31971R0606

Verordening (EEG) nr. 606/71 van de Commissie van 23 maart 1971 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 685/69 met name met betrekking tot de steun aan de particuliere opslag

Publicatieblad Nr. L 070 van 24/03/1971 blz. 0016 - 0017
Bijzondere uitgave in het Deens: Serie I Hoofdstuk 1971(I) blz. 0142
Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Hoofdstuk 1971(I) blz. 0159
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 6 blz. 0142


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 606/71 VAN DE COMMISSIE

van 23 maart 1971

houdende wijziging van Verordening ( EEG ) nr . 685/69 met name met betrekking tot de steun aan de particuliere opslag

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 804/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelprodukten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1253/70 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 6 , lid 7 ,

Overwegende dat in artikel 24 van Verordening ( EEG ) nr . 685/69 van de Commissie van 14 april 1969 betreffende de uitvoeringsbepalingen van de interventiemaatregelen op de markt voor boter en room ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 878/70 ( 4 ) , het bedrag voor de toegekende steun aan de particuliere opslag van boter en room wordt vastgesteld ; dat rekening houdende met de ontwikkeling van de prijzen en de marktsituatie , het aanbeveling verdient genoemde bedragen te wijzigen ; dat het bovendien aanbeveling verdient nadere regelen voor de betaling van de steun vast te stellen ; dat het eveneens noodzakelijk is de in artikel 6 , lid 2 , sub a ) en sub b ) , genoemde bedragen aan de nieuwe bedragen aan te passen ;

Overwegende dat het op grond van de opgedane ervaring wenselijk is bij deze gelegenheid bepaalde van de in artikel 23 van Verordening ( EEG ) nr . 685/69 genoemde voorwaarden van het opslagcontract , alsmede het in artikel 24 voorziene begin van de uitslagperiode , te wijzigen ;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelprodukten ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

In artikel 6 , lid 2 , van Verordening ( EEG ) nr . 685/69 wordt het bedrag van 8 rekeneenheden sub a ) vervangen door het bedrag van 9 rekeneenheden .

Artikel 2

Artikel 23 van Verordening ( EEG ) nr . 685/69 komt als volgt te luiden :

" Artikel 23

1 . De boter of de room zijn bereid binnen de periode van 14 dagen , welke voorafging aan het begin van de opslag als bepaald in het contract .

2 . De in artikel 9 , lid 1 , sub e ) , van Verordening ( EEG ) nr . 985/68 genoemde minimumhoeveelheid boter of room wordt vastgesteld op 1.000 kg per partij .

3 . De in artikel 9 , lid 1 , sub f ) , van Verordening ( EEG ) nr . 985/68 voorziene bepalingen voor de controle van de partijen , waarvoor het contract geldt , worden in een lastenkohier opgenomen .

4 . Het lastenkohier bepaalt met betrekking tot de boter , dat in het opschrift op de verpakking , eventueel in code , ten minste de volgende gegevens dienen te worden vermeld :

a ) het nummer van de fabriek ,

b ) de datum van produktie ,

c ) de datum van opslag ,

d ) het nummer van de levering .

5 . Het opslagcontract kan niet worden afgesloten voordat de boter is opgeslagen . "

Artikel 3

Artikel 24 van Verordening ( EEG ) nr . 685/69 komt als volgt te luiden :

" Artikel 24

1 . De in artikel 6 , lid 2 , van Verordening ( EEG ) nr . 804/68 bedoelde steun aan de particuliere opslag wordt per ton of boterequivalent als volgt vastgesteld :

a ) 9 rekeneenheden voor de vaste kosten ,

b ) 0,60 rekeneenheid per opslagdag voor de kosten die verband houden met de duur van de opslag . Het aantal dagen wordt berekend met ingang van de dag van opslag tot en met de dag van uitslag . Het in acht te nemen maximumbedrag wordt evenwel vastgesteld op 126 rekeneenheden .

c ) 30 rekeneenheden voor de kwaliteitsvermindering van de produkten , waarvan de opslag ten minste 4 maanden bedraagt .

2 . De betaling van de in artikel 26 genoemde steun kan door middel van een voorschot plaatsvinden . Dit bedrag mag echter in geen enkel geval hoger zijn dan het op de dag van de betaling verschuldigde steunbedrag . "

Artikel 4

Lid 1 van artikel 28 komt als volgt te luiden :

" 1 . De opslagperiode begint op 1 april en eindigt op 15 september van hetzelfde jaar . De uitslagperiode begint op 16 september en eindigt op 31 maart van het daaropvolgende jaar . "

Artikel 5

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 23 maart 1971 .

Voor de Commissie

De Voorzitter

Franco M . MALFATTI

( 1 ) PB nr . L 148 van 28 . 6 . 1968 , blz . 13 .

( 2 ) PB nr . L 143 van 1 . 7 . 1970 , blz . 1 .

( 3 ) PB nr . L 90 van 15 . 4 . 1969 , blz . 12 .

( 4 ) PB nr . L 105 van 15 . 5 . 1970 , blz . 24 .