2.6.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 135/35


BESLUIT Nr. 1 VAN DE STABILISATIE- EN ASSOCIATIERAAD EU-SERVIË

van 21 oktober 2013

tot vaststelling van zijn reglement van orde [2015/857]

DE STABILISATIE- EN ASSOCIATIERAAD,

Gezien de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië (hierna „Servië” genoemd), anderzijds (hierna de „overeenkomst” genoemd), en met name de artikelen 119, 120, 122 en 124,

Overwegende dat die overeenkomst op 1 september 2013 in werking is getreden,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Voorzitterschap

De Stabilisatie- en associatieraad wordt beurtelings voor een periode van twaalf maanden voorgezeten door de voorzitter van de Raad Buitenlandse Zaken van de Europese Unie, namens de Europese Unie en haar lidstaten en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en door een vertegenwoordiger van de regering van Servië. De eerste periode begint op de datum van de eerste vergadering van de Stabilisatie- en associatieraad en eindigt op 31 december 2013.

Artikel 2

Vergaderingen

De Stabilisatie- en associatieraad komt eenmaal per jaar bijeen op ministerieel niveau. Op verzoek van een der partijen kunnen speciale vergaderingen van de Stabilisatie- en associatieraad worden belegd, indien de partijen dat overeenkomen. Tenzij de partijen anderszins overeenkomen, wordt elke vergadering van de Stabilisatie- en associatieraad gehouden op de plaats waar de vergaderingen van de Raad van de Europese Unie gewoonlijk worden gehouden, op een in onderling overleg vastgestelde datum. Vergaderingen van de Stabilisatie- en associatieraad worden door de secretarissen van de Stabilisatie- en associatieraad gezamenlijk bijeengeroepen, in overleg met de voorzitter.

Artikel 3

Vertegenwoordiging

De leden van de Stabilisatie- en associatieraad mogen zich laten vertegenwoordigen indien zij verhinderd zijn de vergadering bij te wonen. Indien een lid zich wenst te laten vertegenwoordigen, stelt hij de voorzitter vóór de zitting waar hij vertegenwoordigd zal worden, in kennis van de naam van zijn vertegenwoordiger. De vertegenwoordiger van een lid van de Stabilisatie- en associatieraad oefent alle rechten van dit lid uit.

Artikel 4

Delegaties

De leden van de Stabilisatie- en associatieraad mogen worden vergezeld door ambtenaren. Vóór elke vergadering wordt de voorzitter in kennis gesteld van de voorgenomen samenstelling van de delegaties van beide partijen. Wanneer er op de agenda een punt staat dat verband houdt met de Europese Investeringsbank, woont een vertegenwoordiger van die bank de vergadering van de Stabilisatie- en associatieraad als waarnemer bij. De Stabilisatie- en associatieraad kan niet-leden uitnodigen de vergaderingen bij te wonen om informatie te verstrekken over bijzondere onderwerpen.

Artikel 5

Secretariaat

Een ambtenaar van het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie en een ambtenaar van de missie van Servië bij de Europese Unie treden gezamenlijk op als secretarissen van de Stabilisatie- en associatieraad.

Artikel 6

Correspondentie

De voor de Stabilisatie- en associatieraad bestemde correspondentie wordt gericht aan de voorzitter van de Stabilisatie- en associatieraad op het adres van het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie.

De twee secretarissen zorgen ervoor dat deze correspondentie aan de voorzitter van de Stabilisatie- en associatieraad wordt doorgezonden en, in voorkomend geval, wordt verspreid onder de andere leden van de Stabilisatie- en associatieraad. Wanneer de correspondentie zo wordt verspreid, wordt deze gestuurd aan het secretariaat-generaal van de Commissie, de permanente vertegenwoordigingen van de lidstaten en de missie van Servië bij de Europese Unie.

Mededelingen die uitgaan van de voorzitter van de Stabilisatie- en associatieraad, worden door de twee secretarissen aan de adressaten gericht en, in voorkomend geval, verspreid onder de andere leden van de Stabilisatie- en associatieraad als aangegeven in de tweede alinea.

Artikel 7

Openbaarheid

De vergaderingen van de Stabilisatie- en associatieraad zijn niet openbaar, tenzij anders wordt beslist.

Artikel 8

Agenda van de vergaderingen

1.   De voorzitter stelt voor elke vergadering een voorlopige agenda op. Deze wordt door de secretarissen van de Stabilisatie- en associatieraad uiterlijk 15 dagen voor het begin van de vergadering naar de in artikel 6 bedoelde adressaten gezonden. De voorlopige agenda omvat de punten waarvoor de voorzitter uiterlijk 21 dagen vóór het begin van de vergadering een verzoek tot opname op de agenda heeft ontvangen; een punt wordt evenwel pas op de voorlopige agenda geplaatst als de desbetreffende stukken uiterlijk op de datum waarop de agenda wordt verzonden, zijn binnengekomen bij de secretarissen. De agenda wordt bij het begin van iedere vergadering door de Stabilisatie- en associatieraad goedgekeurd. Indien de partijen zulks overeenkomen, kan een punt dat niet op de voorlopige agenda staat, als agendapunt worden toegevoegd.

2.   De voorzitter kan met instemming van beide partijen de in lid 1 genoemde termijnen inkorten als dat in een bepaald geval noodzakelijk is.

Artikel 9

Notulen

Van elke vergadering worden door de twee secretarissen ontwerpnotulen opgesteld. Doorgaans bevatten de notulen voor elk agendapunt:

 

de bij de Stabilisatie- en associatieraad ingediende documentatie,

 

verklaringen die op verzoek van een lid van de Stabilisatie- en associatieraad worden opgenomen,

 

besluiten, aanbevelingen, overeengekomen verklaringen en conclusies.

De ontwerpnotulen worden ter goedkeuring aan de Stabilisatie- en associatieraad voorgelegd. Eenmaal goedgekeurd worden de notulen ondertekend door de voorzitter en de twee secretarissen. De notulen worden bewaard in de archieven van het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie, dat optreedt als depositaris van de documenten van de Stabilisatie- en associatieraad. Aan elk van de in artikel 6 bedoelde adressaten wordt een gewaarmerkt afschrift gezonden.

Artikel 10

Besluiten en aanbevelingen

1.   De besluiten en aanbevelingen van de Stabilisatie- en associatieraad worden in onderlinge overeenstemming tussen de partijen vastgesteld. Indien beide partijen daarmee instemmen, kan de Stabilisatie- en associatieraad besluiten of aanbevelingen via de schriftelijke procedure vaststellen.

2.   Besluiten en aanbevelingen van de Stabilisatie- en associatieraad in de zin van artikel 121 van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst worden voorzien van de vermelding „besluit” of „aanbeveling”, gevolgd door een volgnummer, de datum van goedkeuring en een beschrijving van het onderwerp. De besluiten en aanbevelingen van de Stabilisatie- en associatieraad worden ondertekend door de voorzitter en gewaarmerkt door de twee secretarissen. Besluiten en aanbevelingen worden aan elk van de in artikel 6 bedoelde adressaten gestuurd. Elke partij kan besluiten tot bekendmaking van besluiten en aanbevelingen van de Stabilisatie- en associatieraad in haar respectieve officiële publicatie.

Artikel 11

Talen

De officiële talen van de Stabilisatie- en associatieraad zijn de officiële talen van de twee partijen. Tenzij anders wordt beslist, beraadslaagt de Stabilisatie- en associatieraad op basis van in deze talen opgestelde documenten.

Artikel 12

Kosten

De Europese Unie en Servië dragen bij deelname aan vergaderingen van de Stabilisatie- en associatieraad elk hun eigen personeels-, reis- en verblijfkosten en hun eigen kosten voor post en telecommunicatie. De kosten voor de vertolking tijdens de vergaderingen en voor de vertaling en het drukken van de documenten komen ten laste van de Europese Unie, met uitzondering van de kosten voor vertolking of vertaling in of uit het Servisch, die voor rekening van Servië komen. Andere kosten die verbonden zijn aan de organisatie van vergaderingen, komen ten laste van de partij die als gastheer voor de vergaderingen optreedt.

Artikel 13

Stabilisatie- en associatiecomité

1.   Er wordt een Stabilisatie- en associatiecomité ingesteld, dat de Stabilisatie- en associatieraad bij de uitvoering van zijn taken bijstaat. Het bestaat uit vertegenwoordigers van de Raad van de Europese Unie en vertegenwoordigers van de Europese Commissie, enerzijds, en vertegenwoordigers van de regering van Servië, anderzijds, gewoonlijk op het niveau van hoge ambtenaren.

2.   Het Stabilisatie- en associatiecomité bereidt de vergaderingen en beraadslagingen van de Stabilisatie- en associatieraad voor, voert in voorkomend geval de besluiten van de Stabilisatie- en associatieraad uit, en draagt in het algemeen zorg voor de continuïteit in de associatiebetrekkingen en de goede werking van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst. Het Stabilisatie- en associatiecomité behandelt alle zaken die de Stabilisatie- en associatieraad aan het comité voorlegt, evenals alle andere zaken die zich voordoen bij de dagelijkse uitvoering van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst. Voorstellen en ontwerpbesluiten of -aanbevelingen worden door het Stabilisatie- en associatiecomité ter goedkeuring aan de Stabilisatie- en associatieraad voorgelegd.

3.   Bij een in de Stabilisatie- en associatieovereenkomst vermelde verplichting of mogelijkheid tot overleg, kan dat overleg plaatsvinden in het Stabilisatie- en associatiecomité. Dit overleg kan, indien beide partijen daarmee instemmen, worden voortgezet in de Stabilisatie- en associatieraad.

4.   Het reglement van orde van het Stabilisatie- en associatiecomité is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 14

Gemengd Raadgevend Comité bestaande uit vertegenwoordigers van het Europees Economisch en Sociaal Comité en van sociale partners en andere maatschappelijke organisaties van Servië

1.   Er wordt een Gemengd Raadgevend Comité bestaande uit vertegenwoordigers van het Europees Economisch en Sociaal Comité en van sociale partners en andere maatschappelijke organisaties van Servië ingesteld, dat tot taak heeft de Stabilisatie- en associatieraad bij te staan bij de bevordering van dialoog en samenwerking met de sociale partners en andere maatschappelijke organisaties in de Europese Unie en Servië. Deze dialoog en samenwerking bestrijken alle relevante aspecten van de betrekkingen tussen de Europese Unie en Servië, in de context van de tenuitvoerlegging van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst. Deze dialoog en samenwerking zijn met name gericht op het volgende:

a)

voorbereiding van de sociale partners en andere maatschappelijke organisaties van Servië op activiteiten in het kader van een toekomstig lidmaatschap van de Europese Unie;

b)

voorbereiding van de sociale partners en andere maatschappelijke organisaties van Servië op deelname aan de werkzaamheden van het Europees Economisch en Sociaal Comité na de toetreding van Servië;

c)

uitwisseling van informatie over kwesties van wederzijds belang, meer bepaald over de actuele stand van zaken van het toetredingsproces en de voorbereiding van de sociale partners en andere maatschappelijke organisaties in Servië daarop;

d)

bevordering van de uitwisseling van ervaringen en een gestructureerde dialoog tussen a) sociale partners en andere maatschappelijke organisaties uit Servië, en b) sociale partners en andere maatschappelijke organisaties uit de lidstaten, met inbegrip van netwerkvorming op specifieke gebieden waar directe contacten en samenwerking de meest doeltreffende manier kunnen zijn voor de oplossing van specifieke problemen;

e)

discussie over andere relevante kwesties die door een van de partijen naar voren worden gebracht, in de context van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst en in het kader van de pretoetredingsstrategie.

2.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité bestaat uit negen vertegenwoordigers van het Europees Economisch en Sociaal Comité en negen vertegenwoordigers van de sociale partners en andere maatschappelijke organisaties van Servië. Het Gemengd Raadgevend Comité kan ook waarnemers uitnodigen.

3.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité verricht zijn werkzaamheden op basis van raadpleging door de Stabilisatie- en associatieraad of, wat betreft de bevordering van de dialoog tussen economische en sociale kringen, op eigen initiatief.

4.   De leden worden zo gekozen dat het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité een zo getrouw mogelijke afspiegeling is van de verschillende sociale partners en andere maatschappelijke organisaties, zowel in de Europese Unie als in Servië. De officiële aanstelling van de leden uit Servië geschiedt door de regering van Servië op basis van voorstellen van de sociale partners en andere maatschappelijke organisaties. Deze voorstellen worden gebaseerd op inclusieve en transparante selectieprocedures bij de sociale partners en andere maatschappelijke organisaties.

5.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité wordt gezamenlijk voorgezeten door een lid van het Europees Economisch en Sociaal Comité en een vertegenwoordiger van de sociale partners en andere maatschappelijke organisaties van Servië.

6.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité stelt zijn reglement van orde vast.

7.   Het Europees Economisch en Sociaal Comité en de regering van Servië dragen bij deelname van hun vertegenwoordigers aan vergaderingen van het Gemengd Raadgevend Comité en de werkgroepen daarvan elk hun eigen personeels-, reis- en verblijfkosten.

8.   Nadere regelingen betreffende de tolk- en vertaalkosten worden opgenomen in het reglement van orde van het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité. Andere uitgaven met betrekking tot de materiële organisatie van de vergaderingen komen ten laste van de partij die de vergaderingen organiseert.

Artikel 15

Gemengd Raadgevend Comité bestaande uit vertegenwoordigers van het Comité van de Regio's van de Europese Unie en van Servische lokale en regionale autoriteiten

1.   Er wordt een Gemengd Raadgevend Comité bestaande uit vertegenwoordigers van het Comité van de Regio's van de Europese Unie en van Servische lokale en regionale autoriteiten ingesteld, dat tot taak heeft de Stabilisatie- en associatieraad bij te staan bij de bevordering van dialoog en samenwerking met de lokale en regionale autoriteiten in de Europese Unie en Servië. Deze dialoog en samenwerking zijn met name gericht op het volgende:

a)

voorbereiding van de lokale en regionale autoriteiten van Servië op activiteiten in het kader van een toekomstig lidmaatschap van de Europese Unie;

b)

voorbereiding van de lokale en regionale autoriteiten van Servië op deelname aan de werkzaamheden van het Comité van de Regio's na de toetreding van Servië;

c)

uitwisseling van informatie over lopende kwesties van gezamenlijk belang, meer bepaald over de actuele stand van zaken van het toetredingsproces en over die beleidsgebieden waarvoor de Verdragen voorzien in een raadpleging van het Comité van de Regio's, alsook de voorbereiding van de Servische lokale en regionale autoriteiten op dit beleid;

d)

bevordering van een multilaterale gestructureerde dialoog tussen a) lokale en regionale autoriteiten uit Servië, en b) lokale en regionale autoriteiten uit de lidstaten, met inbegrip van netwerkvorming op specifieke gebieden waar directe contacten en samenwerking tussen lokale en regionale autoriteiten uit Servië en lokale en regionale autoriteiten uit de lidstaten de meest doeltreffende manier kunnen zijn voor de oplossing van specifieke problemen;

e)

regelmatige uitwisseling van informatie over interregionale samenwerking tussen de lokale en regionale autoriteiten van Servië en de lokale en regionale autoriteiten van de lidstaten;

f)

bevordering van de uitwisseling van ervaringen en kennis op de beleidsgebieden waarvoor het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voorziet in een raadpleging van het Comité van de Regio's, tussen i) lokale en regionale autoriteiten in Servië, en ii) lokale en regionale autoriteiten in de lidstaten, meer bepaald van expertise en technieken in verband met de voorbereiding van lokale en regionale ontwikkelingsplannen of -strategieën en het meest doeltreffende gebruik van de pretoetredings- en structuurfondsen;

g)

bijstand voor de lokale en regionale autoriteiten van Servië door de uitwisseling van informatie inzake de praktische tenuitvoerlegging van het subsidiariteitsbeginsel in alle aspecten van het leven op regionaal en lokaal vlak;

h)

discussie over andere relevante kwesties die door een van de partijen naar voren worden gebracht, in de context van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst en in het kader van de pretoetredingsstrategie.

2.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité bestaat uit zeven vertegenwoordigers van het Comité van de Regio's, enerzijds, en zeven verkozen vertegenwoordigers van de lokale en regionale autoriteiten van Servië, anderzijds. Er wordt een gelijk aantal plaatsvervangende leden aangewezen.

3.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité verricht zijn werkzaamheden op basis van raadpleging door de Stabilisatie- en associatieraad of, wat betreft de bevordering van de dialoog tussen de lokale en regionale autoriteiten, op eigen initiatief.

4.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité kan aanbevelingen doen aan de Stabilisatie- en associatieraad.

5.   De leden worden zo gekozen dat het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité een getrouwe afspiegeling is van de verschillende niveaus van lokaal en regionaal bestuur, zowel in de Europese Unie als in Servië. De officiële aanstelling van de leden uit Servië geschiedt door de regering van Servië op basis van voorstellen van de organisaties die de lokale en regionale autoriteiten in Servië vertegenwoordigen. Deze voorstellen worden gebaseerd op inclusieve en transparante selectieprocedures bij de vertegenwoordigers die een mandaat in het lokale of regionale bestuur hebben.

6.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité stelt zijn reglement van orde vast.

7.   Het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité wordt gezamenlijk voorgezeten door een lid van het Comité van de Regio's en een vertegenwoordiger van de lokale en regionale autoriteiten van Servië.

8.   Het Comité van de Regio's, enerzijds, en de regering van Servië, anderzijds, dragen bij deelname van hun vertegenwoordigers en van ondersteunend personeel aan vergaderingen van het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité elk hun eigen kosten, met name reis- en verblijfkosten.

9.   Nadere regelingen betreffende de tolk- en vertaalkosten worden opgenomen in het reglement van orde van het in lid 1 bedoelde Gemengd Raadgevend Comité. Andere uitgaven met betrekking tot de materiële organisatie van de vergaderingen komen ten laste van de partij die de vergaderingen organiseert.

Gedaan te Luxemburg, 21 oktober 2013.

Voor het Stabilisatie- en associatiecomité

De voorzitter

C. ASHTON


BIJLAGE

REGLEMENT VAN ORDE VAN HET STABILISATIE- EN ASSOCIATIECOMITÉ

Artikel 1

Voorzitterschap

Het Stabilisatie- en associatiecomité wordt beurtelings voor een periode van twaalf maanden voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Commissie, namens de Europese Unie en haar lidstaten en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en door een vertegenwoordiger van de regering van Servië. De eerste periode begint op de datum van de eerste vergadering van de Stabilisatie- en associatieraad en eindigt op 31 december 2013.

Artikel 2

Vergaderingen

Het Stabilisatie- en associatiecomité komt bijeen wanneer de omstandigheden zulks vereisen, met instemming van beide partijen. Elke vergadering van het Stabilisatie- en associatiecomité wordt belegd op een tijdstip en een plaats die door beide partijen in onderling overleg zijn vastgesteld. De vergaderingen van het Stabilisatie- en associatiecomité worden bijeengeroepen door de voorzitter.

Artikel 3

Delegaties

Vóór elke vergadering wordt de voorzitter in kennis gesteld van de voorgenomen samenstelling van de delegaties van beide partijen.

Artikel 4

Secretariaat

Een ambtenaar van de Europese Commissie en een ambtenaar van de regering van Servië treden gezamenlijk op als secretarissen van het Stabilisatie- en associatiecomité. Mededelingen aan en door de voorzitter van het Stabilisatie- en associatiecomité worden naar de secretarissen van het Stabilisatie- en associatiecomité en naar de secretarissen en de voorzitter van de Stabilisatie- en associatieraad gezonden.

Artikel 5

Openbaarheid

De vergaderingen van het Stabilisatie- en associatiecomité zijn niet openbaar, tenzij anders wordt beslist.

Artikel 6

Agenda van de vergaderingen

1.   De voorzitter stelt voor elke vergadering een voorlopige agenda op. Deze wordt door de secretarissen van het Stabilisatie- en associatiecomité uiterlijk 15 dagen vóór het begin van de vergadering naar de in artikel 4 bedoelde adressaten gezonden. De voorlopige agenda omvat de punten waarvoor de voorzitter uiterlijk 21 dagen vóór het begin van de vergadering een verzoek tot opname op de agenda heeft ontvangen; een punt wordt evenwel pas op de voorlopige agenda geplaatst als de desbetreffende stukken uiterlijk op de datum waarop de agenda wordt verzonden, zijn binnengekomen bij de secretarissen. Het Stabilisatie- en associatiecomité mag deskundigen uitnodigen zijn vergaderingen bij te wonen om informatie over bepaalde onderwerpen te verstrekken. De agenda wordt bij het begin van elke vergadering door het Stabilisatie- en associatiecomité vastgesteld. Indien de partijen zulks overeenkomen, kan een punt dat niet op de voorlopige agenda staat, als agendapunt worden toegevoegd.

2.   De voorzitter kan met instemming van beide partijen de in lid 1 genoemde termijnen inkorten als dat in een bepaald geval noodzakelijk is.

Artikel 7

Notulen

Van elke vergadering worden notulen opgemaakt, op grond van de samenvatting door de voorzitter van de door het Stabilisatie- en associatiecomité bereikte conclusies. Na goedkeuring door het Stabilisatie- en associatiecomité worden de notulen ondertekend door de voorzitter en de secretarissen en bij elk van beide partijen in de archieven bewaard. Aan elk van de in artikel 4 bedoelde adressaten wordt een afschrift van de notulen gezonden.

Artikel 8

Besluiten en aanbevelingen

In de specifieke gevallen waarin het Stabilisatie- en associatiecomité, op grond van artikel 122 van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst, door de Stabilisatie- en associatieraad is gemachtigd om besluiten of aanbevelingen aan te nemen, worden deze voorzien van de vermelding „besluit” of „aanbeveling”, gevolgd door een volgnummer, de datum van goedkeuring en de beschrijving van het onderwerp. Besluiten en aanbevelingen worden in onderlinge overeenstemming tussen de partijen vastgesteld. Het Stabilisatie- en associatiecomité kan, indien beide partijen daarmee instemmen, besluiten of aanbevelingen via de schriftelijke procedure vaststellen. De besluiten en aanbevelingen van het Stabilisatie- en associatiecomité worden ondertekend door de voorzitter en gewaarmerkt door de twee secretarissen, en worden toegezonden aan elk van de in artikel 4 van deze bijlage bedoelde adressaten. Elke partij kan besluiten tot bekendmaking van besluiten en aanbevelingen van dit Stabilisatie- en associatiecomité in haar respectieve officiële publicatie.

Artikel 9

Kosten

De Europese Unie en Servië dragen bij deelname aan vergaderingen van het Stabilisatie- en associatiecomité elk hun eigen personeels-, reis- en verblijfkosten en hun eigen kosten voor post en telecommunicatie. De kosten voor de vertolking tijdens de vergaderingen en voor de vertaling en het drukken van de documenten komen ten laste van de Europese Unie, met uitzondering van de kosten voor vertolking of vertaling in of uit het Servisch, die voor rekening van Servië komen. Andere kosten die verbonden zijn aan de organisatie van vergaderingen, komen ten laste van de partij die als gastheer voor de vergaderingen optreedt.

Artikel 10

Subcomités en speciale groepen

Het Stabilisatie- en associatiecomité kan subcomités of speciale groepen oprichten. Deze voeren hun werkzaamheden uit onder bevoegdheid van het Stabilisatie- en associatiecomité, waaraan zij na elk van hun vergaderingen verslag uitbrengen. Het Stabilisatie- en associatiecomité kan besluiten bestaande subcomités of groepen op te heffen, kan hun taken vaststellen of wijzigen, of kan andere subcomités of groepen oprichten die het bij het vervullen van zijn taken bijstaan. Deze subcomités en groepen hebben niet de bevoegdheid om besluiten te nemen.