31966R0122

Verordening nr. 7/66/Euratom, 122/66/EEG van de Raden van 28 juli 1966 tot vaststelling van de lijst van de plaatsen waar een vervoervergunning kan worden toegekend alsmede van het maximumbedrag van deze vergoeding en de wijze van toekenning

Publicatieblad Nr. 150 van 12/08/1966 blz. 2751 - 2752
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 1 Deel 1 blz. 0031
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 1 Deel 1 blz. 0031
Bijzondere uitgave in het Deens: Serie I Hoofdstuk 1965-1966 blz. 0187
Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Hoofdstuk 1965-1966 blz. 0214
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 01 Deel 1 blz. 0099
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 01 Deel 1 blz. 0115
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 01 Deel 1 blz. 0115


++++

( 1 ) PB no . 45 van 14 . 6 . 1962 , blz . 1385/62 , PB no . 47 van 24 . 3 . 1965 , blz . 701/65 .

VERORDENING No . 7/66/EURATOM , 122/66/EEG VAN DE RADEN

van 28 juli 1966

tot vaststelling van de lijst van de plaatsen waar een vervoervergunning kan worden toegekend alsmede van het maximumbedrag van deze vergoeding en de wijze van toekenning

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR ATOOMENERGIE ,

DE RAAD VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP ,

Gelet op Verordening no . 31 ( E.E.G . ) , no . 11 ( E.G.A . ) , tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie ( 1 ) , inzonderheid op artikel 14 ter van bijlage VII van dit Statuut en de artikelen 22 en 67 van genoemde regeling ,

Gezien het voorstel van de Commissie der Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en van de Commissie der Europese Economische Gemeenschap ,

Overwegende dat het tot de bevoegdheden van de Raden behoort om volgens de procedure van artikel 65 , lid 3 , van het Statuut de lijst van de plaatsen vast te stellen waar een vervoervergoeding kan worden toegekend , alsmede het maximumbedrag van deze vergoeding en de wijze van toekenning ,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

De ambtenaar die is tewerkgesteld in een plaats waar het vervoer wegens de afstand tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling als bijzonder moeilijk en duur wordt beschouwd , kan , onder de hierna vermelde voorwaarden , een vervoervergoeding ontvangen .

Artikel 2

1 . De plaatsen van tewerkstelling waar de in artikel 1 genoemde vergoeding kan worden toegekend , zijn :

Duitsland :

Garching

Gundremmingen

Frankrijk :

Fontenay-aux-Roses

Saclay

Cadarache

Chooz

Epoisses

Italië :

Centrale di Latina

Centrale del Garigliano

Casaccia

Nederland :

Petten

Dodewaard

Verenigd Koninkrijk :

Winfrith

2 . Behalve in de in lid 1 genoemde plaatsen kan de vervoervergunning eveneens worden toegekend in plaatsen waar ten hoogste drie ambtenaren zijn tewerkgesteld . In dat geval stellen de Commissies de Raden daarvan in kennis ; de ingediende lijst wordt geacht te zijn aanvaard indien binnen een termijn van zes weken geen der delegaties de wens te kennen heeft gegeven dat de toekenning der vervoergoeding in bedoelde plaatsen ter discussie wordt gesteld .

Artikel 3

De vervoervergoeding wordt slechts toegekend aan de ambtenaar die :

_ op grond van de moeilijke huisvestingsomstandigheden in zijn plaats van tewerkstelling geen passende woning kan vinden tegen een maandelijkse huur , die onder aftrek , in voorkomend geval , van lasten zoals verwarming , water , gas , elektriciteit en onderhoudskosten , minder bedraagt dan :

18 % voor ambtenaren van de rang B 2 en lagere rangen ,

20 % voor ambtenaren van de rang B 1 t / m A 4 ,

22 % voor ambtenaren van een hogere rang dan A 4 ,

van het totale bedrag van zijn inkomsten , zoals hieronder vastgesteld ,

_ en die een huur betaalt van meer dan 10 % van het totale bedrag van zijn inkomsten zoals hieronder vastgesteld .

Het totale bedrag van de inkomsten wordt gevormd door het basissalaris , vermeerderd met de ontheemdings - en de gezinshoofdtoelage , doch onder aftrek van de verplichte inhoudingen , bedoeld in artikel 64 van het Statuut van de ambtenaren , en van de gemeenschapsbelasting . Op het aldus verkregen bedrag wordt de in de plaats van tewerkstelling van betrokkene van kracht zijnde aanpassingscoëfficiënt toegepast .

De vergoeding wordt niet toegekend indien gebruik kan worden gemaakt van gemeenschappelijke vervoermiddelen , noch bij gebruikmaking van een dienstauto , noch ook in geval van toekenning van een forfaitaire vergoeding van vervoerkosten .

Der vervoervergoeding bedraagt :

_ 600 Bfr . per maand voor een afstand van meer dan 20 km en van ten hoogste 30 km tussen de woning en de plaats van tewerkstelling van de ambtenaar

_ 1.000 Bfr per maand voor een afstand van meer dan 30 km tussen de woning en de plaats van tewerkstelling van de ambtenaar .

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1966 .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 28 juli 1966 .

Voor de Raden

De Voorzitter

S . A . POSTHUMUS