15.3.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 73/27


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

NR. 152/2016

van 8 juli 2016

tot wijziging van bijlage IX (Financiële diensten) bij de EER-overeenkomst [2018/374]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (hierna de „EER-overeenkomst” genoemd), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1605 van de Commissie van 12 juni 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1569/2007 waarbij ter uitvoering van de Richtlijnen 2003/71/EG en 2004/109/EG van het Europees Parlement en de Raad een mechanisme wordt opgezet voor het nemen van een besluit over de gelijkwaardigheid van standaarden voor jaarrekeningen die door effectenuitgevende instellingen van derde landen worden toegepast (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage IX bij de EER-overeenkomst moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage IX bij de EER-overeenkomst wordt in punt 29e (Verordening (EG) nr. 1569/2007 van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32015 R 1605: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1605 van de Commissie van 12 juni 2015 (PB L 249 van 25.9.2015, blz. 3)”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1605 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 9 juli 2016, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (*1).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 8 juli 2016.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Bergdís ELLERTSDÓTTIR


(1)  PB L 249 van 25.9.2015, blz. 3.

(*1)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.