31969R2596

Verordening (EEG) nr. 2596/69 van de Raad van 18 december 1969 houdende omschrijving van de wijze van toepassing van vrijwaringsmaatregelen in de sector olijfolie

Publicatieblad Nr. L 324 van 27/12/1969 blz. 0012 - 0014
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 3 blz. 0003
Bijzondere uitgave in het Deens: Serie I Hoofdstuk 1969(II) blz. 0566
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 3 blz. 0003
Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Hoofdstuk 1969(II) blz. 0583
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 5 blz. 0025
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 3 blz. 0176
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 3 blz. 0176


++++

( 1 ) PB nr . 172 van 30 . 9 . 1966 , blz . 3025/66 .

( 2 ) PB nr . L 314 van 31 . 12 . 1968 , blz . 1 .

( 3 ) PB nr . 197 van 29 . 10 . 1966 , blz . 3393/66 .

( 4 ) PB nr . C 97 van 28 . 7 . 1969 , blz . 89 .

( 5 ) PB nr . 130 van 28 . 6 . 1967 , blz . 2593/67 .

VERORDENING ( EEG ) Nr . 2596/69 VAN DE RAAD

van 18 december 1969

houdende omschrijving van de wijze van toepassing van vrijwaringsmaatregelen in de sector olijfolie

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening nr . 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2146/68 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 20 , lid 2 ,

Gelet op Verordening nr . 162/66/EEG van de Raad van 27 oktober 1966 betreffende het handelsverkeer in oliën en vetten tussen de Gemeenschap en Griekenland ( 3 ) , inzonderheid op artikel 9 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 4 ) ,

Overwegende dat Verordening nr . 136/66/EEG in artikel 20 , lid 1 , in de mogelijkheid voorziet , passende maatregelen te nemen als in de Gemeenschap de markt van olijfolie als gevolg van invoer uit derde landen van produkten bedoeld in artikel 1 , lid 2 , sub c ) , d ) en e ) , van deze verordening of tengevolge van uitvoer van olijfolie met bestemming van derde landen ernstige verstoringen ondergaat of dreigt te ondergaan ; dat het einde van de toepassing van deze maatregelen wordt bepaald door de verdwijning van de verstoring of de dreigende verstoring ;

Overwegende dat de Raad tot taak heeft de aard van de maatregelen die kunnen worden getroffen , alsmede de voorwaarden voor toepassing van het vorengenoemde artikel 20 , te bepalen ;

Overwegende dat derhalve de belangrijkste elementen dienen te worden bepaald aan de hand waarvan kan worden beoordeeld of de markt in de Gemeenschap ernstig is of dreigt te worden verstoord ;

Overwegende dat het noodzakelijk is , daar het beroep op vrijwaringsmaatregelen afhankelijk is van de invloed , uitgeoefend door het handelsverkeer met de derde landen op de markt van de Gemeenschap , de toestand van deze markt te beoordelen door niet slechts rekening te houden met de elementen die aan deze markt eigen zijn , doch ook met de elementen die betrekking hebben op de ontwikkeling van dit handelsverkeer ;

Overwegende dat dient te worden omschreven welke maatregelen kunnen worden getroffen in toepassing van artikel 20 van Verordening nr . 136/66/EEG ; dat deze maatregelen van zodanige aard dienen te zijn , dat zij ernstige marktverstoringen kunnen verhelpen en dat zij de dreiging van dergelijke verstoringen kunnen doen verdwijnen ; dat deze maatregelen betrekking dienen te hebben op het handelsverkeer met derde landen ; dat zij op de omstandigheden afgestemd dienen te kunnen worden om te vermijden dat zij andere dan de gewenste gevolgen hebben ;

Overwegende dat het marktmechanisme in de sector oliën en vetten een stelsel van certificaten en een stelsel van vaststelling vooraf van heffingen en restituties inhoudt ; dat het bestaan van deze stelsels leidt tot het vaststellen van regels aan de hand waarvan , na een beknopt onderzoek van de situatie , conservatoire maatregelen op communautair niveau kunnen worden getroffen ;

Overwegende dat het noodzakelijk is de te volgen procedure voor het nemen van dergelijke maatregelen te bepalen ; dat het daartoe dienstig is de procedure te kiezen die in de andere verordeningen houdende een gemeenschappelijke ordening der andere markten dan die betreffende oliën en vetten is vastgelegd ;

Overwegende dat het beroep door een Lid-Staat op artikel 20 van Verordening nr . 136/66/EEG beperkt dient te worden tot het geval waarin de markt van deze Staat , na beoordeling gegrond op bovengenoemde elementen , wordt beschouwd als te voldoen aan de voorwaarden van genoemd artikel ; dat de maatregelen die in dit geval kunnen worden genomen zodanig dienen te zijn dat de marktsituatie niet nog verder verslechtert ; dat zij evenwel een conservatoir karakter moeten bezitten ; dat ingevolge dit conservatoire karakter de toepassing der nationale maatregelen slechts is gerechtvaardigd tot de inwerkingtreding van een communautair besluit ter zake ;

Overwegende dat het noodzakelijk is , ten einde de Commissie in staat te stellen de toestand op de markt zo doeltreffend mogelijk te beoordelen , te voorzien in bepalingen die waarborgen dat zij zo spoedig mogelijk op de hoogte wordt gebracht van het feit dat een Lid-Staat conservatoire maatregelen toepast ; dat derhalve dient te worden bepaald dat de Commissie wordt ingelicht zodra tot het nemen van deze maatregelen is besloten en dat deze kennisgeving dient te worden aangemerkt als een verzoek om toepassing door de Commissie van maatregelen op Gemeenschapsniveau ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

Bij de beoordeling of in de Gemeenschap de markt voor olijfolie als gevolg van de in artikel 20 , lid 1 , van Verordening nr . 136/66/EEG bedoelde in - of uitvoer ernstige verstoringen ondergaat of dreigt te ondergaan , wordt inzonderheid rekening gehouden :

a ) met de hoeveelheden van de produkten waarvoor in - of uitvoercertificaten werden afgegeven of aangevraagd ;

b ) met de beschikbare hoeveelheden produkten op de markt van de Gemeenschap ;

c ) met de prijzen geconstateerd op de markt van de Gemeenschap of met de te verwachten ontwikkeling van deze prijzen , en inzonderheid met hun neiging tot buitensporige stijging , of voor produkten waarvoor geen interventieprijs is vastgesteld , met hun neiging tot buitensporige daling ;

d ) met de hoeveelheden produkten waarvoor interventiemaatregelen worden of eventueel moeten worden genomen , indien de in aanhef bedoelde situatie zich voordoet tengevolge van invoer ;

e ) met de criteria genoemd in artikel 20 , lid 1 , tweede streepje , van Verordening nr . 136/66/EEG , indien de in aanhef bedoelde situatie zich voordoet tengevolge van uitvoer .

Artikel 2

1 . De maatregelen die kunnen worden genomen als de toestand , bedoeld in artikel 20 , lid 1 , van Verordening nr . 136/66/EEG zich voordoet zijn :

a ) Voor de produkten bedoeld in artikel 1 , lid 2 , sub c ) , van Verordening nr . 136/66/EEG :

aa ) gehele of gedeeltelijke schorsing van de vaststelling vooraf van heffingen of restituties , die tot gevolg heeft dat nieuwe aanvragen niet ontvankelijk zijn ;

bb ) gehele of gedeeltelijke stopzetting van de afgifte van invoer - of uitvoercertificaten , die tot gevolg heeft dat nieuwe aanvragen niet ontvankelijk zijn ;

b ) voor de produkten bedoeld in artikel 1 , lid 2 , sub d ) en e ) , van Verordening nr . 136/66/EEG : de gehele of gedeeltelijke stopzetting van de afgifte van invoercertificaten , die tot gevolg heeft dat nieuwe aanvragen niet ontvankelijk zijn ;

c ) de gehele of gedeeltelijke afwijzing van de aanvragen om vaststelling vooraf van de heffingen of restituties en de gehele of gedeeltelijke afwijzing van de aanvragen om certificaten die in toepassing van de bepalingen van artikel 1 , eerste alinea , van Verordening nr . 168/67/EEG ( 5 ) nog niet tot afgifte van deze certificaten hebben geleid .

2 . Deze maatregelen mogen slechts worden getroffen in de mate en voor de tijdsduur die strikt noodzakelijk zijn . Zij mogen slechts betrekking hebben op produkten van herkomst uit of met bestemming van derde landen , alsmede op de produkten bedoeld in artikel 9 van Verordening nr . 162/66/EEG . Zij kunnen worden beperkt tot bepaalde herkomsten , oorsprongen , bestemmingen , kwaliteiten of aanbiedingsvormen . Zij kunnen worden beperkt tot de invoer met bestemming van bepaalde gebieden van de Gemeenschap of tot de uitvoer van herkomst uit dergelijke gebieden .

Artikel 3

1 . Indien de in artikel 20 , lid 1 , van Verordening nr . 136/66/EEG bedoelde situatie zich voordoet , neemt de Commissie op verzoek van een Lid-Staat of eigener beweging de noodzakelijke maatregelen , die aan de Lid-Staten worden medegedeeld en onmiddellijk van toepassing zijn . Indien bij de Commissie een dergelijk verzoek van een Lid-Staat wordt ingediend , beslist zij hiervoor binnen de vierentwintig uur na ontvangst van het verzoek .

2 . Iedere Lid-Staat kan de maatregel van de Commissie binnen de drie werkdagen volgende op de dag van de mededeling daarvan aan de Raad voorleggen . De Raad komt onverwijld bijeen . Hij kan de betreffende maatregel volgens de stemprocedure van artikel 43 , lid 2 , van het Verdrag wijzigen of vernietigen .

Artikel 4

De Commissie kan , na een beknopt onderzoek van de situatie op basis van de in artikel 1 vermelde elementen , per beschikking constateren dat aan de voorwaarden voor de toepassing van artikel 20 , lid 1 , van Verordening nr . 136/66/EEG is voldaan .

Zij stelt de Lid-Staten in kennis van haar besluit en maakt het openbaar door aanplakking op de plaats waar zij gevestigd is .

Dit besluit brengt voor de betrokken produkten , met ingang van het daartoe vermelde uur , dat later ligt dan de kennisgeving , de voorlopige opschorting mede van de vaststelling vooraf van de heffingen of restituties en voorts van de afgifte der certificaten .

Onverminderd het bepaalde in artikel 3 , lid 1 , tweede zin , is dit besluit gedurende ten hoogste 48 uren van toepassing .

Artikel 5

1 . Een Lid-Staat kan te conservatoiren titel een of meer maatregelen nemen als hij van mening is , na een beoordeling gegrond op de elementen bedoeld in artikel 1 , dat de toestand bedoeld in artikel 20 , lid 1 , van Verordening nr . 136/66/EEG zich op zijn grondgebied voordoet .

De conservatoire maatregelen zijn :

a ) Voor de produkten bedoeld in artikel 1 , lid 2 , sub c ) , van Verordening nr . 136/66/EEG :

aa ) de gehele of gedeeltelijke opschorting van de vaststelling vooraf van de heffingen of restituties ;

bb ) de gehele of gedeeltelijke opschorting van de afgifte van invoer - of uitvoercertificaten ;

b ) voor de produkten bedoeld in artikel 1 , lid 2 , sub d ) en e ) , van Verordening nr . 136/66/EEG : de gehele of gedeeltelijke opschorting van de afgifte van invoercertificaten .

De bepalingen van artikel 2 , lid 2 , zijn van toepassing .

2 . Deze conservatoire maatregelen worden per telexbericht ter kennis van de Commissie gebracht zodra tot het nemen ervan besloten is . Deze kennisgeving geldt als het verzoek bedoeld in artikel 3 , lid 1 . Zij zijn slechts van toepassing tot het op deze grondslag door de Commissie genomen besluit in werking treedt .

Artikel 6

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1970 .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 18 december 1969 .

Voor de Raad

De Voorzitter

P . LARDINOIS