ter vaststelling daarvan het klevend karakter van het deeg is op het moment van het koken .

Overwegende dat de Lid-Staten krachtens artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 3103/76 een administratieve controleregeling moeten invoeren die garandeert dat het produkt waarvoor de steun wordt aangevraagd aan de voor de steunverlening vereiste voorwaarden voldoet ; dat in de steunaanvraag , met het oog op de door de Lid-Staten te verrichten controle , ten minste bepaalde gegevens moeten worden vermeld ; dat in artikel 5 van Verordening ( EEG ) nr . 3103/76 is bepaald dat de juistheid van de verklaringen ter plaatse steekproefgewijs wordt gecontroleerd ; dat deze controle , met het oog op de doeltreffendheid daarvan , betrekking moet hebben op een voldoende representatief aantal steunaanvragen ;

Overwegende dat op grond van artikel 4 , lid 2 , van Verordening ( EEG ) nr . 1134/68 van de Raad van 30 juli 1968 houdende vaststelling van de regels voor de toepassing van Verordening ( EEG ) nr . 653/68 betreffende de voorwaarden voor wijziging van de waarde van de voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid gebruikte rekeneenheid ( 4 ) , de steun in nationale munteenheid wordt omgerekend onder toepassing van de verhouding die gold op het tijdstip van totstandkoming van de transactie of een gedeelte daarvan ; dat in artikel 6 van Verordening ( EEG ) nr . 1134/68 is bepaald dat als tijdstip van totstandkoming van de verrichting wordt beschouwd de datum waarop het feit plaatsvindt waardoor het bedrag dat betrekking heeft op deze verrichting verschuldigd wordt ; dat het feit waardoor het recht ontstaat op de steun voor durum tarwe plaatsvindt bij de oogst ; dat , aangezien het moeilijk is voor elk afzonderlijk geval de exacte oogstdatum te bepalen , als representatieve datum voor deze oogst de eerste dag moet worden aangehouden van het verkoopseizoen waarvoor het recht op steun ontstaat ;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor granen ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

De in artikel 10 van Verordening ( EEG ) nr . 2727/75 bedoelde steun voor de in de Gemeenschap geproduceerde durum tarwe wordt verleend op de in de volgende artikelen vermelde voorwaarden .

Artikel 2

Om voor de steun in aanmerking te komen moet de durum tarwe

- hetzij de kwalitatieve en technische kenmerken tonen ten bewijze van het mis-klevende karakter bij het koken van het deeg na zijn verwerking .

- hetzij verkregen zijn uit bepaalde zaadvariëteiten waarvan de Lid-Staten zich kunnen vergewissen dat deze dezelfde kenmerken vertonen .

Artikel 3

In de gebieden van de Gemeenschap waar de steun is voorzien wordt deze slechts verleend voor de oppervlakten :

a ) die volledig zijn ingezaaid en waarvoor alle normale teeltwerkzaamheden zijn verricht ;

b ) waarvoor een aanvraag is ingediend overeenkomstig artikel 4 , welke aanvraag tevens geldt als aangifte van de bebouwde oppervlakte .

Artikel 4

1 . Elke betrokken producent van durum tarwe dient voor een door zijn Lid-Staat vast te stellen datum en uiterlijk op 30 april van ieder jaar voor het volgende verkoopseizoen een steunaanvraag in bij de bevoegde instantie van die Lid-Staat .

2 . In de steunaanvraag moeten ten minste de volgende gegevens worden vermeld :

- naam , voornamen en adres van de aanvrager ,

- de bebouwde oppervlakten , in hectare en are , de kadastrale omschrijving daarvan of een door de met de controle op de oppervlakten belaste instantie als gelijkwaardig erkende aanduiding .

- de gebruikte zaadvariëteiten .

Artikel 5

De in artikel 5 van Verordening ( EEG ) nr . 3103/76 bedoelde controle heeft ten minste betrekking op een representatief percentage van de ingediende aanvragen , waarbij met name rekening wordt gehouden met de geografische spreiding van de betrokken oppervlakten .

Dit percentage mag in geen geval lager zijn dan 5 % .

Artikel 6

1 . De Lid-Staat dient de steun voor durum tarwe uit te keren uiterlijk op 30 april van het betrokken verkoopseizoen .

2 . In de zin van artikel 6 van Verordening ( EEG ) nr . 1134/68 wordt het feit waardoor het recht op de steun ontstaat geacht te hebben plaatsgevonden op 1 augustus van het betrokken verkoopseizoen .

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Zij is van toepassing op durum tarwe die voor de steun in aanmerking komt met ingang van het verkoopseizoen 1978/1979 .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 19 december 1977 .

Voor de Commissie

De Vice-Voorzitter

Finn GUNDELACH

( 1 ) PB nr . L 281 van 1 . 11 . 1975 , blz . 1 .

( 2 ) PB nr . L 158 van 29 . 6 . 1977 , blz . 1 .

( 3 ) PB nr . L 351 van 21 . 12 . 1976 , blz . 1 .

( 4 ) PB nr . L 188 van 1 . 8 . 1968 , blz . 1 .