31969R1465

Verordening (EEG) nr. 1465/69 van de Raad van 23 juli 1969 tot vaststelling van de bijzondere bepalingen welke van toepassing zijn bij invoer in de Gemeenschap van goederen, vallende onder Verordening (EEG) nr. 1059/69 en van oorsprong uit Marokko

Publicatieblad Nr. L 197 van 08/08/1969 blz. 0092 - 0092
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 2 blz. 0218
Bijzondere uitgave in het Deens: Serie I Hoofdstuk 1969(II) blz. 0338
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 2 blz. 0218
Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Hoofdstuk 1969(II) blz. 0363
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 4 blz. 0213
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 3 blz. 0136
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 3 blz. 0136


++++

( 1 ) PB nr . L 141 van 12 . 6 . 1969 , blz . 1 .

( 2 ) PB nr . 195 van 27 . 10 . 1966 , blz . 3361/66 .

VERORDENING ( EEG ) Nr . 1465/69 VAN DE RAAD

van 23 juli 1969

tot vaststelling van de bijzondere bepalingen welke van toepassing zijn bij invoer in de Gemeenschap van goederen , vallende onder Verordening ( EEG ) nr . 1059/69 en van oorsprong uit Marokko

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 1059/69 van de Raad van 28 mei 1969 tot vaststelling van de handelsregeling die van toepassing is op bepaalde goederen , verkregen door verwerking van landbouwprodukten ( 1 ) , inzonderheid op artikel 12 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Overwegende dat overeenkomstig artikel 3 van bijlage 1 van de Overeenkomst waarbij een Associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko , ondertekend te Rabat op 31 maart 1969 , de Gemeenschap alle nodige maatregelen moet treffen opdat er , onverminderd de toepassing van een variabel element dat wordt bepaald overeenkomstig artikel 12 van Verordening nr . 160/66/EEG ( 2 ) , geen vast element wordt toegepast bij invoer van goederen , vallende onder deze verordening en van oorsprong uit Marokko in de zin van het Protocol betreffende de definitie van het begrip " produkten van oorsprong " en betreffende de methoden van administratieve samenwerking , dat aan de Overeenkomst is gehecht ;

Overwegende dat met ingang van 1 juli 1969 Verordening ( EEG ) nr . 1059/69 in de plaats is getreden van Verordening nr . 160/66/EEG ; dat daarmede evenwel geen wijziging is gebracht in het systeem van bescherming dat bij deze laatste verordening werd ingesteld ten aanzien van goederen uit derde landen die in de Gemeenschap worden ingevoerd ; dat in het bijzonder de artikelen 6 en 7 van Verordening ( EEG ) nr . 1059/69 in overeenstemming zijn met artikel 12 van Verordening nr . 160/66/EEG ; dat de vaststelling van de bijzondere bepalingen voor goederen van oorsprong uit Marokko ten opzichte van het bepaalde in Verordening ( EEG ) nr . 1059/69 derhalve verenigbaar is met artikel 3 van bijlage 1 van de Overeenkomst waarbij een Associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

Bij invoer in de Gemeenschap van goederen , vallende onder Verordening ( EEG ) nr . 1059/69 en van oorsprong uit Marokko in de zin van het Protocol betreffende de definitie van het begrip " produkten van oorsprong " en betreffende de methoden van administratieve samenwerking , dat gehecht is aan de Overeenkomst waarbij een Associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Economisch Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko ,

a ) wordt geen vast element toegepast ;

b ) wordt het variabele element toegepast , dat wordt bepaald overeenkomstig genoemde verordening .

Artikel 2

De bij deze verordening vastgestelde regeling geldt vanaf het tijdstip waarop de Overeenkomst waarbij een Associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko , in werking treedt en zolang deze Overeenkomst van toepassing is .

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 23 juli 1969 .

Voor de Raad

De Voorzitter

J . M . A . H . LUNS