18.2.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 46/3


STATUSOVEREENKOMST

tussen de Europese Unie en de Republiek Albanië inzake acties die het Europees Grens- en kustwachtagentschap in de Republiek Albanië uitvoert

DE EUROPESE UNIE,

enerzijds, en

DE REPUBLIEK ALBANIË,

anderzijds,

hierna „de partijen” genoemd,

OVERWEGENDE dat zich situaties kunnen voordoen waarin het Europees Grens- en kustwachtagentschap als structuur van de Europese Unie, hierna het „Agentschap” genoemd, de internationale samenwerking tussen lidstaten van de Europese Unie en de Republiek Albanië coördineert, ook wat operationele acties op het grondgebied van de Republiek Albanië betreft,

OVERWEGENDE dat een rechtskader in de vorm van een statusovereenkomst tot stand moet worden gebracht voor de situaties waarin teamleden van het Agentschap uitvoeringsbevoegdheden kunnen hebben op het grondgebied van de Republiek Albanië,

OVERWEGENDE dat bij alle acties van het Agentschap op het grondgebied van de Republiek Albanië de grondrechten en de internationale overeenkomsten waarbij de Republiek Albanië partij is, volledig in acht moeten worden genomen,

HEBBEN BESLOTEN DEZE OVEREENKOMST TE SLUITEN:

Artikel 1

Toepassingsgebied

1.   Deze overeenkomst heeft betrekking op alle aspecten die noodzakelijk zijn voor de uitvoering door het Agentschap van acties op het grondgebied van de Republiek Albanië waarbij teamleden van het Agentschap uitvoeringsbevoegdheden hebben.

2.   Deze overeenkomst is slechts van toepassing op het grondgebied van de Republiek Albanië.

3.   De status en de afbakening op grond van het internationale recht van het betrokken grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie en de Republiek Albanië, worden op geen enkele wijze beïnvloed door deze overeenkomst of door enige andere handeling ter uitvoering van deze overeenkomst, door of namens de partijen, met inbegrip van de opstelling van operationele plannen of de deelname aan grensoverschrijdende operaties.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:

1)   „actie”: een gezamenlijke operatie, een snelle grensinterventie of een terugkeeroperatie;

2)   „gezamenlijke operatie”: een actie die gericht is op de bestrijding van illegale immigratie of grensoverschrijdende criminaliteit, of op de verlening van intensievere technische en operationele ondersteuning aan die delen van de grenzen van de Republiek Albanië die aan een lidstaat raken, en die op het grondgebied van de Republiek Albanië wordt uitgevoerd;

3)   „snelle grensinterventie”: een actie die erop gericht is snel op te treden in een situatie waarin zich specifieke en onevenredige problemen voordoen aan de grenzen van de Republiek Albanië met een lidstaat en die op het grondgebied van de Republiek Albanië gedurende beperkte tijd wordt uitgevoerd;

4)   „terugkeeroperatie”: een operatie die door het Agentschap wordt gecoördineerd en door een of meer lidstaten verstrekte technische en operationele steun behelst, waarbij terugkeerders vanuit een of meer lidstaten gedwongen of vrijwillig terugkeren naar de Republiek Albanië;

5)   „grenstoezicht”: het toezicht op personen aan een grens, dat uitsluitend wegens de voorgenomen of daadwerkelijke grensoverschrijding en dus niet om andere redenen wordt uitgeoefend, en dat bestaat in grenscontroles op grensdoorlaatposten en grensbewaking tussen de grensdoorlaatposten;

6)   „teamlid”: personeelsleden van het Agentschap, leden van het team van grenswachters en ander relevant personeel van de deelnemende lidstaten, onder wie grenswachters en andere relevante personeelsleden die door de lidstaten bij het Agentschap zijn gedetacheerd, die bij acties worden ingezet;

7)   „lidstaat”: een lidstaat van de Europese Unie;

8)   „lidstaat van herkomst”: de lidstaat waarvan een teamlid grenswachter of ander relevant personeelslid is;

9)   „persoonsgegevens”: alle informatie over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; als identificeerbaar wordt beschouwd een natuurlijke persoon die direct of indirect kan worden geïdentificeerd, met name aan de hand van een identificator zoals een naam, een identificatienummer, locatiegegevens, een online-identificator of van een of meer elementen die kenmerkend zijn voor de fysieke, fysiologische, genetische, psychische, economische, culturele of sociale identiteit van die natuurlijke persoon;

10)   „deelnemende lidstaat”: een lidstaat die deelneemt aan een actie in de Republiek Albanië door technische uitrusting, grenswachters en andere relevante personeelsleden ter beschikking te stellen om te worden ingezet in het kader van een team;

11)   „Agentschap”: het Europees Grens- en kustwachtagentschap dat is opgericht bij Verordening (EU) 2016/1624 van het Europees Parlement en de Raad (1).

12)   „uitvoeringsbevoegdheden van de teamleden”: de bevoegdheden die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de voor grenstoezicht en terugkeeroperaties vereiste taken op het grondgebied van de Republiek Albanië tijdens een gezamenlijke actie, zoals vastgesteld in het operationele plan;

13)   „overmacht”: omvat, zonder beperking, oorlogshandelingen (ongeacht of oorlog is verklaard), invasies, gewapend conflicten of buitenlandse vijandige acties, blokkades, oproer, terrorisme of uitoefening van militaire macht, aardbevingen, overstromingen, brand, stormen of natuurrampen en in voorkomend geval iedere gebeurtenis of omstandigheid die vergelijkbaar is met het voornoemde.

Artikel 3

Operationeel plan

1.   Het Agentschap en de Republiek Albanië stellen voor iedere gezamenlijke operatie of snelle grensinterventie een operationeel plan op, waarmee de lidstaat of lidstaten die aan het operationele gebied grenzen, instemmen.

2.   In het operationele plan worden uitvoerige bepalingen opgenomen over de organisatorische en procedurele aspecten van de gezamenlijke operatie of snelle grensinterventie, met inbegrip van een beschrijving en beoordeling van de situatie, de operationele doelstellingen, het operationele concept, het in te zetten soort technische uitrusting, het uitvoeringsplan, de samenwerking met andere derde landen, andere agentschappen en organen van de Europese Unie of internationale organisaties, bepalingen over de eerbiediging van de grondrechten, inclusief de bescherming van persoonsgegevens, de coördinatie-, commando-, controle-, communicatie en rapportagestructuren, de organisatorische en logistieke regelingen en de evaluatie en de financiële aspecten van de gezamenlijke operatie of snelle grensinterventie.

3.   De gezamenlijke operatie of snelle grensinterventie wordt door de Republiek Albanië en het Agentschap gezamenlijk geëvalueerd.

Artikel 4

Taken en bevoegdheden van de teamleden

1.   De teamleden mogen de taken verrichten en de uitvoeringsbevoegdheden uitoefenen die vereist zijn voor grenstoezicht en terugkeeroperaties.

2.   De teamleden eerbiedigen de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de Republiek Albanië.

3.   De teamleden mogen uitsluitend taken verrichten en bevoegdheden uitoefenen op het grondgebied van de Republiek Albanië op instructie en, als algemene regel, in aanwezigheid van grenswachters of andere relevante personeelsleden van de Republiek Albanië. De Republiek Albanië geeft in voorkomend geval overeenkomstig het operationele plan instructies aan de teams. De Republiek Albanië kan de teamleden bij wijze van uitzondering toestaan namens de Republiek Albanië op te treden.

Het Agentschap kan via zijn coördinerend functionaris zijn mening over de aan het team gegeven instructies aan de Republiek Albanië kenbaar maken. De Republiek Albanië houdt rekening met deze mening en geeft er voor zover mogelijk gevolg aan.

Wanneer de aan het team verstrekte instructies niet in overeenstemming zijn met het operationele plan, meldt de coördinerend functionaris dit onmiddellijk aan de uitvoerend directeur van het Agentschap (hierna: „de uitvoerend directeur”). De uitvoerend directeur kan passende maatregelen nemen, met inbegrip van de opschorting of beëindiging van de actie.

4.   Bij de uitvoering van hun taken en de uitoefening van hun bevoegdheden dragen de teamleden hun eigen uniform. De teamleden dragen op hun uniform ook zichtbaar een persoonlijk identificatiemiddel en een blauwe armband met het insigne van de Europese Unie en dat van het Agentschap. Om zich tegenover de nationale autoriteiten van de Republiek Albanië te kunnen identificeren, hebben de teamleden altijd het in artikel 7 bedoelde accreditatiedocument bij zich.

5.   Bij het uitvoeren van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden mogen teamleden dienstwapens dragen en munitie en uitrusting bij zich hebben overeenkomstig hetgeen volgens de wetgeving van de lidstaat van herkomst is toegestaan. De Republiek Albanië laat het Agentschap, voordat de teamleden worden ingezet, weten welke dienstwapens, munitie en uitrusting zijn toegestaan en wat het wettelijke kader en de voorwaarden zijn voor hun gebruik.

6.   Bij het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden mogen de teamleden, indien de lidstaat van herkomst en de Republiek Albanië daarmee instemmen, gebruikmaken van geweld, onder meer met gebruikmaking van dienstwapens, munitie en uitrusting, in aanwezigheid van grenswachters of andere relevante personeelsleden van de Republiek Albanië en met inachtneming van het nationale recht van de Republiek Albanië. De Republiek Albanië mag teamleden toestaan geweld te gebruiken in afwezigheid van grenswachters of andere relevante personeelsleden van de Republiek Albanië. In het operationele plan wordt bepaald welke autoriteit namens de lidstaat van herkomst toestemming kan verlenen.

7.   De Republiek Albanië mag teamleden toestaan zijn nationale databanken te raadplegen indien dat noodzakelijk is voor het vervullen van de in het operationele plan vermelde operationele doelstellingen of met het oog op terugkeeroperaties. De teamleden raadplegen uitsluitend de gegevens die zij nodig hebben voor het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden, zoals vastgelegd in het operationele plan of zoals noodzakelijk voor terugkeeroperaties. Voordat de teamleden worden ingezet, deelt de Republiek Albanië het Agentschap mee welke nationale databanken mogen worden geraadpleegd. De raadpleging gebeurt met inachtneming van het nationale gegevensbeschermingsrecht van de Republiek Albanië.

Artikel 5

Opschorting en beëindiging van de actie

1.   Indien de Republiek Albanië de bepalingen van deze overeenkomst of van het operationele plan niet naleeft, kan de uitvoerend directeur de actie opschorten of beëindigen na schriftelijke kennisgeving aan de Republiek Albanië. De uitvoerend directeur deelt de redenen van de opschorting of beëindiging aan de Republiek Albanië mee.

2.   Indien het Agentschap of een deelnemende lidstaat de bepalingen van deze overeenkomst of van het operationele plan niet naleeft, kan de Republiek Albanië de actie opschorten of beëindigen na schriftelijke kennisgeving aan het Agentschap. De Republiek Albanië deelt de redenen van de opschorting of beëindiging aan het Agentschap mee.

3.   Met name kan de uitvoerend directeur of de Republiek Albanië de actie opschorten of beëindigen in geval van een inbreuk op de grondrechten of schending van het beginsel van non-refoulement of de gegevensbeschermingsregels.

4.   Beëindiging van de actie doet geen afbreuk aan de rechten of verplichtingen die voortvloeien uit de toepassing van deze overeenkomst of het operationele plan voorafgaand aan die beëindiging.

Artikel 6

Voorrechten en immuniteiten van de teamleden

1.   Papieren, correspondentie en bezittingen van de teamleden zijn onschendbaar, behalve in het geval van uit hoofde van lid 7 toegestane executoriale maatregelen.

2.   De teamleden genieten immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht in strafzaken van de Republiek Albanië voor handelingen die zij hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd.

Indien een teamlid wordt beschuldigd van een strafbaar feit, worden de uitvoerend directeur en de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst hiervan onmiddellijk in kennis gesteld. Voordat de procedure voor de rechter wordt ingeleid, deelt de uitvoerend directeur de rechter mee of de teamleden de handeling in kwestie hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, nadat zorgvuldig alle opmerkingen in aanmerking zijn genomen die de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst en de bevoegde autoriteiten van de Republiek Albanië hebben gemaakt. In afwachting van de verklaring van de uitvoerend directeur onthouden het Agentschap en de lidstaat van herkomst zich ervan maatregelen te nemen die de mogelijke strafrechtelijke vervolging van het teamlid door de bevoegde autoriteiten van de Republiek Albanië waarschijnlijk in gevaar zullen brengen.

Indien de handeling werd verricht in het kader van de uitoefening van officiële functies, wordt de procedure niet ingeleid. Indien dit niet het geval is, kan de procedure worden voortgezet. De verklaring van de uitvoerend directeur is bindend voor de rechterlijke instanties van de Republiek Albanië. De aan de teamleden verleende voorrechten en de immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht in strafzaken van de Republiek Albanië laten de rechtsmacht van de lidstaat van herkomst jegens de teamleden onverlet.

3.   De teamleden genieten immuniteit ten aanzien van de burgerlijke en administratieve rechtsmacht van de Republiek Albanië voor alle handelingen die zij hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd. Indien tegen teamleden een burgerlijke procedure wordt aangespannen voor een rechterlijke instantie van de Republiek Albanië, worden de uitvoerend directeur en de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst onmiddellijk daarvan in kennis gesteld. Voordat de procedure voor de rechter wordt ingeleid, deelt de uitvoerend directeur van het Agentschap de rechter mee of de teamleden de handeling in kwestie hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, nadat zorgvuldig alle opmerkingen in aanmerking zijn genomen die de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst en de bevoegde autoriteiten van de Republiek Albanië hebben gemaakt.

Indien de handeling werd verricht in het kader van de uitoefening van officiële functies, wordt de procedure niet ingeleid. Indien dat niet het geval is, kan de procedure worden voortgezet. De verklaring van de uitvoerend directeur is bindend voor de rechterlijke instantie van de Republiek Albanië. Indien teamleden een procedure inleiden, kunnen zij zich niet beroepen op immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht wanneer er een tegenvordering wordt ingesteld die direct verband houdt met de hoofdvordering.

4.   De lidstaat van herkomst kan zo nodig de immuniteit van de teamleden ten aanzien van de strafrechtelijke, civiele en bestuursrechtelijke rechtsmacht van de Republiek Albanië opheffen. Het opheffen van de immuniteit wordt altijd uitdrukkelijk kenbaar gemaakt.

5.   Teamleden zijn niet verplicht als getuige op te treden.

6.   Indien een teamlid in het kader van de uitoefening van officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, schade heeft veroorzaakt, is de Republiek Albanië aansprakelijk.

Indien de schade is veroorzaakt door grove nalatigheid of een opzettelijke fout of indien de handeling niet in het kader van de uitoefening van officiële functies door een teamlid van een deelnemende lidstaat is verricht, kan de Republiek Albanië via de uitvoerend directeur erom verzoeken dat de deelnemende lidstaat in kwestie een vergoeding betaalt.

Indien de schade is veroorzaakt door grove nalatigheid of een opzettelijke fout of indien de handeling niet is verricht in het kader van de uitoefening van officiële functies door een teamlid dat personeelslid van het Agentschap is, kan de Republiek Albanië erom verzoeken dat het Agentschap een vergoeding betaalt.

Indien de in de Republiek Albanië aangerichte schade het gevolg is van overmacht, is noch de Republiek Albanië, noch de deelnemende lidstaat noch het Agentschap aansprakelijk.

7.   Tegen teamleden mogen geen executoriale maatregelen worden genomen, behalve indien tegen hen een burgerlijke procedure wordt ingeleid die geen verband houdt met hun officiële functies.

De bezittingen van teamleden ten aanzien waarvan de uitvoerend directeur heeft verklaard dat zij nodig zijn voor de uitoefening van de officiële functies van de teamleden, mogen niet in beslag worden genomen ter uitvoering van een vonnis, beslissing of bevel. In burgerlijke procedures mogen teamleden niet aan beperkingen van de persoonlijke vrijheid, noch aan andere dwangmaatregelen worden onderworpen.

8.   De immuniteit van de teamleden ten aanzien van de rechtsmacht van de Republiek Albanië houdt voor hen geen immuniteit in ten aanzien van de rechtsmacht van de respectieve lidstaten van herkomst.

9.   De teamleden zijn ten aanzien van diensten die voor het Agentschap zijn verleend, vrijgesteld van eventueel in de Republiek Albanië geldende voorschriften op het terrein van de sociale zekerheid.

10.   Teamleden zijn vrijgesteld van elke vorm van belasting in de Republiek Albanië over het salaris en de emolumenten die het Agentschap of de lidstaten van herkomst hun betalen, evenals van iedere belasting op inkomsten die van buiten de Republiek Albanië worden ontvangen.

11.   De Republiek Albanië laat de binnenkomst toe van goederen voor persoonlijk gebruik door teamleden en verleent vrijstelling van alle douanerechten, belastingen en daarmee verband houdende heffingen, met uitzondering van heffingen voor opslag, vervoer en soortgelijke diensten, een en ander in overeenstemming met eventueel door de Republiek Albanië aan te nemen wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen. De Republiek Albanië laat tevens de uitvoer van dergelijke goederen toe.

12.   De persoonlijke bagage van teamleden kan alleen worden geïnspecteerd als er een gegrond vermoeden bestaat dat de bagage goederen bevat die niet bedoeld zijn voor persoonlijk gebruik door teamleden, of goederen waarvan de in- of uitvoer verboden is door de wetgeving van of onderworpen is aan quarantainebepalingen van de Republiek Albanië. De inspectie van dergelijke persoonlijke bagage mag slechts plaatsvinden in aanwezigheid van de betrokken teamleden of een gemachtigde vertegenwoordiger van het Agentschap.

Artikel 7

Accreditatiedocument

1.   Het Agentschap geeft, in samenwerking met de Republiek Albanië, een in de officiële taal of talen van de Republiek Albanië en een officiële taal van de instellingen van de Europese Unie gesteld document af aan elk teamlid, aan de hand waarvan zij zich kunnen identificeren tegenover de nationale autoriteiten van de Republiek Albanië en waaruit blijkt dat de houder het recht heeft de in artikel 4 van deze overeenkomst en in het operationele plan bedoelde taken te verrichten en bevoegdheden uit te oefenen. Het accreditatiedocument bevat de volgende gegevens van elk teamlid: naam en nationaliteit, rang of functiebenaming, een recente gedigitaliseerde foto en een beschrijving van de taken die tijdens de inzet mogen worden verricht.

2.   In combinatie met een geldig reisdocument verleent het accreditatiedocument het teamlid toegang tot de Republiek Albanië zonder dat een visum of voorafgaande toestemming vereist is.

3.   Het accreditatiedocument wordt na afloop van de actie aan het Agentschap terugbezorgd. De bevoegde Albanese autoriteiten worden hiervan in kennis gesteld.

Artikel 8

Grondrechten

1.   De teamleden eerbiedigen bij het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden ten volle de grondrechten en de fundamentele vrijheden, ook wat betreft de toegang tot asielprocedures, de menselijke waardigheid, het verbod van foltering en onmenselijke of vernederende behandeling, het recht op vrijheid, het beginsel van non-refoulement, het verbod van collectieve uitzetting, de rechten van het kind en het recht op eerbiediging van het privéleven en het familie- en gezinsleven. Bij het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden is willekeurige discriminatie verboden, op welke grond ook, met inbegrip van geslacht, ras of etnische afkomst, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd, seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Bij het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden uitgevoerde maatregelen die inbreuk maken op de grondrechten en fundamentele vrijheden, moeten evenredig zijn met het door die maatregelen nagestreefde doel en de wezenlijke inhoud van de grondrechten en fundamentele vrijheden eerbiedigen.

2.   Elke partij stelt een klachtenregeling in om beschuldigingen te behandelen van inbreuk op de grondrechten door haar personeelsleden bij de uitoefening van hun officiële taken tijdens uit hoofde van deze overeenkomst uitgevoerde gezamenlijke operaties, snelle grensinterventies of terugkeeroperaties.

Artikel 9

Verwerking van persoonsgegevens

1.   De verwerking van persoonsgegevens door teamleden is alleen toegestaan indien dat noodzakelijk is voor het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden met het oog op de uitvoering van deze overeenkomst door de Republiek Albanië, het Agentschap of de deelnemende lidstaten.

2.   De verwerking van persoonsgegevens door de Republiek Albanië is onderworpen aan de nationale wetgeving.

3.   De verwerking van persoonsgegevens voor administratieve doeleinden door het Agentschap en de deelnemende lidstaat of lidstaten, ook in het geval van de doorgifte van persoonsgegevens naar de Republiek Albanië, is onderworpen aan Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (2), Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (3), Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (4), alsmede de maatregelen die het Agentschap heeft vastgesteld voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 45/2001, zoals bedoeld in artikel 45, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1624.

4.   Wanneer de verwerking de doorgifte van persoonsgegevens met zich meebrengt, geven de lidstaten en het Agentschap op het moment van de doorgifte van persoonsgegevens naar de Republiek Albanië aan of er algemene of specifieke toegangs- of gebruiksbeperkingen gelden, ook met betrekking tot het doorgeven, wissen of vernietigen. Wanneer na de verstrekking van persoonsgegevens duidelijk wordt dat dergelijke beperkingen nodig zijn, stellen zij de Republiek Albanië daar dienovereenkomstig van in kennis.

5.   Persoonsgegevens die voor administratieve doeleinden tijdens de actie zijn verzameld, mogen door het Agentschap, de deelnemende lidstaten en de Republiek Albanië worden verwerkt overeenkomstig de toepasselijke gegevensbeschermingswetgeving.

6.   Na afloop van elke actie stellen het Agentschap, de deelnemende lidstaten en de Republiek Albanië een gezamenlijk verslag op over de toepassing van de leden 1 tot en met 5 van dit artikel. Dat verslag wordt naar de grondrechtenfunctionaris en de functionaris voor gegevensbescherming van het Agentschap gezonden. De grondrechtenfunctionaris en de functionaris voor gegevensbescherming van het Agentschap brengen verslag uit aan de uitvoerend directeur.

Artikel 10

Bevoegde autoriteiten voor de uitvoering van de overeenkomst

1.   In de Republiek Albanië is het Ministerie van Binnenlandse Zaken de bevoegde autoriteit voor de uitvoering van de overeenkomst.

2.   Voor de Europese Unie is het Agentschap de bevoegde autoriteit voor de uitvoering van de overeenkomst.

Artikel 11

Geschillen

1.   Alle aangelegenheden in verband met de toepassing van deze overeenkomst worden gezamenlijk onderzocht door vertegenwoordigers van de bevoegde autoriteiten van de Republiek Albanië en door vertegenwoordigers van het Agentschap, dat de aan de Republiek Albanië grenzende lidstaten raadpleegt.

2.   Bij gebreke van een regeling worden geschillen met betrekking tot de uitlegging of de toepassing van deze overeenkomst uitsluitend langs diplomatieke weg opgelost tussen de Republiek Albanië en de Europese Commissie, die alle aan de Republiek Albanië grenzende lidstaten raadpleegt.

Artikel 12

Inwerkingtreding, looptijd en beëindiging

1.   Deze overeenkomst wordt door de partijen volgens hun eigen interne procedures geratificeerd, aanvaard of goedgekeurd en de partijen stellen elkaar in kennis van de daarvoor noodzakelijke procedures.

2.   Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand volgende op de datum van de laatste kennisgeving als bedoeld in lid 1.

3.   Deze overeenkomst wordt voor onbeperkte tijd gesloten. De overeenkomst kan door schriftelijke overeenstemming tussen de partijen of eenzijdig door een van de partijen worden beëindigd of opgeschort. In laatstgenoemd geval stelt de partij die de overeenkomst wenst te beëindigen of op te schorten de andere partij daarvan schriftelijk in kennis. De beëindiging of opschorting wordt van kracht op de eerste dag van de tweede maand volgende op de maand waarop de kennisgeving is gedaan of de schriftelijke kennisgeving tussen de partijen is gedaan

4.   Kennisgevingen als bedoeld in dit artikel, worden, wat de Europese Unie betreft, gedaan aan het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie en, wat de Republiek Albanië betreft, aan het ministerie van Buitenlandse Zaken van de Republiek Albanië.

Gedaan in tweevoud in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse en de Albanese taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

Съставено в Тирана на пети октомври две хиляди и осемнадесета година.

Hecho en Tirana, el cinco de octubre de dos mil dieciocho.

V Tiraně dne pátého října dva tisíce osmnáct.

Udfærdiget i Tirana den femte oktober to tusind og atten.

Geschehen zu Tirana am fünften Oktober zweitausendachtzehn.

Kahe tuhande kaheksateistkümnenda aasta oktoobrikuu viiendal päeval Tiranas.

Έγινε στα Τίρανα, στις πέντε Οκτωβρίου δύο χιλιάδες δεκαοκτώ.

Done at Tirana on the fifth day of October in the year two thousand and eighteen.

Fait à Tirana, le cinq octobre deux mille dix-huit.

Sastavljeno u Tirani petog listopada godine dvije tisuće osamnaeste.

Fatto a Tirana, addì cinque ottobre duemiladiciotto.

Tiranā, divi tūkstoši astoņpadsmitā gada piektajā oktobrī.

Priimta du tūkstančiai aštuonioliktų metų spalio penktą dieną Tiranoje.

Kelt Tiranában, a kétezer-tizennyolcadik év október havának ötödik napján.

Magħmul f'Tirana, fil-ħames jum ta' Ottubru fis-sena elfejn u tmintax.

Gedaan te Tirana, vijf oktober tweeduizend achttien.

Sporządzono w Tiranie dnia piątego października roku dwa tysiące osiemnastego.

Feito em Tirana, em cinco de outubro de dois mil e dezoito.

Întocmit la Tirana la cinci octombrie două mii optsprezece.

V Tirane piateho októbra dvetisícosemnásť.

V Tirani, petega oktobra dva tisoč osemnajst.

Tehty Tiranassa viidentenä päivänä lokakuuta vuonna kaksituhattakahdeksantoista.

Som skedde i Tirana den femte oktober år tjugohundraarton.

Bërë në Tiranë, më pesë tetor në vitin dy mijë e tetëmbëdhjetë.

За Европейския съюз

Рог la Unión Europea

Za Evropskou unii

For Den Europæiske Union

Für die Europäische Union

Euroopa Liidu nimel

Για την Ευρωπαϊκή Ένωση

For the European Union

Pour l'Union européenne

Za Europsku uniju

Per l'Unione europea

Eiropas Savienības vārdā –

Europos Sąjungos vardu

Az Európai Unió részéről

Għall-Unjoni Ewropea

Voor de Europese Unie

W imieniu Unii Europejskiej

Pela União Europeia

Pentru Uniunea Europeană

Za Európsku úniu

Za Evropsko unijo

Euroopan unionin puolesta

För Europeiska unionen

Për Bashkimin Evropian

Image 1

За Република Албания

Por la República de Albania

Za Albánskou republiku

For Republikken Albanien

Für die Republik Albanien

Albaania Vabariigi nimel

Για τη Δημοκρατία της Αλβανίας

For the Republic of Albania

Pour la République d'Albanie

Za Republiku Albaniju

Per la Repubblica d'Albania

Albānijas Republikas vārdā –

Albanijos Respublikos vardu

Az Albán Köztársaság részéről

Għar-Repubblika tal-Albanija

Voor de Republiek Albanië

W imieniu Republiki Albanii

Pela da República da Albânia

Pentru Republica Albania

Za Albánsku republiku

Za Republiko Albanijo

Albanian tasavallan puolesta

För Republiken Albanien

Për Republikën e Shqipërisë

Image 2


(1)  Verordening (EU) 2016/1624 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 2016 betreffende de Europese grens- en kustwacht, tot wijziging van Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 863/2007 van het Europees Parlement en de Raad, Verordening (EG) nr. 2007/2004 van de Raad en Besluit 2005/267/EG van de Raad (PB L 251 van 16.9.2016, blz. 1).

(2)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

(3)  PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1.

(4)  PB L 119 van 4.5.2016, blz. 89.